RAKIT: kinderintelligentietest
De RAKIT is een kinderintelligentietest welke niet enkel inzicht biedt in de algemene intelligentie van een kind maar ook uitwijst welke cognitieve vaardigheden van het kind sterker en zwakker ontwikkeld zijn. De RAKIT intelligentietest voor kinderen is geschikt voor kinderen tussen de 5 en 11 jaar oud.
Intelligentie bij kinderen
Er kan gesteld worden dat de scores die een kind op intelligentietest behaald tot de beste voorspellers van school- en beroepssucces horen. Vanaf ongeveer groep vier op de basisschool zijn de verschillen in leer- en schoolprestaties voor de helft te verklaren door intelligentieverschillen tussen de kinderen. Daarnaast worden schoolprestaties beïnvloed door onder andere concentratievermogen, faalangst en motivatie.
Wanneer men de intelligentietest echter te vroeg afneemt is de voorspellende waarde niet erg groot. Wanneer het kind jonger dan vijf jaar is zijn de intelligentiescores die het kind op IQtesten behaald niet erg stabiel. Vanaf het achtste jaar zijn de IQscores vrij stabiel.
RAKIT
RAKIT is de afkorting van
Revisie Amsterdamse Kinder Intelligentietest. De RAKIT is een
kinderintelligentietest die speciaal voor Nederlandse kinderen tussen de 5,2 en 11,2 jaar oud ontwikkeld is. De RAKIT meet het algemene niveau van intellectueel functioneren van het kind maar betrekt eveneens de sterke en zwakke cognitieve vaardigheden in het onderzoek. Het algemeen intellectueel functioneren en de
cognitieve vaardigheden tezamen vormen een indicatie van het algemene intelligentieniveau van het kind. Met deze test kan men er achter komen of er sprake is van hoogbegaafdheid.
Subtesten
De
RAKIT intelligentietest bevat enkele subtesten welke algemene cognitieve factoren meten. De perceptuele redeneerfactor meet het abstract (logisch) redeneren, of het kind afgeleid wordt door details of hoe het met het nauwkeurig waarnemen zit. De opdrachten die de verbale leerfactor meten vertellen iets over het verbaal vermogen van het kind. Het ruimtelijk inzicht en de motorische vaardigheden worden uitgevraagd met de ruimtelijke oriëntatie en tempo opdrachten. Tot slot zegt de verbale vlotheid iets over de taalontwikkeling van het kind.
Perceptuele redeneerfactor:
- Figuur herkennen: onvolledige voorwerpen herkennen aan de hand van tekeningen
- Exclusie: welk van de vier plaatjes hoort er niet bij?
- Analogieën: het vinden van een woordpaar met dezelfde relatie als het gegeven woordpaar
- Kwantiteit: een vergelijking maken
- Schijven: snel schijven met gaatjes op een bord met pennen plaatsen
- Verborgen figuren: een afbeelding zoeken in een complexe tekening
Verbale leerfactor:
- Woordbetekenis: welke afbeelding komt overeen met het gegeven woord?
- Namen leren: de namen van dieren onthouden
Ruimtelijke oriëntatie en tempo:
- Doolhoven: met een pen zo snel mogelijk door een 2D doolhof gaan
- Schijven: snel schijven met gaatjes op een bord met pennen plaatsen
- Ideeënproductie: in een korte tijd zo veel mogelijk verschillende begrippen/voorwerpen in een categorie noemen
Verbale vlotheid:
- Ideeënproductie: in een korte tijd zo veel mogelijk verschillende begrippen/voorwerpen in een categorie noemen
- Vertelplaat: een logisch verhaal vertellen bij een aantal tekeningen