Charles Lindberg baby: Ontvoering en moord
Op 1 maart 1932 werd de baby van Charles Lindbergh III ontvoerd. De baby was 20 maanden oud. Hij was verdwenen uit zijn kamertje op de eerste verdieping van de witte villa van de Lindbergh familie, waar het kind had liggen te slapen in zijn bedje. Een ladder, die door iemand met de hand gemaakt was, stond rechtop onder het raam van de kinderkamer. Iemand had het kind via een slecht sluitend raam ontvoerd. De baby was uit het bedje getild en had niet gehuild. Dezelfde avond nog werd de ontvoering ontdekt.
Op de avond van de verdwijning van baby Charly Lindbergh, sloten de moeder en het kindermeisje de ramen van de kamer waar de baby te slapen werd gelegd. Twee ramen gingen gewoon dicht maar het lukte hen niet om het derde raam te sluiten. Was dit toeval of had iemand kort daarvoor expres het raam kapotgemaakt om het een indringer makkelijker te maken? In elk geval kon de kidnapper de baby door dat raam ontvoeren. Het was een regenachtige avond.
- Om 20.00 uur legde de hulp Betty Gow, de baby in zijn bedje. Ze wikkelde hem strak in een dekentje en zette deze met veiligheidsspelden vast, om te voorkomen dat het kind te veel zou woelen (dit was gebruikelijk)
- Rond 21.00 uur, toen Charles Lindbergh thuis was en met zijn vrouw in de huiskamer zat, hoorde hij het geluid van brekend hout en of er iets neer plofte. Hoewel dit hem opviel besteedde hij er verder geen aandacht aan. Hij dacht dat er iets van een stoel afviel in de keuken. Achteraf is dit waarschijnlijk het geluid geweest van de ladder die brak onder het gewicht van de ontvoerder, en mogelijk het vallen van een tas met de baby erin
- Rond 22.00 uur ging kindermeisje Betty Gow weer naar de babykamer om te kijken of Charley rustig sliep. Ze vond het fris in de kamer en zette een kleine elektrische kachel aan. Het viel haar op dat ze de baby niet hoorde ademen en boog zich over zijn bedje heen om te kijken of alles goed met hem was. Zij ontdekte dat het ledikantje leeg was. Vervolgens haastte zij zich naar mevrouw Lindbergh en vroeg of de baby misschien bij haar was. Omdat dit niet het geval was werd iedereen in huis gealarmeerd.
- Charles Lindbergh liep naar de kinderkamer en ontdekte een brief van de kidnapper(s), op de vensterbank bij het raam
- Charles Lindberg pakte een geweer en rende naar buiten in de hoop de ontvoerders te kunnen vinden in de omgeving van het huis. Hij kon niemand vinden
- De butler van de Lindbergh´s belde de politie om 22.25 uur om te melden dat het kind ontvoerd was. Ook Charles Lindberg zelf belde daarna nogmaals met de politie, die rond 11.30 uur bij het huis arriveerden
- De politie ontdekte later op de avond voetafdrukken in de modder onder het raam van de kinderkamer, twee diepe afdrukken van de latten van een ladder, een paar bandafdrukken in modder in de nabijheid van een weggetje in de buurt, drie (in elkaar schuifbare) delen van een slecht in elkaar getimmerde ladder, verstopt in de struiken in de omgeving van het huis, en een timmermansbeitel bij de voetsporen. De ladder was ogenschijnlijk niet door een professionele timmerman gemaakt
Later op de avond arriveerden Henry C. Breckinridge, de advocaat (en een goede vriend) van Charles Lidbergh. Samen met Lindbergh en de politie en een detective betraden zij de kinderkamer. De brief op de vensterbank werd door een functionaris van de politie onderzocht op vingerafdrukken. Deze werden, op een klein modderig vlekje na niet aangetroffen. Daarna pas werd de envelop opengemaakt en de brief werd aan Lindberg overhandigd die hem oplas.
