De heilige kus en zijn betekenis in de vroege kerk
De apostel Paulus sluit een aantal van zijn brieven af met de aanbeveling; ‘Groet elkaar met een heilige kus.’ In de Bijbel is weinig achtergrondinformatie te vinden over het gebruik van de heilige kus. Geschriften uit de vroege kerk laten zien dat de heilige kus gebruikt werd om de onderlinge band te versterken. Christenen zijn immers broeders en zussen van elkaar. Door het geven van een heilige kus werd dat bevestigd. Ook werd de heilige kus gezien als een middel om de Heilige Geest aan elkaar door te geven. In de vroege kerk was de heilige kus een kus van mond tot mond.
De kus in het Nieuwe Testament
Vier van de brieven die Paulus geschreven heeft worden afgesloten met de opdracht om elkaar te groeten met de heilige kus (Romeinen 16:16; 1 Korinthe 16:20; 2 Korinthe 13:12; 1 Thessalonicenzen 5:26). De brieven van Paulus zijn in het Grieks geschreven. Het woord ‘kus’ is in het Grieks
philema. Dit is afkomstig van het werkwoord
phileo, wat liefhebben betekent. Dit werkwoord komt men onder andere tegen in het verhaal van Judas die Jezus kust (Mattheus 26:48; Marcus 14:44; Lucas 22:47). Het is ook te vinden in Lucas 7:45 waar een vrouw de voeten van Jezus met olie zalft en die vervolgens kust. Het Griekse woord
phileo voor kussen laat zien dat het om persoonlijke affectie gaat.
Een kus op de lippen
In de Bijbel wordt niet nader uitgelegd waarom men elkaar de heilige kus moet geven en wat de heilige kus betekent. In de vroege kerk is het geven van de heilige kus algemeen ingeburgerd. Er zijn dan ook meerdere geschriften van kerkvaders waarin het gaat over de heilige kus. In de eerste eeuwen van onze jaartelling kusten de christenen elkaar onderling op de mond om elkaar te begroeten. De kerkvader Augustinus (354-430) is er duidelijk in. Tijdens een van zijn preken (Sermo 227) heeft hij het over de heilige kus, daarvan is sprake ‘als jouw lippen de lippen van je broeder raken’.
De kus in de aanhef van een brief
Paulus sluit een aantal van zijn brieven af met de aanbeveling elkaar te groeten met een kus. Er is ook een brief uit de periode van de vroege kerk bewaard gebleven waarin in de aanhef de wens wordt uitgesproken om de geadresseerden te kunnen kussen. Hierbij wordt ook onomwonden gesproken over een kus op de lippen.
'Van Cyprianus aan Sergius en Rogatianus, en aan de overige belijders van de Heer, eeuwige gezondheid toegewenst. Ik groet u, liefste en meest gezegende broeders. Zelf heb ik de wens om van uw aanblik te genieten, als de toestand waarin ik geplaatst ben het zou toelaten om naar u te gaan ... Wat heerlijk en verheven om uw lippen te kussen, die met glorierijke stem de Heer hebben beleden,....' (Cyprianus, Brief 80).
Het kussen tussen de seksen
Als een man een vrouw kust op de lippen, dan kan dat een zekere erotische lading krijgen. In de Romeinse wereld van die tijd was men niet gewend aan vrije uitingen van de liefde. Plutarchus (46-120 na Christus) schrijft bijvoorbeeld over Cato de Oudere (234-149 voor Christus) die een zekere Manilius verbannen heeft uit de Romeinse de Senaat, 'omdat hij (Manilius) zijn vrouw heeft gekust op klaarlichte dag in het bijzijn van zijn dochter' (Leven van Cato de Oudere, 17.7).
De heilige kus alleen tussen gelijke sekse
De kerkvader Tertullianus merkt op dat de spanning tussen de sekse bij het uitwisselen van de heilige kus problematisch kan zijn. Een christelijke man kan nog wel ruimte bieden aan zijn vrouw om de medechristenen te groeten met een heilige kus. Een niet gelovige man kan de kus tussen zijn christelijke echtgenote en een van haar broeders van de gemeente gemakkelijk verkeerd uitleggen (
Ad Uxorem 2.4.3). Om dit te voorkomen adviseren de kerkvaders in de Apostolische Constitutie in de vierde eeuw om de heilige kus alleen tussen gelijke sekse uit te wisselen: 'Laten de mannen uitsluitend elkaar, en de vrouwen uitsluitend elkaar, groeten met een kus in de Heer' (Apostolische Constitutie, Boek 2.7 'Over de samenkomst in de kerk').
