De gelijkenis van de verloren zoon: Lucas 15 vers 26
En hij riep een van de knechts tot zich en vroeg wat er te doen was Lucas 15: 26 In de gelijkenissen van Jezus nemen knechten of slaven vaak een belangrijke plaats in. De evangelist Lucas beschrijft als geen ander zo getailleerd mogelijk de rol van de knecht of de slaaf in de gelijkenis die Jezus vertelt. Er zijn verschillende meningen over de uitleg van de gelijkenis van de verloren zoon. Moet het symbolisch uitgelegd worden of neemt Jezus een concreet voorbeeld uit de praktijk. Het ligt voor de hand dat Jezus al wandelende zich verplaatste en af en toe de tijd nam om te gaan zitten om mensen de boodschap van Zijn Vader bekend te maken. Hoe kan dat anders dan door voorbeelden uit de praktijk te nemen? Zichtbare en tastbare voorbeelden die mensen zelf meemaken. Niets geen moeilijke taal waar eenvoudige mensen nog eens over na moesten denken. Jezus' opdracht was om het het evangelie in 'Jip en Janneke' taal te verkondigen.
De oudste zoon riep de knecht bij zich
De oudste zoon riep de knecht bij zich. Zo wordt het ook in het Grieks vertaald. Hij liep niet zelf naar de knecht. Als we de situatie eens voorstellen; muziek en dans in het huis (vers 25) dan zou toch de oudste zoon zich moeten haasten naar de knecht. En niet andersom. Het Grieks gebruikt hier overigens het woord wat God ook gebruikt voor het ‘tot Zich roepen van de heidenen’. Jezus Christus en de Heilige Geest roepen predikers tot Zich om het evangelie uit te breiden. De rol van de knecht is zeker niet onbelangrijk.
Knecht en jongste zoon
Het zijn dezelfde knechten waar de jongste zoon aan moest denken toen hij tussen de varkens zat. De dagloners die hij verafschuwde en die het bij zijn vader zo goed hebben. In het Hebreeuws staat er ‘ebed’. Dit betekent in het Oude Testament doorgaans ‘slaaf’ maar in de situatie van religieuze handelingen betekent het dienaar. In de tijd van het Nieuwe Testament wordt er meestal arbeiders mee bedoeld die ingehuurd worden.
Slaven en knechten
Het is de moeite waard om overzicht van de teksten te maken waarin de schrijver de woorden knecht, slaaf, of dienstknecht gebruikt. Achter de tekst staat het hoofdstuk en het versnummer met de gebruikte vertaling.
- Daarom ook achtte ik mij niet waardig om zelf naar u toe te gaan. Maar u hoeft maar te spreken en mijn knecht zal genezen zijn. Lucas 7: 7 NBV
- De knecht zei tegen hem: “Uw broer is thuisgekomen, en uw vader heeft het gemeste kalf geslacht omdat hij hem gezond en wel heeft teruggekregen.” Lucas 15: 27 NBV
- ‘Geen knecht kan twee heren dienen, want hij zal of de een verfoeien en van de ander houden, of zich hechten aan de eerste en de ander verachten. Je kunt niet tegelijk God dienen en de geldduivel.’ Lucas 16: 13 WV95
- En wie van u heeft een dienstknecht ploegende, of de beesten hoedende, die tot hem, als hij van den akker inkomt, terstond zal zeggen: Kom bij, en zit aan? Lucas 17:7SV
- Zal hij de slaaf soms danken, omdat hij deed wat hem bevolen was? Lucas 17: 9 NBG 51
- En tegen degenen die erbij stonden zei hij: “Neem hem de honderd drachme af en geef ze aan de knecht die het tienvoudige verworven heeft.” Lucas 19: 24 NBV
- En als het de tijd was, zond hij tot de landlieden een dienstknecht, opdat zij hem van de vrucht des wijngaards geven zouden; maar de landlieden sloegen denzelven, en zonden hem ledig heen. Lucas 20: 10 SV
- Maar hij ging voort en zond een andere slaaf. Zij sloegen ook die, behandelden hem smadelijk en zonden hem met lege handen weg. Lucas 20: 11 NBG51
- De eigenaar stuurde toen een derde knecht, maar ook die werd afgetuigd en de wijngaard uitgegooid. Lucas 20: 12 NBV
Wat is er te doen
Als de oudste zoon vraagt wat er te doen is vertelt de knecht dat zijn jongste broer terug is gekomen. Het is opvallend dat de knecht (in vers 27) slechts een van de vier geschenken noemt die de jongste zoon van zijn vader heeft gekregen. Hij noemt alleen het gemeste kalf. De andere geschenken, het kleed, de ring en de schoenen noemt hij niet.