Doodstraf in België: geschiedenis en pro en contra
De doodstraf in België is een zeer gevoelig maar interessant onderwerp. Eerst zal de geschiedenis van de doodstraf uit de doeken gedaan worden. Hiervoor bespreken we de situatie vóór het ontstaan van België en wat met de doodstraf in de praktijk wordt bedoeld. Daarna hebben we het over het einde van de doodstraf en welke de latere ontwikkelingen in de materie waren. Tot slot schetsen we de situatie van België op het internationale niveau en bespreken we meer specifiek de wettelijke afschaffing van de doodstraf in België. In het tweede deel, zullen we de “Pro’s & contra’s” van de doodstraf behandelen. Tot slot leggen we het verband tussen de doodstraf en België. In dit deel gaan we een puntje uit de actualiteit bespreken wat een samenhang heeft met België en de doodstraf.
De doodstraf doorheen de geschiedenis
Situatie voor het ontstaan van België
In de periode voor de 18e eeuw werd de doodstraf gezien als een aanvaardbare straf voor ernstige misdaden. In 1764, publiceerde Cesare Beccaria, één van de eerste woordvoerders van de klassieke school in het strafrecht, zijn traktaat over delicten en straffen. In deze periode werd de doodstraf reeds als ‘niet te verantwoorden’, ‘barbaars’ en ‘ondoeltreffend’ beschouwd. In zijn visie was het besef dat het onmogelijk is een straf te ontlopen belangrijker dan de wreedheid van de straf zelf. Cesare voerde dwangarbeid en gevangenisstraffen als alternatieven in. Zijn standpunt werd bijgestaan door Rousseau en Montesquieu. In onze contreien bleef de beweging tegen de doodstraf en tegen foltering vooral beperkt tot enkele verlichte heersers. In 1810 werd een stap terug genomen wat betreft de doodstraf. Sindsdien zijn wel steeds vaker stemmen opgegaan die de afschaffing bepleiten, ook in België na de onafhankelijkheid in 1830.
Doodstraf in de praktijk
In juli 1863 vond de laatste Belgische executie in vredestijd plaats. Deze executie vond plaats in Ieper, waar een boer veroordeeld werd met de doodstraf voor het plegen van moord. Hierna werd de doodstraf voor misdrijven van gemeenrecht niet meer uitgevoerd. Desondanks bleef de doodstraf toch behouden in het nieuwe Strafwetboek van 5 oktober 1867. Toch werden dergelijke vonnissen, na de laatste executie in 1863, omgezet via een genademaatregel tot levenslange dwangarbeid. Echter werd onthoofding wel nog eenmalig in stand gebracht in militaire context. Een zekere soldaat, genaamd Emile Verfaille, werd in 1918 door het krijgsgerecht ter dood veroordeeld wegens moord op zijn vriendin, m.a.w. een gemeenrechtelijk feit. Hiervoor werd uit Rijsel een guillotine overgebracht. Op 26 maart 1918 voltrok de Franse meesterbeul Anatole Deibler deze laatste terechtstelling door onthoofding, die overigens op uitdrukkelijk verzoek van toenmalig koning Albert I werd uitgevoerd. In België werden in totaal 55 mensen omgebracht door de guillotine.
Het militair gerechtshof bleef nog steeds doodstraffen uitspreken. Bovendien kon de dood door de kogel nog worden toegepast op burgers dankzij de Besluitwet van 14 september 1918. In WOI werden 220 mensen ter dood veroordeeld, maar de meesten ontsnapten aan dit lot dankzij het aantekenen van beroep of vanwege een genadebesluit. Uiteindelijk werden twaalf militairen, 2 Duitsers en 4 burgers gefusilleerd .
Na de Tweede Wereldoorlog volgden 242 executies met de kogel in het kader van de repressie . In totaal werden 1247 mensen als collaborateur ter dood veroordeeld. Hiervan werden 241 mensen effectief gefusilleerd. Bijgevolg werd op 13 november 1944 de eerste collaborateur voor het vuurpeloton geleid. De meeste executies vonden immers plaats op het einde van de oorlog, of er vlak na. Later besloot men steeds vaker executies uit te voeren, ondanks het feit dat een aantal mensen veel ernstigere misdaden gepleegd hadden. Dit gebrek aan consequentie zorgde voor heel wat opstand.
Einde van de effectieve doodstraf en latere ontwikkelingen
Philipp Schmitt, een Duitser, was de laatste persoon in België die ter dood werd veroordeeld op 8 augustus 1950. Hij was tijdens de oorlog aangesteld tot kampcommandant van het Fort van Breendonk tot november 1943. Hierna werd de doodstraf nooit meer uitgevoerd. Niettemin werd het vonnis in de tweede helft van de 20e eeuw nog regelmatig geveld. Bijvoorbeeld in 1987 werd in ons land nog 69 maal de doodstraf uitgesproken, al werd die zoals reeds gezegd automatisch omgezet tot een mindere straf (met name levenslang).
