Twaalf Joden vinden de Messias: Ben Hoekendijk

Twaalf Joden vinden de Messias: Ben Hoekendijk Messiasbelijdende Joden zijn Joden die belijden dat Jesjoea (Jezus) de Joodse Masjiach (Messias) is. Schrijver en evangelist Ben Hoekendijk schreef begin jaren '90 het boek 'Twaalf Joden vinden de Messias', wat gaat over Joden die tot geloof in Jesjoea zijn gekomen. Messias betekent Gezalfde (Christus in het Grieks), en zalving is een teken van goddelijke uitverkiezing. We bespreken eerst wat Messiasbelijdende Joden geloven en daarna geven we een impressie van het boek.

Twaalf Joden vinden de Messias

  • Titel: Twaalf Joden vinden de Messias
  • Auteur: Ben Hoekendijk
  • Uitgeverij: Shalom Books - Putten
  • ISBN: 90-73895-01-4
  • Pagina's: 168

Messiasbelijdende Joden zijn voluit Joods

Spreker, schrijver en evangelist Ben Hoekendijk schreef begin jaren '90 het boek 'Twaalf Joden vinden de Messias', wat gaat over Joden die tot geloof in Jesjoea de Joodse Masjiach (Messias) zijn gekomen. Messias betekent 'Gezalfde' (Christus in het Grieks), en zalving is een teken van goddelijke uitverkiezing. Jesjoea is de oorspronkelijke Hebreeuwse naam van Jezus.

Het christendom heeft Joodse wortels. Dit feit begint eindelijk tot de christelijke Kerk door te dringen. Het Messiaanse Jodendom is de brug tussen Joden en christenen om zowel de één als de ander met elkaar te verzoenen door het geloof in Jesjoea die de Messias van Israël en de Verlosser van de wereld is, zoals voorzegd in de Tenach (het Oude Testament), waarin meer dan 300 profetieën over de Messias staan. Deze profetieën geven aan waar en wanneer de Messias geboren zou worden. Tevens spreken ze zich uit over Zijn verwerping, kruisiging en opstanding. Al deze voorzeggingen zijn tot in de kleinste details vervuld in het leven van Jesjoea.

Jesjoea werd geboren als Jood, hij werd opgevoed als Jood, en Hij leefde als een Jood: Hij hield zich volledig aan de Tora. De apostelen, de eerste discipelen van Jesjoea, waren Joden. In het begin bestond het overgrote deel van Zijn volgelingen uit Joden. Het waren Joden die het Evangelie aan de heidenen brachten en niet andersom! Paulus was zijn gehele leven een praktiserende Jood, zoals we kunnen lezen in Handelingen. In de vroege Messiaans-Joodse gemeenschap (de kerk!) was het geen issue of een Jood in Jesjoea kon geloven, maar of niet-Joodse gelovigen dienden te worden besneden en opdracht moesten krijgen zich aan de wet van Mozes te houden (Handelingen 15:1-29 en de Galatenbrief).

Messiasbelijdende Joden beschouwen zichzelf als voluit Joods. Ze vieren de Joodse Heilige Dagen die God aan Israël heeft gegeven, met hun vervulling in en door de Messias Jesjoea en ze eerbiedigen de Tora. Joden die hun geloof stellen in de Messias van Israël blijven volgens Romeinen 2:28 -29 Joden. Gelovigen uit de heidenen zijn geënt op Israël (Romeinen 11) en dus niet in de plaats gekomen van Israël. Zij worden daardoor geestelijke zonen en dochters van Abraham, zoals is te lezen in Galaten 3:28-29.

Voor Joden in de eerste plaats, maar ook voor andere volken
Jesjoea is het doel waarop de Tora mikt (Romeinen 10:4). Er is geen verschil tussen de Tora in Psalm 1 en Jesjoea het Woord in Johannes 1. Het gaat in de Tora om Jesjoea - niets meer en niet minder. De centrale boodschap is dat de mens niet gerechtvaardigd wordt uit werken der Tora (wet), maar door het geloof in Jesjoea. Hij is de beloofde Messias van de Joden en de Redder van alle mensen. We zijn niets zonder Jesjoea: "Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Als iemand in mij blijft en ik in hem, zal hij veel vrucht dragen. Maar zonder mij kun je niets doen" (Johannes 15:5).

"Voor dit evangelie schaam ik mij niet, want het is Gods reddende kracht voor allen die geloven, voor Joden in de eerste plaats, maar ook voor andere volken" (Romeinen 1:16).

