Bewijslast ligt ook bij atheïst in het debat met een theïst

- Bewijslast ligt ook bij atheïst in het debat met een theïst
- Claims
- Categoriefout
- 'Niet-bestaan is onbewijsbaar'
- 'De bewijslast ligt bij de gelovige'
- Conclusie
Bewijslast ligt ook bij atheïst in het debat met een theïst
In het debat tussen atheïsten en theïsten wordt vaak de bewijslast op de schouders van gelovigen gelegd. Er wordt dan gesteld dat zij moeten aantonen dat God bestaat, terwijl atheïsten dat simpelweg ontkennen. Een diepere duik in het weefsel van rationele argumentatie onthult echter dat beide partijen verantwoordelijkheid dragen voor het onderbouwen van hun overtuigingen. Een atheïst, die gelooft dat God niet bestaat, koestert een overtuiging die, net als die van een theïst, als waar of niet waar kan worden beschouwd. In dit schouwspel van ideeën, waar overtuigingen botsen en wereldbeelden schuren, wordt de 'default position' misschien wel het best weerspiegeld door het 'zwak agnosticisme' – de erkenning dat men niet weet of God bestaat. Laten we de stelling verkennen dat in het intellectuele schaakspel tussen atheïsten en theïsten beide partijen een even zware last dragen: de last van overtuigend argumenteren.
Claims
In discussies tussen atheïsten en theïsten hoor je vaak dat de bewijslast bij de gelovige ligt, worden spaghettimonsters en andere gedrochten van stal gehaald alsof het een lieve lust is en wordt beweerd dat niet-bestaan onbewijsbaar is. Hieronder lees je drie willekeurige voorbeelden uit de reactiekolommen van christelijke websites. De eerste twee zijn afkomstig van een atheïst en de derde opmerking is van een christen die zich beklaagt over de stellingen die atheïsten poneren.De bewijslast ligt niet bij mij, maar bij de gelovige. Deze zal moeten aantonen dat zijn of haar God níet in dezelfde categorie valt als het monster van Loch Ness en andere sprookjesfiguren. En tot op heden is de gelovige daar niet in geslaagd.[1]
Geloven dat God niet bestaat is een claim, terwijl niet geloven dat God bestaat slechts een reactie op een claim is. De bewijslast ligt bij de gelovige.[2]
Ik heb dit al zo vaak gehoord... En als het gaat om 'geloof', 'wetenschap' en 'bewijs' zijn de stellingen van atheïsten ook telkens hetzelfde. Namelijk het volgende geleuter: "atheïsme is afwezigheid van geloof, de bewijslast ligt bij de gelovige, niet-bestaan is onbewijsbaar".[3]
Hieronder zal ik nader ingaan op de volgende claims die we uit bovenstaande reacties kunnen destilleren:
[OLIST]De gelovige zal moeten aantonen dat zijn of haar God níét in dezelfde categorie valt als het monster van Loch Ness en andere sprookjesfiguren.
Niet-bestaan is onbewijsbaar.
De bewijslast ligt bij de gelovige.[/OLIST]
Categoriefout
De atheïst die beweert dat de gelovige zal moeten aantonen dat zijn of haar God níét in dezelfde categorie valt als het monster van Loch Ness en andere sprookjesfiguren, gooit eerst alles op één hoop en beweert dan dat de gelovige maar moet bewijzen dat het andere categorieën betreffen. Atheïsten beweren dat het niet nodig is om het bestaan van God te weerleggen om dezelfde reden dat het niet nodig is om het bestaan van de tandenfee, kabouters, de kerstman en het spaghettimonster, enz. te weerleggen. Alle atheïstische ridiculiseringen van God door Hem in één adem te noemen met dergelijke figuren, zijn gebaseerd op hetzelfde archetype: de vliegende theepot van Russell.[4] Allemaal reuze vindingrijk en amusant, maar de atheïst plaatst zelf met dergelijke vergelijkingen God in dezelfde categorie als het monster van Loch Ness en de andere figuren. Om dat te kunnen doen, zal hij dus zèlf moeten aantonen dat ze een subject zijn met dezelfde attributen (kenmerken).God kan worden gedefinieerd als een bewust mentaal wezen, een onveroorzaakte entiteit, dat de eerste oorzaak van de werkelijkheid is. Hij is de directe of indirecte ontstaansoorzaak van alles wat buiten hem bestaat. Hij behoort niet tot de materiële werkelijkheid, want een oorzaak is voor zijn bestaan niet afhankelijk van zijn gevolgen. Hij is absoluut onderscheiden en afgezonderd van de stof of materie, dat door Hem geschapen is. God is een lichaamsloze geest.[5] God behoort kortom als de Grond van alle dingen niet tot dezelfde categorie als al het andere. God bezit kenmerken die Hem alleen toebehoren. Die Hem kenmerken als God en Hem onderscheiden van al het andere.
