De komma's in Efeze 4:12 - Wie doen het werk der bediening?

De komma's in Efeze 4:12 - Wie doen het werk der bediening? In Efeze 4:11-12 staat een beschrijving van een aantal gaven die God aan mensen in de gemeenten heeft gegeven. De mensen met de genoemde ambten dienen "Tot de volmaking der heiliging, tot het werk der bediening, tot opbouwing des lichaams van Christus" (Statenvertaling). De vraag is echter of er in die zin geen, één of twee komma's moeten staan. Deze vraag en de discussies hierover hebben er toe geleid dat Efeze 4:12 wel eens wordt beschreven als een 'slagveld voor vertalers'.

Het probleem

In Efeze 4:11-12 staat het volgende: "En Dezelfde heeft gegeven sommigen tot apostelen, en sommigen tot profeten, en sommigen tot evangelisten en sommigen tot herders en leraars; Tot de volmaking der heiligen, tot het werk der bediening, tot opbouwing des lichaams van Christus" (Statenvertaling Jongbloed editie).

De zin "Tot de volmaking der heiligen, tot het werk der bediening, tot opbouwing des lichaams van Christus" wordt op drie verschillende manieren vertaald. In veruit de meeste Bijbels van voor 1960 wordt de zin vertaald met twee komma's, in veel modernere vertalingen wordt de eerste komma weggelaten, of worden beide komma's weggelaten. Alle drie de vertaalmogelijkheden doen recht aan de Griekse grondtekst, die geen interpunctie bevatte. Het vertaal- en interpretatieprobleem zit hem vooral in het verschil tussen de vertaling met twee komma's enerzijds en de beide andere vertalingen anderzijds. Het gaat hierbij over de vraag wie 'het werk der bediening' in de gemeente doen, ambtsdragers of de heiligen (iedereen)?

Vertaling met twee komma's

De vertaling zoals die tot 1960 het meest gebruikelijk was, met twee komma's, deelt vers 12 op in drie, coördinatieve (gelijkwaardige, niet afhankelijk van elkaar zijnde), gedeelten, namelijk:
  1. tot de volmaking der heiligen
  2. tot het werk der bediening
  3. tot opbouwing des lichaams van Christus

Deze vertaling kan gebaseerd zijn op twee interpretaties. De eerste luidt dat 'het werk der bediening' alleen maar door de ambtsdragers (zie vers 11: apostelen; profeten; evangelisten; herders; leraars) van de gemeenten gedaan werd. De 'gewone' gelovigen hoeven zich niet bezig te houden met 'het werk der bediening' en bouwen niet aan het lichaam van Christus. De tweede luidt dat er hier alleen maar over de ambtsdragers wordt gesproken, wat niet uitsluit dat de 'gewone' gelovigen het 'werk der bediening' doen en bouwen aan het lichaam van Christus, dat wordt alleen hier niet benoemd. Een voorbeeld van een vertaling met twee komma's is te vinden in de Statenvertaling, die hierboven geciteerd is.

Vertaling met één komma

De moderne vertaling, met één komma, die de komma tussen de woorden 'heiliging' en 'tot het' weglaat, deelt vers 12 op in twee gedeelten, waarbij de eerste twee gedeelten lineair worden (de tweede wordt afhankelijk van de eerste), namelijk:
  1. tot de volmaking der heiligen tot het werk der bediening
  2. tot opbouwing des lichaams van Christus

Deze vertaling is gebaseerd op de interpretatie dat 'het werk der bediening' door iedereen gedaan moet worden, ook door de 'gewone' gelovigen. Het opbouwen van het lichaam gebeurt dan door de ambtsdragers via de heiligen. Een voorbeeld van een vertaling met één komma is te vinden in de NBG 1951.

Vertaling zonder komma

De moderne vertaling zonder komma deelt het vers helemaal niet op en maakt alle drie de gedeelten lineair, namelijk:
  • tot de volmaking der heiligen tot het werk der bediening tot opbouwing des lichaams van Christus

Deze vertaling is gebaseerd op de interpretatie dat niet alleen ambtsdragers, maar ook 'gewone' gelovigen 'het werk der bediening' doen én het lichaam van Christus opbouwen. Een voorbeeld van deze vertaling is te vinden in de NBV 2004, al wordt in die vertaling om wille van de leesbaarheid vers 12 opgedeeld in twee zinnen. Aangezien de controverse op dit gebied met name gaat over de eerste komma zullen de vertaling zonder komma en die met één komma hieronder als één worden behandeld.