De eerstelingen van de oogst

Ben Hoekendijk is ervan overtuigd dat deze Joden die tot geloof in Jesjoea zijn gekomen, de eerstelingen zijn van een grote oogst. De evangelist raakte onder de indruk van de verschillende manieren waarop Joden van allerlei pluimage tot geloof in hun Messias komen. De één komt op een emotionele manier tot geloof, de ander weer op een verstandelijke manier door het lezen van de Brit Chadasha (Nieuwe Testament). Sommigen komen uit een typisch joods milieu en weer anderen uit een seculiere omgeving. Sommigen hebben een joods-orthodoxe achtergrond en weer anderen geheel niet.

De Messiasbelijdende Joden nemen een unieke plaats in: ze zijn de brug tussen de synagoge en de kerk. Joden denken vaak dat je van godsdienst verandert als je in de 'christelijke Jezus' gelooft. Niets is minder waar: de mannen en vrouw die Ben Hoekendijk in zijn boek beschrijft bewijzen het tegendeel. Jesjoea nam hun Jood-zijn niet weg, maar vervulde het! Bovendien was het in de eerste eeuw niet de vraag of je als Jood in Jesjoea kon geloven. In Handelingen 15 kunnen we lezen dat het juist de vraag was er met de heidenen moest gebeuren die tot geloof kwamen. Aanvankelijk bestond de christelijke gemeente hoofdzakelijk uit Joden; niet-Joden vormden een minderheid.

Er zit een diepe les in dit boek: God heeft niet afgedaan met Zijn volk. Integendeel! Men leze Romeinen 9, 10 en 11: "Want de genadegaven en de roeping Gods zijn onberouwelijk" (Romeinen 11:28,29). De roeping en verkiezing van Zijn volk zijn onberouwelijk. Dit betekent dat God niet van gedachten verandert ten aanzien van hen die Hij geroepen heeft, ondanks al hun onvolkomenheden en zonden. God blijft trouw aan Israël! De Joden die nu in Jesjoea zijn gaan geloven, zijn 'de eerstelingen van de oogst', maar op een dag zal heel Israël worden gered, zegt Romeinen 11:26:

"Er is, broeders en zusters, een goddelijk geheim dat ik u niet wil onthouden, omdat ik wil voorkomen dat u op uw eigen inzicht afgaat. Slechts een deel van Israël werd onbuigzaam, en dat alleen tot het moment dat alle heidenen zijn toegetreden. Dan zal heel Israël worden gered, zoals ook geschreven staat: ‘De redder zal uit Sion komen, en wentelt dan de schuld af van Jakobs nageslacht. Dit is mijn verbond met hen, wanneer ik hun zonden wegneem.’ Ze zijn Gods vijanden geworden opdat het evangelie aan u kon worden verkondigd, maar God blijft hen liefhebben omdat hij de aartsvaders heeft uitgekozen. De genade die God schenkt neemt hij nooit terug, wanneer hij iemand roept maakt hij dat niet ongedaan" (Romeinen 11: 25-29).

De Bijbel belooft een vernieuwing van het verbond (Jeremia 31:31-34 ). God heeft door de dood en opstanding van Jesjoea een nieuw verbond met Israël gesloten en een ieder - Jood of heiden - die gelooft in Jesjoea haMashiach is deelgenoot van dit verbond. Het volk Israel is het instrument van God om redding en Gods koninkrijk te brengen aan de wereld. Aan Israel en aan niemand anders zijn de Tora, de Verbonden, het Land Israel, de Messias en de heerlijkheid geschonken (zie Romeinen 9:4-5).

De Bijbel belooft ook 'een opstanding uit de dood' van de Joden (Romeinen 11:15). De Messiasbelijdende Joden beschouwen zichzelf als 'een opstanding uit de dood'. Het christendom werd een staatsgodsdienst onder Constantijn en dwaalde steeds verder af van haar joodse wortels. De kerk vertoonde steeds meer heidense elementen en het geluid van de Messiaanse Joden verstomde als gevolg van de diaspora. De kerk begon zelfs de Joden te vervolgen en er vonden gedwongen bekeringen plaats. Virulent antisemitisme maakte het onmogelijk dat Joden tot geloof in Jesjoea kwamen. Maar nu, 2000 jaar later, begint het geluid van de Messiaanse Joden weer te klinken! Joodse gelovigen in Jesjoea behouden hun joodse identiteit en dragen deze ook uit in plaats van te assimileren en op te gaan in het niet-Joodse christendom. De christelijke kerk heeft lange tijd niets willen weten van een specifiek Joodse gemeenschap binnen de kerk, maar nu maken de Messiasbelijdende Joden aanspraak op dezelfde status en positie binnen de ecclesia, die de eerste generatie(s) van Joodse gelovigen in Jesjoea genoten. Kerk, maak ruim baan en geef ze de plaats die ze toekomt en ga op zoek naar je joodse wortels!

