Vermijdende persoonlijkheidsstoornis: symptomen DSM-5
De belangrijkste kenmerken en symptomen van een vermijdende persoonlijkheidsstoornis (voorheen: ontwijkende persoonlijkheidsstoornis) zijn sociale geremdheid, gevoelens van insufficiëntie en overgevoeligheid of hypersensitiviteit voor een negatieve beoordeling. Het gaat om een pervasief of diepgaand patroon, wat begint op jongvolwassen leeftijd en de kenmerken zijn in een scala van situaties en contexten aanwezig. Mensen met een vermijdende persoonlijkheidsstoornis ervaren langdurige gevoelens van ontoereikendheid en zijn uiterst gevoelig voor wat anderen van hen denken. Deze gevoelens van ontoereikendheid en insufficiëntie leiden ertoe dat de persoon sociaal geremd wordt en zich sociaal onbeholpen voelt. Vanwege deze gevoelens van ontoereikendheid en geremdheid, zal de persoon met een vermijdende persoonlijkheidsstoornis proberen werk, school en alle activiteiten die gepaard gaan met sociale contacten of interactie met anderen, te vermijden.

Handboek voor de classificatie van psychische stoornissen (DSM-5) /
Bron: DSM-5Symptomen van een vermijdende persoonlijkheidsstoornis (DSM-5)
Wat zijn de symptomen en classificatiecriteria van een vermijdende persoonlijkheidsstoornis volgens DSM-5? Er moet volgens
DSM-5 sprake zijn van een pervasief patroon van sociale geremdheid, gevoelens van insufficiëntie en hypersensitiviteit voor een negatieve beoordeling, wat aanvangt op jongvolwassen leeftijd en aanwezig is in uiteenlopende contexten, zoals blijkt uit ten minste vier van de volgende kenmerken:
- Vermijdt beroepsmatige activiteiten die significante interpersoonlijke contacten met zich meebrengen, vanwege de angst voor kritiek, afkeuring of afwijzing.
- Is inwillig om betrokken te raken met mensen, tenzij hij of zij er zeker van is aardig gevonden te worden.
- Gedraagt zich gereserveerd in intieme relaties vanwege de angst voor gek te worden gezet of te worden uitgelachen.
- Is gepreoccupeerd met de gedachte in sociale situaties te worden bekritiseerd of afgewezen.
- Is geremd in nieuwe interpersoonlijke situaties vanwege insufficiëntiegevoelens.
- Beschouwt zichzelf als sociaal onbeholpen, onaantrekkelijk als persoon, of minderwaardig ten opzichte van andere personen.
- Is uitzonderlijk onwillig om persoonlijke risico’s te nemen of nieuwe activiteiten te ontplooien omdat hij of zij hierdoor in verlegenheid zou kunnen worden gebracht.
Vermijdende persoonlijkheidsstoornis kenmerken en beschrijving
De prevalentie van de
vermijdende persoonlijkheidsstoornis bedraagt ongeveer 2,4% en komt ongeveer evenveel voor bij mannen als bij vrouwen. Het vermijdende gedrag vangt vaak al aan op peuter- of kinderleeftijd, waarbij verlegenheid, geïsoleerdheid en angst voor onbekenden en onbekende situaties op de voorgrond treden. Verlegenheid in de kindertijd kan een voorloper zijn van deze persoonlijkheidsstoornis, ofschoon verlegenheid vaak afneemt bij het ouder worden.
Hoofdkenmerk
Het hoofdkenmerk van deze persoonlijkheidsstoornis is een diepgaand patroon van sociale geremdheid, insufficiëntiegevoelens en overgevoeligheid voor een negatief oordeel dat begint op jongvolwassen leeftijd en tot uiting komt in velerlei situaties.
Vermijdingsgedrag
Op het werk kunnen mensen met een vermijdende persoonlijkheidsstoornis activiteiten vermijden waarbij ze veel contact moeten hebben met anderen. Het vermijdingsgedrag komt voort uit angst voor kritiek, afkeuring of afwijzing. De angst voor afwijzing kan heel diep zitten. Nieuwe sociale situaties en het maken van nieuwe vrienden wordt vermeden, tenzij ze er zeker van kunnen zijn dat geaccepteerd en aardig gevonden zullen worden door de ander zonder enige vorm van kritiek. Vaak gaan ze er vanuit dat anderen kritisch en afkeurend zullen zijn, tenzij het tegendeel wordt bewezen. Groepsactiviteiten worden bij voorkeur vermeden, behalve als ze alle steun en zorg krijgen. Het aangaan en opbouwen van wederkerige intieme relaties is vaak moeilijk voor deze mensen, uit angst te zullen worden bespot of voor gek te worden gezet als ze zichzelf bloot geven. Daarom blijven ze vaak gereserveerd en hebben ze er moeite mee om over hun zielenroerselen te praten.
