Tehilliem: Psalm 73 – een Joodse uitleg

Tehilliem: Psalm 73 – een Joodse uitleg Psalm 73 behandelt de vraag waarom de rechtvaardigen lijden terwijl de goddelozen bloeien en bidt voor een einde aan de lange ballingschap van de Joden. De goddelozen zijn afhankelijk van zelfhulpgidsen omdat ze van binnen niet echt blij zijn. De rechtvaardigen hebben G'd als steun en toeverlaat. Lees en u zult rust vinden voor uw ziel. Tehilliem worden ook anno 2024 door Joodse mensen collectief en individueel gereciteerd, omdat het verlangen ontstaat om G-d te prijzen en te danken; of als alternatief, in tijden van crisis en nood, als een vorm van smeekbede, en zelfs als een plek om spijt te betuigen over zonde.

Tekst Psalm 73

Een lied van Asaph. G'd is waarlijk goed voor Israël, zuiver van hart. Maar wat mij betreft, mijn voeten waren bijna afgewend, in een oogwenk zouden mijn stappen zijn weggevaagd. Want ik benijdde de perverse; Ik zou de rust van de goddelozen zien. Want er zijn geen boeien voor hun dood, en hun gezondheid is goed.
…..
…..
Voor wie heb ik in de hemel, en ik verlangde niemand met U op aarde. Mijn vlees en mijn hart verlangen; G'd is de rots van mijn hart en mijn deel voor altijd. Want zie, zij die zich van U hebben verwijderd zullen ten onder gaan; U hebt iedereen afgesneden die van U afdwaalt. Maar wat mij betreft, G'ds nabijheid is mijn goed; Ik heb mijn toevlucht tot de Heer G'd geplaatst, om al Uw zending te vertellen.

Hebreeuwse tekst van Psalm 73 - תהילים עג

א מִזְמוֹר לְאָסָףאַךְ טוֹב לְיִשְׂרָאֵל אֱלֹהִים לְבָרֵי לֵבָב. ב וַאֲנִי כִּמְעַט נטוי (נָטָיוּ) רַגְלָי כְּאַיִן שפכה (שֻׁפְּכוּ) אֲשֻׁרָי. ג כִּי-קִנֵּאתִי בַּהוֹלְלִים שְׁלוֹם רְשָׁעִים אֶרְאֶה. ד כִּי אֵין חַרְצֻבּוֹת לְמוֹתָם וּבָרִיא אוּלָם. ה בַּעֲמַל אֱנוֹשׁ אֵינֵמוֹ וְעִם-אָדָם לֹא יְנֻגָּעוּ. ו לָכֵן עֲנָקַתְמוֹ גַאֲוָה יַעֲטָף-שִׁית חָמָס לָמוֹ. ז יָצָא מֵחֵלֶב עֵינֵמוֹ עָבְרוּ מַשְׂכִּיּוֹת לֵבָב. ח יָמִיקוּ וִידַבְּרוּ בְרָע עֹשֶׁק מִמָּרוֹם יְדַבֵּרוּ. ט שַׁתּוּ בַשָּׁמַיִם פִּיהֶם וּלְשׁוֹנָם תִּהֲלַךְ בָּאָרֶץ. י לָכֵן ישיב (יָשׁוּב) עַמּוֹ הֲלֹם וּמֵי מָלֵא יִמָּצוּ לָמוֹ. יא וְאָמְרוּ אֵיכָה יָדַע-אֵל וְיֵשׁ דֵּעָה בְעֶלְיוֹן. יב הִנֵּה-אֵלֶּה רְשָׁעִים וְשַׁלְוֵי עוֹלָם הִשְׂגּוּ-חָיִל. יג אַךְ-רִיק זִכִּיתִי לְבָבִי וָאֶרְחַץ בְּנִקָּיוֹן כַּפָּי. יד וָאֱהִי נָגוּעַ כָּל-הַיּוֹם וְתוֹכַחְתִּי לַבְּקָרִים. טו אִם-אָמַרְתִּי אֲסַפְּרָה כְמוֹ הִנֵּה דוֹר בָּנֶיךָ בָגָדְתִּי. טז וָאֲחַשְּׁבָה לָדַעַת זֹאת עָמָל היא (הוּא) בְעֵינָי. יז עַד-אָבוֹא אֶל-מִקְדְּשֵׁי-אֵל אָבִינָה לְאַחֲרִיתָם. יח אַךְ בַּחֲלָקוֹת תָּשִׁית לָמוֹ הִפַּלְתָּם לְמַשּׁוּאוֹת. יט אֵיךְ הָיוּ לְשַׁמָּה כְרָגַע סָפוּ תַמּוּ מִן-בַּלָּהוֹת. כ כַּחֲלוֹם מֵהָקִיץ אֲדֹנָי בָּעִיר צַלְמָם תִּבְזֶה. כא כִּי יִתְחַמֵּץ לְבָבִי וְכִלְיוֹתַי אֶשְׁתּוֹנָן. כב וַאֲנִי-בַעַר וְלֹא אֵדָע בְּהֵמוֹת הָיִיתִי עִמָּךְ. כג וַאֲנִי תָמִיד עִמָּךְ אָחַזְתָּ בְּיַד-יְמִינִי. כד בַּעֲצָתְךָ תַנְחֵנִי וְאַחַר כָּבוֹד תִּקָּחֵנִי. כה מִי-לִי בַשָּׁמָיִם וְעִמְּךָ לֹא-חָפַצְתִּי בָאָרֶץ. כו כָּלָה שְׁאֵרִי וּלְבָבִי צוּר-לְבָבִי וְחֶלְקִי אֱלֹהִים לְעוֹלָם. כז כִּי-הִנֵּה רְחֵקֶיךָ יֹאבֵדוּ הִצְמַתָּה כָּל-זוֹנֶה מִמֶּךָּ. כח וַאֲנִי קִרְבַת אֱלֹהִים לִי-טוֹבשַׁתִּי בַּאדֹנָי יְהוִה מַחְסִי לְסַפֵּר כָּל-מַלְאֲכוֹתֶיךָ.