Twee vertaalkwesties

Naast de vraag of de eerste komma wel of niet in Efeze 4:12 moet staan is het ook de vraag hoe twee van de termen die in het vers voorkomen vertaald moeten worden, namelijk de termen 'volmaking' en 'bediening'. De manieren waarop deze vertaald worden kunnen namelijk invloed hebben op de vraag of de komma er wel of niet in moet staan.

De term 'volmaking'

De term 'volmaking' is een vertaling van het Griekse woord katartismon, dat vaak wordt vertaald als 'toerusting' (zoals in de NBG 1951 en de NBV 2004) of 'volmaking' (zoals in de Statenvertaling). Het woord komt verder niet in het Nieuwe Testament voor en is hierdoor relatief onbekend. Wel komen aan het woord verwante werkwoorden voor in het Nieuwe Testament. Deze worden op vijf verschillende manieren vertaald, namelijk:
  1. 'Herstellen of vermaken', zoals het herstellen van de visnetten in Matteüs 4:21
  2. 'Toebereiden' of 'ordenen', zoals het toebereiden van de wereld in Hebreeën 11:3
  3. 'Samengevoegd zijn' of 'één zijn', zoals de gemeente in 1 Korintiërs 1:10
  4. 'Volmaking' of 'verbetering' (van gezondheid of geestelijk), zoals de gemeente in 2 Korintiërs 13:9
  5. 'Terecht brengen' of 'opnieuw opbouwen', zoals de overtreder in Galaten 6:1

De term 'bediening'

De term 'bediening' is een vertaling van het Griekse woord diakonias. Deze term wordt in het Nieuwe Testament op vier verschillende wijzen gebruikt, namelijk:
  1. Om de bediening van de apostel Paulus en zijn medewerkers te beschrijven. (Rom. 11:13; 1 Kor. 16:15; 2 Kor. 3:8-9; 4:1; 5:18; 6:3; Ef. 3:7; 6:21; Kol. 4:17)
  2. Om de bedieningen van getalenteerde individuen te beschrijven (Hand. 6:1, 4; 1 Kor. 12:4-6)
  3. Om het 'ambt' van diaken te beschrijven (Rom. 16:1; 1 Tim. 3:8)
  4. Om de wederzijdse naastenliefde van de gelovigen te beschrijven (Heb. 6:10)

Argumenten om Efeze 4:12 met twee komma's te vertalen.

Er zijn vijf argumenten waarom Efeze 4:12 vertaald zou moeten worden met twee komma's. Het eerste luidt dat in de directe context dit de meest natuurlijke lezing is. Het tweede luidt dat de context in Efeze 4 hiervoor pleit. Het derde luidt dat het gebruik van de term ergon diakonias hierop wijst. Het vierde luidt dat de bijzondere rol van apostelen en profeten in de opbouw van de kerk hierop wijst. Het vijfde luidt dat de interpretatie door Johannes Chrysostomos, die Grieks als moedertaal had, hierop wijst.

In de directe context de meest natuurlijke lezing

Volgens Gordon is de vertaling met twee komma's de meest natuurlijke manier om Efeze 4:11-12 te vertalen. Het hoofdwerkwoord 'gegeven', in vers 11, is namelijk een indicatie dat het doel van de mensen met hun gaven wordt beschreven in de beschrijving die in vers 12 volgt in drie bijzinnen, die allemaal met een voorzetsel (in het Nederlands driemaal als 'tot' vertaald) beginnen. Het zou vreemd, doch niet onmogelijk, zijn als de bijzinnen ondergeschikt zouden zijn aan verschillende hoofdzinnen.

