Psalm 89: Het Davidische verbond, verwijzing naar de Messias
Psalm 89 is een belangrijke psalm wat betreft het Davidische verbond. In 2 Samuël 7 belooft de Heer aan David dat zijn troon voor altijd zal worden gevestigd: het Davidische verbond. Deze belofte zal in Jesjoea haMasjiach (Jezus Christus), de afstammeling van David, zijn vervulling vinden. Bij zijn geboorte verkondigden engelen dat Hij de beloofde Koning van Israël is. Direct na zijn wederkomst op de Olijfberg bij de stad Jeruzalem (Zacharia 14:4), zal Jezus zijn koningstroon in Jeruzalem in bezit nemen. Psalm 89 gaat over het Davidische verbond.
Psalm 89: het Davidische verbond
2 Samuël 7
Psalm 89 is een belangrijke psalm wat betreft het Davidische verbond. Het Davidische Verbond is een onvoorwaardelijk verbond. Dit verbond staat opgetekend in 2 Samuël 7:8-16.
Welnu, zeg tegen mijn dienaar, tegen David: “Dit zegt de HEER van de hemelse machten: Ik heb je achter de kudde vandaan gehaald om mijn volk Israël te leiden. Ik heb je bijgestaan in alles wat je ondernam, ik heb al je vijanden voor je uitgeschakeld en ik heb je naam gevestigd als een van de groten der aarde. Ik heb aan mijn volk Israël een gebied toegewezen. Daar heb ik het geplant en daar kan het nu onbevreesd wonen. Het wordt niet langer door misdadige volken onderdrukt, zoals toen het er pas woonde en ik rechters over mijn volk Israël had aangesteld. Jou heb ik rust gegeven door je van je vijanden te verlossen. De HEER zegt je dat hij voor jou een huis zal bouwen: Wanneer je leven voorbij is en je bij je voorouders te ruste gaat, zal ik je laten opvolgen door je eigen zoon en hem een bestendig koningschap schenken. Hij zal een huis bouwen voor mijn naam, en ik zal ervoor zorgen dat zijn troon nooit wankelt. Ik zal een vader voor hem zijn en hij voor mij een zoon: als hij zondigt, zal ik hem kastijden met stok- en zweepslagen, zoals een vader doet, maar hij zal nooit bij mij uit de gunst raken zoals Saul, die ik verstootte omwille van jou. Jou stel ik in het vooruitzicht dat je koningshuis eeuwig zal voortbestaan en je troon nooit zal wankelen.”
Hoewel de Hebreeuwse term voor verbond (berit) niet voorkomt in 2 Samuël, maakt bovenstaande uiteenzetting alsook andere Bijbelgedeelten (vgl. 2 Sam 23:5; Psalm 89:35; 132:12) duidelijk dat het een verbond betreft.
Persoonlijk verbond
Het Davidische verbond was, zoals de naam al zegt, een persoonlijk verbond dat God sloot met David. Het verbond geldt exclusief voor David en zijn nakomelingen. Het is een onvoorwaardelijk verbond. Het is Gods wil dat het koningshuis van David tot in eeuwigheid blijft bestaan. De heilsgeschiedenis hangt er mee samen. Psalm 89 is een voluit Messiaanse Psalm, want het spreekt van dit eeuwigdurende verbond met David, dat alleen in Jesjoea haMasjiach (Jezus Christus) zijn uiteindelijke geldingskracht en vervulling vindt (zie Matteüs 1:1-17; Lucas 1:31-33; Handelingen 13:33-34; Hebreeën 1:5, 5:5).
Saillant detail is dat deze Psalm, die over een eeuwigdurend verbond van God met David spreekt, is geschreven door Etan, hetgeen 'blijvend, bestendig' (is God of Jahweh) betekent.
