Verlatingsangst: symptomen volwassenen en kinderen (DSM-5)

Verlatingsangst: symptomen volwassenen en kinderen (DSM-5) Verlatingsangst wordt in de vijfde editie van het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (afgekort DSM-5), het wereldwijd gehanteerde classificatiesysteem voor psychiatrische aandoeningen, aangeduid als 'separatieangststoornis'. Verlatingsangst kan bij zowel kinderen als volwassenen voorkomen. Verlatingsangst komt het vaakst voor tijdens de kinderjaren. Niet zelden ontwikkelt deze stoornis zich na een ingrijpende gebeurtenis. Er zijn een aantal symptomen die steeds terugkomen als je verlatingsangst hebt.

Wat is verlatingsangst?

Psychische aandoening

Separatieangststoornis, ook wel kortweg aangeduid als 'separatieangst' of 'verlatingsangst' is een psychische aandoening die zich bij kinderen kan ontwikkelen, maar ook bij pubers, adolescenten en volwassenen kan voorkomen. In de DSM-5 is de aandoening ingedeeld bij de angststoornissen, welke met elkaar gemeen hebben dat er sprake is van overmatige angst en vrees en bijbehorende gedragsstoornissen. Het gaat bij de separatieangststoornis om een niet bij de ontwikkeling passende, buitensporige angst of vrees om gescheiden te worden van belangrijke hechtingsfiguren.

Separatieangst bij zowel kinderen als volwassenen

Lange tijd werd verondersteld dat separatieangst alleen voorkomt bij kinderen, maar uit onderzoek is gebleken dat de stoornis ook bij volwassenen gezien kan worden. Het kan zich bij volwassenen uiten in de excessieve vrees om alleen te zijn, of in de angst om van huis te gaan naar werk of school. Individuen met een separatieangststoornis hebben een voortdurende en persisterende excessieve angst om gescheiden te worden van belangrijke hechtingsfiguren. Op relationeel vlak kan verlatingsangst voor aanzienlijke problemen zorgen, doordat het kan leiden tot claimend gedrag, waarmee de persoon uiteindelijk datgene bereikt waar hij bang voor. Verlatingsangst kan ook voorkomen als een symptoom van bredere ziektebeelden, zoals de borderline-persoonlijkheidsstoornis.

Classificatiecriteria DSM-5: wat zijn de symptomen?

Wat zijn de diagnostische criteria van verlatingsangst of separatieangststoornis volgens DSM-5?

  • A. Niet bij de ontwikkelingsfase passende, buitensporige angst of vrees om gescheiden te worden van gehechtheidspersonen, zoals blijkt uit ten minste drie van de volgende kenmerken:
    1. Terugkerend buitensporig van streek zijn door het verwachten of ervaren van een scheiding van thuis of van belangrijke hechtingsfiguren.
    2. Persisterende en buitensporige bezorgdheid over het verliezen van belangrijke hechtingspersonen of bezorgdheid dat hun iets kan overkomen, zoals ziekte, verwonding, rampen of overlijden.
    3. Persisterende en buitensporige bezorgdheid over het meemaken van een ongelukkige gebeurtenis (zoals verdwalen, ontvoerd worden, het krijgen van een ongeluk. ziek worden) die zou leiden tot scheiding van een belangrijk hechtingspersoon.
    4. Aanhoudende tegenzin of weigering om, vanwege scheidingsangst, naar buiten, weg van huis, naar school, naar het werk of ergens anders naartoe te gaan.
    5. Persisterende en excessieve vrees of tegenzin om thuis of in andere settings alleen of zonder belangrijke hechtingspersonen te zijn.
    6. Aanhoudende tegenzin of weigering om ergens anders dan thuis te slapen of te gaan slapen zonder dat een belangrijke hechtingspersoon in de buurt is.
    7. Herhaaldelijke nachtmerries over het onderwerp separatie.
    8. Herhaaldelijke lichamelijke klachten (zoals hoofdpijn, buikpijn, misselijkheid en braken) op het moment dat een scheiding van belangrijke gehechtheidsfiguren plaatsvindt of wordt verwacht.
  • B. De angst, vrees of vermijding is persisterend aanwezig. Bij kinderen , pubers en adolescenten gedurende ten minste vier weken en bij volwassenen over het algemeen gedurende zes maanden of langer.
  • C. De stoornis veroorzaakt duidelijke lijdensdruk of beperkingen in het sociale of beroepsmatige functioneren of het functioneren op andere belangrijke gebieden.
  • D. De stoornis kan niet worden verklaard door een andere psychische stoornis (bijvoorbeeld weigeren om van huis weg te gaan voortkomend uit uit overmatig verzet tegen verandering bij de autismespectrumstoornis).