Messiasbelijdende Joden geloven dat Joden en christenen door het verzoeningswerk van Jesjoea verenigd worden - maar die eenheid ligt niet in gelijkvormigheid! Israël, Gods volk, neemt een bijzondere plaats in Gods heilsplan in en Messiasbelijdende Joden hebben een bijzondere positie en een belangrijke taak hebben voor nu en voor de toekomst. Ze vormen de brug tussen synagoge en kerk. Messiasbelijdende Joden behouden hun eigen identiteit; ze gaan niet op in de christelijke kerk. De eenheid is gelegen in het feit dat de scheidsmuur tussen Joden en christenen geslecht wordt; Messiasbelijdende Joden en christenen zijn één in Jesjoea, het Hoofd. Joden en christenen vinden elkaar in hun geloof in de Messias.

De twaalf Joden in vogelvlucht

Van één Joodse man die in het boek aan het woord komt, geven we een korte samenvatting.

Samuel, de profeet

Sam Suran is een van de leiders van een Messiaanse gemeente in Jeruzalem. Hij is ervan overtuigd dat de tijd voor een groot geestelijk ontwaken. Het volledige herstel van de verlossing van Israel: 'Geula Shleima'. Hij spreekt in het boek de verwachting uit dat God Zich gaat openbaren aan Zijn volk, Joden Jesjoea als Messias gaan aannemen en de verwerpelijke scheidslijn tussen Joden en christenen zal worden afgebroken.

Sam werd Joods opgevoed, maar op zijn 13e had hij het geloof de rug toegekeerd. Door het schilderij 'Het laatste Avondmaal' van Leonardo da Vinci, waarop hij Jezus zag afgebeeld die samen met zijn discipelen Pesach vierde, raakte hij geïnteresseerd in deze man uit Nazareth. Hij had altijd gedacht dat Jezus de god van de heidenen was, dat hij iets te maken met Maria, de kerk en het Vaticaan, maar niets met ons Joden. Hij werd nieuwsgierig en opende voor het eerst in zijn leven een Nieuw Testament. Hij zag de verbinding tussen het Oude en Nieuwe testament en dat wekte zijn belangstelling nog meer. Door het opschrift boven het kruis waar Jezus aan hing - 'Dit is Jezus, de koning der Joden' - werd hij diep geraakt. Hij begon zich steeds meer af te vragen: Wie is deze Jezus en wat betekent 'Koning der Joden'? Uiteindelijk werd de sluier van zijn geest weggetrokken en herkende hij Jezus - Jesjoea - als zijn koning, de koning der Joden. Hij werd overweldigd door deze diepe geestelijke ervaring.

Sam vertelt in het boek dat de meeste Joden Jesjoea vinden door het getuigenis van een andere Joodse of christelijke vriend. Maar bij hem openbaarde God Zich regelrecht aan hem, zonder tussenkomst van een mens. Het werd hem duidelijk dat hij als Jood in Jesjoea kon geloven en toch volledig Joods kon blijven. Hij had het Jodendom op zijn 13e verlaten, maar door zijn ontmoeting met Jesjoea werd hij in zijn levensstijl meer Joods dan hij ooit was geweest - ook op moreel gebied. "Mijn levenswandel werd rechtschapen en ik begon de geboden Gods te onderhouden. Dat sprak vooral mijn ouders aan. Ze zagen de verandering in me en dat maakte hen jaloers."

In 1974 maakte hij alijah naar Israël. Samen met zijn Joodse vrouw ziet hij het als zijn roeping om een levensstijl te ontwikkelen die Joods is. Ze bestrijden daarmee de beschuldiging die geuit is tegen Joden die in Jesjoea zijn gaan geloven: dat ze niet zich niet meer als Joden gedragen, in feite geen Jood meer zijn en overgegaan zijn tot een ander geloof. Hij stelt heel nadrukkelijk: "We moeten een Messiaans-Joodse levensstijl ontwikkelen." Volgens hem moeten de Messiaanse Joden meer Messiaanse gemeenten planten in het land Israel, waarbij ze hun eigen identiteit ontwikkelen. "We zijn begonnen onze joodse wortels te vinden en we moeten naar de eerste eeuw om te ontdekken wie we werkelijk zijn."

