Motivatie in sociale psychologie
Wanneer je iets of iemand heel graag wil hebben, ben je doorgaans ‘gemotiveerd’ om datgene wat je wil, ook daadwerkelijk te krijgen. Het woord ‘motivatie’ wordt in de dagelijkse taal daarom gebruikt om aan te geven ‘hoe graag’ iemand iets wil. In sociale psychologie is de definitie en gebruik van de term motivatie iets complexer. Naast gevoelens, en kennis, is motivatie een van de dingen die ervoor zorgen dat wij zijn zoals we zijn, en doen zoals we doen. In dit artikel ga ik in op de (sociaal) psychologische definitie van motivatie en verschillende belangrijke aspecten ervan.
Definitie
Net als in het dagelijks leven is de
sociaal psychologische basis-definitie van motivatie kort en krachtig: een kracht die mensen beweegt zich te gedragen zodanig dat bepaalde uitkomsten verwezenlijkt kunnen worden, of met andere woorden ‘het willen doen wat nodig is om je doelen te bereiken’. Let op, er staat expliciet ‘willen doen’, immers wanneer we enkel over ‘doen’ spreken, dan hebben we het over daadwerkelijk gedrag. Motivatie is een aanloop tot gedrag, een ‘drang’, maar niet gedrag zelf.
Motivatie tot wat?
Motivatie heeft altijd een doel. Met een doel bedoelen we een ‘gewenste eindtoestand’ – iets dat we willen bereiken. Doelen kunnen heel groots en alomvattend zijn (bijvoorbeeld ‘een gelukkig leven leiden’) of juist heel subtiel (‘een dag lang geen vette snacks eten’). De kleinere doelen zijn veelal ‘subdoelen’ van grotere doelen. Bijvoorbeeld, een dag lang geen chips eten kan een subdoel zijn van ‘een mooi slank lichaam krijgen/behouden’. Dit kan wellicht weer een subdoel zijn van ‘gezond en lang leven’. Subdoelen kunnen ook meerdere hogere doelen bedienen. Slank blijven kan nuttig zijn voor je gezondheid, maar een tweede hogere doel kan zijn om aantrekkelijk te zijn voor anderen (en zo een rijke man/vrouw binnen halen!).
Dit klinkt wellicht allemaal erg logisch. Sociaal psychologen, echter, maken dit ingewikkelder door een volgende verdeling te maken: lagere ‘subdoelen’ - dingen die je in het dagelijks leven doet en behaalt – noemen zij gewoon doelen (goals, in het Engels). Hogere doelen, zoals ‘gezond leven’ noemen zij echter ‘motieven’ (motives, in het Engels). Veelal zijn dit doelen die te maken hebben met ‘sociale’ overleving, zoals status, familie-liefde, harmonie et cetera. Zowel motieven als doelen zijn uitkomsten die men nastreeft, en motivatie is de drang om deze na te streven. Het gebruik van het woord motivatie en motieven brengt sommigen soms in verwarring, maar er is dus een degelijk verschil!
Bewust of onbewust
Hierboven werd uitgelegd dat doelen zowel op sub-niveau als op hoger niveau kunnen bestaan. Doelen, en de motivatie om ze na te streven, kunnen óók op bewust of onbewust niveau voorkomen. Bewuste doelen zijn doelen waarvan wijzelf weet hebben, zoals wanneer we ervoor kiezen geen chips te eten omdat... Onbewust hebben we echter ook doelen, zoals wanneer we een beschermende toon aanslaan wanneer iemand ons – of een naaste familielid – bekritiseren. Het gedrag is misschien wel zichtbaar, maar het onderliggende doel (je eigen ego beschermen, danwel je familie), is vaak niet geheel bewust. Wanneer iemand ons kritiek geeft, denken we doorgaans niet ‘he, deze persoon heeft mij zojuist geschaad in mijn zelf-waarde. Ik ga nu zijn kritiek proberen te weerleggen om de schade te repareren’.