Verlatingsangst symptomen en kenmerken

Angst of vrees voor een scheiding van thuis of van hechtingsfiguren

Het hoofdkenmerk is een overmatige angst of vrees voor een scheiding van thuis of van hechtingsfiguren. De angst is groter dan op grond van de ontwikkelingsfase van de persoon verwacht kan worden. Kinderen kunnen bijvoorbeeld bang zijn voor verlating als ze voor het eerst naar school gaan, maar normaal gesproken verdwijnt deze angst als ze hun omgeving gaan exploreren of hun aandacht wordt verlegd. Perioden van verhoogde angst voor scheiding van gehechtheidspersonen horen bij de vroege ontwikkeling en kunnen een teken zijn voor de ontwikkeling van veilige gehechtheidsrelaties. Maar als kinderen steeds opnieuw van streek raken op momenten dat ze een scheiding van thuis of belangrijke gehechtheidspersonen verwachten, dan is het niet meer leeftijdsadequaat. Ze maken zich ook zorgen over het welzijn van hun hechtingspersonen en ze kunnen zich zorgen maken dat ze doodgaan als ze weggaan. Ook kunnen ze zich zorgen maken over hun eigen welzijn en dat hun mogelijk iets akeligs overkomt, waardoor ze niet meer herenigd kunnen worden met hun belangrijke hechtingspersoon.

Niet zonder gehechtheidspersoon kunnen

Mensen met verlatingsangst vertonen tegenzin of weigeren alleen naar buiten te gaan. Ze willen niet zonder hun gehechtheidspersoon zijn. Kinderen met deze stoornis kunnen vastklampend gedrag vertonen en ze blijven dicht in de buurt van hun ouder of ze houden hem steeds in de gaten. Volwassenen met deze stoornis kunnen de behoefte hebben om voortdurend na te gaan waar een belangrijke ander zich bevindt. Kinderen met deze stoornis kunnen er ook op staan dat er iemand bij ze blijft totdat ze in slaap zijn gevallen. 's-Nachts kunnen ze in bed kruipen van hun ouders of broertje of zusje. Schoolreisjes, bij een vriendje of vriendinnetje logeren of een boodschap doen, kunnen activiteiten zijn waar het kind vreselijk veel moeite mee heeft. Volwassenen met verlatingsangst kunnen er de grootste moeite mee hebben om zelfstandig te reizen en ze kunnen frequent last hebben van nachtmerries waarbij hun separatieangst naar voren komt.

Scheiding lokt klachten uit

Een (dreigende) scheiding van een belangrijk hechtingsfiguur kan bij kinderen allerlei lichamelijke klachten uitlokken, zoals hoofdpijn, buikpijn, misselijkheid en braken. Hartkloppingen, duizeligheid en het gevoel flauw te vallen komen nauwelijks voor bij jonge kinderen, maar zijn meer klachten die bij adolescenten en volwassenen kunnen optreden.

Terugtrekken

Kinderen met een separatieangststoornis kunnen zich terugtrekken van sociaal contact en apathisch en verdrietig worden als ze gescheiden worden van belangrijke hechtingsfiguren. Ze kunnen zich dan ook vaak niet meer goed concentreren op hun spel of activiteit. Weg van huis zijn kan flinke heimwee of een gevoel van onrust met zich meebrengen. Deze stoornis kan bij kinderen leiden tot de weigering om naar school te gaan. Kinderen kunnen enorm van streek raken en zelfs agressief worden bij het vooruitzicht van een scheiding. Kinderen met deze stoornis worden door hun omgeving gezien als veeleisend, bemoeizuchtig en aandachtvragend. Volwassenen kunnen een sterk afhankelijke en overbezorgde indruk maken.

