Yanomami - Indianen uit het Amazone-Gebied
De Yanomami behoren tot de Indianen uit het Amazone Gebied die tot relatief kort geleden totaal geen contact met de buitenwereld hadden gehad. Inmiddels is daar verandering in gekomen: wetenschappers, goudzoekers, houtkappers, allemaal hebben ze inmiddels kennis gemaakt met de Yanomami. De Yanomami behoren tot de meest bekende Indianen uit het Amazonewoud.
De Shabono
De Yanomami (ook wel Yanomamo of Yanomama genoemd) bestaan uit zo'n 20.000 mensen, verdeeld over rond de 250 dorpen en bevinden zich in het grensgebied tussen Venezuela en Brazilië. De dorpen zijn relatief klein en bestaan uit vijftig tot vierhonderd mensen, die meestal aan elkaar verwant zijn. Het huwelijk waar de Yanomami de voorkeur aan geven is dat met een dochter of zoon van een oom van moeders kant of met een zoon of dochter van een tante van vaderskant (een zogenaamde cross cousin). Het hele dorp woont samen in een overkapte plek in het regenwoud, de shabono. De shabono is meestal ovaal en in het midden open. De shabono wordt gebouwd van materiaal uit het regenwoud en is niet bestand tegen zeer hevige regenval en wind, daarom wordt de shabono elk jaar of twee jaar opnieuw gebouwd.
Tuinbouw
De Yanomami maken gebruik van wat in de antropologie 'slash and burn' heet, waarbij om de zoveel tijd een deel van het regenwoud wordt afgebrand om het vervolgens te gebruiken voor het verbouwen van gewassen. Door voortdurend te verhuizen zorgt men er voor dat de grond niet uitgeput raakt. Men verbouwt met name cassave, bananen, suikerriet, papaya, mango's, maniok en zoete aardappelen. Het zijn met name de vrouwen die zich met deze
tuinbouw bezig houden. Daarnaast zijn de Yanomami
jagers en verzamelaars. Vrouwen dragen hierbij grote lasten, van 30 tot 35 kg. Een grote oogst wordt traditioneel gevierd met een feest, waarbij verwanten uit andere dorpen worden uitgenodigd. De ruimte die de Yanomami gebruiken kan gezien worden als cirkels om de Shabono. De eerste cirkel heeft een radius van zo'n vijf km en dit gebied wordt gebruikt voor vissen en verzamelen op kleine schaal en voor het verbouwen van gewassen. De tweede cirkel, die een radius van zo'n tien km heeft wordt gebruikt voor jagen en voor uitgebreid verzamelen. De derde cirkel die een radius van wel twintig km heeft wordt gebruikt voor uitgebreide jacht-expedities en verzamelpartijen die wel twee tot zes weken kunnen duren. De dorpsbewoners brengen een derde tot wel een helft van hun tijd door in deze derde cirkel, om zo de grond gelegenheid te geven om weer bij te komen. Het woud is zo belangrijk voor de Yanomami, dat het veel meer is dan 'natuur', het is voor hen een levende entiteit.
Rituelen
Shamanen en andere mannen maken regelmatig gebruik van een geestverruimend middel: yakoana poeder, dat men inhaleert en waardoor men in trans raakt en in contact komt met de wereld der geesten. Vrouwen maken geen gebruik van dit poeder. Wel nemen ze deel aan het traditionele begrafenis-ritueel waarbij de hersenen van een dood familielid worden opgegeten (endokannibalisme).
Het begin van de menstruatie betekent dat een meisje in een vrouw verandert en meestal worden meisjes onmiddellijk uitgehuwelijkt. Menstruatie is een groot taboe voor de Yanomami en de eerste menstruatie staat dan ook bol van de rituelen. Meisjes worden in een soort van tentje op een afgelegen plek alleen door vrouwen bezocht, ze worden verondersteld niet hardop te praten en het meisje krijgt nieuwe kleding om haar toetreding tot de vrouwen en als huwbare vrouw duidelijk te maken. Terwijl de puberteit van jongens nauwelijks aandacht krijgt is die van meisjes echt de stap van kind naar volwassene.
