Célestin Freinet en het freinetonderwijs
Célestin Freinet werd geboren in het jaar 1896. Hij was een dorpsonderwijzer uit Frankrijk. In zijn klassen merkte hij dat het gewone leren niet aansloeg. Leerlingen waren verveeld en vonden school saai. In zijn eigen klassen probeerde hij het onderwijs leuker te maken. Hij ging met de kinderen naar buiten en vond daar de lesstof. Zo ging hij bijvoorbeeld langs bij bedrijven om de leerlingen daar iets te leren. Toen hij merkte dat dit aansloeg, kwam zijn eigen onderwijsvisie. Nu zijn er maar een paar scholen in Nederland die deze vorm van onderwijs aanbieden. In België is deze vorm van scholing wat populairder.Uitgaan van de belevingswereld
Een belangrijk punt in de visie van Freinet is dat leerkrachten rekening houden met de belevingswereld van kinderen. Juist in deze belevingswereld leren ze het beste. Doordat ze er enthousiast over zijn, onthouden kinderen leerstof beter. Door op excursies te gaan en de lesstof op te zoeken, komt dit beter aan bij leerlingen. Dat betekent ook dat er geen boeken te vinden zijn in de freinetscholen. Alle leerstof wordt gemaakt en ontdekt door de leerlingen. Zij zijn dan ook verantwoordelijk voor de onderwerpen die in de klas besproken worden. Deze bespreken ze in vergaderingen met de klas.Freinet technieken
Om de visie van Freinet uit te dragen, ontwikkelde hij speciale technieken. Op deze manier kunnen leerlingen leren wat echt belangrijk is.Drukpers
Freinet gebruikte de drukpers als middel om leerlingen de kans te geven om zich te uiten tegenover anderen. Zo kan iedereen leren van elkaar. Heeft iemand bijvoorbeeld een mooi gedicht geschreven, dan kan dat via de drukpers gedeeld worden met de rest van de school. Door de producten uit de drukpers te bespreken, doen de leerlingen op een leuke manier iets met taal. Dit geldt natuurlijk ook voor bijvoorbeeld kunst of juist hele andere dingen.
Klassenvergadering
Freinet zag een klas als minimaatschappij. Iedereen in de klas heeft een eigen taak en is gelijkwaardig. Ook de leerkracht is gelijkwaardig aan andere leerlingen. Hij vervult wel een andere functie, maar maakt ook deel uit van de minimaatschappij in de klas. In de klassen wordt veel vergaderd. Zo komen leerlingen en leerkracht tot de leerstof die leerlingen gaan leren. Ze maken samen een planning en zorgen dat deze wordt uitgevoerd.
Muurkrant
Dat wat kinderen maken is belangrijk. Daarom bedacht Freinet een muurkrant. Kinderen kunnen op de muren bijvoorbeeld tekeningen ophangen. Ook kunnen ze nieuwtjes en verhalen schrijven om op de muur te hangen. Deze dingen kunnen daarna met de klas besproken worden. Door met ze in gesprek te gaan, zijn leerlingen weer op een andere manier bezig met taal of kunst. Zo leren ze op een leuke manier iets nuttigs.