Een samenvatting van de beloften
In Psalm 89 treffen we een samenvatting aan van de beloften die God heeft gemaakt:
- Zijn dynastie houd ik voor altijd in stand, zijn troon zolang de hemel duurt. (Psalm 89:29);
- Als zijn zonen zich afkeren van mijn wet, niet leven naar mijn voorschriften, mijn wetten schenden, mijn bevelen niet opvolgen, dan zal ik hen tuchtigen voor hun misdaden, hun zonden bestraffen met slagen. Maar mijn liefde zal ik hem niet afnemen, mijn trouw aan hem niet breken (Psalm 89:31-34).
- Ik zal mijn verbond niet schenden, mijn woorden niet herroepen (Psalm 89:35).
- Eens heb ik dat bij mijn heiligheid gezworen, nooit breek ik mijn woord aan David (Psalm 89:36).
Het verbond met God is onveranderlijk en eeuwigdurend. Het is namelijk op genade en niet op de wet gegrond. Het is verankerd in de eeuwige trouw en heiligheid van God. Zelfs als het nageslacht van David zich afkeert van Gods Tora en zich niet houden aan Zijn voorschriften en mitzvot, dan nog wordt het verbond niet krachteloos. Het is een
onvoorwaardelijk verbond. De psalm bevestigt met klem de trouw van God aan Zijn verbond met David.
Verschil tussen koning Saul en koning David
Er zijn belangrijke verschillen tussen David en Saul, die koning was voor David. Saul was een koning die het volk wilde (1 Samuel 12:13) en David was een man naar Gods hart en door Hem aangesteld om over Zijn volk Israël te regeren (2 Kronieken 6:5-6). In profetische zin is er ook een belangrijk verschil tussen de zalving van Saul en de zalving van David als koning. Bij Saul wordt een oliekruik gebruikt en bij David een oliehoorn. Een oliehoorn is in tegenstelling tot de oliekruik broos en breekbaar. Dit verwijst naar de breekbaarheid en onbreekbaarheid van het koningschap van respectievelijk Saul en David.
De consequenties van het Davidische verbond
Het Davidische verbond heeft de volgende implicaties:
- Israël moet als volk blijven voortbestaan.
- Israël als natie moet het land Israël bezitten. De Joden moet dus naar het land terugkeren en een eigen staat hebben.
- Jesjoea haMasjiach moet terugkeren.
- Daarna zal er in letterlijke zin een koninkrijk zijn.
God blijft trouw aan Zichzelf en Zijn Woord
De Babylonische ballingschap en verschillende militaire nederlagen, vormen de achtergrond van de psalm. De troon was neergestort, er leek geen koningshuis meer te bestaan. Etan vraagt zich daarom vertwijfeld af of God soms Zijn woord had gebroken. In Psalm 89:39-50 lijkt Etan God niet meer goed te begrijpen. Wat hij meemaakte leek haaks te staan op wat God had beloofd. Etan roept daarom uit: "Waar is uw liefde van vroeger, Heer, hebt u David geen trouw gezworen" (vers 50)?
Maar God is een God van trouw. Ongeveer 2.000 jaar geleden werd Jezus geboren te Bethlehem, de koningsstad van David, als de aangenomen zoon van Jozef, een directe afstammeling van de koningen van Juda en daarom had Jezus via hem het wettelijke recht op de troon van David. Jezus was de ware zoon van Maria, die via de geboortelijn van Natan van David afstamde, waardoor Jezus een nakomeling is van David (Lucas 3:23-38). In en door Jezus - die leeft in de kracht van een onvergankelijk leven - is het verbond in stand gebleven. Jezus zal terugkomen naar de aarde en plaatsnemen op de troon van David die hem rechtens toekomt. Hij zal vanuit de stad Jeruzalem regeren, want dáár heeft de troon van David gestaan! Het zal een Koninkrijk van vrede zijn (Ezechiël 34).
Voor Etan leek het alsof het verbond had afgedaan. Alle uiterlijke tekenen wezen daarop. Desalniettemin overwint in het slotvers het geloof, ofschoon hij nog geen antwoord heeft op zijn vragen. Hij eindigt de Psalm met de hartstochtelijk uitroep:
Geprezen zij de HEER in eeuwigheid. Amen, amen.
Lees verder