Hiernaast zou er in Efeze 4:11-13 sprake zijn van drie delen van het lichaam van Christus. Het eerste deel is het hoofd, dat de gaven geeft, zoals in vers 11 wordt beschreven. Het tweede deel zijn de 'begenadigden', of de ambtsdragers, wiens verantwoordelijkheden in vers 12 worden beschreven. Het derde deel zijn 'allen', die uiteindelijk tot vervolmaking zullen komen, wat in vers 13 wordt beschreven. De meest natuurlijke lezing is dat het hoofd de begenadigden heeft gegeven aan het lichaam, waarbij vers 12 vermeldt wat die begenadigden doen.

Efeze 4 als context

Volgens Gordon, die onder andere Johannes Calvijn volgt, gaat Efeze 4 over het bijeenbrengen en laten groeien tot volmaking van het lichaam. Om die reden moet volgens hem het woord katartismon worden vertaald als 'samenvoegen'. Als het woord zo vertaald wordt dan kan de tweede bijzin niet meer afhankelijk zijn van de eerste, omdat het samenvoegen van de heiligen niet genoeg is om hen voor te bereiden op het uitvoeren van een bediening.

Het gebruik van de term ergon diakonias

Het gezamenlijk gebruik van de woorden ergon en diakonias ('werk der bediening') komt maar op één andere plaats in het Nieuwe Testament voor, namelijk in 2 Timoteüs 4:5b: "doe het werk [ergon] van een evangelist, maak, dat men van uw dienst [diakonias] ten volle verzekerd zij.". Hier is het werk het brengen van het woord (2 Tim. 4:1-5). Het is aannemelijk dat deze betekenis ook hier van toepassing is. Het brengen van het woord was geen taak voor alle heiligen, maar alleen voor de ambtsdragers.

Er zijn zes soorten teksten in het Nieuwe Testament die aantonen dat het brengen van het woord een taak was die alleen voor enkelingen was weggelegd, dit zijn:
  1. Teksten die vertellen dat sommigen zichzelf toewijden aan het brengen van het woord, zoals in Handelingen 6:4
  2. Teksten die laten zien dat de vroege kerk, met bijbehorend ritueel, erkende dat enkelingen de bijzondere taak van het brengen van het woord hadden, zoals in Handelingen 13:2-5
  3. Teksten die beschrijven welke kwalificaties vereist zijn om het woord te brengen, zoals 1 Timoteüs 3:2, Titus 1:7-9
  4. Teksten waarin individuen worden opgeroepen om het brengen van het woord op zich te nemen, zoals 2 Timoteüs 4:1-5
  5. Teksten waarin bijzondere eer wordt toegekend aan hen die het woord brengen, zoals 1 Timoteüs 5:17
  6. Teksten waarin men wordt gewaarschuwd om niet zomaar het woord te brengen en deze taak niet licht op te vatten, zoals Jakobus 3:1

Als met de term ergon diakonias inderdaad het brengen van het woord wordt bedoeld, dan pleiten de bovengenoemde teksten voor een vertaling van Efeze 4:12 met twee komma's. Het bewijs is echter dun en sluit een andere vertaling van het woord diakonias niet uit.

De bijzondere rol van apostelen en profeten in de opbouw van de kerk

Page wijst op een aantal Bijbelteksten die, volgens haar, aangeven dat het opbouwen van de kerk alleen wordt gedaan door hen die daartoe de autoriteit hebben gekregen. Zij haalt hierbij 2 Korintiërs 10:8 & 13:10 aan, waarin Paulus wijst op zijn autoriteit om op te bouwen.

Hiernaast wijst Page erop dat er in Efeze 2:19-20 staat dat de heiligen 'huisgenoten Gods' zijn, gebouwd op het fundament van de apostelen en de profeten, met Christus als hoeksteen. De apostelen en profeten hebben dus een bijzondere rol. Hierbij is de rol van de overige heiligen passief, zij worden, volgens vers 22, 'mede gebouwd tot een woonstede Gods in den Geest'. De actieve rol van de apostelen en profeten en de passieve rol van de andere heiligen pleiten ervoor om Efeze 4:12 te vertalen met twee komma's.