God is als zodanig een verklarend concept voor de oorsprong van alles wat is en dit is een alleszins redelijke gedachte, hetgeen ik zal illustreren aan de hand van een grapje uit het boek 'Is god just a human invention' van Sean McDowell en Jonathan Morrow:
"A group of scientist approach God and claim they can do everything he can. 'Like what?' asks God. 'Like creating human beings', says the scientists. 'Show me', says the almighty. The scientists say, 'Well, we start with some dust, and then...'. God interrupts, 'Wait a second. Get your own dust'."[6]
Net zoals een timmerman reeds bestaand hout nodig heeft om meubilair te maken, zo hebben deze wetenschappers reeds bestaand 'stof' nodig om een mens te creëren. McDowell en Morrow merken dan ook terecht op:
"Where did the dust come from? From stars? And wher did the stars come from? From the big bang? And where did the matter in the big bang come from? From a quantum vacuum fluctuation? A quantum vacuum does not contain absolutely nothing. A subatomic vacuum contains energy and is subject to physical laws. So where did the energy come from? At some point such questions must end at an ultimate reality - the source of bing of the universe."[7]
Het universum (de driedimensionale ruimte, tijd, materie en energie) heeft een begin en je kunt niet om een onveroorzaakte eerste oorzaak heen, ook al doe je nog zo je stinkende best. Als God was veroorzaakt door iets anders, dan moet dat ook verklaard worden. Elke oorzaak is immers het gevolg van een nog eerdere oorzaak, hetgeen tot een oneindige regressie ad infinitum en absurdum (tot in het oneindige en absurde) leidt. De regressie stopt alleen bij iets dat zelf-existent is. En deze eerste oorzaak kan niet fysiek zijn, omdat fysieke materie een begin en dus een oorzaak heeft. Een zelf-existent bovennatuurlijk wezen is daarom de beste verklaring als eerste oorzaak.
Het moge duidelijk zijn dat iedere vergelijking tussen God enerzijds en het monster van Loch Ness, de kerstman en het spaghettimonster anderzijds volkomen mank gaat. Ik hamer hier zo op, omdat het naar mijn mening een belangrijke oorzaak blootlegt waar het in discussies tussen atheïsten en theïsten heel vaak misgaat:
"The root cause of atheism ... lies not so much in bad science as it does in the poor defining of terms and false assumptions, on the part of the atheist, as to who God is. That is to say, the atheist misunderstands who God is. It then becomes clear that the problem with the atheistic/Christian dialogue concerning God is based on the fundamental definition of who God is, and without the proper definition, a dialogue cannot happen. Anyone who has ever been to a Christian v. Atheist debate realizes that it is as frustrating as arguing with another over whether grapes or oranges taste more like apples."[8]
Een vruchtbare discussie kun je wel vergeten als God in dezelfde categorie wordt geplaatst als het monster van Loch Ness. Uit de aard der zaak valt God niet in dezelfde categorie als het monster van Loch Ness en andere tot de verbeelding sprekende figuren. Of kabouters, het monster van Loch Ness of eenhoorns bestaan of niet, is existentieel niet relevant en heeft geen enkele betekenis voor de grote levensvragen: Wie zijn we, waar komen we vandaan, wat doen we hier en waar gaan we naartoe? Bij Godsbesef gaat het om fundamentele levensvragen, waar kabouters, eenhoorns en monsters geen antwoord op geven, al zouden ze bestaan. Ook hebben ze geen ze geen enkele betekenis met betrekking tot het bestaan van bewustzijn en objectieve waarden. Het al dan niet bestaan van deze wezens voegt helemaal niets toe.
