De geschiedenis van de bijbel
De bijbel is een verzameling teksten afkomstig van papyrusrollen uit de oudheid. Er zijn meerdere vertolkingen van de boodschap van de bijbel. Vanaf het jaar 0, de geboorte van Jezus Christus, tot ongeveer 400 na Christus stonden er twee bijbelse stromingen tegenoverelkaar, de Neoplatoonse gnostiek en de Rooms Katholieke stroming. De Roomse kerk heeft de populariteit van de bijbel bij het mensdom gebruikt om macht in de wereld uit te oefenen. De gnostieke stroming was esoterisch. Tegenwoordig zijn er weer nieuwe gnostieke stromingen opgestaan die de bijbel vertolken zoals het eigenlijk bedoeld is; een ontwikkeling in het leven van een mens om zich te bevrijden van zijn overheersing door zelf geschapen demonen die hem aan de aarde binden.
Let op! Dit artikel is geschreven vanuit de persoonlijke visie van de auteur en bevat mogelijk informatie die niet wetenschappelijk onderbouwd is en/of aansluit bij de algemene zienswijze.Titelblad bijbel van Luther /
Bron: Publiek domein, Wikimedia Commons (PD)Inhoud:
Het woord bijbel
Het woord bijbel betekent eigenlijk papyrus. Bijbel komt van het woord Egyptische woord biblos. De bijbel werd in het begin van zijn bestaan vaak op papyrus geschreven. Later werd de bijbel geschreven op schapenvellen. Het kostte een flink kudde schapen om het Nieuwe Testament op te schrijven. In de 14e eeuw koste de bijbel een jaarinkomen van een priester. De samenstelling van bijbelteksten was nooit precies bepaald tot 1551. Daarvoor stonden er veel apocriefen in de bijbel. Apocriefen zijn geschriften die in eerste instantie tot het Heilige Schrift zijn gerekend maar daar later door arbitrair optreden van de Roomse kerk er weer uit zijn verwijderd.
Gnostieke visie
De gnostieke stroming gaat ervan uit dat de wereld een universiteit voor de mens is. Hij heeft als doel zichzelf te leren kennen en zich te bevrijden van alle banden die hem met de aarde binden. De mens heeft een aardse ziel en een latent aanwezig zielebeginsel waaruit een goddelijke ziel kan evolueren. De planeet aarde is de plek waar dit zielebeginsel ontwikkeld kan worden. De Wereld is groter dan alleen de aarde. De aarde is slechts een onderdeel van het wereldse levensveld alwaar de gnosticus zijn weg bewandelt die leidt tot verbreking van het aardse levensveld en een opgaan in een nieuw levensveld. Op deze manier behoort alles op aarde tot het domein van zaken waaraan hij zich niet wil binden; het kwaadaardige. Het Alleen-Goede is niet van deze wereld maar wel gedeeltelijk te bereiken door ongehecht van aardse bindingen in contact te treden met het Alleen-Goede of God. Zo kan de mens deelnemen aan het goddelijke. De weg daar naartoe bereikt een gnosticus in zelf-autoriteit. Hij ontwikkelt nieuwe instrumenten zoals een innerlijk tribunaal waarmee hij bepaalt hoe hij in de volgende stap op zijn weg moet handelen. Deelnemen aan het goddelijke is in principe mogelijk binnen de termijn van een aards bestaan. Gnostieke organisaties uit de Oudheid waren onder andere de Essenen, de Manicheërs, de Bogomielen, de Katharen. Jezus heeft een tijd tot de groepering der Essenen behoord. Augustinus was in zijn jeugd lid van de Manicheërs maar gaf daar later als kerkvader van de Roomse kerk op af. De Rooms katholieke kerk heeft op een gegeven moment de uitoefening van het gnostieke christendom verboden. In de tegenwoordige tijd beoefenen onder andere de Rozenkruizers van het Lectorium Rosicrucianum het gnostieke christendom.
Rooms katholieke visie
In de vierde eeuw werd het Christendom gekristalliseerd tijdens het concilie van Nicaea onder het bewind van de Romeinse keizer Constatijn. Veel teksten werden als gnostiek bestempeld en mochten niet meer gelezen worden in de kerk. De gnostieke visie was al in de tweede eeuw verboden geworden door het katholieke machtsinstituut. Later in 397 werd het Christendom het enige toegestane geloof in het Romeinse Rijk. Dit rijk viel snel daarna uiteen waarna de Rooms katholieke kerk als overkoepelend instituut en grootgrondbezitter de belangrijkste machthebber werd in West Europa gedurende de Middeleeuwen. De kerk stelt dat goed en kwaad naast elkaar op aarde bestaan en heeft normen en waarden opgesteld voor mensen om te bepalen wat goed en kwaad is. Hierdoor stelt de kerk zich op als autoriteit. Het stellen en handhaven van normen en waarden gebeurde lange tijd door geldelijke aflaten. Wanneer men een zonde had begaan dan moest men geld betalen aan de kerk zodat men weer zondevrij was. Hierdoor is de kerk twee millennialang het rijkste instituut op aarde. Tegenwoordig kun je bij de Rooms Katholieke kerk geen zonden meer afkopen maar moet je allerlei dingen doen zoals het bezoeken van een bepaalde plek en het lopen van bepaalde routes zoals de Stille Omgang in Amsterdam.
