Geestelijke verzorging: zinvol verbinden van levensvragen
Wat onderscheidt specifieke geestelijke verzorging van verkondiging. Bestaat er wel een wezenlijk verschil?’ Deze vragen staan ook centraal in de visie van de geestelijk verzorger. De geestelijk verzorger heeft vaak een houding van 'zielszorger' en verkondiger. Het verschil wordt echter opgeheven door een goede houding en de juiste taal van de geestelijk verzorger. Een goed gesprek is als het ware de verkondiging waardoor de geestelijke zorg plaatsvindt.
Instellingen voor geestelijke zorg
Niet alleen de geestelijk verzorger zelf heeft behoefte aan een bereikbare omschrijving van zijn werk, die helderheid verschaft. Ook autoriteiten die de geestelijk verzorgers aanstellen of mensen die de bevoegdheid hebben om hun de toegang tot instellingen als ziekenhuizen, psychiatrische klinieken en gevangenissen te verlenen of te weigeren, hebben er recht op te weten wat voor werk geestelijk verzorgers doen. Vaak hebben directies of besturen van klinieken geen duidelijk of zelfs een verkeerd beeld van dit werk.
Beleid in Nederland
Het beleid in Nederland voor geestelijke verzorging vraagt voortdurend aandacht. Het is nooit vast te stellen hoe geestelijke verzorging eruit moet zien over bijvoorbeeld vijf jaar. Samenlevingen veranderen snel en mensen blijven of achter of gaan erin mee. maar beide opties roept vragen op omdat het over het leven gaat. Geestelijk verzorgers zoeken elkaar op in brancheorganisaties en andere vormen van gemeenschappelijk contact. Van daaruit is er een pro-actief beleid te voeren richting overheid om het recht van geestelijke verzorging te waarborgen.
Wat is geestelijk verzorging
Een belangrijk punt is ook: wat noemt de andere partij geestelijk verzorging? Welke verwachtingen heeft men van een geestelijk verzorger? De uitwerking van het gewekte verwachtingspatroon kan zo negatief zijn, dat er geen zinvol gesprek mogelijk is. Het kan ook zo positief zijn dat men alles aanneemt wat de geestelijk verzorger zegt. Geestelijk verzorger zijn is niet iets wat je alleen in de kantooruren doet, het is een levensroeping. Meer dan in de meeste andere beroepen wordt hier een totale innerlijke betrokkenheid verwacht. Dikwijls wordt als echte zielszorg het feit beleefd dat een predikant niet met het geloof of de Bijbel aankomt. In bepaalde situaties bewijst de pastor daardoor juist dat hij er werkelijk voor de ander is.
De houding van de geestelijk verzorger
Een juist optreden van de geestelijk verzorger is erg belangrijk. Hij moet opmerkzaam, aandachtig en zorgzaam zijn. Het object, en niet de werkwijze moet het kenmerk van de geestelijk verzorger zijn.De echtheid wordt duidelijk bestempeld door de zeer bepaalde situatie van het pastorale gesprek. De authenticiteit van een geestelijk verzorger toont zich niet alleen zoals in andere beroepen in de persoonlijke echtheid, maar ook in het feit dat hij het ‘thema’ geloof aansnijdt.
Vrijmoedig initiatief
Natuurlijk is belangstelling in mensen ook in de andere relaties voor een goed contact onontbeerlijk. Zover men het tonen van interesse als een methode kan beschouwen. Het toont zich vaak in een moedige stap om een netelig onderwerp aan te snijden of iemand troost en moed in te spreken en daarmee een getuigenis af te leggen. Dat een gewone relatie tot geestelijk verzorger kan uitgroeien, vindt zijn oorsprong vaak in zo’n initiatief.
Binnengaan in een vreemde wereld
Zorgzaam handelen uit zich in de invoeling, de empathie. Ze is in het begin van de ontmoeting al nodig, in betrekking tot de mate aan intensiteit waartoe de andere mens bereid is. Tot de sensitiviteit van een goede geestelijk verzorger behoort, dat hij de graad van innerlijke betrokkenheid van de ander juist kan taxeren. Invoeling verlangt een intense concentratie op de wereld van de medemens. Daarom ontstaat ze nauwelijks of maar in geringe mate als de geestelijk verzorger eigen doeleinden najaagt, die voor de ander van weinig belang zijn. Invoeling vraagt ook de capaciteit om eigen waardeoordelen voor een ogenblik op zij te schuiven.
Authenticiteit
Mensen hebben een fijne neus voor de mate van echtheid. Talrijke geestelijk verzorgers zijn veel te gereserveerd. De aarzeling om spontaan zijn deelneming tot uiting te brengen, wortelt bij de geestelijk verzorger vaak in de opvatting dat een openhartig tonen van eigen gevoelens voor de ander storend of niet ter zake is. Daarbij vergeet men dat in deze terughoudendheid ook warmte en hartelijkheid verdwijnen. Mensen hebben juist behoefte aan de aandacht voor hun levensvragen. Als de geestelijk verzorger het niet meer doet, wie zal of kan het dan nog wel doen? Er zijn niet meer zoveel plekken in de samenleving waar dat kan. De geestelijk verzorger is van onschatbare waarde voor de mens.