Moreel relativisme: argumenten tegen ethisch relativisme
Moreel relativisme of ethisch relativisme is het standpunt dat moraliteit niet gebaseerd is op enige absolute standaard en dat er geen objectieve morele waarden bestaan¹, maar dat ethische waarden afhankelijk zijn van variabelen zoals tijd, cultuur en het standpunt van ieder individueel mens. Ethisch relativisme is terug te vinden in sommige oude culturen, maar heeft vooral in de twintigste eeuw in het westen een zeer grote opgang gemaakt. Veel mensen zijn er heden ten dage gevoelig voor en hangen een al dan niet uitgesproken moreel relativisme aan. Het oefent een grote aantrekkingskracht uit, omdat het op het eerste gezicht volkomen logisch klinkt en het tolerant overkomt, en wie wil dat niet zijn? De vraag is echter of het relativisme wel een houdbare positie is en of het stand houdt onder rationele argumenten.Moreel relativisme of ethisch relativisme
- Moreel relativisme
- Wat is het?
- Wat zijn objectieve morele waarden?
- Argumenten voor moreel relativisme
- Twee argumenten
- Het argument van de morele diversiteit
- Het argument van tolerantie
- Ook relativisten gaan uit van het bestaan van een objectieve moraal
- Geen basis om gedrag of ideeën te veroordelen
- Geen basis voor wetgeving
Moreel relativisme
Wat is het?
De houding van het relativisme is niet echt een wijsgerige grondhouding, het maakt eerder deel uit van het (post)moderne levensgevoel. De relativist zegt: "Wat de één goed noemt, noemt de ander juist weer slecht. Er bestaat geen objectieve waarheid en moraal, de waarheid verschilt van tijd tot tijd, van cultuur tot cultuur en van mens tot mens." Moreel relativisten beweren dat er niet zoiets bestaat als universele morele waarheden, zoals verdedigd door de aanhangers van het moreel objectivisme.Wat zijn objectieve morele waarden?
Objectieve morele waarden zijn morele waarheden die waar zijn en zullen blijven, ongeacht wat enig individu of sociale groep, vroeger, nu of in de toekomst, denkt of wenst. Objectieve morele waarden zijn waarden die geheel onafhankelijk van onze menselijke overtuigingen, achtergrond of cultuur gelden. Hierbij gaat het om universele waarden, dus geldend voor ieder mens.Argumenten voor moreel relativisme
Twee argumenten
Alles is relatief, volgens relativisten. Ter verdediging van hun positie, brengt de relativist vooral de volgende twee argumenten naar voren:[OLIST]Omdat mensen en culturen het onderling oneens zijn over de moraal, zijn er geen objectieve morele waarden;
Moreel relativisme leidt tot grotere tolerantie, het tolereren van praktijken die we anders of vreemd vinden.[/OLIST]
Het argument van de morele diversiteit
Dit argument luidt als volgt. Aangezien culturen en individuen verschillen in bepaalde morele praktijken en opvattingen, zijn er geen objectieve morele waarden. Er kunnen verschillende bezwaren worden ingebracht tegen deze redenering. Het belangrijkste bezwaar is het feit dat mensen het oneens zijn over iets, nog niet betekent dat er geen objectieve waarheid zou bestaan. Mensen kunnen van mening verschillen over de vorm van de aarde, maar dat betekent nog niet dat de aarde geen vorm heeft.Relativisten maken vaak niet het juiste onderscheid tussen het vertoonde gedrag van mensen (wat ze doen en denken, hun onderliggende overtuigingen) en het gedrag dat zij in moreel opzicht, gegeven een bepaalde situatie, behoren te vertonen. Datgene wat mensen doen is aan verandering onderhevig en kan per cultuur en tijdsperiode verschillen, maar dat geldt niet voor datgene wat wij behoren te doen. In veel landen wordt volop aan vrouwenbesnijdenis gedaan. In Mali bijvoorbeeld is anno 2016 88,5 procent van de vrouwen tussen de 15 en 49 jaar oud besneden. Maar het menselijke gedrag is toch niet bepalend voor wat goed en fout is? De verschillende opvattingen omtrent vrouwenbesnijdenis laten toch niet zien dat morele waarden relatief zijn tussen verschillende volken? Als cultuur bepalend is voor wat goed en kwaad is, op basis waarvan kun je dan vrouwenbesnijdenis veroordelen? De situatie rondom vrouwenbesnijdenis in Mali toont juist aan dat mensen daar massaal de morele wet overtreden door meisjes en vrouwen ernstig te verminken. Om Geisler en Turek te citeren: "Iedereen maakt rekenfouten, maar daarmee is niet gezegd dat er geen onveranderlijke rekenkundige regels bestaan."²