Luister naar Psalm 73

Luister naar Psalm 73 in het Hebreeuws.

Toelichting op Psalm 73 van Rabbi Yitzchok Rubin

Koning David begint deze Psalm door te zeggen dat HaShem goed is voor Zijn volk. Deze waarheid is voor altijd geldig. Soms twijfelen de Joden aan dit onveranderlijke feit, maar dat komt omdat ze dan muren optrekken tussen henzelf en G'd. Ook David geeft toe dat hij bijna de weg is kwijtgeraakt. De onzekerheid heeft hem overwonnen. Dat kan gebeuren door een enkele verkeerde voetstap. Een leven zonder G'd wordt vergeleken met het niets. Dan brengt men het leven door op aarde zonder een echte diepere betekenis.

De Psalm beschrijft verder hoe de rechtvaardigen kunnen worden misleid door de zachte woorden van de goddelozen. Het verklaart ook dat die van hen een wereld van mythe en illusie is. Want hoe herstel je van een gebroken hart? Een Jood moet zien dat er meer is. Door de heiligheid van de mitswot (verplichtingen) wordt hij gevoelig voor een ander rijk. De heiligheid brengt een bewustzijn dat deze sterfelijke plaats overstijgt. Door zich aan Hashem te hechten voelt de Jood de steun van Zijn geestelijke liefde, zelfs als het heel slecht gaat. Door de geboden na te leven wordt de muur tussen de Jood en G'd stukje bij beetje weggehaald. In de olam ha’emes, de echte wereld, zullen Joden zien wat ware glorie is, en het zal in die glorie zijn dat Hashem hen zal leiden.

Steeds opnieuw moeten Joden beseffen dat alleen G'd de waarheid is. Al het andere op aarde is secundair. Het spirituele en fysieke leven van de Jood is afgestemd op Zijn wegen.

David eindigt met de mededeling dat ieder mens een goddelijke missie heeft. G'd heeft ieder mens geschapen met een specifiek doel. Er wordt niet altijd begrepen waarom bepaalde dingen gebeuren. Maar als men zich in zijn hart realiseert dat er een Meester is die dit alles leidt, dan brengt G'ds steun hem verder.

Commentaar van Rashi op Psalm 73

Per vers het commentaar van Rashi, de Joodse Bijbelcommentator die leefde van 1040-1105. Rashi wordt beschouwd als de leraar van de leraren. Door alle traditionele Joden wordt Rashi als autoriteit op het gebied van de Joodse Bijbel en de Talmoed beschouwd. Vandaar dat het belangrijk is om zijn commentaar op de Psalmen weer te geven. Rashi gebruikt nieuw Hebreeuws aangevuld met Oud Franse woorden. Zijn taalgebruik is soms wat orakelachtig kort. Voor nadere verklaring is het verstandig een orthodox Joodse rabbijn te raadplegen.

Vers 1
Een lied van Asaph. G'd is waarlijk goed voor Israël, zuiver van hart.

