Wanneer is er sprake van probleemgedrag?

Probleemgedrag is moeilijk te bepalen
Wanneer vertoont iemand problematisch gedrag? Het is een moeilijke vraag. We kunnen wel richtlijnen trekken in de zin van dat iemand 'raar', agressief of afwijkend overkomt, maar dan is het nog niet evident om te zeggen wat probleemgedrag juist inhoudt. Als een leerling in de klas nogal luid praat, kan de leerkracht dit bestempelen als probleemgedrag, maar voor iemand anders kan dit juist betekenen dat die persoon heel assertief is, maar daarom nog geen probleemgedrag vertoont. Het hangt af van verschillende factoren die met elkaar samenhangen om probleemgedrag te identificeren.Criteria probleemgedrag
Wetenschappers bogen zich het hoofd erover en kwamen tot volgende criteria (hoe beter ze vervuld waren, hoe meer er sprake is van probleemgedrag):- omvang van het gedrag: wanneer en in welke situaties komt het voor?
- duurtijd: hoe lang is het gedrag al aan de gang?
- hoeveelheid: hoeveel keer valt het voor?
- gevolgen: welke gevolgen heeft het voor het individu en sociaal?
- context: waar komt het gedrag voor?
- interpretatie van de waarnemer: wie neemt het gedrag waar en welke interpretatie geeft men eraan?
- ontwikkeling van de persoon: heeft de persoon een normale ontwikkeling?
Voorbeeld: terroristische aanslag
Daar aan de factor 'hoeveelheid' toch veel aandacht geschonken wordt in het erkennen van probleemgedrag, moet hier toch een belangrijke nuance bij geplaatst worden. Problematisch gedrag willen stellen kan namelijk gedurende lange tijd al sluimeren in iemand (denken we aan bepaalde denkprocessen) en opeens tot uiting komen met een enorme impact op de sociale omgeving. Een terroristische aanslag is hiervan een treffend voorbeeld.
ASEBA
De ASEBA staat voor Achenbach System of Empirically Based Assessment en is een middel om emotionele en gedragsproblemen te toetsen aan de hand van vragenlijsten, interviews en observatieverslagen. Deze methode werd uitgevonden door Thomas Achenbach van de universiteit van Vermont. Via deze lijsten, interviews en observatieverslagen, kunnen emotionele en gedragsproblemen in kaart gebracht worden. Ze worden ingevuld en afgenomen door opvoeders (leerkrachten, ouders) om het gedrag van kinderen van anderhalf tot achttien jaar te classificeren. Er zijn ook lijsten beschikbaar voor volwassenen om andere volwassenen te beoordelen.8 hoofdgroepen problematisch gedrag
Op basis van de gegevens die dan verzameld worden, konden er in het verleden 8 clusters worden onderscheiden, die nu nog als hoofdgroepen van problematisch gedrag gelden en waaronder nieuwe observaties en peilingen geplaatst kunnen worden. Deze zijn:
- angstig/depressief gedrag
- sociale problemen (afzijdig gedragen in groep)
- somatische klachten (lichamelijke klachten waar in dit geval geen lichamelijke oorzaak voor gevonden wordt)
- aandachtsproblemen
- delinquent gedrag (crimineel gedrag)
- agressief gedrag
- teruggetrokken gedrag (leven als kluizenaar)
- denkproblemen
Opvallend is dus dat ook bepaalde denkwijzen geclassificeerd worden onder problematisch gedrag (ook al is dat vaak visueel niet waarneembaar) of de voorloper kunnen zijn om dit gedrag te zullen stellen.