Drie-eenheid in Oude Testament: 'echad' in Deuteronomium 6:4
De drie-eenheid van God in het Oude Testament (Tenach): 'echad' in Deuteronomium 6:4. Wie Jezus (Yeshua) als Messias heeft aangenomen, gelooft niet in het bestaan van 'drie goden'. In de gehele bijbel, dus zowel het Oude Testament als het Nieuwe Testament, wordt ons op talloze plaatsen geleerd dat er drie Personen zijn in een enig Goddelijk Wezen. Deze leer gaat het menselijk verstand te boven; het goddelijk Wezen is een onbegrijpelijk mysterie. Wat we van Hem weten, is wat ons geopenbaard is.
De drie-eenheid van God in het Oude Testament (Tenach): 'echad' in Deuteronomium 6:4
De Drie-eenheid bestaat uit drie Personen, met elk hun eigen werkingen. De Vader is onze Schepper door zijn kracht; de Zoon is onze Redder, Zaligmaker en Verlosser door zijn bloed; de Heilige Geest is onze Heiligmaker doordat hij in onze harten woont. In deze artikelenreeks bespreek ik de schriftbewijzen in het Oude testament, dat God de Drie-enige is. In onderhavig artikel, de eerste in de reeks, sta ik stil bij het Hebreeuwse woord 'echad' dat in Deuteronomium 6:4 gebruikt wordt om 'één' aan te duiden.
Voortschrijdende openbaring
"Het is er dus mee, als met een bloembol. De tulp zit in de bol. Al de kleuren zijn dus reeds in die bol. Later komt, wat erin zit, tot openbaring, maar er komt niet iets bij, dat er niet was. Zoo is het Nieuwe Testament [B'rit Hadashah] verborgen in het Oude, en het Oude Testament wordt openbaar in het Nieuwe. Er is dus een voortschrijdende openbaring. Dat moeten wij vooral bedenken, wanneer wij over Schriftbewijzen voor de Drieëenheid spreken." (J.G. Feenstra, p.89)
Het Sjema: Hoor, Israël: de HERE is onze God; de HERE is één!
In Deuteronomium (D'varim) 6:4 staat geschreven: "Hoor, Israël: de HERE is onze God; de HERE is één!" (Uitgesproken als: Sjema Israël, Ado-nai Elo-hénoe, Ado-nai echád) Het '
Sjema Israël' is het bekendste joodse gebed en het wordt tweemaal daags en bij verschillende religieuze aangelegenheden opgezegd. Het Sjema geeft uitdrukking aan het absolute geloof in de eenheid van God. Orthodoxe Joden beweren dat het Sjema de christelijke doctrine dat God een zoon heeft en de leer van de drie-eenheid, tegenspreekt. Toch wordt het meervoudige karakter van God in het gehele Oude Testament geproclameerd, zelfs in het Sjema Israël.
