Psalm 7 in jonge taal: God de eer geven

Psalm 7 is een droevig lied van David geboren uit angst. Als God niet helpt kan het weleens afgelopen zijn met koning David. Zoals altijd mag David vertrouwen op de hulp van God. Angst drijft David naar God toe maar soms ook weer niet. Uit angst is David in staat om een lied te schrijven waarin hij alle eer aan God geeft. in de meeste gevallen doen we dat alleen in angst. Angst is een overlevings-strategie en een alarm-functie. Angst geeft ons de kracht om te handelen. God gebruikt dus onze emoties om dichter bij Hem te komen omdat we anders nooit uit onszelf een stap in het geloof zetten.

Psalm 7 in jonge taal

1 Dit is een droevig lied waarmee David tot God sprak toen Kus uit de familie van Benjamin hem vals beschuldigde.
2 Here God, bij U zoek ik bescherming, bevrijd mij van de gasten die achter mij aan zitten. Red mijn leven.
3 Die gasten zijn als leeuwen, ze zijn in staat om mij in elkaar te slaan en mij ergens achter laten. Wie zal mij dan helpen?
4 Here God, als ik iets verkeerds met mijn handen heb gedaan
5 door andere mensen kwaad te doen
6 dan mogen ze mij achtervolgen om mij in elkaar te slaan en mij dood achterlaten.
7 Help mij Heer, keer U tegen die gasten die mij kwaad willen doen, reageer uw woede af op hen!
Doe iets, mijn God, sleep hen voor de rechtbank of zoiets!
8 Laat alle mensen zien dat U boven alles staat.
9 Heer, U bent toch rechter over alle mensen? Behandel mij dan eerlijk, want ik ben ook altijd eerlijk geweest, ik ben onschuldig.
10 Maak een einde aan het criminele gedrag van die gasten, maar help wie onschuldig is.
U bent een eerlijke God, U kent alle mensen met hun gedachten.
11 God beschermt mij, Hij is mijn schild. Hij helpt wie eerlijk zijn.
12 God is een rechtvaardig rechter, elke dag vergeet hij zijn boosheid.
13 Elke dag maakt hij Zijn zwaard scherp en maakt Zijn pijl en boog gereed.
14 Hij richt zijn dodelijke wapens en vuurt zijn brandende pijlen af.
15 Wie crimineel gedrag in zijn hart zal toelaten, zal zelf ook crimineel worden.
16 Wie een valkuil graaft voor een ander valt er zelf in. Ja, het wordt zelfs zijn dood.
17 De ellende wat een mens aanricht, wordt zijn eigen ondergang; als hij met een ander wil vechten dan wordt hij zelf gepakt.
18 Ik bedank God want hij heeft mij geholpen. Ik zing voor de Heer een lied want Hij is de Allerhoogste.

Reflectie

David begint zijn lied voor God heel droevig. Hij is bang voor de mannen van Saul die achter hem aan zitten. Dat is ook wel logisch want ze willen hem vermoorden. Het ging er in die tijd niet altijd vriendelijk aan toe. David was zelf misschien ook geen lieverdje. Hij was zeker ook geen 'nerd'. David wordt ervan beschuldigd dat hij een verkeerde koning zou zijn. Hij zoekt hulp bij God. David weet dat er geen ander is die hem kan helpen. Hij weet dat God niet ineens een arrestatieteam uit de hemel gaat sturen. Maar hij vertrouwd er toch op dat God iets gaat doen. Allereerst kijkt David nog terug op zijn eigen handelen. Is hij zelf wel goed geweest voor anderen? Als dat niet zo is dan mogen ze hem pakken.

God de eer geven

David weet dat God de hemel en aarde gemaakt heeft en de mens als kroon op zijn schepping. Hij smeekt als een klein kind of God dat nog eens goed duidelijk wil maken aan die gasten. David zegt tegen God dat hij altijd eerlijk is geweest tegenover de mensen. Het lijkt een beetje alsof David God voor zijn karretje wil spannen. Zo van 'ik zit even flink in de rats helpt U mij er maar uit' Toch is dat niet zo. David weet dat God zijn handel en wandel kent. Hij weet dat God eerlijk en betrouwbaar is. Daar doet hij in dit lied een intens beroep op.

Sniper

God is geen scherpschutter die op de loer ligt om iemand neer te schieten. David beschrijft het vanuit zijn eigen beleving. Het maakt duidelijk hoe hij God ziet. David weet dat God altijd om hem heen is. Hem elke seconde van de dag in het vizier heeft om hem te beschermen. Vanaf vers 11 valt het op dat de hulpvraag van David verhoord is. David beschrijft wat hij heeft geleerd;

• wees altijd eerlijk
• reflecteer steeds je eigen handelen
• criminaliteit levert niets op
• prijs God in alles