Definitie van Attitudes

Definitie van Attitudes Het woord attitude komt in de Nederlandse taal weinig voor. In het Nederlands betekent attitude zoiets als een houding hebben, een verzameling van emoties, gedachten, overtuigingen et cetera die je als persoon kunnen beïnvloeden. Bijvoorbeeld, een positieve attitude zorgt voor een betere houding op werk, waardoor je meer werk kan verrichten en ook aangenamer gezelschap bent voor collega’s. Voor Sociale Psychologen echter (en andere sociaalwetenschappers) zijn attitudes meer dan slechts een houding. Het zijn pscyhologische constructen, mentaal en emotioneel, en het is iets ‘in ons hoofd’. Dat wil zeggen, het is niet iets tastbaars of observeerbaars. Dit betekent echter niet, dat het niet bestaat. Iets dat niet detecteerbaar is, hoeft niet per se ‘verzonnen’ te zijn, denk maar aan bacteriën! Ze zijn net zo echt als gedachten en gevoelens. Erger nog, attitudes zijn gemaakt van gedachten en gevoelens!

Definitie

Perlof (2003, p. 59) geeft de volgende definitie: “a learned global (typically emotional) evaluation of an object (person, place or issue) that influences thought and action” (een geleerde, globale (meestal emotionele) evaluatie (beoordeling) van een object (persoon, plaats of onderwerp) dat invloed heeft op gedachten en gedrag).

Attitudes zijn niet het gedrag zelf, noch zijn ze ‘een gevoel’ of emotie. Een attitude is min of meer een ‘staat der gereedheid’. Iemand met een positieve attitude tegenover kernenergie, is in een hogere staat van gereedheid ten opzichte van positieve berichten die hiermee te maken hebben dan andere berichten. Dus, iemand met positieve attitudes naar kernenergie, luistert vaak beter en nauwkeuriger naar argumenten vóór dan argumenten tegen. Dit hoeft niet bewust te gebeuren, veelal gebeurt het onbewust. De persoon in kwestie ‘vergeet’ de tegenargumenten gewoon snel, terwijl de voorargumenten veel beter blijven hangen en veel nauwkeuriger worden ‘verwerkt’ (over nagedacht).

Gegeven de definitie van Perloff, kunnen we drie aspecten, ingrediënten, van attitudes onderscheiden.

Het is een geleerde beoordeling

Dit betekent dat attitudes zijn verkregen tijdens socializatie. Socialisatie is een proces van leren, wat bij geboorte begint en in principe niet eindigt tot je sterft. Hoewel dit continue leren wel het geval is, wordt men toch het meeste geleerd in de vroege kinderjaren. Dit wordt gedaan door ouders, familie en verzorgers.

Sommige wetenschappers houden vol dat sommige attitudes voorbestemd zijn door onze genetische aanleg. De houden dus vol dat onze genetische afkomst uitmaakt welke attitudes we zullen vertonen. Hoewel het waarschijnlijk is dat sommige geven invloed kunnen hebben op het gemak of moeite waarmee iemand attitudes vormt, kunnen attitudes echter nooit direct van genen afkomstig zijn. Ze moeten namelijk altijd een object hebben waarover ze gaan. Men kan simpelweg niet de attitude ‘slecht’ hebben, als men geen object heeft om slecht te vinden! Twee wetenschappers (Eagly & Chaiken, 1998, p. 270) zeiden het zo: “Individuals do not have an attitude until they first encounter the attitude object (or information about it) and respond evaluatively to it.”

Attitudes zijn dus altijd geleerd na een ervaring met een object (of persoon, plaats of onderwerp).

Het zijn globale, meestal emotionele, beoordelingen

We zagen dat attitudes geleerd zijn. Ze zijn óók evaluatief. Dat wil zeggen, dat ze niet waarde-vrij of objectief zijn. Het zijn altijd subjectieve weergaven. Hierboven lazen we dat een attitude altijd een object heeft. Welnu, naast dit object, waar het over gaat, heeft een attitude ook een beoordeling. Stel, we hebben de attitude ‘school is vervelend’. School is het object van de attitude ‘het is vervelend’. Over het algemeen is dit niet zo’n goede beoordeling, de evaluatie is vrij negatief.

Meestal zijn deze beoordelingen gebaseerd op emotie, maar ze kunnen ook intellectueel gemaakt zijn.

Ook zijn veel attitudes van globaal karakter. Dat wil zeggen, het zijn samenvattingen van verschillende evaluaties over een onderwerp. Bijvoorbeeld: ‘school is saai’, de ‘de leraren zijn chagrijnig’, ‘het eten uit de kantine is waardeloos’. Soms zijn die evaluaties niet consistent. Men kan bijvoorbeeld óók vinden dat ‘vrienden op school geweldig zijn’. In dat geval is er een inconsistentie tussen beoordelingen. Over het algemeen (voorspelt door de theory of reasoned action, door Ajzen & Fishbein), wordt een attitude uiteindelijk beschreven als de optelsom van een aantal relevante overtuigingen ‘op school leer ik’ en ‘ik verveel me op school’, en de evaluatie daarvan: ‘leren is erg belangrijk’ en ‘even vervelen is wel naar, maar te overleven’. Deze beschrijving zou duiden op een mild-positieve attitude tegenover school (maar andere mensen kunnen daar natuurlijk heel anders over denken!!)

