Opleiding en beroep - Pedagogisch werker (SPW3)

De opleiding Sociaal-pedagogisch werker wordt ook wel SPW 3 genoemd. Het is een mbo-opleiding, studierichting welzijn en een vakopleiding niveau 3. Als sociaal-pedagogisch werker kan je werkzaam zijn in een breed scala aan vakterreinen rondom opvoedingssituaties. Er zijn drie verschillende richtingen, werkvelden: kinderopvang, gehandicaptenzorg en basisonderwijs. Welke taken en competenties heb je bij dit beroep en welke vakken en toelatingseisen bij de SPW-opleiding?

Sociaal-pedagogisch werker (SPW3)

De opleiding voor Sociaal-pedagogisch werker is een:

• Mbo-opleiding
• Niveau 3 vakopleiding
• Studierichting: Welzijn
• Duur: 3 jaar (BOL)

Als sociaal-pedagogisch werker geef je hulp en begeleiding aan kinderen van nul tot (jong) volwassenen in een breed scala aan vakterreinen rondom opvoedingssituaties. Je bent verantwoordelijk voor de planning en uitvoering van pedagogische begeleiding. Je wordt breed opgeleid, zodat je in uiteenlopende situatie kunt werken. Tijdens de opleiding kies je voor eén van drie richtingen, zodat je ervaring krijgt in eén van deze werkvelden. Op de vakopleiding Sociaal-pedagogisch werker leer je alles wat je voor dit werk moet kunnen en weten.

Werkvelden sociaal-pedagogisch werker

Tijdens de opleiding kies je één van deze drie richtingen:

• Kinderopvang
• Gehandicaptenzorg
• Basisonderwijs

Taken van een sociaal-pedagogisch werker

• Planning en uitvoering pedagogische begeleiding
• Opvang van kinderen/cliënten en begeleiding bij de persoonlijke verzorging
• Zorg dragen voor huishoudelijke werkzaamheden
• Stimuleren van de ontwikkeling
• Aanbieden en begeleiden van (ontwikkelingsgerichte) activiteiten

Een sociaal-pedagogisch werker in de kinderopvang en het basisonderwijs, stimuleert de ontwikkeling van kinderen, waarbij je ook aangepaste activiteiten organiseert. Een extra aandachtspunt in de gehandicaptenzorg is de zorg voor een zinvolle dagbesteding en een prettig woonklimaat. Ook moet een sociaal-pedagogisch werker steeds alert zijn op signalen van opvallend gedrag om dit tijdig te kunnen rapporteren. Je werkt vaak in teamverband. In het basis-onderwijs word je vaak klassenassistent of onderwijsassistent genoemd. In de kinderopvang en gehandicaptenzorg wordt je groepsleider genoemd.

Competenties sociaal-pedagogisch werker

Belangrijke competenties voor dit beroep zijn o.a:

• Vaardigheid op het gebied van opvang en opvoeden van kinderen
• Communicatieve en contactuele vaardigheden t.a.v. kinderen, ouders en collega’s
• In kunnen gaan op vragen van de betrokkenen (kinderen en ouders)
• Oplossingsgericht kunnen werken
• Samenwerkingsrelaties kunnen opbouwen/onderhouden met collega's
• Doelgericht kunnen werken en weten waarom je op een bepaalde manier handelt
• Ondernemend en creatief zijn en in staat om vernieuwingen in te voeren
• Werken met inzicht en dit ook aan anderen kunnen verantwoorden
• Kwaliteitsgericht en professioneel werken.

Werkomstandigheden

Afhankelijk van de richting die je gekozen hebt, heb je soms onregelmatige werktijden of word je buiten de normale werktijden opgeroepen voor noodgevallen.

Opleiding Sociaal-pedagogisch werker

Je kunt de opleiding op 2 manieren volgen:

• Beroepsopleidende leerweg (bol). Bij deze leerweg ga je 5 dagen per week naar school en maakt in één of meer stages kennis met de praktijk. Duur: 3 jaar, ongeveer 60% school en 40% beroepspraktijkvorming.
• Beroepsbegeleidende leerweg (bbl). Kies je voor deze leerweg, dan werk en leer je tegelijk. Het werk- en leertraject duurt 2 tot 3 jaar, ongeveer 20% school en 80% beroepspraktijkvorming.

Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat de twee leerwegopties er niet in iedere regio of plaats in Nederland zijn. Sommige instellingen hebben beide varianten, andere maar één van de twee.

Opleidingsonderdelen

Bij de vakken van het basisprogramma kies je een richting waarin je je wilt specialiseren: een differentiatie. Je kunt kiezen uit de differentiaties: basisonderwijs, gehandicaptenzorg en kinderopvang.

Er zijn zowel verplichte onderdelen als verplichte keuzeonderdelen en ook een vrije keuze onderdeel.

Verplicht voor het diploma

• Methodische vaardigheden 1
• Sociale vaardigheden
• Organisatorische vaardigheden 1
• Professionaliteit en kwaliteitszorg
• Individu en samenleving
• Mens, arbeid en samenleving
• Engels 2
• Verzorgen
• Begeleiden (SPW3)

Keuze uit de verplichte onderdelen

• Kinderopvang
• Gehandicaptenzorg
• Basisonderwijs

Vrije keuze onderdeel

Doorstroomdeelkwalificatie

Toelatingseisen

• Vbo-diploma (minimaal 1 vak op C-niveau en de overige vakken op B niveau)
• Vmbo (theoretisch)
• Overgangsbewijs 3-4 havo/vwo

Ook kun je toegelaten worden als je de opleiding Helpende Welzijn (HW), Medewerker facilitaire dienstverlening (niveau 2) of Voedingsassistent hebt gedaan. Genoemde toelatingseisen zijn een richtlijn. Toelating is ook afhankelijk van de competenties en vaardigheden van de individuele leerling. Tevens kan dit per instelling en regio verschillen. De indeling en het programma van de opleiding kan ook per regio verschillen.

Vrijstellingen

Diploma Helpende Welzijn geeft recht op doorstroming na deze opleiding met vrijstellingen van bepaalde deelkwalificaties. Sommige opleidingen bieden verkorte programma's aan.

Doorstroommogelijkheden

De opleiding SPW is ook mogelijk op niveau 4 (Middenkaderopleiding, SPW4), Sociaal Cultureel Werker (SCW)

Lees verder

• Opleiding en beroep - Apothekersassistent
• Opleiding en beroep - Tandartsassistent
• Opleiding en beroep - Onderwijsassistent