Charles Lindbergh III
De ontvoering werd al snel wereldnieuws. Charles Lindbergh III, de vader van baby Charley, was immers een beroemdheid. Hij had in 1927 als eerste een solovlucht over de Atlantische oceaan gemaakt, zonder tussenstop en zonder hulp. Hij was rijk en beroemd en werd vereerd als een held, maar na een periode van veel publiciteit zocht hij rust voor zijn vrouw Anne en zijn zoontje Charley. Anne was dichteres en schrijfster. Die rust dachten ze in Hopewell, New Jersey, in een mooie witte villa in een groene omgeving te hebben gevonden. Ze woonden hier echter niet permanent. Het gezin was van plan geweest om naar de Morrow Estate terug te keren maar hadden zich bedacht en waren in de villa in het bos gebleven. Daarom hield de politie er rekening mee dat personeel betrokken zou kunnen zijn bij de ontvoering. In het bijzonder vond men het kindermeisje Betty Gow verdacht. Iemand moest de ontvoerder(s) namelijk op de hoogte hebben gebracht dat het gezin die avond in het huis zou overnachten.
Losgeld brief
Op 1 maart 1932 veranderde het leven van de familie LIndbergh echter in een nachtmerrie. Hun zoon en enige kind, Charles Augustus Lindbergh junior, nickname Charley, werd om 22.00 uur ´s avonds door het kindermeisje niet in zijn ledikantje aangetroffen. Het raam van de babykamer was open en er werd buiten een ladder (met gebroken sporten) gevonden, en in de vensterbank werd een losgeld-brief aangetroffen. De ladder was van slechte makelaardij en beschadigd onder het gewicht van de ontvoerder, wat erop wees dat de kidnapper mogelijk met het kind en al door het breedste deel van de ladder was gezakt. De losgeld-brief zat vol spelfouten. In de brief van de kidnapper(s) werd $50.000 geëist in ruil voor de baby. Ook stond erin dat de politie en de pers niet gewaarschuwd mochten worden, dat de baby goed verzorgd werd en dat alle volgende brieven die afkomstig zouden zijn van de echte kidnapper(s) een signatuur als merkteken zouden hebben van een tekeningetje van cirkels, stippels en strepen.
Lindbergh baby onderzoek
De politie vond verder weinig aanwijzingen. Er was de ladder, het open raam, enkele modderige voetstappen onder het raam en in de kinderkamer, en de brief. De politie verzuimde om afdrukken van de schoenen en bandafdrukken te maken, waarmee belangrijk bewijsmateriaal verloren is gegaan. Lindbergh weigerde de hulp van de FBI en verkoos de hulp van de onderwereld, mogelijk omdat hij overtuigd was dat men in die kringen meer afwist van de ontvoering.
Losgeld
Op 4 maart werd er nog een brief bezorgd, deze keer stond erin dat de kidnapper(s) $70.000 wilden, $20.000 meer omdat de politie (toch) gewaarschuwd was en vanwege de grote publiciteit rondom de ontvoering. De Lindbergh’s ontvingen nog een derde brief met aanwijzingen over de betaling van het losgeld. Elke brief was geschreven in gebrekkig Engels, er werd gevraagd om:
- $50.000 (totaal)
- $25. 000 in $20 biljetten
- 15.000 in $10 biljetten
- 10.000 in 5$ biljetten.
Er werd met nadruk geschreven niet de politie te verwittigen en in de brief stond dat Lindbergh binnen 2 tot 4 dagen te horen zou krijgen waar hij het geld moest afgeven. De volgende brieven zouden ook worden ondertekend met het merkteken van cirkels en punten, zodat men zou weten dat de brieven echt van de ontvoerders afkomstig waren. Ook werden er instructies gegeven om via kranten berichten door te geven via advertenties in codetaal.
