Pedagogiek van Reggio Emilia
Reggio Emilia is een pedagogische benadering dat ontwikkeld is in de Italiaanse stad Reggio Emilia. Loris Malaguzzi was de grondlegger van deze werkwijze. De methode wordt veel gebruikt op basisscholen, kinderopvang en peuterspeelzalen. De nadruk wordt gelegd op het luisteren in plaats van het vertellen. Er wordt gekeken naar wat kinderen wel kunnen, in plaats van wat ze niet kunnen.
Reggio Emilia
Loris Malaguzzi (1920-1994) was een Italiaanse filosoof en is de grondlegger van deze werkwijze. De Reggio Emilia- benadering is de pedagogiek van het luisteren en is een methode dat deel uitmaakt van de praktijk. De nadruk wordt gelegd op het luisteren in plaats van het vertellen. De kinderen, groepsleiding, pedagogen en kunstenaars maken deel uit van deze benadering. De begeleider gaat uit van wat kinderen kunnen, in plaats van wat ze niet kunnen
In het plaatsje Reggio Emilia werken ze al heel lang op deze manier. Op elk kindercentrum is een kunstenaar en pedagoog aanwezig. De Reggiobenadering bestaat ruim 50 jaar en wordt nog steeds verder ontwikkeld door kinderen, ouders, pedagogen, kunstenaars, burgers en politici van de stad. Ook in Nederland werken verschillende basisscholen, kinderopvang en peuterspeelzalen met deze werkwijze. Ook steeds meer scholen in Nederland verdiepen zich in deze filosofie.
Drie uitgangspunten
- De ruimte: Kinderen moeten worden uitgedaagd zodat ze gaan experimenteren en ontdekken. Binnen en buiten wordt vaak met elkaar verbonden.
- Materiaal: Kinderen inspireren om hun ontdekkingen en ideeën vorm te geven. Er wordt veel gebruik gemaakt van kosteloos materiaal en spiegels.
- Kijken en luisteren: Begeleiders zijn gericht op de ontwikkeling van de eigen identiteit, zelfstandigheid en creatieve vaardigheid van het kind. Ontwikkelingen worden bijgehouden door middel van documentatie.
Communicatie
Bron: PublicDomainPictures, Pixabay
Alles is vooral gericht op communicatie. Kinderen kunnen zich uitdrukken op honderd manieren en in honderd talen. Aan ons de taak om dat verstaan. Vooral jonge kinderen kunnen zich nog niet uitdrukken in gesproken of geschreven taal, maar wel via dans,muziek, tekenen, kleien, beweging of geluid. Kinderen kunnen veel meer dan wij denken en ieder kind is uniek.
We moeten eerst leren kijken naar het kind, een band opbouwen, voordat we het kind leren kennen. Een uitspraak van Loris Malaguzzi is: "Een kind heeft honderd talen, maar de school en de samenleving stelen er negenennegentig van".
Alles is van belang en Reggio Emilia benadrukt alle uitdrukkingsmogelijkheden. Kinderen zijn de onderzoekers.
Een kind is omgeven door drie pedagogen:
- 1e pedagoog: Kinderen leren ontzettend veel van elkaar.
- 2e pedagoog: Volwassenen, ouders, leidsters, kunstenaars, docenten.
- 3e Pedagoog: Omgeving: De ruimte wordt gebruikt als derde leidster.
Begeleiden
Als begeleider creëer je situaties waar kinderen zichzelf mogen laten horen en waar ze zich kunnen uiten. Je moet goed kunnen luisteren, actief meedoen met activiteiten en observeren. Alle observaties worden vastgelegd in een dossier. De kinderen geven zelf aan wat ze willen, dus je hoeft weinig voor te bereiden. Je moet altijd openstaan voor iets nieuws, iets creatiefs. We kijken hoe ze leren en passen daar onze activiteiten op aan. We stimuleren de creativiteit en de zelfstandigheid van het kind.
Hoe is de ruimte ingericht?
De ruimte is de belangrijkste factor. De ruimte moet uitdagend zijn en de creativiteit moet gestimuleerd worden. Denk hierbij aan inrichting, lichtinval, kleur, meubels en materialen. Alle ruimtes hebben hun eigen functie. Er zijn verschillende ruimtes zoals een knutselhoek of een speelhoek. Ook is er een centrale ruimte waar iedereen elkaar ontmoet en zijn buiten en binnen met elkaar verbonden. Elk verblijf heeft ook een atelier waar kinderen zelf aan de slag kunnen en waar een kunstenaar aanwezig is. Ze maken vaak gebruik van kosteloos materiaal zoals: Touw, stofjes, hout. Kunstenaars kunnen ze hierbij stimuleren en begeleiden. Er hangen overal in de ruimte veel spiegels, waardoor kinderen zichzelf goed kunnen zien. Ook alle werkjes hangen aan de wanden, zodat iedereen ze kan bewonderen.
Documentatie
Ontwikkelingen van het kind worden goed bijgehouden door middel van documentatie. Je kunt zo ontdekken wat ze interessant vinden en wat het kind allemaal bezighoudt. Elk kind heeft zijn eigen dossier met werkstukken, foto’s en video’s. Veel situaties worden vastgelegd op camera. Zo kunnen de ouders ook zien waar ze mee bezig zijn. Alle werkjes worden bewaard van de kinderen.
Lees verder