Oorlog en The Fierce People
Hoewel het dorp of de Shabano een wereld op zich is, zijn er belangrijke contacten met de buitenwereld, de omringende dorpen. Deze contacten uiten zich zowel op economisch als op ceremonieel gebied. Maar niet alle contacten zijn vreedzaam en er is regelmatig sprake van oorlog tussen diverse dorpen. Volgens de antropoloog
Napoleon Chagnon waren de Yanomami extreem gewelddadig en leefden ze in een staat van voortdurende oorlog, wat leidde tot een controverse in antropologische kringen. Andere antropologen, waaronder
Jacques Lizot, die twintig jaar bij de Yanomami leefde, trokken andere conclusies en vonden de Yanomami niet gewelddadiger dan andere samenlevingen. De antropoloog
Brian Ferguson trok zelfs de conclusie dat de oorlogen waar de Yanomami aan deel hadden nou net veroorzaakt waren door de wijdverspreide invloed van het Westen. De koloniale invloed had de Yanomami al lang bereikt voordat ze daadwerkelijk met westerlingen in contact kwamen.
De Taal
De taal van de Yanomami kent diverse dialecten, die onderling zo kunnen verschillen dat mensen uit verschillende dorpen elkaar soms nauwelijks kunnen verstaan. De taal van de Yanomami staat apart en is niet verwant aan de talen van omringende Indianen, zoals bijvoorbeeld de
Yekuana (of Yekwana), die een Cariben-taal spreken. Linguïsten gaan er van uit dat de Yanomami zeer lang, zeer geïsoleerd hebben geleefd en daardoor een zeer eigen taal hebben ontwikkeld. De naam Yanomami is afgeleid door antropologen van de uitdrukking
yanomami thëpë, wat zoveel als mensen betekent, maar wat alleen voor hun eigen groep wordt gebruikt.
Afkomst
De Yanomami vertellen in hun legenden dat de oorsprong van hun volk ligt in de Parima bergen, in het gebied tussen de Orinoco en de Rio Branco. Dit is nog steeds het gebied dat het dichtst bevolkt is met Yanomami, waarschijnlijk begonnen ze in de loop van de negentiende eeuw de rivier af te zakken, nadat kolonisten hun gebied begonnen in te dringen. De bevolkingsgroei van de Yanomami vanaf die tijd was ook erg groot, waardoor ze meer land nodig hadden. Antropologen gaan er van uit dat de bevolkingsgroei veroorzaakt werd door nieuwe gewassen en ijzeren gereedschap. Doordat buur-groepen, zoals de
Caribben en de
Arawak door de komst van kolonisten werden uitgeroeid, kwam er meer plek vrij voor de Yanomami.
Contact met de Buitenwereld
De Yanomami hadden aanvankelijk alleen te maken met andere Indianen-stammen, maar vanaf het begin van de twintigste eeuw veranderde dat. Eerst ging het vooral om militairen en reizigers, later volgden missionarissen en anderen. De missionarissen zetten posten op, die centra werden voor gezondheidszorg (maar ook regelmatig van het uitbreken van epidemieën) en een bron van materiële goederen. Sinds de jaren zeventig en tachtig is het contact met de buitenwereld sterkt toegenomen. Dat contact verliep niet altijd voorspoedig, er braken nieuwe ziekten uit onder de Yanomami en ook sociaal gezien was het niet altijd makkelijk. In 1987 kreeg goudkoorts veel mensen te pakken en bracht veel buitenstaanders het gebied van de Yanomami binnen, zo'n 30 tot 40.000, veelal clandestien. In 1993 leidde dit zelfs tot de zogenaamde
Haximu Massacre, waarbij goudzoekers of garimpeiros zestien Yanomami doodden. In antwoord hierop werden minimaal twee goudzoekers gedood. In de loop van de jaren negentig liep hun aantal terug, maar een groep goudzoekers bleef in het gebied. Ook zijn er drie militaire posten gevestigd in het gebied wat diverse problemen oplevert, waaronder dat van prostitutie.