Nu kan de atheïst tegenwerpen dat er voor God geen enkel bewijs is en dat zowel God als het monster van Loch Ness beide zijn voortgesproten uit de fantasie van de mens, dat het menselijke bedenksels zijn en dat ze daarom in zijn beleving in dezelfde categorie, namelijk 'hersenspinsels', vallen.
Absolute zekerheden, in de zin van onweerlegbare bewijzen, zijn er niet. Buiten de wiskunde heb je nauwelijks echte bewijzen. Dit betekent echter niet dat een Godsgeloof blind geloof is. Er zijn heel veel Godsbewijzen (beter is te spreken van 'rationele argumenten voor het bestaan van God') die laten zien dat het redelijk is om te geloven dat God bestaat (zie onder). Veel mensen denken dat er geen goede argumenten zouden zijn voor het bestaan van God en dat de argumenten van weleer allang door filosofen onderuit zijn geschoffeld. Dat is echter een drogbeeld. Er zijn ontzettend veel godsbewijzen geformuleerd en de laatste jaren is er een renaissance in de christelijke filosofie zichtbaar. Het bestaan van God is vandaag de dag nog nooit zo rationeel onderbouwd, niet alleen door onveranderlijke metafysische principes maar ook dankzij nieuwe wetenschappelijke ontdekkingen. Zo heeft ontdekking van de fijn-afstemming (fine-tuning) van het universum, waarbij het gaat om de 'precieze afstelling' van bepaalde waarden van constanten in ons universum, geleid tot een nieuw teleologisch godsbewijs. De atheïst die beweert dat er geen argumenten voor Gods bestaan zijn, slaat de plank dus volledig mis. Hij komt hier wat mij betreft niet mee weg en zal in gesprek moeten gaan met deze argumenten voor het bestaan van God in plaats van zijn hoofd in het zand te steken.
Dat er geen 'Godsbewijzen' zouden zijn, is eenvoudig te ontkrachten. Houden we de 'hersenspinsel' over. Welnu, het is belangrijk om te beseffen dat het de atheïst is die een stelling poneert en het vervolgens aan de theïst overlaat om deze te weerleggen. Lekker makkelijk, maar zo werkt dat niet. Een dergelijke houding getuigt van intellectuele luiheid en is bovendien niet fair. De atheïst zal zijn stelling moeten onderbouwen aan de hand van deugdelijke argumenten. De bewijslast voor een kennisclaim (zoals 'god is een verzinsel') ligt bij degene die de claim doet. De atheïst zal dan mogelijk gevat reageren en tegenwerpen: "Niet-bestaan is onbewijsbaar".
"Philosophical arguments like invisible pink unicorns are great ways to avoid examining evidence, but such an approach is ultimately dishonest."
-Rich Deem-
-Rich Deem-
'Niet-bestaan is onbewijsbaar'
De filosoof William Lane Craig (zie afbeelding) beweert dat de positie dat 'niet-bestaan onbewijsbaar is' onjuist is en wel om twee redenen:"In the first place, of course you can. For example, you could disprove the statement that 'there are polka-dotted geese'. That would be a universal negative and you can disprove that. But more importantly, the claim that 'God does not exist' is not a universal negative. It's a singular negative. And certainly you can prove negative singular statements, such as, 'There is no planet between Venus and the Earth.' You can provide arguments to show that a singular negative statement is true."[9]
Je moet daarbij niet vragen om absolute zekerheid. Craig zegt hierover:
Of course, absolute certainty is not available, but that’s really a red herring, since we have absolute certainty about almost nothing. Demanding absolute certainty will only lead to an unlivable scepticism.[10]
Eén manier om te bewijzen dat iets niet kan bestaan, is laten zien dat het leidt tot (logische) tegenstrijdigheden (bijvoorbeeld 'vierkante cirkels', 'getrouwde vrijgezellen', enz.). Je zou dit onverenigbare eigenschappen argumenten ('incompatible-properties arguments') kunnen noemen. Argumenten van dit soort proberen een logische tegenstrijdigheid in het concept dat ter discussie staat aan te tonen. Het zijn deductieve argumenten. In de deductieve logica kunnen argumenten (premissen) geldig zijn of ongeldig.