Johannes Chrysostomos en vroege Bijbelvertalingen

Eén van de redenen waarom er onenigheid is over de manier waarop Efeze 4:12 gelezen moet worden is volgens Page dat moderne lezers ver bij de originele tekst vandaan zijn. De kennis van het Grieks van moderne geleerden is gebaseerd op overgeleverde literaire bronnen, waardoor niemand weet hoe iemand met Hellenistisch-Grieks als moedertaal de tekst gelezen zou hebben.

We hebben echter literatuur over Efeze 4:12 van een vierde-eeuwse Griekstalige kerkvader, namelijk Johannes Chrysostomos (347-407). Hij interpreteerde de drie bijzinnen, in zijn elfde preek over de brief aan de Efeziërs, alle drie als coördinatief, zoals in de vertaling met twee komma's.

Hiernaast is Efeze 4:12 langer dan een millennium in Bijbelvertalingen vertaald met twee komma's. Maarten Luther was, voor zover bekend, in 1534 de eerste vertaler die de tekst zonder de eerste komma vertaalde, waarbij gezegd moet worden dat zelfs Luther's volgelingen niet meegingen in diens vertaling van de tekst.

Hoewel deze interpretaties sterke aanwijzingen lijken voor de vertaling met twee komma's, moet hierbij gezegd worden dat veel van de vertalingen in katholieke, of oosters-orthodoxe, kringen zijn ontstaan waarin er een sterke hiërarchie in de kerk was. Die hiërarchie kan de reden voor de vertaling en interpretatie van de drie bijzinnen als coördinatief zijn.

Argumenten om Efeze 4:12 zonder de eerste komma te vertalen

Er zijn vier argumenten waarom Efeze 4:12 vertaald zou moeten worden met één, of zonder, komma. Het eerste luidt dat de vertaling met twee komma's aristocratisch is. Het tweede luidt dat het gebruik van verschillende voorzetsels in het vers hiervoor pleit. Het derde luidt dat de context binnen de hele brief aan de Efeziërs hiervoor pleit. Het vierde luidt dat de in vers 11 beschreven ambten geen ambten, maar gaven zijn, die naast andere gaven bestaan.

De vertaling met twee komma's is aristocratisch

Marcus Barth, geciteerd door Hamann, stelt dat de vertaling van Efeze 4:12 met twee komma's aristocratisch is. De vertaling heeft een klerikale en ecclesiastische bijsmaak doordat het de massa (de heiligen) onderscheidt van de ambtsdragers. De heiligen worden slechts begunstigden en de voordelen van het werk van de geestelijken blijft in de kerk.

Deze redenering roept echter één vraag op, namelijk wat er mis is met het 'slechts' zijn van een begunstigde. Hamann stelt die vraag en wijst hierbij op Matteüs 5:3, aan de hand waarvan hij vraagt of het niet waar is dat de geestelijke bedelaars die niets hebben degenen zijn aan wie het koninkrijk van God toebehoort.

Hiernaast bestaat een zelfde soort argument ook tegen de vertalingen met één, of zonder, komma, namelijk dat die zijn gemotiveerd door een verlangen om klerikalisme te vermijden en om de kerk te democratiseren. Ook hierover kan echter de vraag gesteld worden wat hier mis mee is.

Beide vertalingen en interpretaties kunnen dus te maken hebben met persoonlijke of institutionele motieven.

Verschillende voorzetsels, dus de meest natuurlijke lezing

De drie bijzinnen in Efeze 4:12 beginnen met twee verschillende voorzetsels. De eerste bijzin, "Tot de volmaking der heiligen", begint met het woord pros, vertaald als 'tot'. De tweede en derde bijzinnen, "tot het werk der bediening" en "tot opbouwing des lichaams van Christus", beginnen allebei met het woord eis, in beide gevallen ook vertaald als 'tot'.

Deze verandering van voorzetsel is een aanwijzing dat de eerste twee bijzinnen niet coördinatief, maar lineair zijn, ze staan dus niet op zichzelf, maar lopen in elkaar over. Dat betekent dat, in ieder geval, de tweede bijzin niet ondergeschikt is aan vers 11, maar aan de eerste bijzin. De 'volmaking der heiligen' dient dan zodat die heiligen 'het werk der bediening' kunnen doen.

