De oorzaken voor ondervoeding bij ouderen
Bij ondervoeding krijgen ouderen te weinig eiwitten, vitamines en mineralen binnen. Hierdoor heeft men een te laag gewicht en functioneert het lichaam niet optimaal. Om het risico op ondervoeding vast te stellen is er de SNAQ-vragenlijst. Gezonde voeding, een gezonde leefstijl naast het onderhouden van sociale contacten en het nemen van voldoende beweging hebben een gunstige uitwerking op het ouder worden.
Wat is ondervoeding?
Ondervoeding ontstaat als iemand gedurende langere tijd minder voedingsstoffen binnenkrijgt dan nodig is om gezond te blijven. Door de afname van de spiermassa en een gebrek aan eiwitten, vitamines en mineralen zorgt dit voor een lager gewicht en het onvoldoende functioneren van het lichaam. In de praktijk zijn het de naaste familieleden van de oudere of de thuiszorg die signaleren dat er niet goed wordt gegeten.
Welke oorzaken zijn er aan te wijzen voor ondervoeding bij ouderen?
- weinig eetlust
- ouderen zitten sneller vol
- men kan vaak minder goed ruiken en proeven
- gebitsproblemen
- slikproblemen; hierdoor is het lastig om te eten
- het kost teveel moeite om zelf een maaltijd klaar te maken
- eenzaamheid en/of het ontbreken van een zinvolle dagbesteding
- dementie
- verslaving
- ziekte
Oorzaken ondervoeding ouderen
Oudere mensen zijn meestal niet meer zo actief en hebben daarom minder eetlust. Ook is de stofwisseling bij ouderen langzamer geworden. Slecht zittende protheses kunnen ervoor zorgen dat mensen niet goed kunnen kauwen en alleen nog zacht voedsel eten. Eenzaamheid of het ontbreken van een zinvolle tijdsbesteding hebben een negatieve invloed op het voedingspatroon, mensen kunnen meer gaan eten maar ook minder. Tenslotte kan ziekte ervoor zorgen dat mensen niet langer in staat zijn om zelf een maaltijd te bereiden of als gevolg van de ziekte niet langer de energie op kunnen brengen om zelf te koken of zelfs vergeten om te koken.
Hoe kunt u ondervoeding bij ouderen herkennen?
- vermoeidheid
- krachteloosheid
- slaapproblemen
- stress en nervositeit
- depressiviteit
- misselijkheid en/of duizeligheid
- onrust
- stemmingswisselingen
- verwardheid
- afwijkend eetpatroon
- een vette/droge huid
- spontane bloeduitstortingen
Het belang van gezonde voeding
Gezond eten is erg belangrijk. Als mensen te weinig eiwitten binnenkrijgen krijgen ze last van spierarmoede. De spiermassa neemt af, waardoor de oudere lichamelijk zwakker wordt en over minder energie beschikt. De kans om te
vallen wordt daardoor groter. Dit kan worden voorkomen door veel producten te eten die eiwitten bevatten en veel groente en gezonde vetten te kiezen. Ook voor de hersenen geldt dat als ze te weinig voedingsstoffen krijgen, de oudere problemen kan krijgen met de concentratie, hij prikkelbaar en onrustig kan zijn en zelfs angstig en/of depressief kan worden. Aan de huid is ondervoeding ook te herkennen, de huid is droog en bleek en vertoont snel blauwe plekken. Die blauwe plekken komen door het feit dat mensen met ondergewicht te weinig lichaamsvet hebben om zichzelf te beschermen. Bij het vermoeden van ondervoeding moet de huisarts worden ingeschakeld.
Voldoende beweging en sociale contacten
Ouderen hebben minder slaap nodig dan vroeger, maar vaak wordt er ´s middags een dutje gedaan waardoor er ´s nachts slecht wordt geslapen en er al snel naar slaapmiddelen wordt gegrepen. In de meeste gevallen kan dit eenvoudig worden opgelost door een wandeling te maken, huismiddeltjes te gebruiken of ontspanningsoefeningen te doen. Van groot belang is dat het onderhouden van sociale contacten en het nemen van voldoende beweging bijdragen aan het zo lang mogelijk uitstellen van ouderdomsproblemen.
Ondervoeding en de SNAQ-vragenlijst
Om het risico op ondervoeding makkelijk vast te stellen is er de SNAQ (Short Nutritional Assessment Questionnaire):
- Bent u (onbedoeld) afgevallen?
- in de afgelopen zes maanden meer dan zes kilo
- in de afgelopen maand meer dan drie kilo
- Had u de afgelopen maand minder eetlust?
- Heeft u de afgelopen maand sondevoeding of drinkvoeding gebruikt?
Als men op alle drie de vragen een score heeft van 0 of 1 punt is er geen aanwijzing van ondervoeding. Bij 2 punten kan men een risico op ondervoeding lopen. Bij 3 of meer punten is er vrijwel zeker sprake van ondervoeding. Voor een gezond gewicht wordt er gekeken naar de BMI (Body Mass Index), hierbij wordt aan de hand van gewicht en lengte het ideale gewicht berekend.
Zorg voor een gezonde voeding en voldoende beweging
Gezonde voeding en voldoende beweging hebben een gunstige uitwerking op het ouder worden. Als ouderen een klein budget hebben om te besteden willen ze nog wel eens bezuinigen op hun eten. Toch is dit niet verstandig, de oudere moet voldoende vezelstoffen, vitamines en calcium binnenkrijgen en ook ervoor zorgen dat er genoeg wordt gedronken. Voldoende vocht is belangrijk want ouderen hebben een verminderde nierfunctie en hebben meer water nodig om afvalstoffen uit te scheiden, terwijl ze minder dorst hebben. Als er toch moet worden bezuinigd op voedingsmiddelen kan dat beter gedaan worden op voeding die lege calorieën levert, dat zijn voedingsmiddelen die wel calorieën leveren, maar geen belangrijke voedingsstoffen. Dat geldt bijvoorbeeld voor frisdrank, chips en gebak.