Je zou kunnen kijken naar het bestaan van God. Is het mogelijk om dat te ontkrachten? Als je eigenschappen bij God aantreft die met elkaar in tegenspraak zijn en er is geen bevredigende oplossing, dan volgt daaruit dat God niet bestaat. Of je kunt betogen dat het concept van God logisch incoherent is (bijvoorbeeld: "Als God werkelijk almachtig is: kan hij dan een steen scheppen die zo zwaar is dat hij Hem niet kan tillen?), waaruit zou volgen dat God niet bestaat.[11]
Argumenten met betrekking tot onverenigbare eigenschappen kunnen ook worden toegepast op zaken waar meerdere subjecten bij zijn betrokken. Met andere woorden, het is logisch onmogelijk voor twee subjecten die elkaar uitsluiten om tegelijkertijd te bestaan. De god van de islam en de god van het christendom sluiten elkaar uit, ondanks dat ze beide abrahamitische godsdiensten worden genoemd. Jahweh-God en Allah kunnen logischerwijze niet tegelijkertijd bestaan. Beide beweren dat ze de Schepper van het universum te zijn, terwijl ze over tegenstrijdige kenmerken beschikken. Christenen geloven absoluut in één God, waarbij God de som van de drie Personen in de Drie-Eenheid (Vader, Zoon en Heilige Geest) is. Moslims vinden dit echter godslastering. De christelijke God en Allah sluiten elkaar derhalve uit. Zo maakt de christelijke theïst die de positieve existentiële bewering doet dat de christelijke god bestaat, impliciet een negatieve existentiële bewering dat alle goden die in tegenspraak met de christelijke god zijn niet bestaan. Evenzo maakt de islamitische theïst die de positieve existentiële bewering doet dat de islamitische god bestaat, impliciet de bewering dat alle goden die hiermee niet te rijmen zijn niet bestaan. En zowel de christelijke en de islamitische theïst veronderstellen het niet-bestaan van de god van het deïsme, een onpersoonlijke Schepper van het heelal.[12]
Zo zei Jezus: "Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand kan bij de Vader komen dan door mij" (Johannes 14:6). Dit sluit dus andere wegen tot God uit. Als je aannemelijk kunt maken dat Jezus de waarheid sprak, dan sluit je daarmee alle andere mogelijke wegen uit.[13]
Er is ook een andere manier om vast te stelen dat iets niet bestaat. Als iemand beweert dat er een schaap met acht poten bestaat en dat deze in de schuur staat, kan ik snel vaststellen dat hij zich vergist door er een kijkje te gaan nemen. Zo kunnen we ook vaststellen dat er geen monster van Loch Ness bestaat door sonaronderzoek of door het meer droog te leggen. Maar wat te denken van andere figuren zoals eenhoorns? Kun je bewijzen dat die nooit bestaan hebben? Ik laat de filosoof Stephen Law aan het woord:"It depends in part on what you mean by 'prove'. The word has a variety of meanings. By saying something is 'proved', I might mean that it is established beyond all possible doubt. Or I might mean it has been established beyond reasonable doubt (this is the kind of proof required in a court of law). Can we establish beyond reasonable doubt that unicorns have never inhabited the earth? True, the history of our planet has been and gone, so we can no longer directly inspect it. But surely, if unicorns did roam the earth, we would expect to find some evidence of their presence, such as fossils of unicorns or at least of closely related animals from which unicorns might plausibly have evolved. There is none. We also have plenty of evidence that unicorns are a fictional creation, in which case, it's surely reasonable for us to conclude that there never were any unicorns. Indeed, I'd suggest we can prove this beyond reasonable doubt.
