Tehilliem: Psalm 41 een Joodse uitleg
Psalm 41 leert ons goede karaktereigenschappen. We leren liefdadigheid te geven aan degenen die het het hardst nodig hebben, zoals de zieken. Psalm 41 is tevens de laatste psalm van het eerste deel van de Psalmen. Terwijl artsen fysieke problemen oplossen legt David de nadruk op de ziel die de wortel is van vele ziekten. Stress is een bron van menselijke ongemakken. Wanneer een persoon zijn eigen zwakte kent kan hij anderen helpen. Tehilliem worden ook anno 2024 door Joodse mensen collectief en individueel gereciteerd, omdat het verlangen ontstaat om G-d te prijzen en te danken; of als alternatief, in tijden van crisis en nood, als een vorm van smeekbede, en zelfs als een plek om spijt te betuigen over zonde.
Tekst Psalm 41
Gelukkig wie zorgt voor de armen; in kwade dagen zal de Eeuwige hem uitkomst geven, de Eeuwige zal hem beschermen en in leven houden, men prijst hem gelukkig in het hele land. 'Lever hem niet uit aan zijn vijanden!' Op zijn ziekbed zal de Eeuwige hem tot steun zijn. 'Hoe lang hij ook ziek ligt, u keert zijn lot ten goede.'
..
..
Toon mij, Eeuwige, Uw genade en laat mij opstaan, dan zal ik hun geven wat ze verdienen. Hieraan zal ik weten dat U mij lief hebt: als mijn vijand niet langer juicht, als U mij bijstaat, omdat ik onschuldig ben, en mij voorgoed laat wonen in Uw nabijheid. Geprezen zij de Eeuwige, de G'd van Jisraeel, van eeuwigheid tot eeuwigheid. Ameen, Ameen.
Hebreeuwse tekst Psalm 41 - תהילים מא
א לַמְנַצֵּחַ מִזְמוֹר לְדָוִד. ב אַשְׁרֵי מַשְׂכִּיל אֶל-דָּל בְּיוֹם רָעָה יְמַלְּטֵהוּ יְהוָה. ג יְהוָה יִשְׁמְרֵהוּ וִיחַיֵּהוּ יאשר (וְאֻשַּׁר) בָּאָרֶץ וְאַל-תִּתְּנֵהוּ בְּנֶפֶשׁ אֹיְבָיו. ד יְהוָה יִסְעָדֶנּוּ עַל-עֶרֶשׂ דְּוָי כָּל-מִשְׁכָּבוֹ הָפַכְתָּ בְחָלְיוֹ. ה אֲנִי-אָמַרְתִּי יְהוָה חָנֵּנִי רְפָאָה נַפְשִׁי כִּי-חָטָאתִי לָךְ. ו אוֹיְבַי יֹאמְרוּ רַע לִי מָתַי יָמוּת וְאָבַד שְׁמוֹ. ז וְאִם-בָּא לִרְאוֹת שָׁוְא יְדַבֵּר לִבּוֹ יִקְבָּץ-אָוֶן לוֹ יֵצֵא לַחוּץ יְדַבֵּר. ח יַחַד עָלַי יִתְלַחֲשׁוּ כָּל-שֹׂנְאָי עָלַי יַחְשְׁבוּ רָעָה לִי. ט דְּבַר-בְּלִיַּעַל יָצוּק בּוֹ וַאֲשֶׁר שָׁכַב לֹא-יוֹסִיף לָקוּם. י גַּם-אִישׁ שְׁלוֹמִי אֲשֶׁר-בָּטַחְתִּי בוֹ אוֹכֵל לַחְמִיהִגְדִּיל עָלַי עָקֵב. יא וְאַתָּה יְהוָה חָנֵּנִי וַהֲקִימֵנִי וַאֲשַׁלְּמָה לָהֶם. יב בְּזֹאת יָדַעְתִּי כִּי-חָפַצְתָּ בִּי כִּי לֹא-יָרִיעַ אֹיְבִי עָלָי. יג וַאֲנִי בְּתֻמִּי תָּמַכְתָּ בִּי וַתַּצִּיבֵנִי לְפָנֶיךָ לְעוֹלָם. יד בָּרוּךְ יְהוָה אֱלֹהֵי יִשְׂרָאֵל מֵהָעוֹלָם וְעַד הָעוֹלָם אָמֵן וְאָמֵן.
Luister naar Psalm 41
Luister naar Psalm 41 in het
Hebreeuws.
Toelichting op Psalm 41 van Rabbi Yitzchok Rubin
Ieder mens ondervindt fysieke en emotionele pijn. Wanneer we er geestelijk door groeien kunnen we anderen helpen. Maar vaak leren we niet van de pijn en voelen we geen empathie naar anderen toe. Zo blijft de pijn een wond in ons hart. Daarom zegt David ook dat we lessen moeten leren en dit dieper begrip moeten gebruiken om anderen te helpen. Zo worden we een licht voor andere mensen. Mensen komen naar ons toe om hulp te vragen.
David maakt verder duidelijk dat G'd altijd aanwezig is, zelfs bij onze slechtste momenten. Hij helpt ons er doorheen. We vergeten echter vaak om G'd om hulp te roepen. Dit veroorzaakt stress bij ons wat ons ziek maakt.