Hoe vaak komt een separatieangststoornis voor?

De 12-maandsprevalentie van de separatieangststoornis in de Verenigde Staten is voor volwassenen en adolescenten respectievelijk 0,9-1,9% en 1,6%. Voor kinderen wordt de 6- tot 12-maandsprevalentie geschat op circa 4%. Bij kinderen komt het bij jongens en meisjes even vaak voor. In de bevolking als geheel wordt de stoornis vaker gezien bij meisjes/vrouwen dan bij jongens/mannen.

Ontwikkeling en beloop verlatingsangst

Begint vaak in de kinderjaren

Vaak begint een separatieangststoornis in de kinderjaren; het gebeurt zelden dat het zich pas openbaart tijdens de adolescentie. Volwassenen met deze stoornis kunnen terugkijkend vaak wel de symptomen herkennen die ze als kind al hadden. Vaak worden perioden waarin de stoornis prominenter aanwezig is, afgewisseld met perioden waarin het naar de achtergrond verdwijnt. De angst voor mogelijke scheiding en het vermijden van situaties die een scheiding met zich meebrengen (zoals het ouderlijk huis verlaten om op kamers te gaan wonen) kan tot op (jong)volwassen leeftijd aanhouden. De wijze waarop de stoornis zich manifesteert is afhankelijk van de leeftijd van de persoon. Jonge kinderen kunnen bijvoorbeeld met enorme tegenzin naar school gaan, terwijl volwassenen veel moeite kunnen hebben om om te gaan met veranderende situaties, zoals verhuizen, een nieuwe baan of trouwen. Vaak zijn volwassenen overbezorgd over hun partner en kinderen. Als ze voortdurend de neiging hebben om hun gangen na te gaan, kan dat ten koste gaan van hun werk of sociale leven.

Ingrijpende gebeurtenis

Niet zelden ontwikkelt deze stoornis zich na een ingrijpende gebeurtenis: een verhuizing naar een nieuwe buurt, immigratie, het overlijden van een familielid of huisdier of het meemaken van een ramp. Erfelijkheid lijkt bij de separatieangststoornis bij kinderen een rol te spelen. Deze stoornis kan bij kinderen gepaard gaan met een hoger risico op suïcide.

Behandeling verlatingsangst

Een separatieangststoornis kan behandeld worden middels (een combinatie van) individuele psychotherapie, cognitieve gedragstherapie, gezinstherapie en angstremmende middelen.

Casus: Separatieangststoornis

Patiënt

Emma, 8 jaar, basisscholier.

Klachten

Emma is de laatste maanden extreem angstig als ze van haar ouders gescheiden wordt, vooral bij het naar school gaan. Ze huilt vaak en klampt zich vast aan haar moeder. Emma zegt dat ze buikpijn en hoofdpijn krijgt wanneer ze naar school moet. Thuis is ze rustiger, maar ze slaapt slecht en heeft vaak nachtmerries.

Onderzoek

  • Anamnese: Emma had voorheen geen problemen met naar school gaan. De klachten zijn begonnen na een verhuizing. Er is geen sprake van lichamelijke ziektes. Emma's ouders melden dat ze erg gehecht is aan hen en bang is dat hen iets zal overkomen.
  • Fysiek onderzoek: Emma's fysieke gezondheid is normaal. Ze heeft geen koorts of andere tekenen van ziekte. Haar buik- en hoofdpijn lijken gerelateerd aan stress, want ze verdwijnen wanneer ze thuis is.
  • Psychologisch onderzoek: Emma toont angstig gedrag bij de gedachte aan het scheiden van haar ouders, met huilbuien en lichamelijke klachten. Geen aanwijzingen voor andere psychische stoornissen.