Het is echter de vraag of dit de bedoeling is van de verschillende voorzetsels. Talbert claimt van wel en haalt hierbij Efeze 4:14 aan waarin een vergelijkbaar gebruik van verschillende voorzetsels voorkomt. Gordon claimt echter dat het gebruik van verschillende voorzetsels niet genoeg bewijs is voor een andere interpretatie, omdat het ook het verschil in afstand van de doeleinden kan aangeven. De eerste bijzin zou dan een korte termijn doel kunnen beschrijven en de andere twee bijzinnen doelen voor een langere termijn.

De commentator J. Armitage Robinson, beschreven door Secker, stelt dat de meest natuurlijke lezing luidt dat 'het werk der bediening' afhankelijk is van het woord 'volmaking' en niet van het woord 'gegeven'. Hij doet dit, onder andere, op basis van het gebruik van de verschillende voorzetsels.

De brief aan de Efeziërs als context

O'Brien wijst erop dat in de brief aan de Efeziërs vaak nadruk wordt gelegd op het feit dat de rijkdommen van Christus door alle heiligen ontvangen zijn (Ef. 1:3-19; 3:20). De paragraaf waar Efeze 4:11-12 bij hoort begint in vers 7 met de stelling dat elke gelovige de 'genade' (Engels: 'grace') heeft ontvangen. De paragraaf eindigt in vers 16 met met de conclusie dat het hele lichaam groeit doordat elk deel zijn werk doet (in de Statenvertaling wordt dit beschreven als het lichaam dat samengevoegd wordt). Daarom is het volgens hem gepaster om ervan uit te gaan de ambtsdragers die in vers 11 genoemd worden de heiligen voorbereiden om hun taken op te pakken. Het woord katartismon moet in zijn ogen dan ook worden vertaald als 'toerusten' of 'voorbereiden'. De ambtsdragers en de heiligen bouwen dan samen het lichaam op.

De gaven in vers 11 naast andere gaven in het Nieuwe Testament

Volgens Vooys zien veel geleerden de vijf in Efeze 11 genoemde rollen als ambten, terwijl ze moeten worden gezien als gaven. Ze bestaan volgens hem naast andere gaven, zoals genoemd in Romeinen 12:3-8, 1 Korintiërs 12:1-10 en 1 Petrus 4:7-11. De mensen met de vijf in Efeze 4:11 genoemde gaven moeten de gemeenteleden volmaken, of toerusten, zodat zij ook hun gaven, of bedieningen (diakonias), kunnen uitoefenen. Die diakonias is in de ogen van Vooys veel breder dan alleen de vijf genoemde gaven. De 'toerusters' en de 'toegerusten' hebben volgens Vooys namelijk één gemeenschappelijk doel, beschreven in Efeze 4:13, waar iedereen naartoe werkt en aan bijdraagt.

Er is echter een probleem met de plaatsing van de vijf 'gaven' in Efeze 4:11 naast andere gaven in het nieuwe Testament, namelijk dat het in Efeze 4:11 niet gaat over gegeven gaven, maar over mensen die zijn gegeven. Het gaat, bijvoorbeeld, niet over de gave van profetie, maar over de profeet zelf. Hetzelfde geldt voor de vier andere genoemde 'gaven'. De diakonias in Efeze 4:12 kan dus beperkt zijn tot de rol van deze vijf genoemde mensen.

Wel of geen komma tussen 'heiligen' en 'het werk'?

Veruit de meeste argumenten die worden aangehaald voor een bepaalde vertaling zijn onvoldoende, omdat ze ook toepasbaar zijn op de andere vertaling. Zo worden beide vertalingen door voorstanders als 'meest natuurlijk' beschreven en wordt over beide vertalingen gesteld dat zij zijn ontstaan uit persoonlijke of institutionele motieven. Ook de context binnen de rest van de brief aan de Efeziërs biedt geen duidelijk bewijs, omdat er zowel nadruk is op éénheid en de opbouw van het lichaam enerzijds als op het feit dat elke gelovige genade heeft ontvangen.

