Zelfbeeld: hoe houden we een positief zelfbeeld?
Een mens wil graag een positief zelfbeeld. Daar doen we alles voor. De mate waarin het zelfbeeld positief of negatief is, wordt zelfwaardering genoemd. Hoe leren we onszelf kennen en welke zelfevaluatiemotieven kennen we?
Hoe leren we onszelf kennen?
Zelfbewustzijn
Zelfbewustzijn is de mate van bewustzijn van je eigen persoon in relatie tot de buitenwereld. Het bestaat uit drie onderdelen:
- Het subjectieve bewustzijn bestaat uit het onderscheid tussen ‘zelf’ en ‘vreemd’. Hierbij speelt de persoonlijke ruimte een rol. Een verhoogd subjectief bewustzijn kan zorgen voor impulsief en egocentrisch gedrag.
- Het objectieve bewustzijn is jezelf herkennen als een zelfstandig object – je kunt vanaf een afstandje kijken naar jezelf. Hierdoor kun je meer gedragingen laten zien die passen bij je eigen persoonlijke normen. Een verhoogd objectief bewustzijn zorgt voor slechter presteren (het bewust worden van routinehandelingen maakt dat het mis gaat) en een kans op depressieve/angstige gevoelens (in hoeverre voldoe ik aan mijn eigen idealen?).
- Extensief bewustzijn is het vermogen om je huidige ervaringen te integreren in je eerdere persoonlijke herinneringen en emotionele voorkeuren. Autonomie (zelfbepaling) speelt hier een belangrijke rol. Hierdoor kun je jezelf motiveren voor activiteiten, het helpt negatieve gevoelens te verwerken door ze in een ruimer perspectief te plaatsen en het bevordert de creativiteit (nieuwe ervaringen integreren en in een nieuw perspectief plaatsen).
Bronnen
De bronnen bestaan uit het proces van denken over jezelf en de inhoud daarvan. Ook dit is in drie onderdelen op te delen:
- Subjectieve zelfkennis is gebaseerd op aangeboren en vroeg aangeleerd associatieve kennis (“ik voel gewoon dat ik dit wil”).
- Objectieve zelfkennis is dat je uit je gedrag en/of mening afleidt dat je iets leuk vindt. Je ziet jezelf even als iemand anders
- Extensieve zelfkennis is gebaseerd op je eigen persoonlijke ervaringen en gevoelens.
Hoe houden we onszelf voor de gek in ons zelfbeeld?
Er zijn verschillende manieren waarop we onszelf continue voor de gek houden. Mensen zetten vaak ‘de roze bril op’. Juist de mensen die een realistisch beeld hebben, blijken vaak depressief te worden. Deze vertekenende zelfevaluatiemotieven zijn dus goed voor ons zelfbeeld en uiteindelijk ons functioneren.
Zelfverheffingsmotief (self-enhancement)
We hechten waarde aan informatie die ons zelfbeeld opkrikt. Voorbeelden:
- Positieve eigenschappen worden belangrijker geacht en meer gewaardeerd dan negatieve eigenschappen
- Er wordt meer aandacht besteed aan positieve/vleiende informatie dan aan kritiek
- Je vergelijkt jezelf liever met iemand die minder goed af is
- Jouw groep is leuker/gezelliger/beter dan andere groepen
- Jij voelt jezelf beter dan het gemiddelde
- Je onthoudt vooral je successen
- Self-serving bias: Je eigen successen komen door jezelf, terwijl je falen ligt aan de omgeving
Consistentiemotief
Om een stabiel en samenhangend beeld te hebben, vergaar je informatie die daarmee samenhangt.
- Je hebt meer aandacht voor consistente informatie
- Je interpreteert feedback op zo’n manier dat het zelfbeeld bevestigd wordt
- Consistent gedrag schrijf je aan jezelf toe, terwijl je inconsistent gedrag aan de omgeving toeschrijft
Accuraatheidsmotief
Proberen een beeld te creëren dat enigszins met de werkelijkheid overeenkomt (maar dit motief is veel minder sterk dan het zelfverheffingsmotief en het consistentiemotief). Je kunt jezelf bedriegen om twee redenen:
- Intrapersoonlijk van aard: Je beschermt jezelf tegen pijnlijke of beangstigende waarheden
- Intrapersoonlijk van aard: Als je tegen jezelf kan liegen, kan je dat ook tegen anderen.
Zelfverbeteringmotief
Je zoekt informatie om jezelf te ontplooien, verbeteren of ontwikkelen. Dit kan door jezelf te vergelijken met iemand die beter af is (het ‘kijk en leer’-idee). Dit komt sterk naar voren bij beïnvloedbare competenties en alleen als gedacht wordt dat dit binnen het bereik ligt.
Het zelfverheffingmotief heeft over het algemeen de boventoon en gaat geheel onbewust. In andere situaties komen de andere motieven meer naar voren. In een situatie waarin je je zeker voelt, zal het consistentiemotief meer naar voren komen. Het accuraatheidsmotief treedt voornamelijk op als men een belangrijke beslissing moet maken, zodat men kan inschatten of het haalbaar is. Het zelfverbeteringmotief is sterker naarmate er groeimogelijkheden zijn (wat niet moet doorschieten in perfectionisme).
Lees verder