Markante vrouwen: Anna van Saksen
Anna, prinses van Saksen trouwde in 1561 in Leipzig met Willem van Oranje, de Vader des Vaderlands. Hij forceerde een bedenkelijke scheiding van haar in 1571. Haar reputatie werd te grabbel gegooid, niet in het minst door de Nederlandse Calvinisten en Orangisten. Zij stierf in 1577, krankzinnig verklaard en opgesloten in een kamer met dichtgemetselde ramen.
Anna van Saksen
- Anna van Saksen leefde van 1544-1577.
- Haar vader was keurvorst Maurits van Saksen (1521-1553)
- Haar moeder was Agnes van Hessen (1527-1555)
- Toen haar vader overleed in 1553 erfde zijn broer August (1526-1586) het keurvorstendom Saksen
- waardoor Anna Prinses van Saksen bleef.
- Haar moeder hertrouwde met Johan Frederik II, zoon van de oorspronkelijke hertog van Saksen in 1553
- Anna erfde 100.000 Thaler van haar vader en werd dus een rijke erfgename.
- In 1561 trouwde zij met Willem, prins van Oranje Nassau (1533-1584) die zo haar enorme erfenis in handen kreeg
- Zij was de moeder van stadhouder prins Maurits (1567-1625)
- In 1571 'scheidde' Willem van haar en liet haar krankzinnig verklaren
- In 1577 stierf ze in gevangenschap.
Politieke achtergrond van het keurvorstendom Saksen
De Reformatie
Het keurvorstendom Saksen was tot 1806 een keurvorstendom binnen het Heilige Roomse Rijk. In 1422 stierf de Ascanische familie van Saksen uit en werd het keurvorstendom toegewezen aan de Wettin familie. Het keurvorstendom Saksen en de Saksische hoofdstad Wittenberg speelden een centrale rol in de Lutherse reformatie. Keurvorst Johan Frederik I (1503-1554) had een goede verhouding met de geloofshervormer Maarten Luther (1483 – 546).
Schmalkaldische oorlog
Johan Frederik I speelde een belangrijke rol in de Schmalkaldische oorlog tussen het protestantse Schmalkaldisch Verbond (een alliantie van protestantse vorsten en steden in het Heilige Roomse Rijk) en de katholieke keizer Karel V. De belangrijkste leden van het Verbond waren landgraaf Filips van Hessen en keurvorst Johan Frederik I van Saksen. Karel V werd gesteund door zijn broer Ferdinand en hertog Maurits van Saksen, de vader van Anna. Johan Frederik I en Filips van Hessen werden gevangen genomen in 1547 en de Schmalkadische Bond werd opgeheven. Door zijn gevangenname verloor Johan Frederik I het keurvorstendom Saksen en de keurvorstelijke rechten aan Maurits (Albertiner-Wettin) van Saksen.
Familiebetrekkingen na de dood van Maurits van Saksen in 1553
Na de dood van Maurits van Saksen in 1553 ging het keurvorstendom over op zijn broer August Wittin. August was in 1548 met Anna van Denemarken (1532-1585), dochter van koning Christiaan III van Denemarken getrouwd en werd vader van 15 kinderen. De vrouw van Maurits van Saksen en dus Anna's moeder Agnes van Hessen hertrouwde met de zoon van Johan Frederik I: Johan Frederik II. Ze liep als het ware over van 'kamp.' Veel plezier had ze daar niet van want ze stierf in 1555.
Anna's situatie na de dood van haar vader
Toen haar vader in 1553 overleed en haar moeder hertrouwde, ging Anna bij twee zussen van haar moeder wonen in Weimar. Toen haar moeder overleed in 1555 ging Anna bij haar oom August wonen in Dresden. Haar erfenis van 100.000 Thaler en het feit dat ze prinses van den bloede was geworden door Maurits' verheffing tot keurvorst van Saksen maakten haar een bijzonder aantrekkelijke toekomstige bruid. In 1556 vroeg Erik Wasa, (1533-1577) de oudste zoon van de Zweedse koning Gustaaf Wasa, haar ten huwelijk. Hij werd door de familie, specifiek keurvorst Maurits al snel 'te licht' bevonden, ook al zou Anna door dit huwelijk kroonprinses van Zweden worden: Erik Wasa leefde in een instabiele ruzierelatie met zijn vader, terwijl hij zelf ook een slechte naam had met betrekking tot zijn karakter en geest. Daarbij was Maurits getrouwd met een dochter van de Deense koning Christiaan en zou hij aanstormen op een puur slechte relatie met zijn schoonvader als hij het huwelijk van zijn nicht met de kroonprins van Zweden toestond.
