Vrouwen van de profeet Mohammed (vzmh): Khadija

Khadija en Aisha zijn de meest bekende vrouwen van de profeet Mohammed (vzmh). Khadija was zijn eerste vrouw en de eerste die zich tot de Islam bekeerde. De eerste moslim was een vrouw.

Zakenvrouw

Khadija was een rijke zakenvrouw toen Mohammed (vzmh) haar leerde kennen. Haar vader, Khuwaylid, was een van de belangrijkste leiders van zijn stam, tot hij omkwam in een oorlog. Ook verloor Khadija haar eerste man, die haar vervolgens als een rijke weduwe achterliet. Mohammed (vzmh) ging werken voor Khadija, hij zou handel voor haar drijven in Syrië. Op dat moment was Mohammed (vzmh) al bekend om zijn betrouwbaarheid en eerlijkheid. Hij keerde terug uit Syrië met een grote winst.

Huwelijk en Kinderen

Na het relaas van zijn reis te hebben gehoord besloot Khadija dat Mohammed (vzmh) een goede echtgenoot zou zijn en ze vroeg hem ten huwelijk. Eerder hadden rijke, belangrijke mannen uit de stam der Quraish haar al ten huwelijk gevraagd, maar ze had hen afgewezen. Nu trouwde ze, na toestemming van de oom van Mohammed (vzmh) te hebben gekregen, met een man die vijftien jaar jonger was. Mohammed (vzmh) was 25, Khadija 40.

Khadija kreeg zeven kinderen van Mohammed (vzmh). Drie jongens, Qasim, Abdallah (die ook liefkozend Tayyib genoemd werd) en Tahir, die alledrie jong stierven. En vier dochters, Zaynab,Ruqqaya, Umm Khaltoum en Fatima.

Openbaring

Mohammed (vzmh) en Khadija leefden voor vijftien jaren samen, in relatieve rust. In deze tijd kwam Mohammed (vzmh) bekend te staan als 'Al-Amin' (de betrouwbare). Hij had de gewoonte om te vasten en zich dan terug te trekken in een grot in de berg Hira, in de directe omgeving van Mekka. Tijdens een van die vastenperiodes, Mohammed (vzmh) was 40 en Khadija 55, kwam hij midden in de nacht thuis, trillend van angst. Khadija bedekte hem met een deken en vroeg, toen hij gekalmeerd was, wat er gebeurd was. Een engel, de engel Gabriël of Jibril, was aan hem verschenen en had gezegd 'Lees!'. 'Ik kan niet lezen' had Mohammed (vzmh) hem geantwoord. De engel had hem vastgegrepen en opnieuw gezegd 'Lees!'. Opnieuw zei Mohammed (vzmh) dat hij niet kon lezen. De engel herhaalde 'Lees!'. 'Wat moet ik dan lezen?' vroeg Mohammed (vzmh) hem wanhopig. En toen citeerde de engel hem het eerste vers uit wat later de Koran zou worden: "Lees, in de naam van de Heer, uw schepper. Die de mens schiep uit een klompje bloed. Lees, uw Heer is de meest Eerbiedwaardige. Hij onderwees de mens door middel van de pen. Hij leerde de mens datgene wat hij niet kende." (Soera 96, 1-6).

Mohammed (vzmh) wist aanvankelijk niet wat hem overkwam en wilde de grot ontvluchtte. Waar hij ook naar toe probeerde te rennen, overal stond de engel Gabriël tegenover hem. 'Mohammed', zei de engel, 'Jij bent de boodschapper van Allah en ik ben de engel Gabriël'. Toen verdween de engel. Mohammed (vzmh) vreesde dat hij gek aan het worden was. Khadija echter, zag het als een moment van openbaring. Ze zei dat ze dacht dat hij de profeet van de Arabieren was. "Je bent een goed mens, je zorgt voor je familieleden, geeft hulp aan de armen, geeft je gasten te eten en luistert en helpt naar degenen die daar om vragen."

Waraqa Ibn Nawfal

Khadija nam Mohammed (vzmh) mee naar haar neef, Waraqa Ibn Nawfal, een man die bekend stond om zijn wijsheid. Ibn Nawfal had de boeken van de Joden en de Christenen bestudeerd en wist dat er voorspeld was dat er nog een profeet zou komen. Hij kende de tekenen die de identiteit van de profeet moesten bevestigen wanneer hij zou verschijnen. Ibn Nawfal werd bevangen door opwinding en voorspelde dat de bewoners van Mekka hem de stad uit zouden verdrijven. Hij was er zeker van dat Mohammed (vzmh) de voorspelde profeet was. En hij begreep wie de engel was die aan hem was verschenen.

Geloofsgetuigenis

Er volgde een nieuwe openbaring door de engel Gabriël, waarbij hij Mohammed (vzmh) vroeg om zijn volk op te roepen om alleen tot Allah te bidden. Khadija sprak nu in het openbaar uit wat ze sinds kort als nieuwe waarheid zag: 'Er is geen God behalve Allah. En Mohammed is de boodschapper van Allah'. Hiermee sprak ze als eerste de geloofsverklaring uit, die moslims tot op de dag van vandaag gebruiken.

Ballingschap

De jaren die volgden waren niet eenvoudig. Khadija gebruikte al haar geld in naam van de Islam. Geld om tot de Islam bekeerde slaven vrij te kopen, voor opvang van gelovigen die dat nodig hadden en in het algemeen om de boodschap te verspreiden. Zeven jaren na de eerste openbaring, Ibn Nawfal was al overleden, werden Mohammed (vzmh) en zijn volgelingen en stamgenoten, de Banu Hashim, inderdaad uit Mekka verdreven. Ze kampeerden drie jaren in een ravijn in de omgeving van Mekka en het was een tijd van ontbering. Sympathisanten stuurden af en toe voedsel, maar in het algemeen volgden de mensen in Mekka het gebod om geen contacten te onderhouden. Het geloof van de moslims werd echter alleen maar sterker in deze periode. Een aantal volgelingen was naar Abbesinië gevlucht, wat geleidt werd door een christelijke koning, Negus. Deze volgelingen keerden terug en vonden de situatie nog slechter dan tevoren, ze keerden terug naar Abbesinië, met een grotere groep mensen. In Mekka versoepelde men het regime en de moslims mochten terugkeren. Het ballingschap had echter een hoge tol geeist, Abu Talib, de oom van Mohammed (vzmh) was overleden en ook Khadija stierf op 65-jarige leeftijd. Mohammed (vzmh) rouwde diep om haar, ze waren vijfentwintig jaar getrouwd geweest. Ook na haar dood en nadat hij vele andere vrouwen trouwde, bleef hij van haar houden. Hij sprak altijd met respect over haar en bleef voedsel en geschenken sturen naar de familieleden en vrienden van Khadija.