Straffen van kinderen
Kinderen of leerlingen, als ze aardig zijn is er niks aan de hand, dan is het gezellig. Als ze vervelend zijn, is het wat minder. Soms misdragen ze zich zo erg, dat je ze wel moet straffen. Toch? Vaak willen ouders of leerkrachten dit liever niet, maar het is wel handig om het gedrag de volgende keer te voorkomen. Hieronder volgend een paar tips bij straffen, om je te helpen.
Iedereen is anders
Iedereen denkt weer anders over straffen. De één vindt straffen normaal, zonder straffen bereik je niks. Terwijl de ander vindt dat straffen het beste vermeden kan worden, dat is voor iedereen het beste. Weet wat jij wil, en zorg ervoor dat je consequent bent, dus houd je aan je eigen regels wat betreft straffen.
Voorkomen
Als je goed gedrag beloont, kun je het uitdelen van straffen vaak voorkomen. Het belonen van goed gedrag kun je al doen door een glimlach of een schouderklopje. Benoemen wat je goed vindt kan ook, op die manier geef je de kinderen erkenning, wat ze een fijn gevoel geeft. Dat willen ze vaker, en daardoor vertonen ze beter gedrag.
Duidelijk en consequent
Als je last hebt van je kinderen of leerlingen, kun je ze het beste duidelijk vertellen wat ze te wachten staat als ze niet zullen stoppen. Op die manier is de straf het gevolg van hun eigen keuze als ze het vervelende gedrag blijven vertonen.
Geen discussie
Een bekende valkuil is in discussie gaan met het kind. Het kind blijft vervelend gedrag vertonen, en je zegt met steeds meer woorden dat iets niet meer mag. Daarna gaan we ook nog een 'goed gesprek' aan met het kind. Discussiëren in zo'n situatie helpt eigenlijk nooit. Maak duidelijk hoe jij het wilt hebben, einde discussie.
Passende straf
Als een leerling door de les heen fluistert, is het geen passende straf om het kind een middag te laten nablijven. De straf moet wel kloppen met het vertoonde gedrag. Een 'natuurlijke' straf is het beste om voor te kiezen. Als een kind een jas van een ander kind vies maakt, laat het hem dan schoonmaken, en daarna 'sorry' zeggen, om het weer goed te maken. Een straf kan ook per persoon verschillen. Bij het ene kind zal het wel helpen om als straf niet buiten te mogen spelen, en bij een ander kind weer niet. Voor leerkrachten geldt dat uit de klas sturen zelden een oplossing is. De meeste kinderen vermaken zich dan ook prima op de gang, en je lost op deze manier het probleem niet op.
Voorkom dat het uit de hand loopt
Als een kind vervelend gedrag toont is het handig om te achterhalen waar dat gedrag vandaan komt. Probeer niet op een verkeerde manier te reageren. Bijvoorbeeld vernederende opmerkingen maken tegenover het kind is geen goed idee. Hiermee maak je de relatie tussen jou en het kind kapot. Een situatie waarbij je schreeuwt is ook niet slim, daarmee laat je jezelf te veel kennen. Probeer rustig een oplossing te bedenken voor de ontstane situatie. Het is belangrijk om oplossingen te bedenken waarmee iedereen tevreden is. Op die manier kun je na de straf weer goed met elkaar om gaan.
Laat de kinderen meedenken
Je kunt kinderen prima laten meedenken over een passende straf. Op die manier worden ze zich ook bewust van het feit dat ze iets verkeerd hebben gedaan, en dat daar een straf op moet volgen. Wat zouden ze zichzelf voor straf geven? Vind je de bedachte straf ook passend, dan is het prima. Vind je de straf niet passend, pas je hem zelf nog aan. Voor leerkrachten kan het soms handig zijn om het strafwerk ondertekend door de ouders weer in te laten leveren. Zo zien de ouders ook wat hun kind gedaan heeft, en kunnen ze er thuis ook over praten.
Voor leerkrachten: pak vrije tijd af
Er zijn deskundigen die adviseren om kinderen na schooltijd strafregels te laten schrijven. Bijvoorbeeld: 'Ik zal niet meer door de leerkracht heen praten, daarmee stoor ik de les.' Deze zin moet het kind dan een aantal keer overschrijven. Daarmee verliest een kind geen schooltijd, maar vrije tijd. Voor kinderen op de basisschool kan dit ongeveer 15-30 minuten duren. Voor kinderen op de middelbare school 30-60 minuten. Zorg dat je als school een protocol hebt voor straffen, en houd je daaraan. Dat geeft duidelijkheid voor iedereen, voor ouders, leerkrachten en leerlingen. Als ouders dan verhaal komen halen, weet je dat de directeur achter je staat.