Een lied van Asaph. G'd is waarlijk goed voor Israël, etc.: Aangezien het onderwerp van deze psalm de problemen behandelt die Israël overkomen, begint hij ermee op deze manier. En dit is de betekenis: hoewel ik het uitschreeuw en ontzet ben over de problemen van Israël, wist ik dat de Heilige, gezegend zij Hij, goed voor hen is, en dat Hij kwaad over hen brengt voor hun eigen bestwil, om hen te geven verdienste in het leven van de toekomende wereld.

Vers 2
Maar wat mij betreft, mijn voeten waren bijna afgewend, in een oogwenk zouden mijn stappen zijn weggevaagd.

Maar wat mij betreft: voordat ik dit aan mijn hart legde.

mijn voeten waren bijna afgewend: en mijn stappen vaagden weg om zich af te keren van het volgen van de Alomtegenwoordige.

Vers 3
Want ik benijdde de perverse; Ik zou de rust van de goddelozen zien.

Want ik benijdde de perverse: Degenen die hun wegen verdraaien, wiens rust ik zou zien.

de perverse: Hebreeuws בהוללים, gemengd, als (Jesaja 1:22): "uw wijn is verdund (מהול) met water."

Vers 4
Want er zijn geen boeien voor hun dood, en hun gezondheid is goed.

Want er zijn geen obstakels voor hun dood: Hebreeuws חרצבות, een uitdrukking van koppelverkoop, zoals (Jesaja 58:6): "om de boeien (חרצבות) van goddeloosheid ongedaan te maken", dat wil zeggen de sloten van de boeien waarmee zij de armen binden. Ook hier doen hun dood geen pijn. Degenen die onder hen sterven, sterven gezond, [sterk als] een paleis, zonder pijn. Maar onze rabbijnen legden חַרְצֻבּוֹת uit als een afkorting, wat betekent dat ze niet (שאין) bang zijn (חרדין) of bedroefd (עצבין) op de dag van de dood (Shab. 31b). Een andere verklaring: dat de Heilige, gezegend zij Hij, hun verlangen (צביונם) niet uitstelt (מאחר).

Vers 6
Daarom dragen ze trots als een ketting; de overval die ze begaan, omhult hun heupen.

Daarom dragen ze trots als een ketting: Daarom siert trots hen als een halsketting, voor zover deze op zijn nek stijgt.

de overval die ze begaan, omhult hun heupen: De overval die ze plegen, maakt ze dik en omhult hun billen en heupen met dikte van vet en vlees.

Vers 7
Vanwege hun vet puilen hun ogen uit; ze overtroffen de verbeelding van hun hart.

Vanwege hun vet puilen hun ogen uit: Hun ogen puilen uit vanwege het overvloedige vet, want in een uitgehongerd persoon zijn de ogen verzonken.

ze overtroffen de verbeelding van hun hart: Meer dan waar hun hart op hoopt en wacht, kwam naar hen toe. Bij het bereiken van hun hand overtroffen ze het verlangen van hun hart.

Vers 8
Ze consumeren en spreken goddeloos over onderdrukking; ze spreken over de Allerhoogste.

Ze consumeren: hun buren.

en spreken goddeloos over onderdrukking: Om de behoeftigen te onderdrukken.

ze spreken over de Allerhoogste: bijv. Farao, Sanherib en Nebukadnezar. [Farao zei] (Exod. 5:2): "Wie is de Heer dat ik Hem zou moeten gehoorzamen?" [Sanherib zei] (Jesaja 36:20): "Wie zijn zij onder alle goden van het land ...?" [Nebukadnezar zei] (Jesaja 14:14): "Ik zal opstijgen boven de hoogten van de wolken." Dat is de betekenis van: "Ze hebben hun mond tegen de hemel geplaatst."

Vers 10
Daarom zal Zijn volk hier terugkeren en de wateren van de volledige [stroom] voeren water voor hen af.

Daarom zal Zijn volk hier terugkeren: Omdat Zijn volk ziet dat de weg van de goddelozen voorspoedig is, zullen zij terugkeren op de weg van de goddelozen, om hun wegen te volgen.

hier: Hebreeuws הלם, as (Richteren 18:3): "Wie heeft u hier gebracht (הלום)?" [Gelijk aan] פֹּה.

en de wateren van de volledige [stroom] voeren water voor hen af: En de wateren van de volle stroom zijn woorden van Torahare die door hen worden beschouwd als water dat wegloopt en ze verachten ze.

Vers 11
En ze zeggen: "Hoe weet G'd het en is er kennis in de Allerhoogste?"

En ze zeggen: "Hoe weet G'd het: Hoe kunnen we zeggen dat er kennis is in de Heilige, gezegend zij Hij, en dat zijn Tora waar is?