De Hebreeuwse woorden 'echad' en 'yachid' of 'yachiyd'
In het Sjema Israël staan twee vingerwijzingen ten aanzien van het plurale of meervoudige karakter van God. Ten eerste is er de drievoudige verwijzing naar God: "Hoor, Israël: de
HERE is onze
God; de
HERE is één!" Dit is een vingerwijzing naar de drie persoonlijkheden van de Godheid, zoals ook terug te zien is in Jesaja 48:12-16 en 63:7-14. We bespreken de eerste tekst:
12 Luister naar mij, Jakob – Israël, door mij geroepen. Ik ben het! Ik ben de eerste, ik ben de laatste! 13 Eigenhandig heb ik de aarde gegrondvest, met mijn rechterhand de hemel ontvouwd; wanneer ik de sterren roep, treden ze aan. 14 Kom allemaal, verzamel je en luister. Wie van hun goden heeft dit aangekondigd: ‘De man die de liefde van de HEER geniet, zal diens plannen met Babylonië uitvoeren en bij de Chaldeeën zijn macht doen gelden’? 15 Ik was het die dat zei! En ik heb hem geroepen, ik laat hem komen, en wat hij onderneemt zal slagen. 16 Kom naderbij en luister hiernaar. Van meet af aan heb ik openlijk gesproken, vanaf het begin van de geschiedenis was ik erbij.– God, de HEER, heeft mij gezonden, met zijn geest. – (Jesaja 48:12-16)
Uit dit tekstgedeelte is op te maken dat de spreker naar zichzelf verwijst als degene die verantwoordelijk is voor de schepping van de hemel en de aarde. Het is evident dat hier niet kan worden gesproken van iemand anders dan God. God is immers de almachtige Schepper van hemel en aarde. Maar in vers 16 verwijst de spreker naar zichzelf met behulp van de persoonlijk voornaamwoorden 'ik' en 'mij'. Hij onderscheidt zich van twee andere persoonlijkheden: 'God de HEER' en 'de geest van God'. In dit gedeelte komt in de Hebreeuwse geschriften de drie-eenheid duidelijk naar voren.
Een tweede vingerwijzing in het Sjema is het Hebreeuwse woord wat wordt gebruikt voor 'één', te weten 'echad'. Dit woord duidt vaak een
samengestelde eenheid aan (zoals in 'één tros druiven' of 'één bundel stokken'), in tegenstelling tot het woord 'yachid' (soms ook: 'yachiyd' - Strong’s #3173) dat in schier alle gevallen een
absolute eenheid aanduidt. De laatstgenoemde aanduiding wordt echter nooit gebruikt om God te beschrijven. Teneinde de eenheid van God te proclameren gebruikt de Tenach steeds het woord 'echad' en nooit ofte nimmer het woord 'yachid'.
Hieronder een aantal kenmerkende voorbeelden waarin het Hebreeuwse woord 'echad' wordt gebruikt en waarin de betekenis van samengestelde eenheid duidelijk tot uiting komt.
Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en zij zullen tot één [echad] vlees zijn. (Genesis 2:24)
In dit gedeelte wordt over de
samengestelde éénheid van man en vrouw gesproken.
Toen kwam Mozes en deelde het volk al de woorden des HEREN en al de verordeningen mee, en het gehele volk antwoordde eenstemmig [echad]: Al de woorden, die de HERE gesproken heeft, zullen wij doen. (Exodus 24:3)
De gehele [echad] gemeente tezamen was tweeënveertigduizend driehonderd zestig... (Ezra 2:64)
Het Hebreeuwse woord 'yachid' drukt zoals gezegd absolute eenheid uit. Een aantal voorbeelden waar dit woord gebruikt wordt in het Oude Testament:
En Hij zeide: Neem toch uw zoon, uw enige [yachid], die gij liefhebt, Isaak, en ga naar het land Moria, en offer hem daar tot een brandoffer op een der bergen, die Ik u noemen zal. (Genesis/B’resheet 22:2)
Ik zal over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem uitgieten de Geest der genade en der gebeden; zij zullen hem aanschouwen, die zij doorstoken hebben, en over hem een rouwklacht aanheffen als de rouwklacht over een enig [yachid] kind, ja, zij zullen over hem bitter leed dragen als het leed om een eerstgeborene. (Zacharia/Z’kharYah 12:10)
Het woord 'yachid' wordt in de bijbel het meest gebruikt in de uitdrukking "enige zoon". Het woord 'yachid' sluit in bijna alle gevallen een samengestelde eenheid uit. Als het Mozes' bedoeling was geweest om de absolute eenheid van God te onderwijzen, dan had hij de voorkeur moeten geven aan het woord 'yachid' boven 'echad'. Dit zou iedere suggestie van een samengestelde eenheid wegnemen. Het Sjema Israël gebruikt echter niet het woord 'yachid' in verwijzing naar God.
