mijn kijk opHet verbond van God met mensen in het Oude Testament
Het thema 'verbond' blijft een actueel thema. Waaruit die actualiteit blijkt is het feit dat in de hele wereldgeschiedenis van de volken voortdurend verbonden gesloten worden. Het woord 'verbond' kan ook vertaald worden met het woord 'convenant'. Een ‘convenant’ is een verdrag dat door wederzijdse partijen nagekomen dient te worden. In de Bijbel lezen we dat als God de regenboog als zichtbaar teken van dat convenant aan de hemel heeft gecreëerd. Dat is voor de mens geen argument om God ter verantwoording te roepen. Het is een verwijzing dat God door middel van Jezus Christus naar de mens toe kwam om dat convenant aan te gaan.
Overeenkomst
In het Nederlands vertalen we het woord ‘verbond’ en ‘verdrag’ met ‘overeenkomst’. Een afspraak (of meerdere afspraken) waardoor één of meerdere partijen zich aan elkaar verbinden. In de drie soorten verdragen die de reader noemt ontdek ik respectievelijk de kernwoorden vriendschap, trouw en bescherming. Ik vind dat deze drie kernwoorden het diepste wezen van God weer geven. Ondanks de verplichtingen en de kaders waarin een verdrag werd overeengekomen gaat het om het behoud van de mens.
Verbond als laatste wilsbeschikking
Met de betekenis van het woord verbond in het Grieks vind ik dat het éénzijdige karakter de nadruk krijgt die het verdiend. Het is uiteindelijk de climax op
Golgotha. Door het werk, het sterven de opstanding en de hemelvaart van Jezus Christus, wordt door die éénzijdigheid ten diepste de liefde van God aan de Bijbellezer voorgehouden. Het Latijn drukt het precies uit zoals Christus het ervaren moet hebben. Een laatste wilsbeschikking van een stervende.
Verbond met Noach
Bij Noach ( Genesis 6: 18) is voor het eerst sprake van het woord verbond, en niet zoals velen veronderstellen bij Adam en Eva. Er was wel een ‘overeenkomst’ die voor voorspoed of tegenspoed zorgt wanneer de overeenkomst wel of niet nageleefd wordt. De gevolgen zijn bekend en doortrekken de hele schepping.
Voortzetting door Abraham
God zet Zijn heilswerk voort in de persoon van Abram en dan is het leerzaam om te ontdekken dat deze geschiedenis in de Thora staat. (Genesis 12:1-3) De reden dat ik dit leerzaam vind is dat het Oude Testament van oorsprong opgedeeld is in respectievelijk drie boeken, namelijk de Wet(Thora), de Geschriften(Chetoebim), en de Profeten(Nebiim). Later hebben de Joden deze verzameling de Tenach genoemd. Het is opvallend dat Jezus in Zijn onderwijs meerdere malen de Wet en de Profeten citeert. ( Matthéüs 5:17, 7:12, Lukas 16:16)
Thora
Het is bijzonder dat in het Nieuwe Testament het gehele Oude Testament als één boek gelezen wordt wat dan ook weer als de Wet beschouwd wordt. In Johannes 10: 34 haalt Jezus een woord aan uit wat de Joden de Thora, noemden, namelijk
Psalm 82: 6. Jezus zegt, dat dit woord in de Wet geschreven staat. Een ander voorbeeld lezen we in 1 Korinthiërs 14: 21, waar Paulus Jesaja 28: 11 aanhaalt en zegt, dat dit uit de Wet is geciteerd. Hier is dus blijkbaar de wet als benaming gebruikt voor heel het Oude Testament.
Thora als wet en onderwijzing en lering
Het valt op dat het in de Thora in eerste plaats gaat om de openbaring van God. Vervolgens gaat het om onderwijzing en lering. Het is boeiend om te ontdekken dat de Thora in eerste plaats niet een boek is waarin allerlei wetsbepalingen staan. Het gaat in de Thora om de geschiedenis van Abram die van het grootste belang is voor de onderwijzing, die God aan zijn volk gegeven heeft. Het volk Israël maakt met God geen geschiedenis maar God maakt met Zijn volk geschiedenis temidden van alle andere volken op de wereld. Vanuit dit centrum ontvouwt God Zijn wereldplan. (Deuteronomium 32: 8)
Offercultus
Tijdens het bestuderen van het thema in reader offercultus is het opgevallen dat wanneer God en mens bij elkaar komen om een verbond te sluiten, God ook daadwerkelijk aan de mens verschijnt. Ook dr.
W.H. Gispen veronderstelt dat in zijn Korte Verklaring van Exodus. Vervolgens zijn er altijd offers nodig van vergeving, herstel, verootmoediging en blijdschap. De offers van de dieren en het bloed staan eigenlijk al symbool voor het offer wat Jezus, God Zelf, ondergaan heeft. Daarmee wil God zegen dat er een einde gekomen is aan de offercultus.