Er is nog een bezwaar in te brengen tegen het argument van de morele diversiteit. Ofschoon mensen verschillende visies op moraliteit hebben, delen mensen wereldwijd een algemene moraliteit. Zowel voor- als tegenstanders van abortus vinden moord verwerpelijk, maar ze verschillen echter van mening over de vraag of abortus moord is of niet. Ondanks verschillen in opvattingen, is het evident dat er een universele moraliteit bestaat. Een ander bezwaar is dat ten aanzien van diversiteit en culturele en religieuze verschillen, gemeenschappelijk waarden ten grondslag kunnen liggen. Hindoes geloven bijvoorbeeld dat mensen die sterven, terugkeren als een dier. Je wordt dan herboren als geit of kip; dat dier kan een teruggekeerde vriend of familielid zijn. Mede om die reden zijn ze vegetarisch. Want je gaat natuurlijk niet een overleden vriend of familielid opeten. Westerlingen eten hun oma ook niet op. Het verschil is dus gelegen in de beoordeling van de werkelijkheid (bestaat reïncarnatie en reïncarneren mensen in dieren?) en niet in de onderliggende waarde.
Het argument van tolerantie
Het tweede argument dat vaak te horen is om te pleiten voor ethisch relativisme, luidt als volgt. Aangezien ethisch relativisme tolerantie bevordert van bepaalde culturele praktijken die leden van de Westerse beschaving als vreemd of eigenaardig kunnen beschouwen, is ethisch relativisme een goede zaak. Hoewel tolerantie een deugd is, kan een ethisch relativist niet zijn eigen positie rechtvaardigen door hier een beroep op te doen. De waarde van tolerantie vereist namelijk dat er ten minste één absolute waarde is, namelijk tolerantie. Dit is in zichzelf absolutisme, waarmee het moreel relativisme logisch tegenstrijdig is.Ten tweede kan tolerantie of verdraagzaamheid alleen een deugd zijn als we denken dat de andere persoon, wiens standpunt we moeten tolereren, zich (deerlijk) vergist. Tolerantie geeft de mate aan waarin afwijkend gedrag of leden van bepaalde groepen worden gedoogd, ondanks hun afwijkend en door de meerderheid verwerpelijk geachte gedrag of standpunten. Tolerantie impliceert dus dat je de opvattingen of gedragingen van een ander (moreel) verwerpelijk vindt. Dus als we niet van mening zijn dat ons standpunt beter is is dan dat van de ander, dan is het betrachten van tolerantie onzinnig. Tolerantie is geen onverschilligheid en vereist het toestaan van een mening of gedraging waarmee een mening tot uitdrukking wordt gebracht, die men niet respecteert. Tolerantie vereist – om met Paul Cliteur te spreken – knarsetanden. Tolerantie doet pijn.
Ook impliceert tolerantie een machtsoverwicht van de tolerante jegens de getolereerde. De heersende partij heeft de macht om afwijkende gedragingen of denkbeelden niet te dulden en de kop in te drukken. Men verdraagt iets wat men kán weigeren te verdragen. Fundamenteel hierbij is dat er ruimte wordt geboden aan anderen, die er volgens de vigerende normen afwijkende inzichten of gedragingen op nahouden. Echte tolerantie gaat over het dulden van meningen of opvattingen waartegen men grondige bezwaren heeft en veronderstelt dat de een het bij het rechte eind heeft en de ander verkeerd zit, waarmee impliciet het moreel relativisme wordt ontkend.