In response, it might be said 'But you can't prove conclusively, beyond all possible doubt, that unicorns never roamed the earth'. This is undeniably true. However, this point is not peculiar to negatives. It can be made about any claim about the unobserved, and thus any scientific theory at all, including scientific theories about what does exist. We can prove beyond reasonable doubt that dinosaurs existed, but not beyond all possible doubt."[14]
Hetzelfde geldt voor Russells theepot. Ik denk dat we kunnen weten dat het niet bestaat omdat het daar niet is geplaatst door Russische of Amerikaanse astronauten, en we weten dat materie in het universum zichzelf niet kan organiseren in een theepot-vorm. Dus al met al beschikken we over nogal wat goede redenen om te kunnen stellen dat Russels theepot niet bestaat. Ook de kerstman kunnen we op gelijke wijze wegstrepen. Dat volwassenen niet in de kerstman geloven komt niet simpelweg doordat er geen goede redenen zijn voor zijn bestaan, maar omdat we goede redenen hebben om aan te nemen dat hij niet bestaat.[15] We hebben hier positief bewijs voor: er woont niemand op de Noordpool en er vliegt niemand rond in een arrenslee om cadeautjes te bezorgen op kerstavond. Bovendien levert onze kennis van de fysica en de wetenschap dat er pakjes bezorgd moeten worden aan vele miljoenen kinderen in nota bene alle delen van de wereld, wat betekent dat er enorme afstanden afgelegd moeten worden, voldoende positief bewijs dat het fysiek onmogelijk is voor een mens om deze klus te klaren op één avond/nacht met gebruikmaking van een arrenslee en rendieren.
Waarom vallen veel atheïsten terug op theepotjes en spaghettimonsters? Welnu, doordat veel atheïsten niet in staat zijn om met solide argumenten te komen tegen het bestaan van God, worden ze gedwongen om te pleiten voor een geheel ongeloofwaardige positie, namelijk dat het ontbreken van bewijs voor God volstaat om te denken dat God niet bestaat. Ze illustreren dit punt met voorbeelden, zoals: 'Wij geloven niet dat er een porseleinen theepot in een ellipsvormige baan rond de zon draait die te klein is om gezien te worden en dat er een spaghettimonster bestaat, omdat er geen bewijs is voor deze dingen'. Maar het is duidelijk dat we het bestaan van deze figuren niet ontkennen, omdat het ons aan bewijs ontbreekt. Integendeel, we ontkennen het bestaan van zulke figuren en objecten, omdat het op grond van onze huidige kennis niet waarschijnlijk is dat ze bestaan. Het atheïstische bezwaar vermengt gevallen van absolute afwezigheid van bewijs voor X, met gevallen waarin wij, gebaseerd op onze huidige kennis (en de verwachtingen die wij hebben op basis van deze kennis), tegengesteld bewijs hebben voor het bestaan van X.
