Krantenlezers niet alleen door nieuws aan uitgaven gebonden
Het Friesch Dagblad, de krant op protestants-christelijke grondslag heeft al sinds jaren een heel bijzonder fonds. Abonnees van de krant betalen voor mensen die ook graag het dagblad willen lezen, maar er het geld niet voor hebben. Het Friesch Dagblad heeft daarmee een bijzonder fonds. Bovendien wordt dit fonds van het Friesch Dagblad door mensen met wat meer geld gevuld. In de geschiedenis van de pers is het bovendien bijzonder. Hoe ziet die geschiedenis van de pers eruit?
Abonnementenfonds Friesch Dagblad
Het abonnementenfonds bestaat al decennialang. Het zorgt ervoor dat mensen die iets meer te besteden hebben het als hun verantwoordelijkheid zien dat ze voor anderen kunnen betalen. Het lezen van de krant is volgens hen te belangrijk in het leven om te laten vervallen door geldelijke redenen. Het Friesch Dagblad ziet het als een vorm van solidariteit en van verantwoordelijkheid dat een christelijke krant een dergelijke voorziening kan aanbieden. Daar komt nog bij dat de kant uiteindelijk van de vereniging van lezers is. Dat bestaat werkelijk nergens in Nederland.
Fonds Friesch Dagblad gesteund door trouwe donateurs
Het fonds wordt gesteund door heel veel trouwe donateurs die steeds opnieuw per jaar een bedrag storten om anderen de krant ook te laten lezen. Nu de crisis echter een feit is, wordt het fonds overspoeld door aanvragen. Veel mensen doen de krant de deur uit, omdat dit een hoge kostenpost is. Door het grote aantal aanvragen komt het fonds nu echter wel in de problemen, want er zijn meer aanvragen dan er geld is. Het bestuur van het abonnementenfonds doet nu een dringend verzoek op abonnees die nog wel wat willen en kunnen geven voor hun medemens. Hen wordt gevraagd om een bijdrage te geven of de bestaande bijdrage te verhogen Vanzelfsprekend zijn er wel regels verbonden aan het ,,krijgen’’ van een abonnement op de krant.
Boeken, feesten, reizen en wijn
Hoewel dit initiatief direct te linken is aan de grondslag van de krant en haar lezers, bestaan kranten al lang niet meer alleen als nieuwsvoorziening. De Leeuwarder Courant heeft een initiatief dat Mijngenda heet en daardoor lezers met korting allerlei activiteiten kunnen doen, maar tevens prijzen kunnen winnen. De Volkskrant organiseert feesten voor singles, levert wijn, workshops en reizen, maar ook boeken en films. Ook de Telegraaf biedt wijn, excursies, reizen, boeken en films aan. AD Extra biedt Algemeen Dagblad abonnees exclusief voordeel met unieke abonneeacties, prijsvragen en kortingen op dagjes uit. Tevens biedt ook deze krant wijn, boeken, dvd’s en andere zaken aan.
Het is de vraag of dit soort zaken tot de activiteiten van een krant moeten behoren. De nieuwsvoorziening zou er door in het gedrang kunnen komen, omdat eenmaal gelieerd aan een product of voorziening in ieder geval de schijn bestaat dat er tegenstrijdige belangen bestaan. Jo Bardoel en Jan Bierhoff gaven in 1991 al te kennen dat zij zich zorgen maakten om dit punt. In het boek Informatie, Achtergronden en analyses gaven zij toen al aan dat er een reële kans was dat ontwikkelingen bij zowel pers als omroep nieuwe vormen van afhankelijkheid kunnen afdwingen. Actuele mediatoepassingen konden volgens hen redacties opleveren die in de pas lopen, die zich in het bijzonder voegen naar het streven tot rendement en optimaal bereikt.
Pers is een jong fenomeen
Wat in Nederland globaal wordt aangeduid als ,,de pers’’ is in feite nog maar een heel jong fenomeen dat bestaat sinds 1850. Vooral technische ontwikkelingen die een daadwerkelijke krant in gedrukte vorm mogelijk maakten, hebben daar in eerste instantie voor gezorgd. Later kwamen daar allerlei andere media bij in beeld en geluid.