Bewuste doelen zijn meestal doelen waar aandacht voor nodig is. Constante beschouwing van het doel, waar we nu zijn en waar we naartoe moeten om het doel te benaderen maakt dan deel uit van ons gedrag. Wederom, motivatie is de drijfveer achter dit proces: we willen ons doel bereiken, dus willen we zus en zo gedrag vertonen. Aan de andere kant kunnen sommige gedragingen als gevolg van motivatie tot het behalen van doelen ook automatisch zijn, zoals de ‘verdediging’ die we hierboven beschreven, als gevolg van kritiek. Omdat we maar een beperkte hoeveelheid aandacht te vergeven hebben, is de menselijke geest erg goed in het automatiseren van gedrag. Veelal beginnen we aan iets met de expliciete (bewuste) motivatie om een (bewust) doel te behalen, maar na vele herhalingen van bepaald gedrag om dat doel te bereiken, automatiseren we het. We ervaren dan minder bewust de ‘drang’ tot het behalen van het doel, maar we doen nog steeds het juiste gedrag (dit automatiseren van gedrag is overigens niet altijd handig of wenselijk!). Voor mensen die auto-rijden is dit een uitstekend voorbeeld: de eerste keer dat je in een auto stapte, en weg-reed, was je vermoedelijk heel bewust bezig met het doen van de juiste handelingen om je doel te bereiken (veilig thuis komen danwel indruk maken op de rij-instructeur). Na verloop van tijd worden de meeste handelingen, zoals koppelen, remmen, en gas geven, een automatisme. Je bent je nauwelijks bewust van deze gedragingen, noch van de directe doelen erachter (bijvoorbeeld, gedrag: rem intrappen, doel: stoppen vóór het rode licht).
Motivatie en wilskracht
Sommige motivatie komt zonder er moeite voor te doen. Meeste mensen ervaren bijvoorbeeld de zeer simpele motivatie tot eten, tot sociaal gedrag, en tot het vermijden van gevaarlijke situaties. Dit zijn allemaal motivaties tot doelen die met overleving te maken hebben. Andere doelen echter, kunnen soms moeilijker zijn om motivatie voor op te brengen. Weinig studenten hebben de ‘motivatie’ of ‘drang’ om te studeren voor een tentamen. In exacte sociaal-psychologische termen hebben we het dan over ‘intrinsieke motivatie’ versus extrinsieke motivatie. Meer hierover in het artikel
‘intrinsieke versus extrinsieke motivatie’. In dit artikel houden we het (relatief) simpel: sommige doelen hebben zelf-controle en wilskracht nodig om de motivatie ervoor op te brengen.
Net als spieren is iemands wilskracht een uitputbare bron van energie. Wanneer je je wilskracht verbruikt voor één doel, dan heb je minder over voor andere doelen. Wanneer je dus met man en macht jezelf ertoe hebt gezet om een tentamen te leren, heb je geen ‘kracht’ meer om de verleiding van koekjes te weerstaan; het gedrag van snoepen tijdens leren is een bekend fenomeen onder de meeste studenten...
Motivatie leren
Niet alles wat we doen of laten is dus iets waar we 'intrinsiek' voor gemotiveerd zijn. Extrinsieke motivatie gebeurt door een proces van leren. Het
behaviorisme binnen de sociale psychologie heeft hier een bepaalde kijk op ontwikkelt - hoewel zeker niet de enige kijk die mogelijk is! Zo gaat hun idee van
operant conditioneren als volgt: wanneer je herhaaldelijk wordt gestraft of juist beloont voor bepaald gedrag, raak je 'gemotiveerd' om dat gedrag te staken, of respectievelijk te herhalen. Denk aan een ijsje (mijn favoriete voorbeeld). Wanneer je een ijsje eet wordt je beloont met de lekkere smaak ervan (ik raad vanille aan!). Deze beloning resulteert in jou motivatie om volgende keer wéér een ijsje te eten. Vice versa geldt natuurlijk voor straffen, denk bijvoorbeeld aan de straf 'spruitjes eten'!
Conclusie:
Wij mensen zijn gemotiveerde wezens: we doen dingen omdat we de ‘drang’ ertoe voelen ze te doen om onze doelen te bereiken. Doelen nastreven is soms automatisch en onbewust, maar soms is het ook bewust en vereist het concentratie en aandacht. Soms komt het ‘van nature’ en soms vereist het wilskracht.