Diagnose

Separatieangststoornis, waarschijnlijk getriggerd door de recente verhuizing.

Behandeling

  • Cognitieve gedragstherapie: Emma krijgt therapie om haar angsten te leren begrijpen en ermee om te gaan. Ze leert ontspanningstechnieken voor stressvolle momenten.
  • Ouderbegeleiding: Emma’s ouders worden betrokken bij de behandeling. Ze krijgen adviezen om Emma te ondersteunen zonder haar angst te versterken.

Advies

  • Levensstijl: Emma moet geleidelijk wennen aan korte momenten van separatie. Haar ouders kunnen haar helpen door haar positief te stimuleren en veiligheidsrituelen op te bouwen.
  • Medische follow-up: Emma moet regelmatig terugkomen voor evaluatie van de voortgang in de therapie. Als de angst niet afneemt, kan verdere psychologische hulp nodig zijn.

Prognose

Met de juiste therapie en steun kan Emma's separatieangststoornis verbeteren. Ze zal leren omgaan met haar angst voor scheiding. Vroege interventie en een ondersteunende omgeving zijn belangrijk voor haar herstel en emotionele ontwikkeling.

Lees verder

© 2015 - 2024 Tartuffel, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
VerlatingsangstVerlatingsangstRuim 30 tot 40% van de mensen heeft last van verlatingsangst. Bij mensen die een gelukkige en evenwichtige relatie hebbe…
Verlatingsangst bij de hondVerlatingsangst bij de hondEen veelvoorkomend probleem bij de hond is verlatingsangst. Vele hondeneigenaren merken dit probleem soms niet eens op.…
Verlatingsangst bij een babyVerlatingsangst bij een babyVerlatingsangst of eenkennigheid bij een baby komt voor vanaf de leeftijd van acht maanden. Op deze leeftijd is je baby…
Eenkennigheid en verlatingsangst bij kinderenEenkennigheid en verlatingsangst bij kinderenVanaf dat je kindje is geboren tot aan ongeveer de zesde maand van zijn leven maakt hij nog geen duidelijk onderscheid t…

Zondag rituelenZondag rituelenVeel mensen hebben zondag rituelen, een aantal vaste waardes die veel mensen als belangrijk ervaren en vaak gaat het bij…
Zelfreflectie, populair taalgebruik of zinvolle toevoeging?Zelfreflectie, populair taalgebruik of zinvolle toevoeging?Eerlijk is eerlijk, de meningen zijn verdeeld. Immers, waar de een het bij zelfreflectie heeft over persoonlijke groei,…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: BkrmadtyaKarki, Pixabay
  • American Psychiatric Association. Handboek voor de classificatie van psychische stoornissen (DSM-5). Nederlandse vertaling van Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders 5th Edition. Amsterdam: Boom Psychologie, 2014.
  • Psycholoog. Separatieangst. https://psycholoog.nl/klachten/angst/separatieangst/ (ingezien op 20-8-2024)
Reactie

Henriët Stummel, 15-12-2015
Mijn zoon van 14 heeft separatie angststoornis. Wat is het gevolg als ots en uithuisplaatsing wordt opgelegd? Wij denken dat het helemaal mis zal gaan met hem. Reactie infoteur, 18-12-2015
Hoe het zal verlopen is afhankelijk van meerdere factoren, zoals onder andere de oorzaak van de separatieangststoornis (zo kán bijvoorbeeld overbezorgd en bemoeizuchtig gedrag van ouders samenhangen met deze stoornis en dan kan het juist goed zijn als het kind in een andere omgeving wordt geplaatst, ofschoon het vaak een poosje duurt voordat behandeling resultaat heeft) en hoe het hele proces van ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing wordt begeleid, zowel door de ouders als door de betrokken professionals.

Tartuffel (2.971 artikelen)
Laatste update: 20-08-2024
Rubriek: Mens en Samenleving
Subrubriek: Psychologie
Bronnen en referenties: 3
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.