In Psalm 41 maakt David ook melding van zijn vijanden die feest vieren om zijn ondergang. Maar David neemt geen wraak. Hij wil niet kwaad met kwaad vergelden. David leert ons hierbij een les om onze boosheid met goedheid te overwinnen. Wanneer je weigert om te worden als je vijanden verdwijnt hun slechtheid automatisch. In de wereld zijn zoveel boze en negatieve emoties dat je ze alleen kan overwinnen door goed te doen. Zelfs op die manier kunnen we onze vijand helpen.
Per vers het commentaar van Rashi, de Joodse Bijbelcommentator die leefde van 1040-1105. Rashi wordt beschouwd als de leraar van de leraren. Door alle traditionele Joden wordt Rashi als autoriteit op het gebied van de Joodse Bijbel en de Talmoed beschouwd. Vandaar dat het belangrijk is om zijn commentaar op de Psalmen weer te geven. Rashi gebruikt nieuw Hebreeuws aangevuld met Oud Franse woorden. Zijn taalgebruik is soms wat orakelachtig kort. Voor nadere verklaring is het verstandig een orthodox Joodse rabbijn te raadplegen.
Vers 2
Geprezen is hij die voor de armen zorgt; op een dag van rampspoed zal de Heer hem redden.
de armen: Hebreeuws דל, de zieken, om hem te bezoeken, zoals wordt gezegd (in II Samuël 13:4): "Waarom ben je zo arm (דל) ...?" Genoemd met betrekking tot Amnon.
op een dag van rampspoed: Dit is Gehinnom (Ned. 40a). En in deze wereld, wat is zijn [de bezoeker] beloning? ...
Vers 3
De Heer zal hem bewaren en in leven houden, en hij zal geprezen worden in het land, en U zult hem niet overleveren aan het verlangen van zijn vijanden.
De Heer zal hem bewaren en in leven houden: d.w.z. de bezoeker en weldoener die hem bezoekt en hem ten goede komt.
Vers 4
De Heer zal hem steunen op zijn ziekbed; wanneer U zijn volledige rust in zijn ziekte hebt getransformeerd.
op zijn ziekbed: Hebreeuws ערש, verlicht in het Frans, als (in Deuteronomium 3:11): "Zie, zijn bed is een ijzeren bed." Wanneer hij ook ziek wordt, zal hij hem steunen. Wat betekent "op zijn ziekbed"? Dit is de zevende dag van de ziekte, wanneer hij erg ziek is. Op deze manier wordt het uitgelegd in Aggadath Tehillim (Mid. Ps. 41:5).
wanneer U zijn volledige rust in zijn ziekte hebt getransformeerd: Zelfs in de tijd dat zijn ziekte acuter is geworden, toen al zijn rust en kalmte zijn getransformeerd.
Vers 5
Ik zei: "O Heer, wees mij genadig; genees mijn ziel omdat ik tegen U heb gezondigd."
Ik zei: "O Heer, wees mij genadig: Wat mij betreft, ik heb niemand die voorgoed bezoekt, en wanneer ik het uitschreeuw van mijn ziekte en zeg: "O Heer, wees mij genadig, enz.", Verheugen mijn vijanden zich over mij en zeggen slechte dingen over mij: "Wanneer zal hij sterven, enz."
Vers 7
En als hij [mij] komt zien, spreekt hij vals; zijn hart verzamelt ongerechtigheid voor hem; als hij naar buiten gaat, praat hij.
spreekt hij vals: Hij doet alsof hij verontrust is, en wanneer hij voor mij zit, verzamelt zijn hart gedachten van geweld aan zichzelf, over het kwaad dat hij zal spreken wanneer hij vertrekt, en wanneer hij naar buiten gaat, spreekt hij erover.
Vers 8
Al mijn vijanden fluisteren samen over mij; over mij denken ze slecht.
fluisteren over mij: iets dat schadelijk is voor mij, en wat is die gedachte?
Vers 9
"Er zal iets kwaads in hem worden gegoten, en als hij eenmaal gaat liggen, zal hij niet meer opstaan."
Er zal iets kwaads in hem worden gegoten: Alle slechte dingen die hij deed, zullen in zijn lichaam worden gegoten en gemorst, en als hij gaat liggen, zal hij niet opstaan. Dit is hoe ze me vervloeken.
Vers 10
Zelfs mijn bondgenoot, op wie ik vertrouwde, die mijn brood eet, ontwikkelde een hinderlaag voor mij.
ontwikkelde een hinderlaag voor mij: Hebreeuws עקב, een hinderlaag, zoals (in Jozua 8:13): "en hun hinderlaag partij (עקבו) in het westen van de stad."
Vers 12
Hiermee zal ik weten dat U mij begeerde, wanneer mijn vijand niet vreugdevol over mij schreeuwt.
Hiermee zal ik weten, etc.: Wanneer U genadig voor mij bent en mij opwekt, zal ik weten dat U mij hebt gewenst; wanneer mijn vijand niet zal schreeuwen van vreugde over mij, en ik zal zien dat vanwege mijn onschuld, U mij hebt gesteund.
Vers 14
Gezegend is de Heer, de G'd van Israël van alle tijden en van alle tijden die komen. Amen en amen.
Gezegend is de Heer: Wanneer ik opsta voor mijn ziekte, zal ik U op deze manier zegenen.
Psalm 1 tot en met 92
Wilt u meer Psalmen lezen met een Joodse uitleg? Ga naar:
Psalmen 1 tot en met 92.