Tot slot, attitudes beïnvloedden gedachten en gedrag

Om de grote boze wereld om ons te kunnen begrijpen, categoriseren mensen alle informatie die binnenkomt. Dit is niet vreemd. Stel je voor dat je, iedere keer als je een bruin-gekleurde substantie van relatief hard materiaal, dat vier lange poten heeft en iets boven kniehoogte een vierkant plateau, ziet, je zou moeten achterhalen wat dit was. Gelukkig categoriseren de meeste mensen dit meteen als een ‘stoel’ en kunnen verder gaan met hun leven! Attitudes zijn deel van het categorisatiesysteem dat we hiervoor nodig hebben. Het zijn ‘labels’ voor inkomende informatie. Dát daar, is een stoel, dus niet belangrijk, wel nuttig als je moe bent trouwens, maar nu even niet. Dát, is een winkel in uitverkoop, dáár moet je wel even naar kijken…

Attitudes beïnvloeden ook je gedrag. Dat lijkt wel logisch, want als je een hekel hebt aan iets, zul je het vermijden. De attitude ‘zuurkool is smerig’ zal leiden tot het vermijden van zuurkool. Echter, niet alle attitudes worden uiteindelijk tot gedrag vertaald. Bijvoorbeeld, die haat voor school… Toch maar gaan, als je niet een enorme boete aan je broek wilt hebben hangen!

Meestal striven mensen ernaar om consistent te zijn in attitude en gedrag. Dat wil zeggen, dat ze hun attitude wel in gedrag tot uiting brengen. Als het gedrag niet aangepast kan worden aan een attitude, dan passen sommige mensen hun attitude aan op hun gedrag. Bijvoorbeeld: je hebt net een dure auto gekocht en hij blijkt toch niet zo fijn te rijden als je had gehoopt. Maar ja, hé, er zit bakken met geld in dat ding. Eén optie is om dan een nieuwe auto te kopen, maar helaas ligt dat voor veel mensen niet in hun financiële budget. Een andere optie is om de positieve zaken van de auto (zoals de radio, de airco, de stoelverwarming!) te benadrukken en de negatieve kanten een beetje te vergeten. Je brengt je attitude ten opzichte van de auto dus naar het positieve door negatieve beoordelingen wat naar achter te schuiven en de positieve eigenschappen extra op te poetsen!

Waarden VS. Attitudes VS. Overtuigingen

Op een continuüm van meest abstract tot meest specifiek kunnen we ‘waarden’ richting het abstracte vinden, en overtuigingen richt het specifieke. Waarden zijn meer abstract en algemeen dan attitudes, terwijl overtuigingen juist specifieker zijn. We vinden Attitudes dus op ons continuüm tussen waarden en overtuigingen in.

Waarden zijn wenselijke toestanden waarin we willen verkeren. Met andere woorden, een waarde is een conditie die je graag wilt bereiken. Denk maar aan de waarde ‘eerlijkheid’. Men wil graag eerlijk zijn (meestal). Ook ‘rechtvaardigheid’ en ‘schoonheid’ zijn nastrevenswaardige waarden (het woord nastrevenswaardig zegt het al!). Als ‘zelf-ontplooiing’ een waarde is die je nastreeft, dan kan dit betekenen dat naar school gaan iets is wat je hierbij helpt. Ondanks mogelijke negatieve attitudes ten opzichte van school, kan je algemene waarde van zelf-ontplooiing je ertoe zetten om toch maar te gaan. Echter, het hoeft niet altijd zo te zijn dat waarden het winnen van attitudes. Voor hetzelfde geld is je attitude van een ‘saaie school’ zó sterk, dat je besluit om op andere manieren aan je zelf-ontplooiing te komen, of om de waarde geheel links te laten liggen.

Het spreekt voor zich dat een globale, algemene waarde meerdere attitudes van beïnvloeden. Zo kan de zelf-ontplooiing-waarde invloed uitten op schoolgaan, maar ook op opletten als een slim persoon iets zegt, veel documentaires kijken, et cetera. Andere waarden, zoals vriendelijkheid of eerlijkheid, lijken nog breder, ze kunnen soms op bijna alle aspecten van je leven invloed hebben!

Overtuigingen zitten aan de andere kant van het continuüm. Ze zijn specifiek en vaak wat cognitiever. Dat betekent dat we ze meer zien als een ‘gedachte’, in plaats van een onderliggend, onduidelijk gevoel (zoals een waarde vaak ervaren wordt). Overtuigingen richten zich op een ‘attribuut’. Dat is een object, of een eigenschap daarvan. Een appel is een attribuut, maar ‘de geelheid’ van een appel is ook een attribuut. Meeste mensen stellen overtuigingen gelijk met waarheden of feiten, maar het is niet zo simpel als dat. In principe zijn overtuigingen creaties van onze hersenen, en ze kunnen dus wel overeenstemmen met de werkelijkheid, maar ze kunnen net zo goed een ‘subjectieve’ waarneming zijn. Dat betekent dat iedereen dus een andere waarneming kan hebben. Zo is de appel voor de een geel, terwijl de ander veel meer naar oranje-rood neigt om de kleur te beschrijven. Weer een ander heeft helemaal geen behoefte de appel een kleur toe te schrijven, een appel is een appel, of ie nou blauw of geel is!

