Verbond van God met mensen in het Oude Testament
Een verbond heeft het karakter van een verdrag. In het Oude Testament komen drie soorten verdragen voor tussen mensen onderling: het Pariteitverdrag, de Koninklijke toekenning en het Vazalverdrag. Een verbond in de context van de Bijbel is een belofte van God aan mensen. Het kan zijn dat een verbond wordt gesloten maar ook weer beëindigd. Maar ondanks dat kan er een onderliggende eeuwigheid belofte in schuil gaan. Het is immers de intentie van God om de mensen goed te laten leven en te beschermen. Het hoeft niet zo te zijn dat een verbond stopt maar het zijn slechts stappen die gemaakt worden naar de uiteindelijke vervulling van iets groters.
Drie soorten verbond
- Het pariteitsverdrag regelt de verhouding tussen gelijkwaardige partners. Ze noemen elkaar ‘broeders’ (Genesis 21: 27; 26: 31; 31: 44-54; 1 Kon. 15: 19; 20:32-34) David en Jonathan hadden een pariteitsverdrag. Het pariteitsverdrag heeft wederzijdse verplichtingen.
- Een Koninklijke toekenning wordt door de koning gegeven aan een trouwe dienaar. De toekenning is blijvend en onvoorwaardelijk. De erfgenamen konden er ook profijt van hebben mits zij even trouw waren als hun vader
- Het vazalverdrag is een verdrag wat na een oorlog de overwinnaar kon aanbieden aan de verliezer. De verliezer werd niet gedood maar kwam in een afhankelijkheidspositie van de overwinnaar. De verliezer moest aan verplichtingen voldoen maar kon wel rekenen op bescherming. In Genesis 14 lezen we dat Kedor-Laomer met enkele vazallen optrekt tegen de koningen van Sodom en Gomorra
Keuze tussen verdrag en verbond
God kiest voor de twee laatste vormen van verdrag tussen God en mens. De Nederlandse vertalers van de Bijbel hebben gekozen voor het woord verbond waarbij meer nadruk komt te liggen op de goedheid en barmhartigheid van God ten opzichte van de mens.
Vertaling van het woord verbond
Het Griekse woord voor verbond is 'diatheke'. Diatheke is een beschikking die eenzijdig wordt aangesteld en in het Latijn is dat 'Testamentum'. Het krijgt dan de betekenis van een laatste wilsbeschikking, van de stervende of overledene.
Noachidische verbond van God met Noach
In Genesis 6: 18 komen we voor het eerst het woord verbond tegen, namelijk het verbond met Noach. Maar het gaat verder terug naar Genesis 1 waar Adam en Eva van God de opdracht krijgen van God om zich aan afspraken met God te houden. Als ze dat niet doen dan zullen ze sterven. Niet direct maar door het niet nakomen van afspraken met God, wordt de mens sterfelijk. God sluit met Noach het Noachidische verbond voordat Hij de aarde zal verwoesten vanwege de toenemende zonden van de mensen. (Gen. 6) Onder dit verbond viel ook Adam en zijn nageslacht. De kern van de belofte is dat Noach vanuit het geloof de Ark klaar zal maken waarmee de mensen en dieren gered zullen worden van de ondergang en Gods toorn.
Eenzijdig verbond van God
God zet Zijn heilswerk voort in de persoon van Abram. Genesis 12:1-3. Hij zal de vader zijn van een groot nageslacht. God belooft Abram, nadat hij lange tijd kinderloos zal blijven, een zoon zal krijgen. God en Abram sluiten een verbond. Genesis 15. Dit verbond is éénzijdig. God gaat alleen tussen de gedeelde dieren door. (Genesis 15:17) Volgens Jeremia 34: 18-20 is dit een gebruikelijk ritueel. Het wijst op de (dodelijke) gevolgen van de instemmende partij. G.J. Wenham geeft de voorkeur aan de betekenis dat de offerdieren Israël voorstellen en de roofvogels de heidenen. Op die manier wil God duidelijk maken welke gevolgen het verbreken van een verbond met Hem heeft. Niet als een strenge straf maar tot bescherming en ontferming voor de mens. Het Hebreeuwse (Joodse) volk begint hiermee bij Abraham. Dit verbond wordt in de christelijke cultuur ook wel het Hebreeuwse verbond genoemd.
Wederkerig verbond tussen God met mensen
Deze bescherming komt tot uiting in het feit dat het verbond op dit moment eenzijdig is en koninklijk van aard is. In Genesis 17 wordt echter duidelijk dat het om een wederkerig verbond gaat. God verwacht gehoorzaamheid van Abram. Genesis 17. Mozes hoort in de brandende braamstruik op de berg Sinai Gods stem. Exodus 3. God heeft aan het volk laten zien dat Hij nakomt wat Hij heeft beloofd. Het volk is uit Egypte verlost en ze mogen zijn eigendom, zijn sieraad zijn. God wil een verbond met hen aangaan maar dan moeten ze alleen Hem dienen (Het Sinaitische verbond).