Vers 12
Zie, deze zijn slecht, maar toch zijn ze rustig in de wereld en hebben ze een grotere rijkdom.

Zie, deze zijn slecht: Zij [zijn slecht] en overtreden Zijn Tora; toch zijn ze rustig in de wereld en vergroten ze macht en rijkdom.

maar toch zijn ze rustig in de wereld: Een uitdrukking van rust.

vergroten ze: Hebr. השגו, zijn toegenomen. Menachem (p. 72) legt uit: יָשוּב עַמו ֹהֲלוֹם, de goddelozen zullen terugkeren om het volk van de Heilige te verpletteren (להלם), gezegend zij Hij. De eerste interpretatie die ik leerde uit de woorden van Rabbi Meir, de zoon van Isaac, de cantor, moge de herinnering aan de rechtvaardigen zijn voor een zegen.

Vers 13
Maar voor niets reinigde ik mijn hart en baadde mijn handen met reinheid.

Maar voor niets reinigde ik mijn hart: Dit alles verwijst terug naar: “En zij zeggen: 'Hoe weet God het?'” Ze zeggen ook: “Maar voor niets en tevergeefs houden wij de geboden van de Heilige, gezegend zij Hij, want zie, wij worden de hele dag geplaagd."

Vers 14
En ik werd de hele dag geteisterd en mijn kastijding was elke ochtend.

en mijn kastijding: verschijnt de hele dag; voortdurend, van ochtend tot ochtend, worden nieuwe problemen vernieuwd.

Vers 15
Als ik zei: "Ik zal het vertellen zoals het is", zie, ik heb de generatie van Uw kinderen tot verraders gemaakt.

Als ik zei: "Ik zal het vertellen zoals het is": Asaf zei: "Als ik in mijn hart zei alles te vertellen zoals het is, alles wat Zijn volk hierover zegt."

zie, ik heb de generatie van Uw kinderen tot verraders gemaakt: Dat wil zeggen dat ik hen tot verraders en slechte mannen zou maken.

Vers 16
En als ik erover nadenk dit te weten, is het ongerechtigheid in mijn ogen.

En als ik erover nadenk: in mijn hart.

dit te weten: wat de wijze van de Heilige, gezegend zij Hij, is.

is het ongerechtigheid in mijn ogen: Deze manier leek me ongerechtigheid en geen gerechtigheid.

Vers 17
Totdat ik bij de heiligdommen van G'd kwam en ik hun einde begreep.

Totdat: Ik kwam naar de heiligdommen van G'd, die in Jeruzalem zijn, en zag wat er met Sanherib gebeurde. Toen begreep ik het einde van de goddelozen, dat het tot vernietiging is. Toen zei ik: ''Al het goede dat hun toekomt, zijn alleen gladde plaatsen; want de Heilige, gezegend zij Hij, maakt hun weg glad, dat het gemakkelijk en soepel moet zijn, zodat zij hun hart niet op Hem moeten richten en zij zullen vergaan."

Vers 18
Alleen op gladde plaatsen stelt U ze in; U gooit ze neer om te ruïneren.

Alleen op gladde plaatsen stelt U ze in: Alle goedheid die hun toekomt, want uiteindelijk werpt U ze neer om te vernietigen.

Vers 19
Hoe werden ze meteen verlaten! Ze werden volledig verteerd door verschrikkingen.

door verschrikkingen: door demonen.

Vers 20
Als een droom zonder wakker te worden; O Heer, in de stad zult U hun gestalte verachten.

Als een droom zonder wakker te worden: Als een slaap zonder einde (zonder ontwaken), wat een eeuwige slaap is, hadden zij (Jesaja 37:36): "En een engel des Heren ging heen en doodde ... uit het kamp van Assyrië."

O Heer, in de stad zult U hun gestalte verachten: In Jeruzalem, waarmee zij kwaadaardig handelden, werd hun gestalte veracht en zij werden allemaal verbrand.

Vers 21
Want mijn hart was gistend en mijn geest was op scherp.

Want mijn hart was gistend: Voordat ik deze ondergang met de heilige geest zag, was mijn hart gefermenteerd omdat de weg van de goddelozen voorspoedig was en mijn geest op scherp stond (אשתונן), een uitdrukking van een scherp zwaard (שנון). Wanneer het reflexief is, wordt de "tav" in het midden van de radicaal geplaatst, zoals het geval is bij elk woord waarvan de radicaal begint met "shin".

Vers 22
Maar ik was brutaal en wist het niet; Ik was [een] beest met U.

Maar ik: was brutaal en ik wist niet wat deze manier was en ik was als een beest met U.