Hij gelooft dat de Messiasbelijdende Joden een brug vormen tussen christenen en Joden. Hij is de mening toegedaan dat christenen een bijzondere verantwoordelijkheid hebben om voor Israel te bidden en naast de Messiaanse gemeenten te gaan staan. En de Joden die tot geloof komen in Jesjoea zijn de takken die opnieuw geënt worden op de natuurlijke olijfboom (Romeinen 11:23).

Hij gelooft dat het Gods bedoeling is dat Israel geestelijk herstelt en Joden en christenen verenigt worden. De bedoeling van God is dat door het verzoeningswerk van Jesjoea, Israel weer een 'licht voor de natiën' kan worden en een 'koninkrijk van priesters'. "Dan kunnen we onze Messiaanse roeping vervullen en God vertegenwoordigen voor de rest van de volkeren op aarde," aldus Sam Suran, die zijn verhaal afsluit met de profetische woorden: "Dán, 'zal des Heren woord uitgaan uit Jeruzalem en de wet uit Sion' (Micha 2). De volkeren zullen elk jaar optrekken naar Jeruzalem om de Heer te aanbidden (Zacharia 14:16). Dan 'zal gans Israel behouden worden' (Romeinen 11:26)."

Enkele citaten van de overige personen in het boek

Elhanan, de artiest

"Toen ik hier [in Israël] tien jaar geleden aankwam, moest ik elk half uur een poosje huilen. Ik stak mijn hand in de Israëlische grond en dacht: 'Aarde en vlees zijn één geworden.' Plotseling realiseerde ik me: nu ben ik op de juiste plaats, de juiste tijd en heb ik de juiste naam. Ik liep naar de Klaagmuur en hoorde God tegen me zeggen: 'Welkom thuis'. Ik ben thuisgekomen; na een lange, lange reis."

Batya, de Jemenitische

"Zo begon ik ... het Nieuwe Testament te lezen. En tot mijn verwondering was het bijzonder interessant. Mijn eerste ontdekking was: Jezus was een Jood! De discipelen waren Joden! Hoe langer ik ermee bezig was, des te duidelijker werd me, dat dit een jóóds boek is! Wat is hier verkeerd aan? Waarom zijn de rabbi's er tégen? Waarom verwerpen ze dit boek?"

Jozef, de theoloog

"Het christendom dat ik in Jeruzalem zag, leek niet op wat ik zag in het Nieuwe Testament."

Menahem en Haya, de pioniers

"Ik werd ervan overtuigd dat, áls er een basis was voor de Joods-Messiaanse hoop, die lag in onze eigen rabbi Yeshua [ander spelwijze voor Jesjoea], 'voor wie wij het gelaat verbergen' (Jesaja 53:3). Ik had ook mijn gelaat verborgen. Maar steeds meer kwam ik tot de conclusie, dat ik er niet onderuit kon: ik moest me openlijk aan Jezus toewijden."

Michael, de rabbi

"Ik wist dat het onmogelijk was om in Jezus te geloven én orthodox te zijn. Dat is zoiets als de sleutel in handen krijgen en toch in je cel blijven."

Lewis, de zoeker

"In dat visioen zag ik hoe de totaliteit van het menselijk lijden op Hem gelegd werd. Het was overweldigend."

Olga, uit Leningrad

"God werd persoonlijk voor me, een Vader die me begrijpt en mijn persoonlijkheid geen geweld aandoet."