Heilig Avondmaal
Het is indrukwekkend om de lijn te ontdekken naar het Nieuwe Testament. waar het nu gaat om de verschijning van God in Jezus Christus en die gekruisigd. De verbondsluiting werd in het Oude Testament bevestigd door een maaltijd op de berg Sinaï. Nu mogen we dat doen tijdens de viering van het Heilig Avondmaal. Dat het gebruik van Vazalverdragen ten tijde van het Oude Testament vrij gewoon was en altijd schriftelijk vastgelegd werd, was voor mij nieuw. Dat het verbond meer is dan een verdrag blijkt wel uit de ernst die God er mee heeft. De twee stenen tafelen die Mozes ontvangt, één voor God en één voor de mensen, was waarschijnlijk de reden dat de mens niet zomaar in afhankelijkheid moest voortleven. Integendeel, het was juist bedoeld om in vrijheid te blijven leven en zolang men God bleef dienen in voorspoed zou leven.
Zegen en Vloek
Als Israël gezondigd heeft berust dat hoofdzakelijk op een ethisch verbond die als grondwet blijft bestaan. En niet op een kultisch Dekaloog zoals ook wel beweert wordt. De afval van het volk heeft haar oorsprong in de ethische ongehoorzaamheid. In dit verband krijgt het volk te maken met de zegen of de vloek. Het Oude Testament kent twee woorden voor vloek nl;
‘alah’ en ‘qillel’. Met ‘alah’ wordt veronderstelt dat de aangeklaagde schuldig is maar de zonde niet bewezen kan worden. Het gewone leven gaat door en mocht de aangeklaagde schuldig zijn dan zal de vloek in werking treden. Qillel heeft de betekenis dat een strafbaar feit, een zonde, bewezen is. De ‘qillel’ brengt iemand van aanzien tot een bedelaar, en veroorzaakt lichamelijke en geestelijke nood. (Genesis 27:12) Het is zelfs zo dat de vloek automatisch komt als er gezondigd is:
al deze vloeken zullen over u komen en u treffen, indien gij aan de stem van Uw God niet zult gehoorzaam zijn’(Deuteronomium 28: 13)
Berg
De zegen over het volk werd in verband gebracht met de berg
Ebal die in die tijd een bloeiende berg was. De vloek werd in verband gebracht met de berg
Gerizim, deze berg was dor en droog. (Deuteronomium 11: 26-32)
Relatie tussen verbond en profetie in het Oude Testament
De profeten roepen het volk en ook de heidenen op tot gehoorzaamheid aan Gods wet. Het nieuwe verbond waar Jeremia over spreekt zal op een dag komen. Jeremia 31: 31-32 spreekt duidelijk over een ander en nieuw verbond. ‘een ander verbond dan ik met hun voorouders sloot….’ (vers 32) F.J. Pop beschrijft het vrederijk als vrucht van een nieuw verbond. Na het lezen van de beschrijving die F.J. Pop daarover geeft moet ik de conclusie trekken dat het kenmerkende van het nieuwe verbond, niet de letter van de Wet maar de Geest de hoofdrol zal gaan spelen. De mens zal in Christus een nieuwe schepping worden.
Goede Herder
In Ezechiël 34 beloofd God bijvoorbeeld dat Hij Zelf naar Zijn schapen zal omzien (vers 11) God Zelf zal de Goede Herder zijn die de gewonde en verloren schapen terug zal brengen. Jesaja 42 tekent de knecht des Heeren als vervulling van het verbond voor het volk. Het Berith wordt in het Oude Testament het hartstuk van de eschatologische verwachting. Dan zal ook vervult worden dat de heidenen in het verbond worden opgenomen, wat reeds in Genesis 12: 3 in het gezichtsveld lag.
Tweede Mozes
Dat het Hebreeuwse ‘berit’ door de Griekse vertalers vertaald is met ´diatheke´, wat Testament betekent, is op zich wel vanzelfsprekend als we kennis nemen van de betekenis. Testament betekent laatste wilsbeschikking en dat is wat in het Nieuwe Testament is gebeurd door het lijden en sterven van Jezus Christus. (1 Korintiërs 11: 25 en 2 Korintiërs 3: 14) Volgens Pop is Paulus zich er van bewust dat hij een tweede Mozes is. Echter zijn bediening gaat verder dan die van Mozes. Paulus mag dienaar zijn van een heerlijkheid die zal blijven. (2 Korintiërs 3:12)
Beloofde land
God toont Abraham de sterrenhemel. Zo groot zou zijn nakomelingschap zijn. (Genesis13:16) Vervolgens wordt het land Kanaän aan hem beloofd. Abraham kan natuurlijk niet het land alleen en ineens in zijn bezit hebben . Dat bevestigd nog meer de belofte van God. Dat er in de geschiedenis van Israël delen land niet zijn verovert heeft te maken met ontwikkelingen die nog in vervulling moeten gaan. Latere generaties, de nakomelingen van Abraham, delen in de belofte afhankelijk van hun houding tegenover en hun geloof in God . In afhankelijkheid daarvan blijkt dat God de grenzen van het beloofde land ten gunste of ongunste kan wijzigen of zelfs geheel kan ontzeggen. Deuteronomium 11: 22-25.
Nieuwe openbaringen
Het is boeiend en leerzaam om met het thema ‘verbond’ bezig te zijn. Bij het raadplegen van verschillende literatuur blijkt dat er veel over het thema geschreven is en dat men vandaag de dag afhankelijk is van nieuwe openbaringen in de geschiedenis van Israël.