Neerwaartse ontwikkeling
In 400 na Christus was de bijbel vertaald in 500 talen. In 500 na Christus was er maar één taal waarin de bijbel verscheen. De Roomse kerk wilde slechts dat iedereen één bijbel gebruikte. Hierdoor werd het volk van Europa onthouden van bijbelse kennis. Deze grote achteruitgang in kennis die van bovenaf wordt bepaald werd, is het begin van de Middeleeuwen. De ontwikkeling van de mensheid ging neerwaarts; veel kennis is in deze periode verloren gegaan en de vrijheden werden afgenomen van de mensen.
In 1663 werd er voor het eerst een bijbel in de VS geprint in een Indiaanse taal.
Het afkopen van zonden
In de Middeleeuwen was het mogelijk om zonden te begaan door deze af te kopen. Wanneer je de kerk geld betaalde, werd je niet bestraft voor criminaliteit. Hieronder volgen de prijzen die ongeveer gehanteerd werden om als boete te dienen. Ter vergelijking; je had in de Middeleeuwen ongeveer 600 ducaten nodig voor een jaarinkomen. De paus verdiende 30.000 ducaten per jaar.
- Kerk beroven: 450
- Huis verbranden 700
- Gewoon iemand (leek) vermoorden: 350
- Vervalsing en leugens: 400
- Vlees eten terwijl je geld leent: 450
- Meisje verkrachten en ontmaagden: 400
- Priester slaan: 550
- Roofoverval: 600
- Priester met minnares: 450
- Abortus plegen: 300
- Alle misdaden afkopen: 2400
Prostituees in dienst van de kerk
De kerk had in de Middeleeuwen 100.000 prostituees in dienst omdat de kerk het vond dat dit een noodzakelijk kwaad was. Een andere manier om geld te verzamelen was het voeren van heilige oorlogen tegen de Joden. De Roomse kerk was een winstgevend instituut geworden. Er waren op een gegeven moment twee priesters, éém in Frankrijk en één in Rome. Beide wilde de ander excommuniceren. Er was een grote strijd tussen de twee bisdommen. Het had allemaal niets meer te maken met de bijbel. De bijbel werd misbruikt, vooral door Rome.
Drukpers en de bijbel
Door de uitvinding van de drukpers werd de bijbel vanaf de 15e eeuw niet meer overgeschreven maar gedrukt. Het overschrijven duurde 10 maanden. In de 15e eeuw werd de bijbel opnieuw vertaald uit het Grieks. Men was verbaasd over het grote verschil in vertaling. Erasmus van Rotterdam was de eerste die zei dat de bijbel in alle talen moest worden vertaald. Zijn bijbel werd voor het eerst gepubliceerd in 1516. Hij publiceerde de originele Griekse tekst met een Latijnse vertaling ernaast. Maarten Luther gebruikte Erasmus´ boek om de bijbel in het Duits te vertalen.
Bijbel vertalen? Brandstapel!
In Engeland had William Tyndale de bijbel vertaald in het Engels. Hij werd veroordeeld tot de brandstapel. Meerdere mensen werden veroordeeld voor het publiceren van een bijbel in de Engelse taal. Zowel de koning van Engeland als de Roomse kerk zaten jarenlang achter Tyndale aan. Tyndale liet zijn Engelstalige bijbel in een oplage van 6000 drukken in Engeland, met hulp van Maarten Luther. In Engeland aangekomen werden de boeken in beslag genomen zodra de autoriteiten zagen dat iemand een Engelstalige bijbel had. De kerk organiseerde bijbelverbrandingen van Engelstalige bijbels. Dit trok echter de aandacht van het volk. Hierdoor werd de aandacht voor een Engelstalige bijbel nog groter. Tyndale is van ketterij beschuldigd. Hij moest de laatste 5 jaar in een kelder doorbrengen. Hij werd uiteindelijk ter dood veroordeeld. Zijn laatste woorden waren:¨God, open alstublieft de ogen van de Engelse koning.¨
Het op één na bekendste boek
In de 16e eeuw was na de bijbel het boek van de martelaren het meest geliefde boek. Hierin stonden houtgravures van hoe de kerk mensen bestraften die aan ketterij deden, oftewel het verspreiden van een bijbel in een volkstaal. Handen werden afgehakt, en nog veel ergere dingen. In die dagen waren de kerkelijke machthebbers grotere misdadigers dan alle criminelen bij elkaar.
Bijbel in de moderne tijd
Na de reformatie in de 17e eeuw was er geen houden meer aan. De bijbel werd in alle talen vertaald en de Roomse kerk had het nakijken. Ze verloor de monopoliepositie op het uitleggen van de bijbel. De protestanten hadden de strijd gewonnen en tegenwoordig bestaan er aparte bijbels voor protestanten en katholieken. Middels noten worden passages uitgelicht en wordt verteld hoe een passage opgevat dient te worden. Mensen lezen steeds vaker de bijbel in zelf-autoriteit en bekommeren zich niet om de interpretaties die machtsinstituten eraan geven. Ondertussen begon de mensheid de wereld te ontdekken. De kerk hield nog even krampachtig vol dat de aarde plat was, ondanks dat er al vele filosofen uit de Oudheid waren geweest die inzagen dat de aarde rond was. Doordat mensen inzagen dat de aarde rond was durfde men te reizen en de nieuwe wereld te onderzoeken. Protestanten en katholieken maakten daar dankbaar gebruik van door mee te reizen en de bijbel in nog veel meer talen te verspreiden. Het verspreiden van de bijbel door protestanten wordt zending genoemd en geloofsverspreiding door de katholieken heet missie.