Willem van Oranje's huwelijk met Anna van Saksen
Hoewel een huwelijk van Anna met Erik Wasa werd afgekeurd was de Saksische familie Wittig niet onverdeeld blij met Willem van Oranje's huwelijksaanzoek:
- Willem was prins van het prinsdom Orange door zijn erfenis ervan, via zijn oom Rene van Chalon. Hij was geen 'prins van den bloede'.
- Hij was feitelijk alleen maar de zoon van een arme Duitse graaf.
- Willem had in die tijd behoorlijk wat schulden opgebouwd, wat niet veel goed deed in de ogen van zijn aanstaande schoonfamilie.
- Willem was nog altijd officieel katholiek, zoals Karel V had bevolen toen hij zijn prinsdom kreeg.
- Anna was streng Luthers opgevoed.
In Willem's voordeel gold:
- Willem was oorspronkelijk een favoriet geweest van Keizer Karel V, met wie keurvorst Maurits, Anna's overleden vader de Schmalkaldische oorlog had gewonnen.
- Hij gaf aan ontevreden te zijn met Karel V's zoon Philips II. De Lutheranen hadden weinig op met deze katholieke keizer.
- Hij was oorspronkelijk Luthers opgevoed, tot zijn 11e jaar.
- Hij was in staat om aanhang te krijgen in de Lage Landen.
- Hij kreeg na de dood van zijn vader in 1558 eindelijk het feitelijke bezit over het prinsdom Orange in 1559. Dat betekende dat alle inkomsten van het prinsdom aan hem toe gingen vallen. Iedereen wist wat een rijk prinsdom Orange was.
- Het prinsdom Orange viel in die tijd onder het Heilige Roomse Rijk, net als de keurvorstendommen en hoorde niet bij Frankrijk.
- Anna was verliefd op hem geworden. Ongetwijfeld heeft ze geprobeerd om een huwelijk met Willem te promoten en te forceren.
Liefde op het eerste gezicht
Willem van Oranje was op zijn huwelijksdag met Anna in Leipzig in 1561 nog maar 28 jaar oud. Anna, toen nog maar 18 jaar oud, was enorm onder de indruk van de prins die ongetwijfeld een wereldse indruk op haar maakte: hij was opgevoed aan het hof van Karel V in Brussel, het middelpunt van de wereld wat haar betrof en had een stoere militaire opleiding genoten. Van haar kant was het bij hun eerste ontmoeting liefde op het eerste gezicht.
Verstandshuwelijk
Helaas zag Willem hun relatie in een compleet ander licht: voor hem ging het om een verstandshuwelijk, waarbij haar enorme erfenis waarschijnlijk de grootste rol speelde plus de steun die hij via haar zou verwerven van de deelstaten Saksen, Hessen en de Paltz. Willem hield er maitresses op na en schijnt er zelfs eentje te hebben meegenomen naar Leipzig waar hij met Anna trouwde. ('De vrouw in de witte rok,' bron van hun eerste ruzies.)
De vrouw Anna
Uiterlijk
Het is niet zeker hoe Anna eruit zag. De Calvinisten beschreven haar later als monsterlijk, lelijk, jaloers en waanzinnig en er werd gezegd dat ze een 'handicap' had aan haar schouder. Het is niet zeker of dit laatste een uitvloeisel zou kunnen zijn van een portretschilder die haar schouders a-symetrisch schilderde of dat er sprake was van een werkelijk medisch 'gebrek.'
Het is duidelijk dat de geschiedschrijvers van die tijd bijna zonder uitzondering op de hand waren van Willem van Oranje, die nogal onverdiend de naam kreeg van de Vader des Vaderlands. Onverdiend omdat hij konstant heen en weer slingerde tussen het Katholieke, Lutherse en Calvinistische geloof, tussen wel en niet loyaliteit met betrekking tot de Spaanse koning Philips II, de Duitse keurvorsten en de Franse Hugenoten, wel of niet een verenigde Republiek der 17 Verenigde Nederlanden of een Republiek van 'maar' Zeven Provincies wilde. In Antwerpen weigerde hij de Geuzen te hulp te komen toen ze in gevecht raakten met de Spanjaarden. Gedurende de Beeldenstormen in 1566 hing hij beeldenstormers op om als voorbeeld te dienen. Hij was eigenlijk een onberekenbare man. Anna moet bijzonder teleurgesteld zijn geweest toen ze het ware karakter van haar ontrouwe echtgenoot begon te doorzien.