Het probleem is dan ook niet dat niet-bestaan onbewijsbaar is, maar:
"The problem is that there is no persuasive argument against the existence of God. This is precisely why atheists retreat to the position that does not require any sort of arguments."[16]
Nu kan een atheist daar tegenin brengen dat de bewijslast voor een kennisclaim ('god bestaat') bij degene ligt die de claim doet. Een atheïst is alleen maar iemand die de argumenten voor een kennisclaim analyseert en beoordeelt.[17]
'De bewijslast ligt bij de gelovige'
De introductiepagina van www.deatheist.nl stelt:"Misschien wel de belangrijkste reden waarom atheïsten niet geloven in het bestaan van god of goden, is dat er geen enkele aanwijzing is voor hun bestaan. (...) De atheïst hoeft ... niet het niet-bestaan van god(en) te bewijzen, hij hoeft slechts de argumenten voor het bestaan van god(en) te weerleggen en kan eventueel nog met argumenten komen die het bestaan van deze god nog onwaarschijnlijker maken."[18]
Aha! Hij hoeft dus slechts de argumenten voor het bestaan van god(en) te weerleggen... In het boek 'The Blackwell Companion to Natural Theology' (onder redactie van William Lane Craig en J. P. Moreland) passeren de belangrijkste argumenten voor het bestaan van God de revue, welke worden verwoord door verschillende auteurs, voornamelijk filosofen (die hun sporen hebben verdiend):
- The Leibnizian cosmological argument (Alexander R. Pruss);
- The kalam cosmological argument (William Lane Craig and James D. Sinclair);
- The teleological argument: an exploration of the fine-tuning of the universe (Robin Collins);
- The argument from consciousness (J. P. Moreland);
- The argument from reason (Victor Reppert);
- The moral argument (Mark D. Linville);
- The argument from evil (Stewart Goetz);
- The argument from religious experience (Kai-Man Kwan);
- The ontological argument (Robert E. Maydole);
- The argument from miracles: a cumulative case for the resurrection of Jesus of Nazareth (Timothy McGrew and Lydia McGrew).[19]
Dat de atheïst slechts de argumenten voor het bestaan van god(en) hoeft te weerleggen, lijkt gemakkelijker gezegd dan gedaan. Neem nu de Nieuwe Atheïsten. Sean McDowell en Jonathan Morrow hebben onder meer 'The Blackwell Companion to Natural Theology' in gedachten wanneer ze schrijven:
"In fact, many world-class philosophers and scientists are Christian and are publishing at the highest levels. Yet, as one look through the bibliographies of the New Atheists, it quickly becomes obvious that they are not interacting with the most sophisticated defenders of Christianity."[20]
De Nieuwe Atheïsten komen kennelijk niet toe aan het bespreken van de argumenten die naar voren worden gebracht door de meest vooraanstaande apologeten van het christelijk geloof. Maar goed, het mag de lezer inmiddels wel duidelijk zijn geworden dat theïsten met rationale argumenten voor het bestaan van God komen, zoals het argument vanuit de fine-tuning van de kosmos, het argument vanuit natuurlijk bewustzijn, het argument vanuit het bestaan van objectieve morele waarden, enz. Er zijn talrijke vingerafdrukken die de hand van een Schepper verraden.[21] De rationele case voor theïsme heeft er nog nooit zo goed voorgestaan als juist in onze tijd.[22] Hoe staat het nu met de rationale case voor atheïsme? Er wordt vanuit atheïstische hoek vaak beweert dat de bewijslast bij de gelovige ligt en dat ongeloof in God de uitgangspositie moet zijn, de zogeheten 'presumption of atheism', oftewel de vooronderstelling van het atheïsme.
