Wel of niet straffen?

Wat is straffen eigenlijk?
Elk kind doet wel eens iets wat niet mag: het laat ongewenst gedrag zien. Een middel om dit ongewenste gedrag zo snel mogelijk te laten stoppen kan straffen zijn. Straffen kan op twee manieren: het reageren op het ongewenste gedrag door een onaangename reactie toe te voegen of door iets prettigs weg te nemen. Een voorbeeld van een onaangename reactie op ongewenst gedrag kan bijvoorbeeld nablijven zijn. Straffen door iets prettigs weg te nemen kan bijvoorbeeld zijn: een kind ontzeggen naar een feestje te gaan waar hij/zij nou juist zoveel zin in had.Wel of niet straffen?
Straffen kan zeker worden ingezet als een manier om ongewenst gedrag af te leren. De keuze om wel of niet gebruik te maken van straffen is een persoonlijke keuze. Straffen kan handig zijn om een kind duidelijke grenzen aan te geven. Straffen is minder handig bij een heel onzeker kind of wanneer het gedrag echt voortkomt uit onvermogen. Besteed dan liever aandacht aan het leren van alternatief gedrag. Als je besluit je kind te straffen voor ongewenst gedrag, let er dan op dat je op een goede manier straft. Anders heeft het straffen waarschijnlijk onvoldoende effect en dat is zonde van de moeite.Kenmerken van een goede manier van straffen
Een goede straf volgt onmiddellijk op het ongewenste gedrag en is voorspelbaar. Om de straf voorspelbaar te maken kan je vooraf met een kind afspraken maken over mogelijke straffen wanneer hij of zij ongewenst gedrag laat zien. Bij oudere kinderen kan je ook eens aan het kind zelf vragen wat hij of zij een effectieve straf vindt bij mogelijk ongewenst gedrag, om zo de betrokkenheid en voorspelbaarheid te vergroten. Ook is het van belang voorafgaand aan de straf het kind te waarschuwen. Daarnaast werkt straffen alleen als het kind ook uitgelegd wordt welk gedrag wel van hem of haar verwacht wordt. Ouders en leerkrachten denken vaak dat kinderen wel weten hoe het hoort, maar gewenst gedrag nog eens benoemen kan nooit kwaad. Ook is het handig om een straf te bedenken waar iedereen iets aan heeft, zowel de leerkracht of ouders als het kind. Daarnaast is het van belang dat de straf is afgestemd op het kind in kwestie, niet iedere straf is voor elk kind even effectief.Een aantal voorbeelden van goede straffen zijn:
- Een extra taak doen in het huishouden: bijvoorbeeld een keer extra de tafel dekken, iets opruimen of een extra keer de vaatwasser inruimen
- Een extra huiswerktaak uitvoeren
- Een time-out