Anna's jaloezie
Het moet Anna bijzonder hebben gekwetst dat Willem bijna nooit bij haar bleef en dat hij de voorkeur voor zijn maitresses openlijk toonde. Daar ze werkelijk verliefd op hem was zal dit ongetwijfeld hebben geleid tot jaloerse uitbarstingen, die in de loop der jaren telkens heftiger werden. Omdat ze vanaf haar 11e jaar al een rijke erfgename was zal ze een respectvolle opvoeding hebben gehad. Om dan door haar man als 'voetveeg' te worden gebruikt terwijl het haar duidelijk werd dat het hem alleen om haar geld te doen was zal niet hebben meegeholpen aan het opbouwen van haar eigenwaarde als vrouw en echtgenote.
Anna was met 11 jaar al halfwees en erfde toen reeds een groot fortuin van haar vader. Ze zal in haar puberteit al veel aandacht hebben gekregen van hovelingen omdat ze een rijke erfprinses was.
Als meisje in haar pubertijd wordt ze beschreven als ijverig en rustig, hoewel ze moet hebben begrepen wat een 'catch' ze was.
Er wordt van haar gezegd dat ze 'dronk' en het is uiteraard mogelijk dat ze haar eenzaamheid trachtte te verdrijven door de schrale troost van de fles.
Hoewel ze lief was en volgzaam in haar pubertijd is het heel goed mogelijk dat later een gepassioneerd deel van haar karakter kwam bovendrijven, aangejaagd door haar verliefdheid, jaloezie en slechte huwelijk. Ze zal ongetwijfeld Willem vaak ter verantwoording hebben willen roepen vanwege zijn onverschillige gedrag ten opzichte van haar en de vernederingen die ze voelde ten op zichte van zijn minnaressen.
Willem's onverschilligheid
Het kon Willem blijkbaar allemaal weinig schelen. Zijn onverschilligheid voor haar bleek al uit het feit dan toen hij naar haar hand dong vanaf 1558 (het jaar van de dood van zijn eerste vrouw Anna van Egmont), Anna was toen nog maar 16 jaar, hij haar liefdesbrieven door zijn vijf jaar jongere broer Lodewijk liet beantwoorden. Toen Anna met hem was getrouwd stelde ze uiteraard haar eisen in het huwelijk, maar Willem vond haar maar veeleisend en koppig. Hij hekelde haar omdat ze te veel geld uitgaf, maar het ging uiteraard net zo goed om haar eigen geld.
Verdere verslechtering van de relatie
Willem was genoodzaakt om naar het slot van zijn broer Jan van Nassau en zijn moeder Juliana van Nassau van Stolberg (Dillenburg, Duitsland) te vluchten toen de hertog van Alva in 1567 door Philips II naar de Nederlanden werd gestuurd om daar na de beeldenstormen van 1566 orde op zaken te stellen. Willems' bezittingen in de Nederlanden en derhalve ook een gedeelte van Anna's rijkdommen werden door Alva geconfiskeerd. In 1568 besloot Willem met Alva oorlog te voeren in de Nederlanden. Hoogstwaarschijnlijk gebruikte Willem hiervoor voornamelijk Anna's geld, dat hij had ondergebracht bij zijn ouders op de Dillenburg. Willem was zelden op de Dillenburg gedurende deze tijd en was er duidelijk volstrekt tevreden mee om Anna bij zijn strenge Lutherse moeder achter te laten.
