De uitleg en betekenis van dromen in de Bijbel
Elk mens droomt. In de tijd van de Bijbel kregen mensen ook dromen. Dat waren gewone dromen en ook bijzondere dromen. In de dromen die in de Bijbel beschreven worden zit vaak een boodschap die de dromer van God krijgt. Mensen in de tijd van de Bijbel geloofden dat God door dromen tot mensen kon spreken. Bekende dromen uit de Bijbel zijn de dromen die Jozef heeft gehad. Hij had ook de gave om dromen uit te leggen, zoals de droom van de schenker en de bakker. Ook in het Nieuwe Testament lezen we dat God dromen gebruikt om dingen aan mensen duidelijk te maken. In de eerste christelijke gemeente werden dromen gezien als een teken dat de Heilige Geest werkzaam was.
Dromen in de tijd van de Bijbel
Zoals mensen van nu dromen, werd er ook in de tijd van de Bijbel gedroomd. 'Dromen zijn bedrog'. Dit is een bekende uitspraak en vaak is dat waar. Dromen kunnen ons bedriegen. Dat is nu, maar ook in de tijd van de Bijbel wist men dat. De Bijbel is een nuchter boek. Het waarschuwt voor het bedrog van de dromen:
'Zoals de droom van iemand die honger heeft: hij droomt over eten, maar is bij het ontwaken nog hongerig; of van iemand die dorst lijdt en droomt dat hij drinkt, maar bij het ontwaken nog dorstig is en uitgedroogd' (Jesaja 29:8). De opvatting dat dromen niet zoveel met de werkelijkheid te maken hebben is ook te vinden in het Bijbelboek Prediker. Daar staat:
'Drukte leidt tot dromerij en veel praten tot gebazel' en 'Dromerij en lege woorden zijn er al genoeg' (Prediker 5: 2 en 6).
Tabel 1: Chronologisch overzicht van dromen in de Bijbel
Volgorde | Dromer | Tekst |
1 | Abimelech | Genesis 20:3 |
2 | Jakob | Genesis 28:12 |
3 | Jakob | Genesis 31:10 |
4 | Laban | Genesis 31:24 |
5 | Jozef | Genesis 37:5 |
6 | Jozef | Genesis 37:9 |
7 | De schenker van de Farao | Genesis 40:9 |
8 | De bakker van de Farao | Genesis 40:16 |
9 | De Farao | Genesis 41:1 |
10 | De Farao | Genesis 41:5 |
11 | Een Midjanietische soldaat | Richteren 7:13 |
12 | Koning Salomo | 1 Koningen 3:5 |
13 | Koning Nebukadnessar | Daniël 2:3 |
14 | Koning Nebukadnessar | Daniël 4:5 |
15 | Daniël | Daniël 7:1 |
16 | Jozef | Matteüs 1:20 |
17 | De wijzen | Matteüs 2:12 |
18 | Jozef | Matteüs 2:13 |
19 | Jozef | Matteüs 2:19 |
20 | Jozef | Matteüs 2:22 |
21 | De vrouw van Pilatus | Matteüs 27:19 |
Nachtmerrie in de Bijbel
Angstige dromen, nachtmerries, kunnen diepe indruk maken. Over nachtmerries wordt ook in de Bijbel gesproken. De profeet Jesaja spreekt niet over een nachtmerrie, maar hij gebruikt het woord '
angstdroom' (Jesaja 29: 7). Job heeft ook angstdromen. Hij zegt daarover:
'Want als ik zeg: “In mijn bed vind ik troost, mijn slaap zal mijn verdriet verzachten,” dan schrikt u mij met dromen op,
en de beelden die ik zie, jagen me angst aan' (Job 7: 13-14).
God communiceert via dromen
Een van de belangrijkste teksten over hoe God dromen kan gebruiken om met mensen in contact te komen is te lezen in Numeri. Daar zegt God tegen Aäron en Mirjam hoe hij met mensen communiceert.
Toen daalde de HEER af in de wolkkolom, ging bij de ingang van de tent staan en riep Aäron en Mirjam. Nadat zij beiden naar voren waren gekomen, zei Hij: ‘Luister goed. Als er bij jullie een profeet van de HEER is, maak ik mij in visioenen aan hem bekend en spreek ik met hem in dromen. Maar met mijn dienaar Mozes, op wie ik volledig kan vertrouwen, ga ik anders om: 8met hem spreek ik rechtstreeks, duidelijk, niet in raadsels, en hij aanschouwt mijn gestalte. Hoe durven jullie dan aanmerkingen op mijn dienaar Mozes te maken?’ (Numeri 12: 5-7)
God spreekt met mensen, met profeten, via dromen en visioenen. Deze dromen en visioenen zijn niet altijd duidelijk, zo komen over als raadsels. Dromen moeten geduid worden. Ze vragen vaak om een uitleg. Met Mozes gaat God op een andere wijze om. God preekt direct tot Mozes en niet via dromen en visioenen. Mozes heeft daarin als mens en leider van het volk Israël een bijzonder positie.
De uitleg van dromen in de Bijbel
De verhalen in de Bijbel vertellen van de dromen die mensen krijgen. Die dromen spreken vaak niet voor zichzelf. Dromen zijn als raadsels die opgelost moeten worden. Een van de meest bekende droomuitleggers in de Bijbel is Jozef. Zelf heeft hij ook bijzondere dromen ontvangen.