De Goddelijke Drie-eenheid is liefdevolle relatie
"Alhoewel het woord Drie-eenheid niet in de Bijbel voorkomt is het concept ervan duidelijk aanwezig, en voorziet het in de eenheid en diversiteit die liefde en gemeenschap mogelijk maakt binnen de Godheid. Waarlijk, de trinitarische God is liefde - en Hij alleen.
Jezus zei: 'De Vader heeft de Zoon lief, en heeft alle dingen in Zijn hand gegeven' (Joh 3:35). Gods liefde is niet enkel gericht op de mensheid, maar eerst en vooral bestaat deze tussen de drie Personen van de Godheid. En drie Personen moeten zij zijn. Vader, Zoon en Heilige Geest kunnen niet louter ambten, titels of aspecten zijn waarin God Zichzelf manifesteert, want zulke vormen kunnen niet liefhebben of gemeenschap met elkaar hebben. Niet enkel de Zoon wordt voorgesteld als een persoon, maar ook de Vader en de Heilige Geest. De Bijbel toont hen elk als hebbende hun eigen persoonlijkheid: elk van hen handelt, heeft lief, verzorgt, kan gegriefd of boos worden. Ambten of titels kunnen dat niet!" (Dave Hunt: De Drie-eenheid)
Conclusie
Als het Sjema een absolute eenheid had willen uitdrukken, dan zou er logischerwijze gebruik gemaakt zijn van het Hebreeuwse woord 'yachid' in plaats van 'echad'. Dat is niet gebeurd. Sterker, het woord yachid wordt in de bijbel
nooit ofte nimmer gebruikt in verwijzing naar God.
Lees verder
Reacties
G. Hoogendoorn, 11-04-2011
Geachte heer, mevrouw,
Wilt u onderstaande alinea lezen? (Te vinden op: http://mens-en-samenleving.infonu.nl/religie/49158-drie-eenheid-in-oude-testament-echad-in-deuteronomium-64.html). Er staat 'dat Jezus een zoon heeft'. Waarschijnlijk moet hier i.p.v. Jezus, God gelezen worden?
"Het 'Sjema Israël' is het bekendste joodse gebed en het wordt tweemaal daags en bij verschillende religieuze aangelegenheden opgezegd. Het Sjema geeft uitdrukking aan het absolute geloof in de eenheid van God. Orthodoxe Joden beweren dat het Sjema de christelijke doctrine dat Jezus een zoon heeft en de leer van de drie-eenheid, tegenspreekt. Toch wordt het meervoudige karakter van God in het gehele Oude Testament geproclameerd, zelfs in het Sjema Israel."
Het was nog lastig de alinea de kopiëren, door een kennelijk ingebouwde kopieerbeveiliging. Maar in gedeelten lukt het wel. Is het nodig godsdienstige informatie te beveiligen tegen kopiëren?
Maar dank voor de informatie, waar ik veel aan heb.
Reactie infoteur, 11-04-2011
Bedankt voor uw reactie. De fout is gecorrigeerd!
Jan Koolstra, 27-09-2010
Geachte infoteur, om te beginnen wil ik u danken voor uw snelle reactie op 24-09-2010. Veel van deze discussies op internet lopen nl. al snel vast doordat niemand meer reageert.
Nogmaals over het Sjema: U blijft volhouden dat er voor het woord één wel "jachied" had gestaan als de bedoeling van het Oude Testament de ongedeelde eenheid van God zou inhouden. Ik wil juist benadrukken dat dat helemaal niet noodzakelijk is. In de teksten die u aanhaalt, te beginnen met Gen. 2:24, wilt u aantonen dat "echad" vaak een samengestelde eenheid inhoudt. Als ik het woord echad echter in de concordantie naga, dan blijkt op veel en veel meer plaatsen, dat hetzelfde woord onmiskenbaar een ongedeelde eenheid inhoudt. Een van de sterkste voorbeelden daarvan is Deut. 19:15, waar een (echad) enkele getuige wordt geplaatst tegenover twee of drie getuigen. Als uw redenering juist zou zijn m.b.t. Deut. 6:4, dan zou in Deut. 19 dus ook "jachied" moeten staan. Verder: als u de meervoudigheid van God in Deut. 6:4 wilt benadrukken, dan doet u m.i. afbraak aan de kracht van het daarop volgende vers: We moeten God liefhebben met g e h e e l ons hart, g e h e e l onze ziel en niet met een verdeeld hart, een verdeelde ziel enz.