Anna's strenge schoonmoeder
Juliana van Stolberg was oorspronkelijk katholiek opgevoed, maar werd onder invloed van een gouverneur (huisleraar) Luthers. Haar huwelijk met graaf Willem van Nassau, Willem de Rijke, (1487-1559) was haar tweede huwelijk. Toen Juliana in 1580 stierf liet ze 160 nazaten na. Haar zoon Jan van Nassau werd stamvader van het Nederlandse koningshuis. (De tak van Willem van Oranje stierf uit na de dood zonder nakomelingen van Frederik-Hendrik). Juliana was al 8 jaar weduwe toen Anna bij haar werd 'ondergebracht.' Het was een slimme zet van Willem om zo te proberen zijn vrouw in het gareel te krijgen. Juliana was imposant en streng en ze moedigde haar zoons aan om strijd te voeren tegen het katholicisme in de Nederlanden. Die strijd kostte haar uiteindelijk het leven van drie zoons: Adolf kwam om bij de slag bij Heiligerlee in 1568 en Lodewijk en Hendrik stierven bij de slag op de Mokerheide in 1574. Er zijn vele brieven van haar gevonden aan haar zoons waarin ze hen vermaant om verre te blijven van de drank en om niet te vloeken. Aangezien alle Nassaus op de hand van Willem waren en ze wisten dat hij eigenlijk een hekel had aan Anna kan haar tijd op de Dillenburg weinig vreugdevol geweest zijn. Het is goed mogelijk dat Anna tegendraads werd en openlijk van haar drankzucht en vloekgedrag blijk gaf om haar schoonfamilie te choqueren.
Een minnaar voor Anna
Anna kreeg op de Dillenburg een zoon, Maurits (1567-1625), maar 'vluchtte' al gauw naar Keulen en naar Siegen (een bezitting van de Nassaus) met nauwelijks een cent op zak waardoor ze genoodzaakt was om schulden te maken omdat de Nassaus weigerden haar geld te geven. De Nassaus stonden erop dat ze naar hun slot kwam in Erfurt. Anna had een reden om niet naar Erfurt te willen komen. Ze had haar relatie hervat met Jan Rubens uit Antwerpen die onderdeel had uitgemaakt van het team van adviseurs rondom Willem van Oranje, destrijds burggraaf van Antwerpen, en die in 1568 genoodzaakt werd om naar Keulen te vluchten door de felle vervolgingen van de hertog van Alva. ‘Pas op dat het bed niet inzakt’ hadden dienaren haar horen zeggen toen ze hem in Keulen weer ontmoette. Deze luchtigheid ten opzichte van haar relatie deed snel vermoeden dat de relatie met Jan Rubens al in Antwerpen was begonnen toen zij en Willem daar woonden. Daar werd verder niet nader op ingegaan: op die manier kon het ware vaderschap van Willem's oudste zoon Maurits (1567) weleens in twijfel worden getrokken. In maart 1571 werd Jan Rubens door dienaren van de Nassaus gearresteerd. Hij bekende de verhouding met Anna en werd gevangen gezet. Anna bleek toen zwanger te zijn en het was wel zeker dat Willem van Oranje de vader niet kon zijn. In augustus 1571 baarde ze een dochtertje dat Christine (1571-1637) werd gedoopt en als Christine von Dietz door het leven zou gaan. Willem ontkende het vaderschap van Christine uiteraard in alle toonaarden, maar aangezien het kind 'houdende hun huwelijk' was geboren bleef hij wettelijk gezien haar vader. De naam von Dietz was een afgeleide van Nassau-von Dietz, de naam van een overgrootvader. Christine werd uiteindelijk opgevoed op de Dillenburg toen haar moeder eerst in Beilstein en later in Dresden werd opgesloten. Jan Rubens ontsnapte nipt aan een doodvonnis van de woedende Nassaus en bleef in Siegen wonen, waar hij en zijn vrouw Maria uiteindelijk in 1577 hun zoon Peter Paul Rubens kregen die later een beroemde schilder werd.
De breuk
Willem hoopte nog steeds op politieke steun van Anna’s machtige familieleden en wilde daarom de breuk tussen hen geheim houden. Anderhalf jaar lang na de geboorte van Christine wachtte Anna in spanning af wat de Nassaus met haar zouden doen. Ze zocht haar troost in de drank en leed aan zware stemmingswisselingen. In december 1572 werd ze getransporteerd naar het Nassause slot Beilstein, waar ze huisarrest zou krijgen. Anna kreeg in Beilstein alleen maar Lutherse religieuze boeken te lezen en haar enige afleiding bestond uit de bezoeken van een Lutherse predikant. Ze klaagde over het slechte eten, haar afzondering in gevangenschap en de kille behandeling die haar ten deel viel. Ze schreef smeekbrieven aan Willem waarvan de ondertekeningen wisselden van 'uw ongelukkige...' ‘uw liefste ten onrechte gevangengezette..' en 'uw bedroefde echtgenote.' Willem, toch al niet een attente briefschrijver voor haar verwaardigde niet haar ooit te antwoorden. (Van Willem zijn ondertussen meer dan 12.000 brieven gearchiveerd, dus hij kon wel schrijven.)