De twee dromen van Jozef gaan over de korenschoven die voor zijn schoof buigen en over de sterren en de maan die voor hem buigen (Genesis 37: 5-11). In de Bijbel staat niet geschreven of hijzelf toen wist waar deze dromen op sloegen. In het vervolg van het verhaal wordt Jozef degene die dromen uitlegt. Jozef kan de dromen van de schenker en de bakker verklaren (Genesis 40: 1-23). Later legt hij ook aan de Farao van Egypte zijn dromen uit (Genesis 41). De uitleg van dromen komt niet bij Jozef zelf vandaan. Jozef zegt tegen de schenker en de bakker:
‘De uitleg van dromen is toch een zaak van God? Vertelt u mij die dromen eens’ (Genesis 40: 8). Via de ingevingen van God kan Jozef de dromen verklaren.
Daniël en de droom van de koning
In de tijd van de Babylonische ballingschap is het Daniël die de droom van koning Nebukadnessar uitlegt. Nebukadnessar is kritisch ten opzichte van de droomverklaarders. Hij stelt dat ze niet alleen de droom moeten verklaren, maar dat ze hem ook moeten vertellen wat hij heeft gedroomd. De droomuitleggers, de magiërs, bezweerders, tovenaars aan zijn hof kunnen dat niet. Ze vrezen voor hun leven. Daniël kan door goddelijke openbaring de droom en zijn uitleg wel aan de koning doorgeven. Daniël is duidelijk in wat hij de koning meldt:
‘Wijzen, bezweerders, magiërs noch toekomstvoorspellers kunnen het mysterie dat de koning wil begrijpen aan hem onthullen. Maar er is een God in de hemel die mysteries onthult. Hij heeft koning Nebukadnessar laten weten wat er aan het einde van de tijd zal gebeuren. De droom en de visioenen die tijdens uw slaap in u opkwamen, waren deze' (Daniël 2: 27-28). Daarna vertelt Daniël aan de koning wat hij gedroomd heeft en vervolgens legt Daniël de droom uit.
Droomuitleg door ongelovige
Zowel Jozef als Daniël geven bij de uitleg van dromen aan dat de uitleg niet primair bij henzelf vandaan komt, maar dat de uitleg van een droom van God komt. In de Bijbel staat ook een verhaal waarin juist iemand die niet gelooft in de God van Israël een droom uitlegt. De uitleg van dromen is niet aan gelovigen voorbehouden. In Richteren staat het verhaal van een heiden die een droom uitlegt. De richter Gideon die stiekem meeluistert wordt door die uitleg bemoedigd (Rechters 7: 13-15).
Dromen in het evangelie van Matteüs
Niet alleen in het Oude Testament spreekt God door dromen tot mensen. In het Nieuwe Testament is het Jozef de verloofde van Maria, weer een Jozef, die via dromen aanwijzingen van de Heer krijgt. De evangelist Matteüs beschrijft
vier dromen waarin God tot Jozef spreekt. In de eerste droom krijgt hij de opdracht om Maria, die zwanger was, tot vrouw te nemen (Matteüs1:20-25). In de tweede droom wordt hem duidelijk gemaakt dat hij met Maria en het kindje Jezus naar Egypte vluchten moet (2:13-15). In de derde droom wordt hij geïnformeerd over de dood van Herodus en dat hij veilig terug naar Israël kan keren (2:19-20). Vervolgens krijgt Jozef in een vierde droom de waarschuwing om niet naar Galilea te gaan (2:22). Tussendoor krijgen
de wijzen uit het Oosten een droom met de opdracht om niet naar Herodus terug te keren (2:12). Aan het eind van het evangelie van Matteüs wordt nog melding gemaakt van de vrouw van Pilatus die in een droom veel om Jezus geleden heeft (Matteüs 27:19).
Dromen in de eerste gemeente van Christus
Na de dood en opstanding van Jezus is het niet zo dat er geen dromen meer van Godswege komen. Op de eerste Pinksterdag, als de Heilige Geest is uitgestort, houdt de apostel Petrus een toespraak. Hij duidt de uitstorting van Heilige Geest als voorspeld door de profeet Joël: '
Wat hier nu gebeurt, is aangekondigd door de profeet Joël: “Aan het einde der tijden, zegt God, zal ik over alle mensen mijn geest uitgieten. Dan zullen jullie zonen en dochters profeteren, jongeren zullen visioenen zien en oude mensen droomgezichten. Ja, over al mijn dienaren en dienaressen zal ik in die tijd mijn geest uitgieten, zodat ze zullen profeteren' (Handelingen 2: 16-18). Met de uitstorting van de Heilige Geest zullen oude mensen droomgezichten zien en jonge mensen visioenen. Paulus werd tijdens zijn zendingsreizen geleid door de Geest van God. Soms gaf een droom hem de aanwijzing waarheen hij gaan moest. Zo droomde Paulus van een man uit Macedonië hem toeriep:
‘Steek over naar Macedonië en kom ons te hulp!’ (Handelingen 16:9). In heb Bijbelboek Handelingen zijn dromen en visioenen een teken dat God in de kerk aanwezig is door de Heilige Geest.
Lees verder