Ed Condon
Het losgeld werd een maand na de ontvoering op een begraafplaats in de Bronx (New York) overhandigd, door de 71 jarige John Condon, die een bemiddelende rol toebedeeld had gekregen nadat hij dit zelf had aangeboden te doen. Condon stond bekend als een zelfingenomen man, maar nadat hij zichzelf als bemiddelaar had aangeboden via een ingezonden brief aan de krant, en had aangeboden om zelf $1000 te willen bijdragen aan het losgeld, ontving hij een brief van de ontvoerders waarin stond dat ze zijn bemiddeling aanvaardden. Omdat de brief het merkteken van de ontvoerders bevatte, kwam Condon met Lindbergh in contact en als bemiddelaar aangewezen. Condor ontmoette een (van de) de ontvoerders tweemaal. De eerste keer had hij geen geld bij zich maar gaf de boodschap door dat men eerst een bewijs wilde dat het kind nog in leven was. Dit bewijs kwam er niet. Bij de tweede ontmoeting overhandigde Condon het geld aan een dunne lange man met een Duits accent, weer op een begraafplaats. Lindbergh zat zelf met zijn pistool in de auto bij het kerkhof. In eerste instantie was er op het kerkhof niemand te zien maar toen Condon wilde vertrekken hoorde hij een stem die riep 'hè dokter!' Ook Lindbergh hoorde het geroep. Even later riep de stem: 'Hier dokter, hier moet u zijn.' De man stelde zich voor als John. Condon en de man discussieerden over de verblijfplaats van de baby. Condon wilde uiteraard weten waar het kind was. De man zei tegen hem dat het kind veilig op een boot zat en dat hij in orde was, en dat hij zou vertellen waar de boot zich bevond als hij het losgeld zou hebben. Condon legde hem uit dat het geld in de auto lag, maar dat er maar $ 50.000 was. Even later liep Condon terug naar de auto om het geld te halen. Dit zat in een klein kistje. In ruil voor het geld kreeg Condon een brief met aanwijzingen waar de baby zich levend en wel, zou bevinden. De brief mocht op zijn instructies pas na 6 uur geopend worden. In de auto overtuigde Condon Lindbergh ervan dat hij de brief gewoon eerder moest openen en om de zes uur wachttijd te negeren. Ook deze brief stond weer vol spelfouten, zo werd het woord 'boat' als 'boad' gespeld. Men haastte zich naar de locatie (een boot genaamd Nelly) waar Charley zich zou bevinden, maar ze troffen het kind daar niet aan.
Vermoord
Op 12 mei 1932, 73 dagen na de ontvoering, werden de resten van een kind gevonden door een vrachtwagenchauffeur die zijn auto aan de kant had gezet om te plassen. Het stoffelijk overschot werd gevonden op slechts twee mijl van de Lindbergh villa verwijderd. Het lichaam van de baby lag met het gezicht naar de grond en verkeerde in verregaande staat van ontbinding en was al grotendeels vergaan. Het was door dieren aangevreten. Een onderbeen en een handje miste, vermoedelijk door dieren meegenomen. De baby had een gebarsten schedel en aangezien men ervan uitging dat dit de Lindbergh baby was, was het kind vermoedelijk in de avond of nacht van de verdwijning al vermoord of gestorven door een klap op het hoofd. De overblijfselen werden door Charles Lindbergh geïdentificeerd op basis van het aantal tanden en de kledingresten. De Lindbergh’s waren uitgeput van de hoop en angst en kapot nu ze wisten dat ze hun zoon nooit meer levend terug zouden krijgen. Ze schonken hun villa aan een goed doel en keerden niet meer terug naar de omgeving.
Gemarkeerd losgeld
Het geld wat aan de kidnapper(s) betaald was, was gemerkt met goudgele stempels. Regelmatig dook het gemerkte geld op in New York, zonder dat men de persoon die het geld had uitgegeven wist te traceren. Het geld werd door banken herkend. Na ruim twee jaar leek het erop dat de zaak onopgelost zou blijven maar in september 1934 werd een gemarkeerd bankbiljet betaald bij een tankstation in New York Manhattan. De oplettende medewerker noteerde het kentekennummer van de auto van de eigenaar die het geld betaald had. Een andere versie stelt dat het geld werd herkend door een bank in Manhatten.
