Betekenis van 'hemel' in het boek Genesis in Oude Testament
Mensen denken verschillend over de hemel. In het Oude Testament van de Bijbel wordt het woord hemel voor het eerst in Genesis genoemd. Hoe er in de tijd van het Oude Testament over de hemel werd gedacht laat het boek Genesis nog het meest duidelijk zien. Immers in het begin schiep God de aarde en de hemel. In Genesis vinden we dus de meeste aanwijzingen voor de betekenis van de hemel.
Waar komt het woord hemel vandaan?
Het woord hemel komt in de Bijbel ruim 740 keer voor. Om een indruk te geven noemen we eerst een paar Bijbelboeken die er meest over schrijven. Het boek Genesis beschrijft het 28 keer, de Psalmen 71 keer, Jesaja noemt het 35 keer, Mattheus schrijft er maar liefst 70 keer over, Lucas 34 en Openbaring 47 keer. De Bijbel is het boek waarin het meest over de hemel wordt gesproken door verschillende personen. Geen enkel ander boek kan dat nazeggen. Op zich is dat al bijzonder. Het woord hemel wordt het eerst genoemd in Genesis 1:1.
Waar komt de hemel vandaan?
Het was God die de hemel gemaakt heeft (Genesis 1: 1). In het Hebreeuws, de grondtekst van het oude Testament staat ‘Shamayim’ wat ‘hoog’ of ‘verheven’ betekent. De zichtbare hemel. Dat is wat wij kunnen zien. Als het een mooie heldere nacht is kun je de maan en duizenden sterren zien. Dat is het Shamayim, de zichtbare hemel. Eigenlijk wordt met Shamayim alle hemelen bedoeld waarmee ook de verblijfplaats van God wordt bedoeld. Als we omhoog kijken dan kijken we eigenlijk direct naar de ‘woning’ van God. Het Shamayim is oneindig groot. In Genesis 1: 6 staat ‘Raqiya’. Dat betekent ‘afscheiding’ of ‘uitspansel’. Het hebreeuws vertaald Raqiya met ‘uitgebreid oppervlak’. Het element wat het water in het Shamayim tegenhoud. Vroeger dacht men dat als het Raqiya wegvalt wordt de aarde bedolven met water.
De hemel als toneel
Je kunt de hemel vergelijken met een toneel of een filmset. Op een filmset worden verschillende decors gebruikt. De ene keer is er regen nodig voor regenachtige scene en een andere keer is er een zonnige scene nodig. De regisseur van een film heeft al die decors van tevoren beschreven in zijn script. God is de Regisseur van de hemel. Hij gebruikt verschillende decors om ons zijn boodschap duidelijk te maken. De mens is de hoofdrolspeler. In Genesis 27: 28 staat dat God de dauw van hemel aan ons geeft om te gebruiken voor de landbouw. Zo kan het gewas voorzien worden van voedingsstoffen. In dezelfde tekst staat dat de dauw voor een overvloed aan koren zorgt. In Deuteronomium 11: 17 staat dat als de hemel sluit, het land zijn opbrengst ook niet meer kan geven en de mens ten onder gaat in het land dat Hij aan ons geeft.
Welke decors heeft de hemel nog meer?
- De hemel heeft sluizen (Genesis 7: 11)
- De hemel is als een 'tentdoek'(Psalm 104: 2)
- De hemel geeft brood (Exodus 16: 4)
- De hemel geeft regen (Deuteronomium 11: 11)
In het lied wat Debora maakte na de overwinning op de koning van Kanaän lezen we dat de hemel droop van water. Met andere woorden was dat waarschijnlijk gewoon een flinke regenbui.
De hemel als schatkamer
God wil niets liever dan alleen goede dingen aan ons geven. Hij is als een gulle koning die Zijn schatkamer open stelt en waarvan wij gebruik mogen maken. Als we God dienen en aanbidden dan ontvangen we zoveel overvloed dat we zelfs andere mensen, ja zelfs andere landen van die overvloed kunnen geven (Deuteronomium 28: 12).
De hemel tegen ons
God gebruikt de hemel ook tegen ons. Als we niet naar God luisteren dan zal Hij stof laten regenen zodat het land verdort (Deuteronomium 28: 24).
In de slag bij Gibeon laat God het grote hagelstenen regenen om zijn volk de overwinning te geven in de strijd tegen de vijf koningen van de Amorieten. In vers twaalf lezen we zelfs dat God naar Jozua luisterde toen hij vroeg of de zon en de maan stil konden staan. God liet de zon en de maan een hele dag stil staan totdat de vijand helemaal verslagen was.
Hoofdrolspeler in de hemel
We kunnen niet zeggen dat we niet weten hoe we naar God kunnen luisteren want zijn geboden zijn niet meer in de hemel. God heeft zich aan Mozes geopenbaard en Zijn geboden gegeven. God laat de keus aan ons. Deuteronomium (30: 11-12) God zegt zelfs dat we niet kunnen ontkennen dat Hij bestaat en aanwezig is. Als we naar de hemel kijken kan het niet anders dan toegeven dat Hij de hemel en aarde gemaakt heeft. Als we dagelijks de prachtige plekken op aarde gezien hebben en gebruik hebben gemaakt van de natuur en nog steeds niet toegeven dat er een God is dan zal dat tegen ons getuigen. (Deuteronomium 30: 19) Wij zijn en, misschien wel zonder dat we het zelf beseffen, hoofdrolspeler in de ‘film’ van God. En wij niet alleen, ook de vogels in de lucht en dieren om ons heen horen daarbij (Psalm 104: 12)
De hemel als woonplaats van God
Toen Jacob uit Berseba vertrok overnachte hij onderweg op een plaats die later Betel noemde. Betel betekent ‘huis van God’. Op die plek droomde Jacob dat er uit de hemel een ladder kwam. Op die ladder klommen engelen op en neer. Jacob zag God bovenaan de ladder. God deed op dat moment prachtige beloftes aan Jacob. Toen hij wakker werd besefte Jacob dat hij in de hemel moet zijn geweest, in het huis van God. (Genesis 28: 17) De hemel is het huis van God, Zijn heilige woning. Van daaruit kijkt God naar ons. (Deuteronomium 26:15)
De tempel van Salomo
Als Salomo de eerste tempel heeft gebouwd smeekt hij of God daarin woning wil maken. Salomo vraagt het zich hardop af of het wel mogelijk is dat God op aarde wil of kan wonen. God luistert naar Salomo maar later vervalt hij in afgoderij en ook de tempel wordt verwoest. God wil dus wel dichtbij de mensen wonen maar de mens maakt er zelf steeds een puinhoop van.
Hoop en verwachting
De hemel is in het Oude Testament de plek waar God woont en vanwaar Hij de aarde bestuurd. De hemel is de plek waar de mens redding maar ook oordeel uit verwacht. Wie op aarde kan er nog vrede brengen? Onze hoop is gericht op de hemel. God heeft de mens koningen gegeven maar niemand die het kon volbrengen. Net als de wereldheersers nu die alleen maar uit zijn op macht en eigen roem. God belooft uiteindelijk dat Hij zijn aanwezigheid zal doen blijken voor alle mensen. Zijn recht zal zegevieren. De hulp die Hij wil bieden is onderweg ‘Kijk omhoog naar de hemel en naar de aarde beneden’ spreekt God door de mond van Jesaja (Jesaja 51: 4-6). De Messias is onderweg zoals C.S. Lewis het zo mooi weergeeft in
The Chronicles of Narnia, Aslan is on the Move! Met andere woorden: de Messias is onderweg!