De opkomst van de middenklasse is verder van belang geweest voor het ontstaan en voortbestaan van de media. Deze groep was eigenlijk voor 1850 bijna niet aanwezig en bestond het land uit een leidende en een dienende groep, een heersende en een ondergeschikte. Pas daarna ontstond een groep mensen van kleine burgers, onderwijzers, ambtenaren, klerken, kantoorbedienden en anderen die tot de ruggengraat van deze samenleving zou uitgroeien. De middenklasse kon lezen, was geïnteresseerd in informatie die verder ging dan die uit het dorp of stad waar men woonde en ze had geld om informatievoorzieningen aan te schaffen.
Geschiedenis van de pers
- Voor de uitvinding van de boekdrukkunst is er al sprake van nieuwsvoorzieningen. Julius Casear liet 100- 44 jaar voor Christus belangrijk nieuws al publiceren op borden. Hierop stond nieuws uit de Senaat, maar ook informatie over militaire operaties.
- In de Middeleeuwen werden nieuwtjes vooral uitgewisseld in kloosters en vorstenhoven. De minstrelen waren er voor het plebs.
- In de Renaissance (1400-1600) werden er geschreven nieuwsbrieven uitgegeven. Rijke kooplieden, maar ook vorsten, geestelijken en geleerden hielden elkaar daarmee op de hoogte van het laatste nieuws.
- Na de uitvinding van de boekdrukkunst (1440) kwamen vlugschriften in zwang. Op een paar blaadjes werden bijzondere verhalen gedrukt en verspreid. Ze werden in kraampjes op markten verhandeld. Moordaanslagen en natuurrampen op rijm waren favoriet.
- Als in 1619 Johan van Oldebarnevelt ter dood wordt gebracht laat de Hollandse regering direct pamfletten verspreiden om uit te leggen waarom dit het geval is.
- Rond die tijd verschijnen de eerste couranten. Zij brengen in een min of meer vaste vorm nieuws en hebben een koopkrachtiger lezerspubliek voor ogen. De eerste kranten zijn overigens moeilijk te maken. Ze moeten zich beperken tot oppervlakkige nieuwtjes, omdat regenten niet willen dat er over bepaalde zaken wordt geschreven. Censuur is dan ook schering en inslag.
- In de zeventiende en de achttiende eeuw verschijnen in de Hollandse Republiek de Gazettes de Hollande. Ze worden over het algemeen gemaakt door uitgeweken Fransen (Hugenoten) en zijn bestemd voor hun lotgenoten in de Nederlandse provincies. Er staat vooral veel kritiek in op de Franse politiek tegenover de Hugenoten. Kranten worden in die tijd alleen door de kleine bovenlaag van de bevolking gelezen, omdat veel mensen niet kunnen schrijven en lezen. Zij krijgen het nieuws tot zich door historieprenten die bijvoorbeeld op kermissen worden tentoongesteld.
- Rond 1780 verschijnt de politieke pers. Een van de eerste politiek getinte kranten is een weekblad dat de titel De Post van den Neder-Rhyn draagt. Kranten schrijven veel vaker wat ze willen en trotseren de censuur. In 1798 besluit de Nationale Vergadering van de Bataafse Republiek een Grondwet aan waarin de vrijheid van drukpers heilig wordt verklaard. Toch wordt deze wet met handen en voeten getreden en veel bladen worden daardoor opgeheven. Pas in 1848 als er een Grondwetswijziging wordt doorgevoerd ontstaat er echte persvrijheid. Hoewel kranten het financieel moeilijk hebben door dat de dagbladzegelbelasting wordt ingevoerd in 1812, ontstaan in de 19e eeuw toch veel dagbladen waaronder Het Volk het Algemeen Handelsblad en De Tijd.
- In de 20e eeuw is er opeens een explosie aan informatie. Door technische ontwikkelingen, maar ook door post- en telefoonverbindingen wordt alles opeens veel gemakkelijker te realiseren. Ook de Leerplichtwet (1900) zorgt ervoor dat bijna iedereen leert lezen en schrijven.
- De Tweede Wereldoorlog maakt daar weer een einde aan. In die tijd moet alles wat de Duitsers willen gepubliceerd worden. Veel kranten verdwijnen daardoor. Wel ontstaan er ondergrondse kranten zoals Het Parool, Trouw en De Waarheid.
- Na de oorlog komt alles weer op gang, maar worden veel pesconcentraties gevormd.
- In de jaren tachtig is er opnieuw sprake van een fusiegolf. Veel regionale kranten hebben het moeilijk, ook al door de komst van tv. Van de 60 zelfstandige dagbladondernemingen in 1950 waren er in 1989 nog maar slechts 21 over. Op dit moment zijn dat er zelfs nog veel minder.