Op basis van de overige argumenten lijkt het erop dat de tekst met twee komma's vertaald moet worden, er moet dus een komma tussen 'heiligen' en 'werk'. De bijzondere rol van apostelen en profeten en de vroege Bijbelvertalingen zijn namelijk de sterkste argumenten, al zijn deze zeker niet definitief. Het argument dat de in Efeze 4:11 genoemde gaven naast andere in het Nieuwe Testament genoemde gaven geplaatst moeten worden is echter helemaal niet overtuigend. Het werk der bediening wordt dus door de ambtsdragers, of begenadigden, gedaan.
© 2016 - 2024 Theoloog, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
De vijfvoudige bediening in Efeze 4:11De vijfvoudige bediening in Efeze 4:11In Efeze 4:11-12 noemt Paulus vijf groepen mensen die door Christus zijn gegeven aan de gemeenten om de heiligen tot vol…
Bedevaartsoord voor Maria in Turkije: Meryemana in EfezeBedevaartsoord voor Maria in Turkije: Meryemana in EfezeIn Turkije, bij de stad Efeze ligt Meryemana. Dit is voor zowel christenen en moslims een bedevaartsoord. Men gelooft da…
Herders en leraars in Efeze 4:11 - Eén of twee bedieningen?Herders en leraars in Efeze 4:11 - Eén of twee bedieningen?Met name in evangelische of pinkstergemeenten wordt regelmatig gesproken over de vijfvoudige bediening die in Efeze 4:11…
Zonwering prijzenDe prijzen van zonwering kunnen sterk verschillen. Daarom is het verstandig om te kijken wat er in je budget past. De pr…

Salafisme, de streng-islamitische leerSalafisme, de streng-islamitische leerHet salafisme staat sedert het begin van deze eeuw steeds meer in de belangstelling. Daaraan hebben zaken als wereldwijd…
De leer en daden van de Nikolaïeten in Openbaringen 2De leer en daden van de Nikolaïeten in Openbaringen 2In Openbaringen 2 worden de Nikolaïeten tweemaal genoemd. In vers 6 wordt de gemeente te Efeze geprezen om het feit dat…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: obraz.org, Wikimedia Commons (Publiek domein)
  • Chrysostom, J. Homily 11 on Ephesians. Edited by K. Knight. Translated by A. Gross. Homilies on Ephesians 11. Online: New Advent, 2009. http://newadvent.org/fathers/230111.htm, geraadpleegd op 24-02-2016.
  • Gordon, T.D. “‘Equipping’ Ministry in Ephesians 4”. Journal of the Evangelical Theological Society 37, nr. 1 (maart 1994): 69–78.
  • Granados Rojas, J.M. “Ephesians 4,12: a revised reading”. Biblica 92, nr. 1 (2011): 81–96.
  • Hamann, H.P. “The translation of Ephesians 4:12 - a necessary revision”. Concordia Journal 14, nr. 1 (januari 1988): 42–49.
  • O’Brien, P.T. The Pillar New Testament Commentary. Bewerkt door D.A. Carson. The Pillar New Testament Commentary. Grand Rapids, Mich.: W.B. Eerdmans Pub. Co., 1999.
  • Page, S.H.T. “Whose ministry?: a re-appraisal of Ephesians 4:12”. Novum testamentum 47, nr. 1 (2005): 26–46.
  • Secker, P.J. “Ephesians 4:11-12 Reconsidered”. Logia 5, nr. 2 (1996): 59–62.
  • Talbert, C.H. Ephesians and Colossians. Bewerkt door M.C. Parsons en C.H. Talbert. Paideia : commentaries on the New Testament. Grand Rapids, Mich: Baker Academic, 2007.
  • Vooys, J. “No clergy or laity: all Christians are ministers in the body of Christ, Ephesians 4:11-13”. Direction 20, nr. 1 (1991): 87–95.
  • Voor de transliteraties in dit artikel zijn diverse pagina's van de website http://www.scripture4all.org gebruikt.
  • Voor vertalingen van grondteksten in dit artikel zijn diverse pagina's van de website https://www.blueletterbible.org gebruikt.
Theoloog (57 artikelen)
Gepubliceerd: 02-03-2016
Rubriek: Mens en Samenleving
Subrubriek: Religie
Bronnen en referenties: 12
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.