In 1983 werd het strafwetboek herzien door professor Robert Legros. In de loop van 1985 bracht hij zijn Voorontwerp van het Strafwetboek bekend, waarin voorgesteld werd om zowel de doodstraf als dwangarbeid te schrappen. Wel werd er nauwelijks rekening gehouden met zijn document, waardoor België in een slecht daglicht kwam te staan in de internationale gemeenschap. Pas midden de jaren 90 werd er vooruitgang geboekt. Daarentegen hadden onze buurlanden al lang voordien vooruitgang geboekt. Bijvoorbeeld gebeurde de afschaffing in de strafwetgeving in Frankrijk al in 1981. Maar ook Nederland (1982), Luxemburg (1979) en Duitsland (1987) hadden intussen besloten definitief de doodstraf af te schaffen.
België op internationaal vlak
Op 28 april 1983 ondertekende België het protocol inzake de afschaffing van de doodstraf. Lidstaten met wettelijke bepalingen omtrent de doodstraf die verband houden met feiten begaan in tijden van oorlog mochten wel nog toetreden.
Om tot dit protocol toe te treden, moest een staat de doodstraf wel uit haar wetgeving bannen. Dit betekent dat België het protocol nog niet kon bekrachtigen na haar ondertekening in 1983. Dit omdat het Strafwetboek uit 1867 nog steeds ongewijzigd bleef. Op 10 juli 1996 werd een wet gecreëerd waarbij deze toetreding mogelijk gemaakt werd. Deze wet schrapte de doodstraf als sanctie definitief uit het Strafwetboek. Op 1 juli 1998 behoorde België nog tot één van de vijf landen die wel ondertekend, maar niet bekrachtigd hadden, terwijl reeds 28 van de 40 lidstaten van de Raad van Europa de bekrachtiging volledig hadden afgehandeld.
Na het Zesde Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens volgde het 13de Protocol, dat de afschaffing van de doodstraf, ook in oorlogstijd, beoogt. Ook dit Protocol werd intussen door België ondertekend en geratificeerd.
Wettelijke afschaffing in België
België verkeerde voordien in het gezelschap van Papoea Nieuw-Guinea als staat waarin de doodstraf al het langst niet meer bestond in de praktijk, maar wel nog altijd in de wetgeving was ingeschreven als zwaarste strafmaatregel. Hoewel Papoea Nieuw-Guinea momenteel nog steeds in dezelfde situatie verkeert, kwam de bal in België aan het rollen omstreeks het midden van de jaren ’90. Verschillende landen waren niet geneigd om verdachten van een in ons land voltrokken misdrijf uit te leveren omwille van het bestaan van de doodstraf in onze wetgeving.
In 1995 kreeg het politieke debat over de doodstraf vorm en leidde tot de wet van 10 juli 1996. België volgde toen ook het voorbeeld van onze buurlanden. Hieraan ging als nog een interne discussie vooraf, waarbij overwogen werd om de doodstraf toch nog mogelijk te maken in oorlogstijd. Dit is nooit gelukt, onder meer dankzij de bijkomende argumentatie van ondermeer Amnesty International en professor sociologie Luc Huyse. Hierdoor werd de doodstraf op elke mogelijke manier verbannen.
In 2003 stelde men voor om de afschaffing van de doodstraf op te nemen in de Grondwet, die in 2005 uiteindelijk gerealiseerd werd.
Argumenten doodstraf: Pro’s en Contra’s
Pro’s
Afschrikkend aspect
Wanneer een iemand op het punt staat om een ernstige misdaad te plegen, zal de doodstraf er eventueel voor zorgen dat die persoon die misdaad niet zal plegen. In die zin schrikt de mogelijkheid om ter dood veroordeeld te worden de misdadiger af.
Dit gegeven moet echter genuanceerd worden aangezien uit onderzoek blijkt dat de doodstraf helemaal geen afschrikkingseffect heeft. Misdadigers vrezen namelijk een levenslange gevangenisstraf minstens evenveel als de doodstraf.
Financiële aspect
Vanuit financieel oogpunt biedt de doodstraf een oplossing voor de financiële kost van een misdadiger. Aangezien de doodstraf ten opzichte van een levenslange gevangenisstraf duidelijk de goedkopere optie is.
Geen recidive mogelijk
Wanneer een persoon ter dood wordt veroordeeld, dan is de kans op recidive uiteraard gereduceerd tot nul.
Op die manier is er de garantie dat een moordenaar nooit meer zal moorden.
Plaatsgebrek
Tot slot kan de doodstraf een oplossing bieden voor de overvolle gevangenissen. Indien een misdadiger een levenslange straf wordt gegeven, dan moet er ook plaats gemaakt worden. Door toepassing van de doodstraf kunnen andere misdadigers niet vervroegd vrijkomen omdat er geen plaats is voor hen aangezien de gevangenissen al vol zitten met levenslang veroordeelden.