Ook relativisten gaan uit van het bestaan van een objectieve moraal
Als puntje bij paaltje komt, zullen veel relativisten niet consequent zijn. In hun handelen gaan mensen, ook zelfverklaarde relativisten, bijna altijd uit van het bestaan van een objectieve moraal en universele waarden. Een voorbeeld kan dit verduidelijken. Niet iedereen heeft dezelfde morele uitgangspunten. De leden van de Amerikaanse Tene-Bimbo Gypsy clan vinden het bijvoorbeeld gerechtvaardigd om mensen op te lichten door met ze te trouwen en ze daarna als een citroen uit te knijpen, want de 'slachtoffers' stinken er zelf in; moeten ze maar niet zo dom zijn. Alles wat de Tene-Bimbo Gypsy clan ten goede komt, is volgens hen goed. Ook een relativist zal niet snel beweren dat deze oplichtersclan geen blaam treft, zolang ze niet hun eigen waarden overtreden hebben. Hetzelfde geldt voor de houding van relativisten jegens verkrachters en moordenaars. Ook dan is het relativisme van relativisten vaak ver te zoeken.Hoe zouden we bovendien de nazi's kunnen veroordelen of de praktijken van de Noord-Koreaanse regering die zich op grote schaal schuldig maakt aan ernstige schending van de mensenrechten, indien cultuur bepalend is voor wat goed en kwaad is? De nazi's handelden immers consequent naar de morele waarden van hun cultuur. Alleen als moord en genocide universeel verwerpelijke daden zijn, handelden de nazi's verkeerd. Het feit dat de nazi's hun 'eigen moraliteit' hadden en daarnaar handelden, verandert daar helemaal niets aan.
Geen basis om gedrag of ideeën te veroordelen
Als moreel relativisme waar is, is er geen basis voor het bekritiseren of veroordelen van specifieke ideeën of handelingen. Als er geen universele maatstaf is waarmee gedrag kan worden beoordeeld, is er geen rationele grond waarop de moord op zes miljoen Joden en miljoenen andere onschuldige mensen door de nazi's, te veroordelen. Als er geen universele maatstaf is van goed en kwaad aan de hand waarvan het menselijk gedrag kan worden beoordeeld, kun je slechts zeggen dat je liever niet hebt dat zulke dingen gebeuren. Moraal is verworden tot een persoonlijke voorkeur, een smaak. Dit zou betekenen dat je tegen iemand die er genoegen in schept baby's te martelen, slechts kan zeggen: "It's not my cup of tea".Geen basis voor wetgeving
Als moreel relativisme waar is, is er ook geen rationele basis voor wetgeving. Als er genoeg mensen zijn met bepaalde voorkeuren, kunnen ze zich politiek organiseren en met elkaar samenwerken om bepaalde wetten op te stellen die in hun ogen ongewenst gedrag verbieden en strafbaar stellen. En ze kunnen samenwerken met betrekking tot de handhaving van die wetten middels controle, inspectie, opsporing en vervolging. Maar het gaat hierbij strikt genomen om het opleggen van hun voorkeuren aan degenen die deze voorkeuren niet delen. Bovendien, als er geen universele morele standaard is, heb je geen objectieve maatstaf om te bepalen welke gedragingen moeten worden gecriminaliseerd en welke niet. Als er in de samenleving genoeg mensen zijn die bepaald gedrag strafwaardig vinden, kan het worden gecriminaliseerd. Dit wordt dan besloten door de groep die het meest succesvol is in het opleggen van hun voorkeuren in wetgeving. In dat geval geldt kortom de formule 'macht maakt recht'.Noten:
[OLIST]Om verwarring te voorkomen, is het belangrijk om een onderscheid te maken tussen 'absoluut' en 'objectief'. 'Absoluut' betekent 'ongeacht de omstandigheden'. Veel mensen (ook zij die uitgaan van een objectieve moraal) zullen het ermee eens zijn dat het niet absoluut verkeerd is om een ander persoon te doden. In sommige omstandigheden kan het doden van een ander persoon moreel gerechtvaardigd en zelfs verplicht zijn. In die zin kan gesproken worden van 'relatief' in de betekenis van 'afhankelijk van de omstandigheden', maar dat is niet hetzelfde als 'subjectief'. Subjectief houdt in dat iets vanuit persoonlijk oogpunt wordt beoordeeld of gezien. Het heeft betrekking op de eigen smaak of voorkeur. Beweren dat iemands morele plicht afhankelijk is van de omstandigheden, impliceert dus niet dat we geen objectieve morele plichten hebben te vervullen, dat we geen objectief goede en foute keuzes kunnen maken in zo'n situatie.
Norman L. Geisler & Frank Turek. Ik heb te weinig geloof om een atheïst te zijn. Ark Media, Amsterdam, 2009, p. 228.[/OLIST]