Nietzsche over Medelijden
De filosoof Friedrich Nietzsche heeft net zoals de meeste filosofen stukken geschreven over deugd, ethiek en moraal. Zo heeft hij ook het 'medelijden' behandeld. Dit was volgens Nietzsche geen deugd, maar een teken van arrogantie. Nietzsche was tegen medelijden.
Nietzsche schreef zijn argumenten tegen medelijden, verspreid over meerdere boeken. Nietzsche noemde het medelijden: schijnheilig, slecht en virtueel. Samengevat komt het neer op deze argumenten:
Medelijden tast de waardigheid aan
Nietzsche was een groot voorstander van natuurlijke selectie. Hij gelooft dat de mens nog steeds aan het door evolueren is. De mensheid moet uiteindelijk doorevolueren in de 'Übermensch'. De Übermensch ziet de huidige mens, zoals wij nu de apen zien. De Übermensch is het uiteindelijke doel van de mensheid en de utopie van de huidige mens. Onder de huidige mensen, zijn er ook nog twee categorieën: de sterke en de zwakke mensen. De sterke mens is in staat macht uit te oefenen op objecten in zijn omgeving en legt zich neer bij het feit dat hij niet over alles zijn macht kan uitoefenen. Hij is zelf in staat te bepalen wat goed en wat kwaad is. De zwakke mens durft die macht niet te gebruiken en zoekt zijn oplossing in een God. Het idee dat er sommige dingen zijn waar hij geen macht op uit kan oefenen zorgt ervoor dat hij wil denken dat anderen dat wel voor hem kunnen doen, zoals God. Omdat hij ziet dat de sterke mens zonder God kan leven, maakt hij zijn eigen versie van goed en kwaad. Alleen hangen deze twee af van het goed en kwaad van de sterke mens, wat de sterke goed noemt, noemt de zwakke slecht. Medelijden is iets wat door de zwakke mens goed wordt genoemd.
Uit de sterke mens zal uiteindelijk de Übermensch ontstaan. Lijden geeft aan dat de persoon een zwak persoon is. Als een sterk persoon dat ziet en daar medelijden mee krijgt, projecteert hij zichzelf in dat lijden en wordt hij dus een zwak persoon. Met andere woorden: Het medelijden tast de waardigheid van de medelijdende aan. Medelijden zorgt er dus voor dat zowel de lijdende persoon als de medelijdende persoon zwakker wordt. Bijbehorende uitspraken van Nietzsche:
- "Jullie hebben mij te wrede ogen en kijken begerig/wellustig naar lijdende. Heeft jullie begeerte zich niet verkleed en noemt zij zich medelijden?"
- "Medelijden heet alleen bij decadenten een deugd." (beiden een voorbeeld van de schijnheiligheid van het medelijden)
Lijden maakt sterk
Het lijden is er persoonlijk voor verantwoordelijk dat je sterker wordt. Ook is het lijden noodzakelijk voor het geluk van de lijder. Lijden en geluk zijn met elkaar verbonden en volgen elkaar op. Zonder lijden ontstaat geen geluk en andersom. Nietzsche dacht dat het voor de lijder noodzakelijk is om te lijden, omdat hij anders geen geluk kan hebben. Je moet je dus niet slecht voelen bij het lijden van een ander, je moet hem ondersteunen zodat hij er later gelukkiger van kan worden.
Bijbehorende uitspraken van Nietzsche:
- "Wat mij niet ombrengt, maakt mij sterker."
- "Hebt gij echter een lijdende vriend, wees dan een rustplaats voor zijn lijden, doch gelijk een hard bed, een veldbed: zo zult gij hem het meest tot baat zijn."
Medelijden verdubbelt het lijden
Op het moment dat er één persoon aan het lijden is, dan lijdt er één persoon. Op het moment dat iemand medelijden krijgt met die persoon, lijden er twee personen. Door het hebben van medelijden wordt de totale hoeveelheid lijden vergroot. Met andere woorden: Medelijden vergroot de hoeveel lijden in de wereld. Medelijden zorgt voor een projectie van het lijden, namelijk op de medelijdende. Deze lijdt dan onnodig en onverdiend.
Medelijden is egoïstisch
Medelijden concentreert zich op het verschil tussen de lijder en de medelijdende. Medelijden is alleen aanwezig bij mensen die het beter hebben dan de lijder. Juist daarom is medelijden slechts een manier voor de medelijdende om blij met zichzelf te zijn. Het is dus egoïstisch en niet altruïstisch. Medelijden bevordert het eigen geestelijke welzijn, niet dat van de lijder. Nietzsche concludeerde hieruit dat medelijden niet bestaat, omdat het slechts een uiting van eigen welzijn en arrogantie is. Medelijden is een kwaad waar tegen gevochten moet worden, het is een verzwakker van sterke mensen. Nietzsche roept op tot de bestrijding van het medelijden en hoopt dat mensen daardoor zullen leren zich niet te concentreren op het lijden, maar op de vreugde. Nietzsche stelt dat medelijden en naastenliefde hetzelfde zijn. Dit zet hij onder andere uit in zijn boek: de Antichrist.