Waarom je kind negeren, straffen of belonen vaak niet werkt
Op internet en in opvoedboeken staan veel tips over hoe je je kind het beste kunt opvoeden. Dit kun je op verschillende manieren doen. Sommigen zijn ervan overtuigd dat als je kind niet luistert, het straf hoort te krijgen, zodat hij weet dat hij moet gehoorzamen. Of je beloont hem voor gewenst gedrag. Als een kind een woedeaanval of een driftbui heeft, dan kun je dat maar beter negeren. Het klinkt heel logisch dat negeren een goede oplossing is, omdat negatieve aandacht tenslotte ook aandacht is. Toch blijkt dit veelal averechts te werken en zijn er redenen om het anders aan te pakken.
Dat het opvoeden van een kind niet gemakkelijk is, weet iedereen die een kind heeft. Het ene kind is gemakkelijker en luistert beter dan het andere. Het karakter speelt hierbij een belangrijke rol, maar ook andere factoren zoals bijvoorbeeld leeftijdsgenootjes, voeding en televisie. En hoe ga jij of andere rolmodellen om met boosheid en problemen? Jij bent hun voorbeeld.
Ieder kind zal in min of meerdere mate kijken of de grens wel de grens is en deze op z’n tijd proberen op te rekken. Denk aan de (peuter)pubertijd. Dat is gezond, dat hoort bij het opgroeien. Het ene kind zal daar wat hardnekkiger in zijn dan het andere. Bijvoorbeeld als je net nog hebt gezegd: “Blijf van die kaarsjes af” doet hij het nog een keer, al dan niet met een schalks glimlachje, en hij kijkt hoe jouw reactie zal zijn. Of als je in de supermarkt bent vraagt hij of hij iets mag en als het antwoord "Nee" is barst hij in een
woedeaanval of huilbui uit. Iedereen om je heen kijkt. Dus je hebt ook nog publiek bij je optreden. Wat doe je dan? Volgens een aantal boekjes en deskundigen moet je je kind negeren. Want dan is de boodschap duidelijk. Je krijgt niet je zin. En als hij weer ‘normaal’ doet, dan geef je een compliment, want dan is hij jouw aandacht waard. In het begin zou de driftbui nog wel erger kunnen worden, maar het is een kwestie van de langste adem hebben. Als je dit niet meteen en plein publiek wilt oefenen, kun je dit het beste eerst thuis doen. Op den duur zou je kind doorkrijgen dat dit gedrag niet werkt en gehoorzamen. Wat je in feite aan het doen bent, is je kind ‘africhten’. Als hij het gewenste gedrag vertoont, dan heeft hij recht op aandacht. Net als je een hond een snoepje geeft, als hij op jouw commando netjes is gaan zitten.
Wat gebeurt er als je je kind negeert?
Als je je kind negeert, ga je uit verbinding. Wat de indirecte boodschap aan je kind is, is dat je zijn behoeftes niet ziet en dat deze niet belangrijk zijn. Als hij zich niet aanpast, jij niet van hem houdt. Dat hij niet mag zijn wie hij is. Dit geeft een groot gevoel van onveiligheid. Aangezien een kind afhankelijk is van zijn ouders zal hij zich na verloop van tijd aan gaan passen aan zijn omgeving. Net als een kameleon. Want dan krijgt hij aandacht van zijn opvoeders en wordt hij gezien en gehoord. De boodschap die je uitzendt is dat hij er pas mag zijn als hij zich aanpast. Op de lange duur kunnen (gevoelige) kinderen anderen gaan pleasen. Of ze gaan de lat voor zichzelf te hoog leggen in de hoop dan gezien te worden, om maar die erkenning te krijgen. Dit zorgt voor veel stress. De kans is groot dat ze zich in het ergste geval op latere leeftijd voorbij lopen, omdat ze te hoge eisen aan zichzelf stellen en over hun eigen grens gaan. Het gevaar van een depressie of burn-out ligt dan op de loer.
Straffen en belonen
Het is belangrijk dat je kind leert wat de grens is en dat als die overtreden wordt, daar consequenties aan verbonden zijn net zoals je een boete krijgt als je een verkeersovertreding begaat. Maar hou het wel redelijk. In je boosheid kun je een straf opleggen die zwaarder is dan de ‘overtreding’. Het moet dus wel in verhouding zijn. Bespreek vooraf duidelijk wat er gebeurt als je kind niet luistert. Doe dit alleen als hij zich na twee of drie opmerkingen niet aan de afspraak houdt. Als je ineens een straf oplegt (bijvoorbeeld: 'je krijgt een week huisarrest voor het stelen van een zak chips') terwijl je dat niet van tevoren hebt aangegeven dan ben je onvoorspelbaar. Dit kan ook een gevoel van onveiligheid geven of zorgen voor frustratie. Geef de straf kort na het ongewenste gedrag. Als deze voltooid is, begin dan met een schone lei. Het afnemen van een beloning als straf werkt dubbel negatief. Het beloonde gedrag heeft dan geen waarde meer en ze vinden jou oneerlijk.
Kijk uit met straffen en belonen. Het moet namelijk niet zo zijn dat je kind iets wel of niet doet, omdat het anders straf of een beloning krijgt. Als iets niet mag dan is de kans groot dat hij het stiekem doet. Naast dat dit de sfeer in huis niet ten goede komt, zitten er dus meer nadelen aan straffen, belonen en negeren dan je misschien in eerste instantie zou denken. Het gaat erom dat je kind normen en waarden leert, en dat ze er zelf voor kiezen om zich goed te gedragen.
Hoe stimuleer je gewenst gedrag?
Maar hoe leer je je kind dan wat wenselijk is en wat niet vraag je je dan wellicht af. Grenzen zijn heel belangrijk voor een kind. Het geeft hem een duidelijke structuur van wat wel mag en wat niet. Dat zorgt voor een gevoel van veiligheid. Leg het kind duidelijk uit wat je van hem verwacht. Bijvoorbeeld als je gaat winkelen. “We gaan zo boodschappen doen. In de supermarkt doe je rustig.” Zeg ook een een keer dat hij iets lekkers mag uitzoeken, al is het maar het toetje. De hele tijd horen dat iets niet mag, is natuurlijk ook frustrerend.
Ieder kind heeft behoefte aan aandacht, waardering, erkenning en zelfbevestiging. Kiest hij ervoor om op een negatieve manier aandacht te krijgen, dan reageren we vaak op dat ongewenste gedrag. Terwijl achter dat gedrag een onvervulde behoefte zit. Het kind voelt zich vervolgens onbegrepen. Misschien kun je zelf nog wel herinneren hoe het voelde toen je als kind straf kreeg? Belangrijk is om het kind te helpen om positief gedrag te vertonen. Dit doe je door rustig te reageren, erover te praten en de behoefte aan aandacht te zien en te erkennen. Verbinding is het juiste en enige antwoord. Vervolgens leer je hem andere gedragsmogelijkheden aan. Heb je hier ondersteuning bij nodig, dan kan een
kindercoach je helpen. Laat je kind regelmatig voelen dat hij goed is zoals hij is en je onvoorwaardelijk van hem houdt ook als hij boos is. Wees eerlijk, luister met aandacht en steun hem. Dan is straffen waarschijnlijk veel minder of niet eens nodig.