Bruno Hauptmann
Via de gegevens werd de Duitse immigrant Bruno (Richard) Hauptmann opgespoord. Bij een inval in zijn huis in de Bronx werd een groot deel van het losgeld gevonden. Het ging om $15.000, verstopt in zijn garage. Op 19 september 1934 werd hij gearresteerd. Bruno Hauptmann ontkende zijn betrokkenheid bij de ontvoering of de moord op het kind, en beweerde dat hij het geld in bewaring had voor een vriend, Isidoor Fish. Hauptmann beweerde dat Fish een zakenrelatie van Hauptmann geweest was, die op een bepaald moment naar Europa was vertrokken en daar was overleden. Hauptmann verklaarde dat hij het geld pas later ontdekt had in een kluisje wat hij van Fish in bewaring had gekregen. Hoewel er verder niet meer bewijs tegen Hauptmann bestond, werd hij veroordeeld voor ontvoering en moord op de Lindbergh baby, en in 1935 stierf hij op de elektrische stoel. Hij pleitte onschuldig te zijn. Zijn laatste woorden waren (vrij vertaald):
Ze denken dat als ik dood ben, dat deze zaak dan ook zal sterven. Ze denken dat het als een boek is wat ik dichtdoe. Maar dit boek zal nooit gesloten worden.
Bewijzen tegen Hauptmann
- Een getuige verklaarde Bruno Hauptmann een dag voor de moord in de buurt van het huis van de Lindberghs te hebben gezien, achter het stuur van een auto. Deze getuige was echter zeer slechtziend.
- Ed Conan, die bemiddelde tussen ontvoerder en de Lindberghs, zag Hauptman in levende lijve bij de overdracht van het losgeld en wees hem later aan als de dader. In eerste instantie kon hij hem echter niet identificeren. Er wordt beweerd dat hij onder druk van de politie getuigde dat hij Hauptmann wel herkende.
- Hauptmann woonde in de Bronx en een groot deel van het losgeld werd in zijn garage aangetroffen
- Een plank gevonden op de zolder van Bruno Hauptmann, had op de nerven een match met hout wat gebruikt was voor de ladder. Dit werd echter tegengesproken door een later onderzoek.
Theorieën over de mogelijke moordenaar
Lang niet iedereen is overtuigd dat Bruno Hauptman de ontvoerder en moordenaar van de Lindbergh baby is geweest. Er zijn verschillende redenen om aan zijn onschuld te twijfelen. Zo was er weinig bewijs tegen hem.
- Het belangrijkste wat Hauptmann natuurlijk rechtstreeks in verband bracht met de zaak was het losgeld wat gevonden werd in zijn garage. Hoewel dat erg verdacht is, kan het waar zijn dat het losgeld via andere wegen bij hem terecht is gekomen. Maar het is aannemelijk dat hij wel betrokken is geweest bij de ontvoering, maar dat het onduidelijk is gebleven welke rol hij daarin precies gespeeld heeft
- Hauptmann was timmerman van beroep. Het is vreemd dat hij zo’n zwakke ladder gebouwd zou hebben dat hij er zelf doorheen zakte. Aan de andere kant verklaarde een expert dat het hout wat gebruikt was voor het maken van de ladder, afkomstig was van de zolder van Hauptmann. Dat is echter vervolgens weer in twijfel getrokken.
- Het handschrift van Hauptmann werd vergeleken met het handschrift van de losgeld-brief en er waren opvallende overeenkomsten, zoals een letter N die verkeerd om geschreven werd. De letter N verkeerd omschrijven is op zijn minste een zeer opvallende overeenkomstige toevalligheid, maar in principe schrijven er meer mensen letters verkeerd om. Het lijkt echter aannemelijk dat Hauptmann de brieven wel geschreven heeft, maar waarschijnlijk niet in zijn eentje gehandeld heeft
Ondanks deze feiten zou Hauptmann in onze huidige tijd waarschijnlijk niet ter dood veroordeeld zijn, en misschien zelfs vrijgelaten zijn wegens gebrek aan bewijs. De weduwe van Hauptman bleef tot aan haar dood geloven in de onschuld van haar man.