Tante Rebecca

"De christelijke Jafeth heeft de tent van Sem gekraakt. (...) Sem is Israel en de Jafetieten zijn de gelovigen uit de volkeren. (...) 'Wij zijn in de plaats van Sem gekomen', prediken zij. Maar het heeft God behaagt, uit alle volkeren Israel te verkiezen om Jezus geboren te doen worden. Jezus werd geboren uit een Joodse moeder, is zelf Jood, een Semiet.
Op het tempelplein roept een kleine groep Joden: 'Kruisigt Hem!' En Hij werd als offer voor onze zonden gedood. Maar Hij bad ook: 'Vader vergeef het hun want ze weten niet wat ze doen'. Dat gebed heeft God verhoord. Kijk maar op de Pinksterdag, toen 3000 Joden tot geloof kwamen en later 5000. Zij namen Jezus aan als de hun beloofde Messias.
Een groep riep: 'Zijn bloed kome over ons en onze kinderen.' Wat werkt dat bloed uit? Wat is het grote kenmerk van het bloed van Jezus? Dat het reinigt en vergeeft!
In het begin bestond het overgrote deel van hen, die zich achter Jezus schaarden, uit Joden. Er was geen sprake van een 'christelijke kerk'. Ik hoorde onlangs een dominee preken over 'de 120 christenen', die aan het bidden waren in de Bovenzaal voor de uitstorting van de Heilige Geest. Dat is natuurlijk onzin, er waren 120 Joden aan het bidden. Telkens weer maakt men de fout de dingen naar zich toe te trekken en geen plaats te laten voor Gods 'eerstgeboren zoon'.
Paulus, de Jood, had een bediening onder de heidenen. Hij geeft in Romeinen 11 een speciale waarschuwing aan de gelovigen uit de volkeren, die zich blijkbaar wilden verheffen boven hun Joodse broeders en zusters. In het eerste vers van dat hoofdstuk schrijft hij: 'Ik vraag dan, heeft God zijn volk verstoten? Volstrekt niet!... God heeft zijn volk niet verstoten dat Hij tevoren gekend heeft' (Romeinen 11:1). Kennelijk waren dit soort gedachten opgekomen onder de Romeinen opgekomen. Daar begon me al de tent van Sem te kraken.
Want Paulus zegt in vers 18: 'Beroem u dan niet tegen de takken. Indien gij u ertegen beroemt - niet gij draagt de wortel, maar de wortel draagt ú.' Met andere woorden: jullie zijn geen hoofdbewoners, maar medebewoners, medeburgers van de heiligen en huisgenoten Gods (Efezen 2:11). Toen begon het al.
Men heeft van de bijbel een christelijk boek gemaakt. We hebben van de Jood Yeshua een christen gemaakt en Hem helemaal vergriekst. Zo kan Hij niet meer tot de Joden spreken. Volgens Efezen 2 is de scheidsmuur weggebroken en zijn we één in het Hoofd, de Messias, maar er is toch een verschil. Van de Joden staat: 'hunner is de aanneming tot zonen, de heerlijkheid, de verbonden, de wetgeving en de eredienst en de beloften; hunner zijn de vaderen en uit hen is wat het vlees betreft de Christus' (Romeinen 9:4 en 5). (...)
Zo noemt God Israel, 'mijn eerstgeboren zoon' (Exodus 4:22). Paulus zegt, dat de gelovigen uit de volkeren 'erop geënt zijn', op de 'edele olijfboom' Israel (Rom. 11:17)."

Nieuwsgierig geworden? Koop het boek of leen het bij de bibliotheek!

De Messias komt!

"God doet iets unieks. Hij zegt tegen de Joden dat het tijd is 'om naar huis te gaan', en de aarzeling tegenover Yeshua Hamasiach op te geven. Tegen christenen zegt Hij: onderzoek waar je wortels liggen en verootmoedig je. De eenwording van Joden en christenen nadert, want de Messias komt!"

Lees verder

© 2010 - 2024 Tartuffel, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
David H. Stern: commentaar op het Joodse Nieuwe TestamentrecensieDavid H. Stern: commentaar op het Joodse Nieuwe TestamentCommentaar op het Joodse Nieuwe Testament. De Messiasbelijdende Jood David H. Stern heeft naast de Engelse vertaling van…
Joodse volgelingen van Jezus - Kees Jan RodenburgrecensieJoodse volgelingen van Jezus - Kees Jan Rodenburg'Joodse volgelingen van Jezus - Een overzicht in 40 vragen en antwoorden', rolde in 2010 van de persen. Het is geschreve…
Jezus in het jodendomMiljoenen mensen geloven vandaag de dag dat Jezus de Messias was. Hun geloof gaat zover dat ze menen dat Jezus God zelf…
Is een Jood die gelooft in Jezus Christus geen Jood meer?Is een Jood die gelooft in Jezus Christus geen Jood meer?Is een Jood die gelooft in Jezus Christus geen Jood meer? In het boek 'Answering jewish objections to Jesus - General an…

Messias: betekenis en bewijs Jezus beloofde Joodse Messiasmijn kijk opMessias: betekenis en bewijs Jezus beloofde Joodse MessiasWat betekent Messias? Messias is de transcriptie van de Hebreeuwse term 'Mashiach'. Het equivalent van Messias in het Ni…
Het getal '7' in het boek OpenbaringHet getal '7' in het boek OpenbaringHet laatse boek van de Bijbel plaatst de lezer uit de 21e eeuw vaak voor grote raadsels. De manier van schrijven en de g…
Bronnen en referenties
Tartuffel (2.971 artikelen)
Laatste update: 07-05-2023
Rubriek: Mens en Samenleving
Subrubriek: Religie
Bronnen en referenties: 1
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.