Atheïsme is niet slechts de afwezigheid van geloof in één of meer goden, zoals tegenwoordig vaak door atheïsten op het internet wordt beweerd; anders zou een baby ook atheïst zijn, evenals mijn kat. Een atheïst gelooft dat God niet bestaat. Dat is evenzeer een overtuiging of kennisclaim die waar of niet waar is als de overtuiging van een theïst dat God bestaat, en waarvoor hij dus ook argumenten zal moeten aandragen. In een rationeel argumentatief debat tussen theïsten en atheïsten zullen daarom beide groepen met argumenten moeten komen voor hun overtuiging. Nu kan een atheïst erop wijzen dat er een belangrijk verschil is tussen de overtuiging van de theïst en die van de atheïst. De theïst houdt er namelijk een positieve (affirmerende) claim op na en de atheïst gelooft daarentegen alleen maar in een negatieve (ontkennende) claim. Derhalve ligt de bewijslast alsnog bij de theïst, aldus de atheïst. De Nederlandse filosoof Emanuel Rutten weerlegt deze repliek echter als volgt:
"Indien we een goed argument kunnen geven voor het bestaan van een eerste oorzaak van de werkelijkheid, dus iets waarop de hele wereld uiteindelijk teruggaat, iets dat geldt als de uiteindelijke oorsprong van alles wat bestaat, dan zijn de overtuigingen van de theïst en de atheïst structureel equivalent. De theïst beweert namelijk dat deze eerste oorzaak een subject is (een bewust wezen) en de atheïst beweert dat deze eerste oorzaak een object (levenloze materie) betreft. Er is dus sprake van pariteit tussen beide posities. Beide posities betreffen immers een claim over de aard van de wereldgrond. Volgens de één is de zijnsgrond van de wereld geest en volgens de ander is de zijnsgrond van de wereld stof. ... Het is niet zo dat de theïst het bestaan van iets bevestigt, terwijl de atheïst slechts het bestaan ervan ontkent. Twee opvattingen over de natuur van de eerste oorzaak, geest of stof, staan tegenover elkaar. De atheïst kan in een argumentatief debat over het bestaan van God dus niet eenzijdig de bewijslast bij de theïst leggen."[23]
Zowel theïsten als atheïsten maken een kennisclaim die waar of niet waar is, en beide uitgangspunten moeten gerechtvaardigd worden. Atheïsten gaan niet vrijuit; ook zij zullen hun claim moeten rechtvaardigen. Als er al een default position is, dan is het die van het 'zwak agnosticisme'. Een zwakke agnost beweert niet te weten of God bestaat.[24] De filosoof Paul Copan drukt het als volgt uit:
"The 'presumption of atheism' demonstrates a rigging of the rules of philosophical debate in order to play into the hands of the atheist, who himself makes a truth claim. Alvin Plantinga correctly argues that the atheist does not treat the statements 'God exists' and 'God does not exist' in the same manner. The atheist assumes that if one has no evidence for God's existence, then one is obligated to believe that God does not exist - whether or not one has evidence against God’s existence. What the atheist fails to see is that atheism is just as much a claim to know something ('God does not exist') as theism ('God exists'). Therefore, the atheist’s denial of God’s existence needs just as much substantiation as does the theist’s claim; the atheist must give plausible reasons for rejecting God’s existence… in the absence of evidence for God’s existence, agnosticism, not atheism, is the logical presumption. Even if arguments for God’s existence do not persuade, atheism should not be presumed because atheism is not neutral; pure agnosticism is. Atheism is justified only if there is sufficient evidence against God’s existence."[25]
Conclusie
De bewijslast in debatten over God ligt niet exclusief bij gelovigen. Op beide groepen -dus zowel theïsten als atheïsten- rust de taak om met bewijslast voor hun positie of kennisclaim te komen in een argumentatief debat over het bestaan van God.Noten:
[OLIST]www.habakuk.nu/opinies/item/3774-godsbewijs
Ibid.
www.cip.nl/artikel/35101/Evolutievirus-dringt-christelijke-kringen-binnen
In 1958 zei Russell: "I ought to call myself an agnostic; but, for all practical purposes, I am an atheist. I do not think the existence of the Christian God any more probable than the existence of the Gods of Olympus or Valhalla. To take another illustration: nobody can prove that there is not between the Earth and Mars a china teapot revolving in an elliptical orbit, but nobody thinks this sufficiently likely to be taken into account in practice. I think the Christian God just as unlikely." Garvey, Brian (2010). 'Absence of evidence, evidence of absence, and the atheist’s teapot'. Ars Disputandi 10: 9–22.
Emanuel Rutten. Het kosmologisch argument. http://www.gjerutten.nl/Kosmologischargument_ERutten.pdf
Sean McDowell en Jonathan Morrow. Is God just a human invention? And seventeen other questions raised by the New Atheists. Kregel Publications, 2010, p.71-72.
Ibid. p.72.
