Ontwikkelingshulp: voorkomen is beter dan genezen
Ontwikkelingswerk is mensenwerk. En mensen zijn feilbaar. Zelfs al hebben ze de beste bedoelingen. Dat geldt voor de gevende kant, maar ook voor de ontvangende kant. Zelfs in de meest optimale situaties geldt: Wat je ook zaait, je opbrengst zal nooit 100% zijn. Evenmin kun je van ontwikkelingswerk direct en absoluut resultaat verwachten. Meestal gaat het om een complex spel van factoren. Daarbij zijn onze verwachtingen te hoog gespannen: we doen iets goeds, dan moet het ook iets goeds opleveren, en wel snel. Maar zijn we zelf wel zo snel? We zijn helaas eerder te laat. Preventie verkoopt niet.
Kritiek
Om met het slechte nieuws te beginnen: Waarom heeft ontwikkelingswerk niet altijd het gewenste effect? Wat is de kritiek? Waar gaan wij zelf de fout in?
- Ontwikkelingsorganisaties zouden feitelijk zichzelf in standhouden.
- De westerse organisaties werken niet efficiënt genoeg.
- We dumpen onze overjarige medicijnen zonder te weten of ze wel nodig zijn en zonder ons af te vragen of ze wellicht schadelijk zijn.
- We sturen calorierijk voedsel waarvan de mensen ziek worden omdat ze het niet gewend zijn.
- Bij massale acties bedelven we de lokale markt onder een lawine aan hulpgoederen. Op de langere termijn is het effect ontregelend en zelfs verwoestend, doordat we de lokale producenten uit de markt drukken.
Genezen
Ontwikkelingssamenwerking en humanitaire hulp gebaseerd op
idealisme houden geen stand. Alle problemen en kritiek in ogenschouw genomen, is het realistisch niet te verwachten in arme landen goed te doen (al willen we dat nog zo graag en voelen we er ons zo goed bij), maar ernaar te streven
zo min mogelijk schade toe te brengen. Laten we dus niet voor
snelle effecten gaan en ons goed informeren. Want mensen in veel minder gelukkige omstandigheden hebben gelijke rechten als wij. Daarom zou het goed zijn al veel eerder aan hulpverlening te beginnen. Voorkomen is immers beter dan genezen.
Corruptie
Wanneer werkt hulp nog meer averechts? Wat kan er fout gaan aan de ontvangende kant?
- Lokale krijgsheren en de lokale regering steken een deel van het hulpgeld in eigen zak.
- De hulp wordt gemanipuleerd door de lokale machthebbers om hun conflicten uit te vechten.
- Mogelijk help je, onbedoeld/ongemerkt, vijandige milities waardoor ze hun gewelddadige acties kunnen voortzetten.
Medeplichtig
Critici menen dat Nederland moet overwegen de noodhulp in conflictgebieden met corrupte overheden te staken, als uit een grondige evaluatie blijkt dat de nadelen ervan groter zijn dan de voordelen. Toch hulp geven maakt hulporganisaties medeplichtig aan het voortzetten van de burgeroorlog, omdat de hulp de leiders van het land een alibi geeft om niet voor het welzijn van hun bevolking te zorgen. Hulporganisaties als het Rode Kruis vinden de argumentatie niet opgaan.
Amoreel
„De redenering zou kloppen als oorlogen zouden stoppen in gebieden waar hulporganisaties niet kunnen komen. Die gebieden bestaan. Toch stopt de oorlog daar niet”. Deze beschuldiging is dan ook bizar, vind directrice Tineke Ceelen van Stichting Vluchteling: „Wij legitimeren geen regimes. Wij beëindigen geen oorlogen. Wij redden mensenlevens. Het is onbewijsbaar en amoreel te veronderstellen dat als wij ons zouden terugtrekken, de strijdende partijen zich ineens zouden bekommeren om de eigen bevolking. Als we ons terugtrekken, gokken we met mensenlevens. We zijn geen casino!”