Overtuigingen dus, zijn erg specifiek gericht op één object. Attitudes zijn globaler. Waarden nog globaler. Bijvoorbeeld: Deze appel is sappig & sappige vruchten zijn lekker (overtuigingen). Appels zijn lekker (attitude). Genot (waarde).
Hoe overtuigingen samenhangen met attitudes blijkt uit een deel van de Theory of Reasoned Action, door de onderzoekers Ajzen en Fishbein in 1975 opgesteld. Deze volgt nu:

Korte introductie tot de Expectancy-Value Benadering

Een van de meest bekende modellen over attitudes en gedrag is de Theorie van geredeneerd gedrag (Theory of Reasoned Action), gevolgd door een tweede theorie (eigenlijk een uitbreiding: Theorie van Gepland gedrag (Theory of Planned Behavior)). Deel van deze beide modellen gaat over de veroorzakers van attitudes. Dit zijn a) overtuigingen, en b) de beoordeling van deze overtuigingen. Attitudes, nu, zijn opsommingen van overtuigingen en hun beoordeling. Een appel is sappig, sappige appels zijn goed/lekker/positief. Een appel is rood, rode appels zijn mooi/positief. Een appel is rot van binnen, rotte appels zijn slecht/negatief. Afhankelijk van de positiviteit dan wel negativiteit van deze overtuigingen is de attitude positief of negatief ten opzichte van de appel. Maar niet alle positieve en negatieve waarden wegen tegen elkaar op, het is niet simpelweg: 2 goede + 1 slechte eigenschap = positief. De rottende appel-eigenschap kan veel zwaarder wegen dan de twee positieve eigenschappen. Zou jij een rotte appel eten, die toevallig ook sappige en rode plekjes heeft?

De meeste attitudes zijn summaties van meer dan drie eigenschappen. Je hoeft ze niet allemaal bewust te weten en ervaren, om tot attitudes te komen (gelukkig, anders zou je nog wel even bezig zijn, voordat je een product uit de fruitmand neemt!).

Conclusie

Attitudes zijn geleerde, globale, en meestal emotionele beoordelingen die invloed hebben op je gedachten en je gedrag. Ze zijn specifieker dan waarden, en algemener dan overtuigingen. Ze zijn eigenlijk juist gemaakt uit die overtuigingen, samen met de beoordelingen van die overtuigingen (goed vs. slecht).

Lees verder

© 2010 - 2024 Britttamar, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Attitudes: evalueren van de sociale wereldAttitudes: evalueren van de sociale wereldHet evalueren van de wereld is iets wat wij dagelijks doen. Wij mensen zien de sociale wereld door onze eigen, gekleurde…
Zelfreflectie – Tips om kritisch naar jezelf te kijkenZelfreflectie – Tips om kritisch naar jezelf te kijkenWe kunnen zelfreflectie toepassen op allerlei gebieden van ons leven en op alle situaties waar we mee te maken krijgen.…
Wat is de Cognitieve Dissonantietheorie?"Hij zit nog in de ontkenningsfase!" is een veelgehoorde uitdrukking over iemand die (herhaaldelijk) ontkennend antwoord…
Cognitieve dissonantie theorie van FestingerJe zegt of denkt het een, maar doet het ander. Waarom deed je niet waarin je geloofde? De reductie van het onprettige ge…

E-coaching (online coaching)E-coaching (online coaching)E-coaching is een relatief nieuwe manier van coachen waarbij je niet wekelijks op vaststaande momenten bij de coach op b…
Panisch voor onweer en bliksemPanisch voor onweer en bliksemHeel bang zijn voor onweer en bliksem. Sommige mensen worden helemaal gek als ze weten dat er onweer en bliksem op komst…
Bronnen en referenties
  • Perloff, R.M., The Dynamics of Persuasion, Communication and Attitudes in the 21st century (2nd edition), Mahwah, NJ/London: Lawrence Erlbaum Associates, 2003.
  • Eagly and Chaiken, Attitude structure and function. In D. T. Gilbert, S. T. Fiske and G. Lindzey (eds), The Handbook of Social Psychology (4th edn., Vol. 1, pp. 269-322). New York:McGraw-Hill, 1998
  • Fishbein and Ajzen ,Belief, attitude, intention and behavior: An introduction to theory and research. Reading, MA: Addison-Wesley, 1975 
Britttamar (22 artikelen)
Laatste update: 22-09-2012
Rubriek: Mens en Samenleving
Subrubriek: Psychologie
Bronnen en referenties: 3
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.