Paul Cat. When Physics Becomes Metaphysics: Books Review for 'New Proofs for the Existence of God: Contributions of Contemporary Physics and Philosophy'. http://www.aliveandyoung.net/2012/01/when-physics-becomes-metaphysics-books.html
William Lane Craig in William Lane Craig and Frank Zindler, Atheism vs. Christianity: Where Does the Evidence Point?, cassette recording of a debate held on June 27, 1993 at Willow Creek Community Church, South Barrington, IL.
William Lane Craig. Must the Atheist Be Omniscient? http://www.reasonablefaith.org/must-the-atheist-be-omniscient
Atheïsten moeten nu niet te vroeg juichen. Dit is namelijk een vraag naar een logische onmogelijkheid. Het is een contradictio in terminis, net als een 'vierkante cirkel'. De vermaarde apologeet C. S. Lewis schreef hierover: "His Omnipotence means power to do all that is intrinsically possible, not to do the intrinsically impossible. You may attribute miracles to him, but not nonsense. This is no limit to his power. If you choose to say ‘God can give a creature free will and at the same time withhold free will from it,’ you have not succeeded in saying anything about God: meaningless combinations of words do not suddenly acquire meaning simply because we prefix to them the two other words ‘God can." Met andere woorden: een onzinnige woordencombinatie wordt niet opeens zinnig als we er de woorden 'God kan' voor zetten. (Bron: http://evolutie.eu/index.php/FAQ-VLA/er-is-niet-iets-wat-god-niet-kan.html)
Jeffery Jay Lowder. Is a Sound Argument for the Nonexistence of a God Even Possible? http://infidels.org/library/modern/jeff_lowder/ipnegep.html#9
Interessant te dezen is de pennenvrucht van voormalige hardcore atheïst J. Warner Wallace: 'Cold-case christianity - A homicide detective investigates the claims of the gospels'. Op de achterflap staat: "You can believe because of the evidence, not in spite of it."
Stephen Law. You Can Prove a Negative. Can't prove a negative? Sure you can! http://www.psychologytoday.com/blog/believing-bull/201109/you-can-prove-negative
Scott Shalkowski. Atheological apologetics. American Philosophical Quarterly Volume 26, Number 1, January 1989.
Richard Bushey. Can One Disconfirm A Universal Negative? http://thereforegodexists.com/2012/06/can-one-disconfirm-a-universal-negative
Floris van den Berg. Atheïsme. http://dvg.humancontenthosting.nl/uploadedDocs/divers/Atheisme,_een_lemma_[Floris_van_den_Berg][gdE]_p01,5.pdf
www.deatheist.nl
The blackwell companion to natural theology. Edited by William Lave Craig en J.P. Moreland, Wiley-Blackwell, 2012.
Sean McDowell en Jonathan Morrow. Is God just a human invention? And seventeen other questions raised by the New Atheists. Kregel Publications, 2010, p122.
Stefan Paas en Rik Peels. God Bewijzen, Balans, 2013.
Emanuel Rutten. Rationele argumenten voor het bestaan van God. Voordracht 14 oktober 2013 in Theater Brinkhuis te Laren. http://www.gjerutten.nl/RationeleArgumentenVoorBestaanGod_ERutten.pdf
Emanuel Rutten. Pariteit. http://gjerutten.blogspot.nl/2013/05/pariteit.html, 10 mei 2013
Het te dezen belangrijk om een onderscheid te maken tussen zwakke en sterke agnosten. Een zwakke agnost beweert niet te weten of God bestaat. Een sterke agnost beweert daarentegen niet alleen dat hij niet weet of God bestaat, maar dat bovendien niemand dat kan weten. Het moge duidelijk zijn dat dit ook een kennisclaim is, die om een argumentatieve rechtvaardiging vraagt.
Paul Copan. The Presumptuousness of Atheism. http://www.equip.org/articles/the-presumptuousness-of-atheism[/OLIST]
Fotoverantwoording:
- Bovenaan het artikel is een afbeelding zichtbaar van William Lane Craig vs Christopher Hitchens, die in 2009 met elkaar hebben gedebatteerd over de vraag of God bestaat. Christopher Hitchens stierf op 15 december 2011 aan de gevolgen van slokdarmkanker.