Tenslotte over de "vingerwijzing", twee maal JHWH en één maal God in Deut. 6:4: In de grote context van Deut. 6 vind ik geen enkele verwijzing naar de Zoon en de Heilige geest. Die vingerwijzing is er dan ook duidelijk met de haren bijgesleept en is nergens op gegrond.
Met vriendelijke groet, Jan Koolstra
Reactie infoteur, 01-10-2010
Echad duidt vaak een samengestelde eenheid aan, i.t.t. het woord 'yachid' dat in bijna alle gevallen een absolute eenheid aanduidt. De laatstgenoemde aanduiding wordt echter nooit gebruikt om God te beschrijven. Echad wel, en echad laat ruimte voor een plurale invulling van het godsbegrip zoals we in andere schriftgedeelten vaak zien terugkomen. De drie persoonlijkheden van de Godheid, zien we bijvoorbeeld duidelijk terug in Jesaja 48:12-16.
Ik zie niet in dat we een God die bestaat uit meerdere persoonlijkheden niet kunnen liefhebben met geheel ons hart en geheel onze ziel. God is een drie-EENHEID.
Deut. 6:4 is een vingerwijzing (dus slechts een aanwijzing - die pas betekenis krijgt in de context van het gehele OT, van alle genoemde teksten in het OT zoals ik in deze drieluik bespreek), naar de drievoudige structuur van God, niet specifiek naar de drie Personen. Het krijgt dus pas betekenis in relatie tot deze andere teksten. Ik sleep er dan ook niets bij, het dient zich aan als we de volle breedte overzien van dit thema. Dat iets drie keer terugkomt of gezegd wordt, heeft in de Bijbel een betekenis en is nooit zomaar. Maar het kan ook een dubbele betekenis hebben: om het belang ervan te onderstrepen en het kan tevens een vingerwijzing zijn naar de drievoudige structuur van God. 'Kan', hoeft niet. Het zijn uiteindelijk teksten als Jesaja 48:12-16 waarin het wel duidelijk terugkomt.
Jan Koolstra, 22-09-2010
Geachte auteur,
Het woord "echad" komt meer dan 500 maal voor in het oude testament. Waarom pakt u precies die teksten eruit,
die een samengestelde eenheid vormen? Om een aantal voorbeelden te noemen:
Waaruit bestaat dan de samenstelling van:
- een efa meel in 1 Sam. 1:24
- een dag in Gen. 27:45
- een ooilam in 2 Sam. 12:3
- een van uw broeders in Gen. 42:19? enz. enz.
M.a.w. met uw redenering kun je alles bewijzen.
Hierboven heb ik mijn email-adres gegeven. Natuurlijk mag u reageren.
Met vriendelijke groet,
J Koolstra
Reactie infoteur, 24-09-2010
Wat ik probeer aan te tonen is:
- Er staan in het Sjema twee vingerwijzingen naar het meervoudige karakter van God.
- "Als het Sjema een absolute eenheid had willen uitdrukken, dan zou er logischerwijze gebruik gemaakt zijn van het Hebreeuwse woord 'yachid' in plaats van 'echad'."
- Dit alles zeg ik in samenhang met de andere artikelen uit deze serie, en waaruit blijkt dat de Hebreeuwse geschriften leren dat God een meervoudige eenheid is.