Vers 23
Toch was ik voortdurend bij U; U greep mijn rechterhand.

Toch ik: Hoewel ik dit alles constant zag, was ik bij U en bewoog ik niet uit angst voor U.

U greep mijn rechterhand: om mij te sterken in Uw angst wanneer mijn voeten op het punt staan om van Uw weg af te keren, zoals hierboven staat (vers 2): "mijn voeten waren bijna afgewend."

Vers 24
Met Uw raad leidde U mij en daarna nam U mij [voor] heerlijkheid.

leidde U mij: Hebreeuws תנחני, [zoals] נחיתני, U leidde me.

en daarna nam U mij [voor] heerlijkheid: Als het cantillatieteken op כָּבוֹד was, zou de interpretatie ervan zijn: nadat U Sanherib alle glorie hebt geschonken die U hem hebt toegekend, zult U mij naar U brengen. U hebt wonderlijke wonderen verricht voor Israël en Sanherib vernietigd. Nu het cantillatieteken op ואחר staat, is dit de interpretatie: (en daarna) hebt U me naar glorie gebracht; U trok me naar U toe voor glorie en schoonheid.

Vers 25
Voor wie heb ik in de hemel, en ik verlangde niemand met U op aarde.

en daarna nam U mij [voor] heerlijkheid: Als het cantillationteken op כָּבוֹד was, zou de interpretatie ervan zijn: nadat U Sanherib alle glorie hebt geschonken die U hem hebt toegekend, zult U mij naar U brengen. U hebt wonderlijke wonderen verricht voor Israël en Sanherib vernietigd. Nu het cantillationteken op ואחר staat, is dit de interpretatie: (en daarna) U hebt me naar glorie gebracht; U trok me naar U toe voor glorie en schoonheid.

Vers 26
Mijn vlees en mijn hart verlangen; G'd is de rots van mijn hart en mijn deel voor altijd.

Mijn vlees....verlangen: Mijn vlees en mijn hart verlangen naar U.

verlangen: Hebreeuws כלה, een uitdrukking van verlangen, zoals (119:81): "Mijn ziel verlangde (כלתה) naar Uw redding."

Vers 27
Want zie, zij die zich van U hebben verwijderd zullen ten onder gaan; U hebt iedereen afgesneden die van U afdwaalt.

die zich van U hebben verwijderd: Die zich van u scheidt.

Vers 28
Maar wat mij betreft, G'ds nabijheid is mijn goed; Ik heb mijn toevlucht tot de Heer G'd geplaatst, om al Uw zending te vertellen.

Uw zending: Uw bericht; de heilige geest die in mijn hart komt om het te zeggen.

Psalm 1 tot en met 92

Wilt u meer Psalmen lezen met een Joodse uitleg? Ga naar: Psalmen 1 tot en met 92.
© 2019 - 2024 Jehoeda, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Tehilliem: Psalm 75 – een Joodse uitlegTehilliem: Psalm 75 – een Joodse uitlegTijdens de Joodse feestdagen houden Joden zich niet bezig met frivoliteit, maar met gezang en lof, en met het bestuderen…
Tehilliem: Psalm 28 - een Joodse uitlegTehilliem: Psalm 28 - een Joodse uitlegIn Psalm 28 vraagt Koning David G'd om rust. David wil bevrijd worden van zelfgenoegzaamheid die hem tot kwade daden lei…
Tehilliem: Psalm 67 – een Joodse uitlegTehilliem: Psalm 67 – een Joodse uitlegPsalm 67 staat bekend als een speciaal vereerd gebed. Het spreekt ook van het tijdperk van het verzamelen van de balling…
Tehilliem: Psalm 82 – een Joodse uitlegTehilliem: Psalm 82 – een Joodse uitlegPsalm 82 waarschuwt die rechters die onwetendheid van de wet veinzen, onrechtvaardig omgaan met de bedelaar of de wees e…

Tehilliem: Psalm 74 – een Joodse uitlegTehilliem: Psalm 74 – een Joodse uitlegDe psalmist treurt en huilt in Psalm 74 over alle verbrande synagogen en studiezalen: de Filistijnen vernietigden de Tab…
Tehilliem: Psalm 72 – een Joodse uitlegTehilliem: Psalm 72 – een Joodse uitlegDavid componeerde Psalm 72 voor Salomo en bad dat hij de wijsheid zou krijgen om de armen gerechtigheid te verschaffen.…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: Hurk, Pixabay
Jehoeda (100 artikelen)
Laatste update: 07-02-2024
Rubriek: Mens en Samenleving
Subrubriek: Religie
Bronnen en referenties: 1
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.