Voeding voor wietplanten
Extra voedingsstoffen zijn voor het kweken van wietplanten van groot belang, zowel voor binnen als buitenkweek. Een groot probleem is echter de verhouding van verschillende elementen in de voeding. Onder of overdosering komt vaak voor en het is dan ook goed om de symptomen hiervan te kunnen interpreteren.
Veel toegepaste meststoffen
Basismest
Vaak koemest gemengd met stoffen als bloedmeel om zo een meststof te vormen. Dit mengsel word tot korrels geperst en verkocht onder de volgende merknamen:
- Asef DCM 3
- Cultera L.O.T.
- Viano Favoriet
Maerl
Maerl is kalk afkomstig van zeewier. De meststof bevat veel mineralen en magnesium. Aan het merk Dolocal is ongeveer 5% magnesium toegevoegd. Kalk is erg goed voor de plant omdat deze van een zoete grond houd en in Nederland de grond vaak zuur is. Ook stimuleert kalk de opname van voedingsstoffen.
Wormenmest
Dit is de beste voedingsstof voor wietplanten. Wormenmest bevat veel stikstof en zorgt voor een vitale grote plant met een hoge opbrengst.
Visemulsie
Een stroperige vloeistof die gemaakt is van visafval, erg geschikt voor buitenteelt. Deze voedingsstof bevat veel stikstof en is vloeibaar dus word snel opgenomen. Deze stof word alleen tijdens de groei toegediend in een verdunning van 1-100. Je kan de verdunning het beste op de wortels te gieten. Wel direct stoppen met visemulsie als de bloei begint.
Gebreksverschijnselen voeding
Het doseren van verschillende voedingsstoffen kan erg lastig zijn. Je kan overmaat of tekort van een bepaalde stof in het uiterlijk van een plant herkennen. Mocht je problemen hebben met je planten, controleer dan eerst andere factoren zoals licht, water,temperatuur of ongedierte. Zijn deze factoren in orde, dan zijn er twee mogelijkheden die de oorzaak kunnen zijn van het probleem. Je plant krijgt te weinig, of juist te veel voedingsstoffen. Ideaal is natuurlijk als de plant precies genoeg krijgt. Een kenmerk van onvoldoende voeding is geel/groene bladeren. Bij teveel aan voeding kunnen de bladeren overdreven groen van kleur zijn of bruin kleuren.
Om na te gaan welke stoffen er te veel of te weinig aanwezig zijn, moeten we zowel naar de onderkant als bovenkant van de plant kijken. Omdat de plaats van afwijking afhankelijk is van de mobiliteit van de voedingsstof. Mobiele stoffen (N, P, K, Mg) veroorzaken problemen onder in de plant. Een tekort aan niet-mobiele stoffen(Mn, Zn, Ca, S, Fe) zal tot uiting komen boven in de plant, bij jonge bladeren. Hieronder volgt een korte lijst van stoffen, met de daarbij horende kenmerken.
Stikstof
Stikstof is de meest bekende voedingsstof voor planten. De plant zelf verkrijgt stikstof uit nitraten. Het bevordert de groei van alle groene delen. Een tekort aan stikstof komt vaak voor en is soms lastig te herkennen. Vaak wordt dit gekenmerkt door trage groei. In latere stadia van de plantengroei komt het vooral tot uiting door vergeling van de onderste bladeren van de hoofd stengel. Ook kunnen de bladeren wat klein zijn en kan de plant wat schriel ogen. Oplossing: Extra mest toevoegen. Binnen een week moet er verschil te zien zijn. Gebruik niet te veel voeding, bladvoeding of sproeimix is ideaal.
Fosfor
Fosfor is voor de wortelvorming en bloei van de plant erg belangrijk. Planten halen fosfor uit fosfaten. Een tekort aan fosfor zorgt voor tragere groei van de plant en donkergroene bladeren. De stengels kunnen roodachtig van kleur worden. Verder kunnen de onderste bladeren omkrullen. Het toevoegen van extra fosfaten zal de al beschadigde bladeren niet herstellen, maar zal er wel voor zorgen dat nieuwe bladeren weer goed groeien. De oorzaak kan een te lage ph van de grond of het gietwater zijn. Ook teveel aan ijzer kan zorgen voor een tekort aan fosfor.
Kalium
Kalium zorgt ervoor dat planten een verhoogde weerstand krijgen tegen weersomstandigheden, ongedierte en droogte. Ook zorgt het voor stevigheid van de plant en verminderde vocht afgifte van de bladeren. Een tekort aan kalium komt niet vaak voor. De verschijnselen hiervan lijken erg op die van tekort aan licht, dus controleer eerst altijd of je planten genoeg licht krijgen. Symptomen zijn roestplekken op de bladpunten aan de onderkant van de plant, langs de hoofdnerven.
De oorzaak kan een te zuur medium of gietwater zijn (te lage pH).
Magnesium
Magnesium ondersteund fotosynthese in planten. Het is noodzakelijk bij de aanmaak van eiwitten die de stofwisseling stimuleren. Een Mg tekort is niet ongebruikelijk bij media anders dan aarde. De symptomen zijn het optreden van wolkachtige chlorose die wit van kleur is in weefsel aan de onderste bladeren. Toevoeging van extra magnesium zal na ongeveer vijf dagen zichtbaar effect geven.
Zwavel
Zwavel stimuleert de aanmaak van groei bevorderende eiwitten. Deze eiwitten bevorderen de stofwisseling van de plant. Zwaveltekort komt in een kweekruimte niet vaak voor. Het ontstaat meestal door overvloed van andere meststoffen. De symptomen komen als eerst naar voren bij de bladeren op de top van de plant. Die zullen wat gelig van kleur zijn. Je kan zwaveltekort oplossen door te zorgen dat je grond beter doorlucht wordt.
Ijzer
Voor de productie van bladgroen is ijzer nodig. Een tekort aan ijzer zal in de groeipunten voor verkleuring zorgen terwijl de nerven groen blijven. Ijzertekort komt niet vaak voor omdat de meeste meststoffen in de winkel voldoende ijzer bevatten. Mocht je toch deze symptomen zien check dan de pH van je medium om te kijken of dit te hoog is.