De zogenaamde scheiding
In 1575 wilde Willem van Oranje trouwen met Charlotte de Bourbon, (1546/1547 - 1582) die de dochter was van Lodewijk III van Bourbon-Vendôme, hertog van Montpensier en Jacqueline de Longwy, gravin van Bar-sur-Seine. Charlotte had Willem's hart gestolen. Het maakte hem niet uit dat ze een 'ontsnapte non' was die naar haar oom in Heidelberg de calvinistische Frederik III van de Paltz was gevlucht. (Charlotte's vader had haar in een klooster bij haar tante gestopt om zo de erfenis voor zijn zoon te reserveren). Willem overtuigde vijf professoren van de Leidse universiteit om zijn huwelijk met Anna ongeldig te laten verklaren. Deze 'scheiding' was bijzonder dubieus te noemen: welk geloof men ook aanhing: men trouwde tot de dood hen scheidde en daar kwam geen mens tussen, ook niet vijf religieuze professoren van een net (met prinselijk geld?) opgerichte nieuwe universiteit. Latere beweerde krankzinnigheid van zijn vrouw was geen reden, per slot van rekening had zij hem een nakomeling gebaard in de vorm van Maurits. Uiteraard maakten Anna’s familieleden er een enorm kabaal over. Helaas waren hun motieven al net zo min verheffend als die van de prins: het ging hen alleen maar om Anna's grote bruidsschat.
Willem's vermeende schulden
Er werd in die dagen altijd gesteld dat Willem van Oranje zo arm was en dat hij schulden had. Echter had hij via het prinsdom Orange een jaarlijks (geschat) inkomen gehad van 800.000 tot 1.300.000 livres, dat neerkomt op 2.3 miljard in de huidige tijd. Omdat hij het prinsdom erfde in 1544 (hij was toen 11 jaar) maar het pas in 1558 bij de dood van zijn vader, toen terecht Willem de Rijke genoemd, in Willem's volle eigendom kwam, bleef dit bezit blijkbaar bestuurd via het ouderlijk slot, het bolwerk de Dillenburg. Waarschijnlijk werden de 100.000 Thaler van Anna aan deze rijkdom toegevoegd. Het is ook zeer goed mogelijk dat de keurvorsten daarom uiteindelijk hun toestemming gaven aan het huwelijk van de prins met Anna. Sailliant detail is dat pas toen Philips II, zijn later grote vijand naar Spanje vertrok, hij om een huwelijk met Anna durfde te vragen aan de keurvorsten. Willem betaalde zijn legers uit dit kapitaal dat vanuit de Dillenburg werd bestuurd. Dit verklaart ook waarom het hem weinig kon schelen dat Charlotte de Bourbon straatarm was toen hij met haar trouwde.
Gevangen in Dresden
Uiteindelijk werd Anna in het geheim overgebracht naar Dresden (het paleis van eerst haar vader en nu haar oom August, de keurvorst van Saksen) waar ze werd opgesloten in een vertrek met dichtgemetselde ramen. Ze kreeg haar eten door een luikje en naar haar sanitaire situatie valt slechts te gissen. Het is geen wonder dat ze geestelijk en lichamelijk snel aftakelde. Ze was nu alleen nog maar een verachte vrouw, die haar hartstochten was achterna gelopen en daardoor alles in haar leven was kwijtgeraakt. Voor haar keurvorsten familie de August Wittins was ze oninteressant en een last, vooral nadat Willem weigerde om hen de bruidsschat van 100.000 Thaler terug te geven. De Nassaus in Dillenburg hadden haar kinderen afgenomen en tot Willem's huwelijk met Louise de Coligny in 1583 zouden ze daar hoofdzakelijk worden opgevoed.
Anna's tragische dood
Toen Anna uiteindelijk in 1577 stierf, slechts 32 jaar oud, was dat voor iedereen een opluchting en er werd ook weinig aandacht aan besteed. Haar lijdensweg is echter niet te beschrijven. Van een gepamperde prinses en aanbeden erfgename werd ze een verachte echtgenote en moeder, die voornamelijk door de chicanes van haar man alles kwijtraakte: haar geld, haar positie, haar kinderen en haar leven. Willem kreeg de naam van de Vader des Vaderlands, ondanks zijn bijzonder bedenkelijke gedrag in deze onfrisse zaak van zijn tweede huwelijk: men wist toch van de Prins geen kwaad?
Lees verder