Theorie van geredeneerd gedrag (Theory of Reasoned Action)
De theory of reasoned action (vaak afgekort tot TRA) werd in 1975 ontwikkelt door Icek Azjen & Martin Fishbein. De theorie is geboren uit noodzaak, zo stellen Hale, Householder en Greene (2003) “born largely out of frustration with traditional attitude-behavior research, much of which found weak correlations between attitude measures and performance of volitional behaviors”
De theorie in modelvorm
Deze
sociaal psychologische theorie stelt dat de intentie tot een bepaald gedrag de beste voorspeller is van het gedrag van een persoon. In het plaatje zie je dit geheel rechts, de link tussen intention (
intentie) en behavior, of:
gedrag. Om tot die intentie te komen, zeggen Azjen & Fishbein, zijn er twee factoren van belang, namelijk:
Attitudes (ook wel meningen of opvattingen genoemd, zie het artikel voor meer info) en perceived social norms (de ‘waargenomen sociale normen’ ook wel de ‘manier waarop men denkt dat anderen vinden dat men zich behoort te gedragen’). Op deze twee gaan we iets dieper in:
Attitudes
Attitudes worden bepaald door twee subfactoren, namelijk:
Beliefs about the expected outcomes of the behavior
Geloof of inschatting over de verwachte uitkomsten van het gedrag: hiermee wordt bedoeld, dat wanneer men het gedrag vertoont, er bepaalde uitkomsten zullen ontstaan. De verwachting nu, die men heeft alvorens men het gedrag vertoont, is waar deze factor over gaat.
VB: Het gedrag dat je zo gaat vertonen is het kopen van een lekker toetje. Je voorspelling van dit gedrag is dat het a) een erg plezierige ervaring zal zijn, dit lekkere toetje, maar ook b) dat het duurder zal zijn dan een gewoon toetje.
Evaluation of the expected outcomes of behavior
De beoordeling of evaluatie van de verwachte uitkomsten van het gedrag: ook wel de waarde die men hecht aan de uitkomst die men verwacht te krijgen door het gedrag.
VB: men verwachtte a) een plezierige ervaring door het lekkere toetje en b) een extra uitgave. De waarde die men hecht hieraan zal in het geval van a) meestal positief zijn en afhankelijk van de persoon erg belangrijk of minder belangrijk. B) zal meestal negatief zijn (niemand betaald graag meer) en wederom persoonsafhankelijk erg belangrijk of minder belangrijk. Zo zal een hedonistisch persoon voor een extra euro zijn hand niet omdraaien, terwijl een originele centenpin iedere 10 cent in zijn hart voelt!
(Waargenomen) sociale normen
Het woord ‘waargenomen’ duidt erop dat het niet gaat om de objectieve sociale norm (die niet bestaat) maar de subjectieve ervaring van een individu over wat die individu
denkt dat andere mensen van hem en anderen verwachten (dus wat men verwacht dat anderen denken dat de sociale norm is). Ook deze factor bestaat uit twee subfactoren, namelijk:
Normative beliefs
De normatieve geloven: met andere woorden, dat wat ervaren wordt als ‘dat wat men zou moeten doen’. Normatieve geloven kan men zien als gedragsregels die mensen voorschrijven wat ze
zouden moeten doen.
VB: wanneer men deel uitmaakt van een groep hyperslanke modebewuste supermodellen, zou men lekkere suikerrijke en vette toetjes moeten mijden, en kiezen voor de minder aantrekkelijke magere yoghurt of dergelijke.
Motivation to comply
Bereidheid tot inschikken met de norm: dit subaspect gaat over in hoeverre men bereidt is om mee te gaan met de sociale norm. Dus, omdat je denkt dat anderen het van je verwachten, doe je het maar, of juist niet?
VB: je modebewuste mede-modellen kunnen wel van mening zijn dat die toetjes slecht zijn en niet in hun levensstijl passen, maar jij hebt daar lak aan, want vandaag heb je dat ene lekkere toetje verdient. Of, je zou het toetje best willen nemen, maar kan de gedachte van de spot van je vriendinnen niet aan, en besluit om daarom toch maar voor de magere yoghurt te gaan!
Intentie, nogmaals
Belangrijk is nu dat alle voorgaande voorbeelden gingen over de intentie tot een bepaald gedrag, niet om het gedrag zelf. Ondanks dat men een intentie kan hebben tot een bepaald gedrag (toetjes kopen) hoeft het werkelijke gedrag nog niet uitgevoerd te worden.
Een aantal oorzaken hiervan worden besproken in een volgende artikel, genaamd:
Het intentie - gedrag Gat.
Vervolgmodellen op de TRA
Omdat de onderzoekers toch het gevoel hadden dat hun model iets miste, werd na de Theory of reasoned action door Azjen een volgend model opgesteld: de
Theory of Planned Behavior (TPB), ookwel de theorie van het geplande gedrag. Het artikel (klik op de theorie voor de link) vertelt u er meer over, maar in het kort komt de theorie op hetzelfde als de TRA neer, alleen is er een extra factor toegevoegd die invloed kan hebben op iemands intentie. Deze extra factor is de
perceived behavioral control ook wel efficacy genoemd in de
Health Belief Model van wetenschapper Rosenstock et al (deze theorie is ook beschreven in het artikel onder de link).
Perceived behavioral control (ervaren gedragscontrole) is de mate waarin een persoon gelooft dat hij werkelijk in staat is bepaald gedrag te doen. In onze voorbeeldenreeks:
VB: je denkt dat je werkelijk in staat bent om je sociale omgeving (modellen-vriendinnen) te negeren en genoeg capaciteiten hebt om de winkel in te stappen en het lekkere toetje te kopen!
Lees verder