Ontwikkelingshulp
Ontwikkelingshulp komt uiteindelijk ook onszelf ten goede. Dat zouden hulporganisaties kunnen aantonen aan de hand van resultaten van studies en hulp. Want resultaten zijn er wel degelijk, ze zijn echter meestal pas
op langere termijn zichtbaar. Daarnaast is het essentieel dat de Nederlandse regering en de
internationale gemeenschap er eendrachtig voor zorgen dat humanitaire hulp wordt beschermd zodat ze goed terechtkomt. Dat houdt in dat ze
strafmaatregelen opleggen aan regeringen of strijdkrachten als ze de hulp voor eigen gewin misbruiken. Doordat wij, hoe klein we ook zijn, op dit gebied internationaal een aanzienlijke rol spelen, kunnen we die
eisen wel degelijk stellen.
Anticiperen
De hulpbehoevenden zelf kunnen er niets aan doen als de hulp niet goed uitpakt. Het is erg genoeg dat ze geheel afhankelijk zijn van de
goodwill en competentie van anderen en te leiden hebben onder
corruptie en naar
macht hongerende regeringen. Dat zou echter geen reden mogen zijn om de hulp maar te halveren of zelfs helemaal te stoppen. In tegendeel het is onze taak nog veel verder te gaan en op de problemen anticiperen.
Humanitaire hulp
Ontwikkelingssamenwerking en humanitaire hulp vormen een vast onderdeel van het buitenlandbeleid van Nederland en van de samenwerking internationaal gezien. Zelf hebben we, na WOII, flink geprofiteerd van de hulp van de VS (het Marshallplan) om ons land en onze
economie opnieuw op te bouwen. Sindsdien staan wij aan de welvarende kant en is het onze beurt om de hulpbehoevenden te helpen. Zelfs in tijden van crisis zijn wij er nog lang niet zo slecht aan toe dat we van één euro (of dollar) per dag moeten zien rond te komen.
Medemenselijkheid
Nog steeds beschikken we over enorm veel middelen en zijn we het aan onze stand verplicht om ook anderen op zijn minst van een fatsoenlijke levensstandaard te laten genieten. Natuurlijk zullen er altijd mensen zijn die hun verantwoordelijkheid graag afschuiven en niet overtuigd willen worden van de plicht, noodzaak en medemenselijkheid om aan
armoedebestrijding te doen. En ze hebben gelijk, we moeten er alles aan doen om die
armoede en honger te voorkomen.
Strijkstok
Bij een actie als
Giro 555 wordt slechts iets meer dan
20 procent van de 800.000 euro besteed aan
medicijnen en voedingssupplementen. Het zijn dan ook zelden medicijnen en voedingssupplementen die duur zijn; zo’n 55 euro per ondervoed kind. Wat aantikt, zijn de kosten van
onmisbaar medisch personeel. Wat de hulpverlening in bijvoorbeeld Zuid-Soedan zo kostbaar maakt is het invliegen van goederen en van deskundig personeel. Dat stelt de samenwerkende hulporganisaties voor enorme uitdagingen. Er is geen sprake van inefficiënt gebruik van de giften. Niets blijft aan de strijkstok hangen. Zonder personeel heeft het uitdelen van medicijnen geen zin, zegt Tineke Ceelen. Zet iemand met een chronische ziekte in een ziekenhuis met een doos medicijnen en hij heeft er, ook in Nederland, niets aan.
Lokaal
Het Rode Kruis bevestigt dat. „Je wilt natuurlijk zo goedkoop mogelijk hulp leveren”, legt Merlijn Stoffels uit. „Lokaal inkopen, over de weg vervoeren. Maar als er lokaal niets is? En wegen onbegaanbaar zijn? En onveilig? Dan kun je de mensen toch niet in de steek laten? Dan gaan er honderdduizenden mensen dood.”
Voorkomen
Een andere kwestie is dat inzamelingen zoals voor hongerend Afrika doorgaans
te laat komen.
Effectiever en goedkoper is preventie. Als er bijvoorbeeld droogte heerst, zoals in Somalië, moet je zorgen voor droogtebestendige zaden. Bewoners overhalen hun geiten in te wisselen voor kamelen die beter bestand zijn tegen droogte. Daarmee maak je jezelf overbodig. Maar het is lastig fondsen daarvoor te werven; mensen overtuigen geld te geven is moeilijk als er nog geen ramp is. Maar ontwikkelingswerk is een zaak van lange termijn.