Angst
Mensen met een vermijdende persoonlijkheidsstoornis zijn zo gepreoccupeerd bezig met mogelijke afwijzing of kritiek, dat ze dit soort reacties (vermeend of feitelijk) al heel snel zullen opmerken. Een kleine blijk van afkeuring of kritiek, kan al binnenkomen als een klap in het gezicht waardoor ze zich flink gekwetst voelen. Mensen met zo’n persoonlijkheidsstoornis zijn vaak verlegen, stil en geremd. Ze willen niet dat de aandacht op hun gevestigd wordt, om te voorkomen dat ze gekleineerd, afgewezen of gekwetst zullen worden. Ze kunnen overdreven sterk reageren op mogelijke tekenen dat ze bespot of uitgelachen zullen worden. Ze voelen zich sociaal incompetent en onaantrekkelijk als persoon. Vooral in contact met onbekenden kan deze angst manifest worden. Persoonlijke risico’s worden vermeden of uit de weggegaan en ze zijn geneigd de mogelijke risico’s van gewone, alledaagse situaties te overschatten. Hun overmatige behoefte aan veiligheid en zekerheid, kan tot een leven vol sociale, relationele en beroepsmatige beperkingen leiden.
Vóórkomen
Geschat wordt dat ongeveer 2,5 procent van de bevolking een ontwijkende persoonlijkheidsstoornis heeft. Het komt even vaak voor bij mannen en vrouwen. Het begint meestal in de kindertijd en gaat door tot in de volwassenheid. Zoals bij de meeste persoonlijkheidsstoornissen, wordt een vermijdende persoonlijkheidsstoornis meestal niet vastgesteld bij mensen jonger dan 18 jaar.
Oorzaken
Onderzoekers weten anno 2023 niet wat een vermijdende persoonlijkheidsstoornis veroorzaakt, maar er zijn veel theorieën over mogelijke oorzaken. De meeste professionals onderschrijven een bio-psychosociaal oorzakelijk verband, wat wil zeggen dat de oorzaken waarschijnlijk te wijten zijn aan biologische en genetische factoren, sociale factoren (zoals hoe een persoon in zijn vroege ontwikkeling interacteert met zijn familie en vrienden en andere kinderen) en psychologische factoren (de persoonlijkheid en het
temperament van het individu, gevormd door hun omgeving en geleerde copingvaardigheden om met stress om te gaan). Dit suggereert dat geen enkele factor verantwoordelijk is. Het gaat eerder om een complexe combinatie van alle drie de factoren die belangrijk zijn. Als een persoon deze persoonlijkheidsstoornis heeft, suggereert onderzoek dat er een licht verhoogd risico is dat deze aandoening wordt 'doorgegeven' aan hun kinderen.
Onderzoek en diagnose
Een persoonlijkheidsstoornis zoals een vermijdende persoonlijkheidsstoornis wordt normaal gesproken gediagnosticeerd door een professional in de geestelijke gezondheidszorg, zoals een psycholoog of psychiater. Huisartsen zijn over het algemeen niet opgeleid of goed uitgerust om een dergelijke psychologische diagnose te stellen. Er zijn geen laboratorium-,
bloed- of genetische tests die worden gebruikt om de vermijdende persoonlijkheidsstoornis te diagnosticeren.
Veel mensen met een ontwijkende persoonlijkheidsstoornis zoeken geen behandeling. Mensen met persoonlijkheidsstoornissen kloppen in het algemeen niet snel aan bij de GGz voor behandeling, totdat de stoornis hun leven aanzienlijk begint te verstoren of anderszins beïnvloedt. Dit gebeurt meestal wanneer ze niet meer goed kunnen omgaan met stress of andere levensgebeurtenissen en de draaglast hun draagkracht overschrijdt.
De diagnose wordt gesteld door een professional uit de geestelijke gezondheidszorg die in een aantal gesprekken je klachten inventariseert en je levensgeschiedenis bespreekt. Daarna wordt bepaald of je symptomen voldoen aan de criteria die nodig zijn voor de diagnose van vermijdende persoonlijkheidsstoornis.
Behandeling
Zoals bij de meeste
persoonlijkheidsstoornissen, is de voorkeursbehandeling psychotherapie. Individuele therapie heeft daarbij vaak de voorkeur. Daarbij is de samenwerkingsrelatie met de therapeut van essentieel belang. Vanwege de angst om afgewezen en gekwetst te worden, kan de cliënt volledig in beslag genomen zijn met hoe hij of zij zich moet gedragen in overeenstemming met wat hij of zij denkt dat de therapeut het goed zal vinden. De therapeut moet erop letten dat hetgeen wordt besproken niet opgevat wordt als kritiek of afwijzing.
Prognose
Zoals met andere persoonlijkheidsstoornissen, is behandeling van een ontwijkende persoonlijkheidsstoornis een langdurig proces. De bereidheid van het individu om behandeling te blijven volgen bepaalt mede het succes van de behandeling en is daarmee van invloed op de de vooruitzichten. Middels behandeling kunnen sommige mensen met een ontwijkende persoonlijkheidsstoornis leren zich beter aan anderen aan te passen.
Preventie
Hoewel het misschien niet mogelijk is om deze aandoening te voorkomen, kan het nuttig zijn om aan te vangen met behandeling zodra iemand klachten begint te krijgen zoals sociale geremdheid, gevoelens van insufficiëntie en overgevoeligheid of hypersensitiviteit voor een negatieve beoordeling.
Lees verder