De verschillende soort werkingen en inname van drugs
Veel mensen hebben in hun leven wel eens cannabis gebruikt, of zijn op een andere manier een keer in aanraking gekomen met drugs. Dit is ook niet zo raar, want in Nederland wordt het gebruik van softdrugs gedoogd, en wanneer men zich aan de regels houdt ook niet gestraft. Toch weten niet heel veel mensen wat drugs precies zijn. In dit artikel wordt er uitgelegd wat drugs precies zijn, en hoe je ze toebrengt in je lichaam.
Verschillende werkingen
Wanneer is een middel een drug? Op deze vraag bestaan meerdere antwoorden. Soms wordt er bekeken wat er in de wet staat over het middel, en soms wordt er uitgegaan van de werking van het middel. Wanneer men kijkt naar de werking, is een middel een drug wanneer het de hersenen prikkelt en daardoor lichamelijke en geestelijke effecten optreden. De effecten kunnen verdovend en stimulerend zijn. Een ander effect is bewustzijnsverandering.
Verdovende middelen:
Bij deze middelen komt de gebruiker in een slaperige roes. Je kalmeert en er ontstaan ontspannend effect. Voorbeelden van verdovende middelen zijn heroïne, alcohol, GHB en slaapmiddelen. Onder verdovende middelen kunnen ook narcotica worden verstaan. Deze verdovende middelen worden gebruikt voor medische operaties. Toch hebben deze twee middelen veel gemeen, hoewel de één illegaal is en de andere legaal. Veel van de verboden verdovende middelen, werd of wordt nog steeds gebruikt als een medische verdovende middel. Een voorbeeld hiervan is GHB, een narcosemiddel. Sinds 28 april 1999 werd GHB opgenomen in de Opiumwet, terwijl hij voorheen onder de wet van geneesmiddelenvoorziening werd beschouwd.
Stimulerende middelen:
Bij deze middelen krijgt de gebruiker veel energie. Door deze energie word je alerter. Voorbeelden van stimulerende middelen zijn cocaïne, speed, tabak, amfetamines, XTC en cafeïne. Stimulerende middelen worden vaak ‘uppers’ genoemd omdat ze de mentale en fysische processen van het lichaam verhogen of versnellen. Sommige worden medisch voorgeschreven om de alertheid en de fysieke lichaamsprocessen te verhogen. Stimulerende middelen kunnen symptomen veroorzaken die wijzen op een intoxicatie, onder andere een versnelde hartslag, dilatatie (verwijding) van de pupillen, verhoogde bloeddruk, overactieve reflexen, zweten, koude rillingen, misselijkheid en braken, een abnormaal gedrag zoals vechtlust, hypervigilantie, agitatie, superioriteitsgevoelens en verzwakt beoordelingsvermogen. Chronisch misbruik veroorzaakt persoonlijkheids- en gedragsveranderingen zoals impulsiviteit, agressiviteit, prikkelbaarheid en achterdocht. Stoppen na langdurig en zwaar gebruik kan een onthoudingssyndroom opleveren gepaard gaan met een depressieve gemoedstoestand, vermoeidheid, slaapstoornis en frequenter dromen.
Bewustzijnsveranderend:
Bij deze middelen gaat de gebruiker een hele andere wereld zien. Voorwerpen krijgen bijvoorbeeld andere kleuren en dingen gaan bewegen. Je ziet dingen die andere mensen niet zien. Voorbeelden van deze middelen zijn LSD, Hasj, wiet en paddo’s. Deze middelen hebben een hallucinerende werking op de hersenen. De zintuiglijke waarnemingen veranderen. Prikkels worden anders waargenomen waardoor kleuren, geluiden, geuren en gevoelens anders worden ervaren. Het gevoel voor realiteit verdwijnt in meer of mindere mate. Over het algemeen is functioneren onder invloed van deze middelen niet mogelijk. Angstige personen kunnen na gebruik van deze middelen angst of paniekaanvallen vertonen en komen tot riskant gedrag.
Het verschil tussen de werking van drugs zijn niet altijd goed te onderscheiden. Sommige drugs hebben namelijk meerdere effecten. Bijvoorbeeld wiet kan behalve bewustzijnsveranderend ook als een verdovend middel beschouwd kunnen worden. Een ander voorbeeld is XTC, het is een oppeppend middel maar het is ook bewustzijnsveranderend.
Verschillende manieren van inname
- Oraal: De drugs wordt opgegeten of opgedronken. Voorbeelden hiervan zijn alcohol of thee met opium erin.
- Intraveneus: De drug wordt in je bloedader gespoten, zodat de drug zich gelijk in het bloed bevindt. Heroïne is zo’n soort drug
- Inhaleren: De drug wordt op een oppervlakte gelegd, deze wordt verwarmd waardoor er dampen ontstaan. Men inhaleert deze dampen om zo de drugs binnen te krijgen. Voorbeelden hiervan zijn crack en lijm.
- Roken: Men krijgt de drug binnen via rookwaar. Het meest bekende voorbeeld hier van is een jointje.
- Kauwen: Op de drug moet je kauwen, hierdoor komen de stoffen vrij. Vaak zijn deze drugs planten. Een voorbeeld van deze drug is qat.