Reformpedagogiek
Rond 1900 ontstond er onvrede over het oude 19e eeuwse schoolsysteem. Men vond dat de individuele vrijheid teveel ingeperkt werd en dat dit leidde tot kadaverdiscipline. In 1921 onstond naar aanleiding hiervan, de nieuwe-schoolbeweging (‘La ligue Internationale pour l’Education Nouvelle’), opgericht door de Franse pedagoog Adolphe Ferriere. Deze nieuwe-schoolbeweging werd ook wel de reformpedagogiek genoemd, omdat ze de school wilden hervormen (reform).
Adolphe Ferriere koos ervoor om het woord 'nieuw' ('nouvelle') te gebruiken, om zo aan te geven dat hij andere uitgangspunten had, dan die op dat moment gangbaar waren bij de oude school.
Uitgangspunten
De reformpedagogiek werd gekenmerkt door haar kindgerichtheid. Het kind moest centraal staan in het onderwijs, niet de leerstof. Het intellectueel vermogen werd gezien als slechts één van de vermogens van kinderen. Er werd veel nadruk gelegd op de lichamelijk en kunstzinnige vorming. Hierdoor nam bewegingsonderwijs en kunstonderwijs een belangrijke rol in het onderwijs in. Ook vonden ze dat er meer vertrouwen moest komen in de natuurlijke ontwikkeling van kinderen. Er moest ook niet van kinderen verlangd worden dat ze de hele dag stil zitten, omdat kinderen van nature de behoefte hebben om te bewegen. Dit resulteerde in veel handwerk (werken in de tuin, boekbinden e.d.). Tevens moest de leerstof aansluiten bij de interessewereld van de kinderen en is er geen scheiding tussen de school en de maatschappij.
Vijf vernieuwingsscholen
Uit deze reformpedagogiek zijn in 1900 een hoop nieuwe scholen voortgekomen met eigen ideeën. Een aantal van deze scholen zijn bekend, omdat hun ideeën nog steeds voort leven in een sommige huidige scholen. De vijf belangrijkste scholen die nu nog bestaan en uit de reformpedagogiek voortkomen zijn:
- Het Freinet-onderwijs (van Célestin Freinet)
- Het Montessori (van Maria Montessori)
- Het Dalton-onderwijs (van Helen Parkhurst)
- Het Jenaplan-onderwijs (van Peter Petersen)
- De vrije school (van Rudolf Steiner)
Reformpedagogiek in de 21ste eeuw
Er is een grote overeenkomst met de verbeteringen die we nu in ons onderwijs aan willen brengen, en de uitgangspunten van de reformpedagogiek. Enkele voorbeelden hiervan zijn:
- samenwerkend leren
- buitenschools leren
- authentiek leren (de leerstof heeft betekenis voor het kind)
Er komen ook steeds nieuwe scholen bij, die veel overeenkomsten vertonen met de reformpedagogiek.