Contra’s
Onschuld
Door het niet toepassen van de doodstraf riskeert men niet dat onschuldige mensen worden gedood, Het is al vaker gebeurt dat nieuwe bewijsstukken in een bepaalde zaak de onschuld van een reeds veroordeelde aantonen. Wanneer die persoon dan al de doodstraf heeft ondergaan is het te laat.
Ethisch aspect
De doodstraf is een onethisch gegeven. Het spreekt voor zich dat wanneer de doodstraf wordt uitgevoerd, dat iemand het vonnis moet uitvoeren. Maakt dat van die persoon geen moordenaar en verdient hij dan niet hetzelfde lot?
Moord kan in geen enkel geval goedgekeurd worden. Iemand de doodstraf geven en op die manier zelf een moord begaan lijkt dan hypocriet.
Politieke misbruik
In landen waar de doodstraf nog van toepassing is, kan die gebruikt worden door politieke leiders om hun tegenstanders uit de weg te ruimen. Zodanig wordt de doodstraf gebruikt als een middel om de macht te behouden, wat in ieder geval de bedoeling niet kan zijn.
Wraak
Ten slotte wordt de doodstraf beschouwd als een wraakactie. Maar straffen dienen niet uit wraak te worden opgelegd. Een straf dient om de schuldige met harde hand te dwingen tot een verbetering van zijn gedrag en de omgeving te tonen dat zulke misdrijven niet worden getolereerd.
Besluit
Uit de opsomming van de verschillende voordelen van de doodstraf kunnen we afleiden dat er in de eerste plaats het aspect “afschrikking” is. Volgens dit principe is een misdadiger minder geneigd een zware misdaad te begaan als hij weet dat zijn leven er van af hangt. Daarnaast is er het financiële aspect. Het onderhouden van een gevangene kost immers veel meer geld dan het voltrekken van een doodsvonnis.
De doodstraf heeft aks grote voordeel dat een misdadiger niet kan hervallen in zijn daden. M.a.w. er is geen recidive mogelijk.
Ten slotte kunnen we stellen dat de doodstraf een oplossing kan bieden voor het probleem van de overvolle gevangenissen.
De opsomming van de nadelen leren ons ten eerste dat de doodstraf een onomkeerbaar feit is, indien achteraf blijkt dat de persoon in kwestie toch onschuldig bleek, werd de persoon onterecht om het leven gebracht.
Het ethische aspect toont ons dat het voltrekken van een doodvonnis een nieuwe moordenaar maakt en we kunnen ons de vraag stellen welke moord we nu wel en niet kunnen aanvaarden. Blijft een moord immers geen moord?
Ten slotte kan de doodstraf niet dienen als straf, aangezien het de bedoeling is van een straf om de veroordeelde te dwingen zijn gedrag aan te passen aan de omgeving en de maatschappij.
Doodstraf en België?
De Internationale Commissie tegen de Doodstraf
België speelt al jarenlang een prominente rol in de strijd tegen de doodstraf. Daarom zullen we in dit deel een gebeurtenis uit de actualiteit aanhalen dat te maken heeft met België en de afschaffing van de doodstraf. Op zaterdag 15 juli 2013 liet minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders weten dat België lid wordt van de Internationale Commissie tegen de Doodstraf. Dit liet hij weten tijdens het 5e internationale wereldcongres tegen de doodstraf in Madrid. Ons land werd toen uitgenodigd wegens een niet-aflatende inzet voor de afschaffing van de doodstraf. Reynders stelde dat eveneens op bilateraal niveau elke gelegenheid moet worden benut om het onderwerp aan te kaarten om zo landen te overtuigen de doodstraf af te schaffen.
Ondanks het feit dat de doodstraf in ons land in 1996 afgeschaft werd, zijn er nog veel andere landen waar de doodstraf van toepassing is.
De Internationale Commissie tegen de Doodstraf is gevormd door tien prominente figuren van over de hele wereld, onder wie een ex-president en enkele ex-premiers. Zij roepen op tot een wereldwijd moratorium op de doodstraf vanaf 2015. De Internationale Commissie tegen de Doodstraf zal optreden als een werkgroep die een aanvulling wil zijn op de strijd die burgerorganisaties en de VN voeren.
© 2015 - 2024 Wp151, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
mijn kijk opGerechtigheid zonder beul'De doodstraf kan niet worden opgelegd.' Zo luidt artikel 114 van de grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden. Ruim…
Doodstraf in AmerikaDe doodstraf is al geruime tijd een hot topic, in dit artikel wordt belicht waarom men dit beter afschaft.
Bronnen en referenties
- http://www.aivl.be/subthema/doodstraf-in-belgie/802
- http://amnestyweblog.com/2013/10/11/hoog-tijd-om-de-mythe-te-beeindigen-dat-de-doodstraf-de-misdaad-terugdringt/
- http://www.agitator.com/dp/
- http://home.residentie.net/~doodstraf/