Versterken van onderlinge band
De heilige kus werd in de vroege kerk gebruikt voor het versterken van de onderlinge band. Jezus verklaart in Mattheüs 12:46-50 dat iedereen die de wil van God doet, zijn broeder of zuster is. Vanuit deze woorden zien christenen elkaar als broeders en zusters. In de Grieks-Romeinse cultuur was het de gewoonte om bij de begroeting familieleden te kussen. De eerste christenen maakte van deze gewoonte gebruik om zo de band met elkaar, als familie, broeders en zusters in de Heer, te bevestigen en te versterken. Door het uitwisselen van de heilige kus drukte de eerste christenen uit dat ze behoorden tot een religieuze familie van heiligen. Door die familieband was de maatschappelijke status van de gelovigen niet meer van belang. Het ritueel van de heilige kus als bevestiging van de onderlinge band was ook in sociaal opzicht bijzonder: in de dagelijkse praktijk kusten slaven en vrije mensen elkaar niet. In de christelijke gemeente gebeurde dit wel.
Afscheid bij aanvaarden martelaarschap
In het Romeinse Rijk hadden christenen te maken met vervolging. Vele christenen hebben het getuigenis van hun geloof met de doop moeten bekopen. Er zijn verschillende verslagen van hoe christenen gedood werden. Sommige van hen werden verbrand, anderen werden in het circus voor de wilde dieren gegooid, weer anderen stierven door het zwaard. In de beschrijving van de marteldood van Perpetua en Felicitas (203 na Christus) speelt de kus een belangrijke rol bij het afscheid.
'En het volk riep hen op om in het midden van hun te komen, zodat zij met het zwaard doorstoken zouden worden [...]. Zij dan stonden uit eigen beweging op, en gingen naar plek waar het volk hen wilde hebben; maar eerst kusten zij elkander, zodat zij hun martelaarschap aanvaardden met de kus van vrede' (Passio Sanctarum Perpetuae et Felicitatis, 6,4).
Het doorgeven dan de Heilige Geest
Een andere betekenis van de heilige kus was het doorgeven van de Heilige Geest. Deze betekenis van de heilige kus wordt afgeleid van wat Jezus na zijn opstanding tegen zijn leerlingen zegt.
‘Nog eens zei Jezus: ‘Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie uit.’ Na deze woorden blies hij over hen heen en zei: ‘Ontvang de Heilige Geest.' (Johannes 20:21-23)
De Heilige Geest wordt door Jezus aan zijn leerlingen doorgegeven doordat Hij op hen blaast. Hierbij kunnen wij ons afvragen hoe Hij op hen blies? Deed Hij dit door gewoon in hun richting te blazen of gaf Hij hen een kus. Ondanks dat we niet precies weten hoe Jezus de Heilige Geest heeft doorgegeven is het niet uitgesloten dat Hij hen gekust heeft, aangezien de kus wordt verbonden met het doorgeven van adem en lucht. In het Grieks wordt voor adem en lucht het woord
pneuma gebruikt, wat ook geest betekent.
De heilige kus in de liturgie
In de vroege christelijke gemeenschap werd de heilige kus gebruikt in de liturgie van de kerkdiensten. Bij het uitwisselen van de vredeswens voor de eucharistie kusten de kerkleden elkaar. Justinus de Martelaar, ook wel Justinus Martyr genoemd, schreef daarover: 'Als de gebeden zijn beëindigd groeten wij elkaar met een kus. Vervolgens brengt iemand brood en een beker met wijn aangelengd met water naar hem die de broeders voorgaat' (1
Apologia 65.2). Na de doop werd de dopeling gekust, eerst door de bisschop en vervolgens door de andere kerkgangers. Ook nieuwe ambtsdragers werden na hun wijding gekust door gemeenteleden(zie bijvoorbeeld Cyprianus
'Ad Fidum Epis', Ep. lix, 4). Door de nieuwe dopelingen en ambtsdragers te kussen werd de Heilige Geest aan hen doorgegeven.