Theorieën over andere daders
- Er wordt wel beweerd dat de zuster van Anne de baby vermoord heeft of ermee te maken had, en dat de familie dit heeft willen verdoezelen. De zuster zou vroeger de geliefde van Lindbergh geweest zijn. Hij zou plannen gehad om zich met haar te verloven maar ze moest een tijdje weg. Toen ze terugkwam bleek dat haar eigen zuster met haar grote liefde was getrouwd. Ze kreeg een hartaanval van verdriet en woede, en ze haatte Lindbergh en haar zuster. Voor dit verhaal zijn echter geen bewijzen. Zijn schoonzuster had wel een hartziekte maar Lindbergh zou met haar zuster Anne getrouwd zijn omdat zij zijn grote liefde was.
- Lindbergh stond bekend om zijn cynische humor. Op een keer zou hij geroepen hebben dat de baby vermist was, wat een wrede grap bleek te zijn. Volgens een theorie wilde Lindbergh op de noodlottige avond opnieuw een grap uithalen met zijn vrouw door de baby weg te halen en te verstoppen. Door een ongeluk stootte hij het hoofd van de baby ergens tegenaan en legde hem terug in het bedje. Later ontdekte de familie dat de baby dood was. Om Charles reputatie niet te schaden werd de ontvoering door hen geënsceneerd, met ladder en losgeld-brief en al. Deze theorie werd verstrekt door de reactie van Lindbergh toen hij hoorde dat zijn zoon niet in bed lag. Hij zou opvallend kalm gereageerd hebben. Voor de theorieën bestaat echter geen bewijzen.
Betrokkenheid personeel?
Ondanks theorieën hebben latere onderzoeken aangetoond dat de kans zeer groot is dat Bruno Hauptmann wel betrokken is geweest bij de ontvoering van de baby en dat andere theorieën niet waarschijnlijk zijn. Omdat het raam van het slaapkamertje niet kon sluiten, en dit is het raam waar de baby lag te slapen, is het niet ondenkbaar dat iemand binnenshuis heeft meegewerkt aan de ontvoering. Bijvoorbeeld personeel. Er blijven veel vragen open:
- Waarom huilde de baby niet tijdens de ontvoering toen hij in een tas gestopt werd? De baby zou daar toch zeer waarschijnlijk wakker van zijn geworden
- Waarom was het raam juist die avond kapot?
- Waar kwam de ladder vandaan?
Hoe is Charley Lindbergh overleden?
De kans is groot dat de baby al overleden is nadat de ontvoerder door de ladder zakte, met de tas met de baby in zijn hand. De tas is zeer waarschijnlijk gevallen, met het zwaarste deel (het hoofdje) van de baby op de stenen. De baby heeft daardoor mogelijk meteen een schedelbreuk opgelopen. Het is ook mogelijk dat de baby bewust na de ontvoering vlakbij de weg vermoord is.
Autopsie
Uit de autopsie op het stoffelijk overschot van het kind bleek dat de doodsoorzaak een breuk in de schedel was. Men ging er vanuit dat de baby of al in de slaapkamer gedood was, of door een val op de stenen onder het raam. Omdat Lindbergh van het begin af aan hulp van de politie had afgewezen, kon men verder niets met het bewijsmateriaal aanvangen. Men kon met zekerheid vaststellen dat het stoffelijk overschot van de Lindbergh baby was. Er waren echter geen vingerafdrukken of ander bewijsmateriaal veilig gesteld. De ontvoering en moord op de Lindbergh baby werd nooit opgelost.
Lees verder