Dierenmishandeling als indicatie voor huiselijk geweld
Het mishandelen van (huis)dieren is een ernstig vergrijp. Het kan daarnaast ook een aanwijzing zijn dat huiselijk geweld plaatsvindt, of de volgende stap wordt. Dat geldt met name voor geweld tegen de partner. Samenwerking tussen hulpverleners en dierenartsen is hier gevraagd. De meldcode Dierenmishandeling voor dierenartsen besteedt speciale aandacht aan dit kruisverband, de Taskforce Huiselijk Geweld en Dierenmishandeling probeert de kennis op dit gebied te vergroten.
Wat is dierenmishandeling?
Er bestaan vele vormen van dierenmishandeling. Het onnodig of bewust pijn doen van dieren, of het toebrengen van letsel is in het kort de definitie. Daaronder valt fysiek geweld, van doden tot martelen, maar ook slaan, schoppen of vergiftigen. Dieren kunnen ook seksueel worden mishandeld, of verwaarloosd. Een ziek dier niet naar de dierenarts brengen is vanzelfsprekend ook mishandeling.
Relatie met huiselijk geweld
Opvallend is, dat bewijst onderzoek in onder andere de Verenigde Staten, Engeland en Australië, dat de oorzaken van dierenmishandeling grotendeels gelijk zijn aan de oorzaken van huiselijk geweld. In Nederland hebben diverse onderzoeken ook overeenkomsten gevonden. Zo geeft 50% van de vrouwen in blijf-van-mijn-lijf huizen aan dat hun partner ook de huisdieren mishandelden. Het (dreigen met) mishandelen van dieren wordt ook gebruikt om de partner of de andere gezinsleden te intimideren of te chanteren.
Macht en controle
Dierenmishandeling kan een waarschuwing zijn dat huiselijk geweld de volgende stap is, maar het kan ook naast elkaar bestaan. In die zin wijst de aanwezigheid van dierenmishandeling op de mogelijkheid dat er daarnaast mogelijk ook huiselijk geweld plaatsvindt. Beide misdrijven hebben vaak dezelfde basis: macht en controle willen hebben over iemand (dier of mens) die zich niet of slecht kan verdedigen.
Missen van sociale vaardigheden
Plegers van huiselijk geweld kunnen extreem agressief en fysiek zijn. Ze zijn vaak ook erg geïnteresseerd in het afhankelijk maken van de partner, of op een ziekelijke manier alles willen controleren wat de ander doet. Het isoleren van de buitenwereld komt eveneens vaak voor. Ze hebben dergelijke middelen nodig om de partner bij zich te kunnen houden. Voor normale sociale contacten en intieme relaties missen ze de sociale vaardigheden. Een derde type dader lijkt spijt te hebben na een fysieke uitbarsting en belooft de partner het nooit meer te doen. Totdat de druk opnieuw te groot wordt en hij opnieuw in de fout gaat.
Meldcode dierenmishandeling
Dierenartsen zien in hun praktijk voldoende voorbeelden van vermoedelijke dierenmishandeling. Tot voor kort deden ze daar weinig mee. Met name omdat ze moeite hadden om voldoende bewijslast te verzamelen, hun kennis tekortschoot of ze geen goede protocollen hadden die ze konden volgen. In 2010 is de beroepsvereniging voor dierenartsen KNMvD (Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde) gevraagd een meldcode te schrijven voor dierenmishandeling en huiselijk geweld. Die is er sinds april 2011.
Geen meldplicht
De meldcode is geen meldplicht, maar wel een goede stap in de juiste richting. Belangrijk onderdeel van de meldcode is de eventuele relatie tussen dierenmishandeling en huiselijk geweld. Bij een vermoeden hiervan, wordt dierenartsen aangeraden deze verdenkingen met bijvoorbeeld huisartsen of hulpverleners van het Steunpunt Huiselijk Geweld te bespreken.
Taskforce Huiselijk Geweld en Dierenmishandeling
Daarnaast is de Taskforce Huiselijk Geweld en Dierenmishandeling in het leven geroepen, waar de KNMvD ook aan deelneemt. Deze Taskforce maakt humane hulpverleners en dierenartsen bewust van het verband tussen huiselijk geweld en dierenmishandeling. Doel is om door preventie of in ieder geval vroege signalering veel leed te voorkomen. Via kennisoverdracht en het leggen van kruisverbanden tussen humane en veterinaire hulpverlening stimuleert de Taskforce de onderlinge samenwerking.
Vermoedens van huiselijk geweld bevestigen
Met meer kennis over dierenmishandeling kunnen hulpverleners van bijvoorbeeld het Steunpunt Huiselijk Geweld op huisbezoek ook beter inschatten of er sprake is van huiselijk geweld. Zo spreekt het gedrag van de dieren (schichtig, angstig) al boekdelen. Ook de gezondheidstoestand van de dieren, en hoe gezinsleden met hen omgaan, kunnen bestaande vermoedens van huiselijk geweld bevestigen, en de juiste vervolgactie in gang zetten.