Retorica: vormen van overtuigen
Wanneer anderen willen dat we iets doen of onze overtuigingen willen beïnvloeden in bijvoorbeeld een debat of discussie kunnen ze gebruik maken van een argument. Ze bieden dus een reden waarom we iets wel of juist niet zouden moeten doen of geloven. Er wordt echter het meeste gebruik gemaakt van de overtuigende kracht van woorden; retorische kracht of emotionele betekenis van een woord.
De volgende situatie zal je mogelijk bekend voorkomen:
Je loopt samen met je vrouw in de stad, op weg naar het restaurant waar jullie vanavond heerlijk gaan dineren. Plotseling staat er een man met een enorme bos prachtige en heerlijk geurende rozen voor jullie neus. "Kijk eens meneer, een prachtige roos voor uw prachtige vrouw!". Vereerd door het compliment kijkt je vrouw je verwachtingsvol aan. Dat wordt kopen die roos...
In bovenstaande situatie speelt de rozenman in op zowel jouw gevoelens als die van je vrouw. Je vrouw krijgt zomaar een compliment van een wildvreemde man die haar een roos aanbiedt, waardoor ze een appèl op jou doet de roos voor haar te kopen, die man was immers zóóó complimenteus.
Dit is een perfect voorbeeld van retorica: de kunst van het overtuigen of overhalen. Er moet onderscheid gemaakt worden tussen argument en retorica. Een argument bevat
logische kracht. Retorica bevat
psychologische kracht.
Eufemismen en dysfemismen
Taal biedt ons een keuze van woorden wanneer we iets willen zeggen. Een
eufemisme is een neutrale of positieve expressie in plaats van een die negatieve associaties bij zich draagt. Eufemismen kunnen een belangrijke rol spelen bij het beïnvloeden van onze attitudes. Een
dysfemisme is het tegenovergestelde van een eufemisme. Ze worden gebruikt om een negatief effect op een lezers of luisteraars attitude tegenover iets te creëren.
Verschillende typen overtuiging
Er zijn talrijke methoden om iemand te overtuigen. De meest voorkomende en gevaarlijke zijn degenen die in de lijst hieronder beschreven worden. Het is handig enige kennis van deze methoden te hebben om ze te herkennen en te voorkomen dat je zelf het slachtoffer wordt van overtuiging.
Stereotypen
Een stereotype is een gedachte of beeld van een groep mensen die gebaseerd is op weinig of geen bewijs. Onze stereotypen komen voort uit verschillende bronnen, vooral populaire literatuur en worden vaak ondersteund door een variëteit aan
vooroordelen en groepsinteresses.
Innuendo
Wanneer we met iemand communiceren hebben we automatisch zekere
verwachtingen en aannames. Deze verwachtingen en aannames helpen de gaten in onze conversaties in te vullen zodat we niet alles tot in detail uit hoeven te leggen. Innuendo is een vorm van
suggestie. Hiermee kan je iets insinueren zonder het expliciet uit te spreken.
Beladen vragen
Een beladen vraag leunt op een of meer
ongerechtvaardigde aannames. Dit is technisch gezien een vorm van innuendo, omdat het ons toestaat de aanname die ten grondslag ligt aan een vraag te insinueren zonder deze aanname expliciet te uiten.
Gluipers
Gluipers zijn
linguïstische methoden om gokken te dekken. Ze helpen een claim te beschermen tegen kritiek door het wat af te zwakken waardoor de auteur een uitweg heeft wanneer de claim uitgedaagd wordt. Woorden die soms gluiperig zijn, zoals “misschien”, “waarschijnlijk” en “mogelijk” kunnen gebruikt worden om een innuendo te produceren.
Laagspelers
Laagspelen is een poging iemand of iets
minder belangrijk of significant te laten lijken. Stereotypen, retorische vergelijkingen, retorische verklaringen en innuendo kunnen hiervoor gebruikt worden.
Downplayers zijn woorden die gebruikt kunnen worden, zoals “hij is maar een leerling”.
Horse laugh/spot/sarcasme
Horse laugh is een vorm van retorica die gebruikt maakt van allerlei
spot. Dit is een machtig middel omdat niemand het leuk vind uitgelachen te worden of bespot te worden.
Hyperbool
Een hyperbool is een
extravagant overstatement. Dysfemismen en retorische vergelijkingen gaan vaak gepaard met een hyperbool. Een claim kan hyperbolisch zijn zonder excessieve emotionele worden of frasen te bevatten. Een hyperbolische claim kan pure overtuiging zijn. Zeggen dat Charlotte Church een geweldige stem heeft doet je op z’n minst denken dat ze kan zingen, ongeacht of dit geweldig is of niet.
Bewijsvervangingen
Een expressie die gebruikt wordt om te suggereren dat er
bewijs of autoriteit is voor een claim zonder het daadwerkelijk citeren hiervan is een bewijsvervanging. Wanneer er geen bewijs is kunnen we wel dóen alsóf er bewijs is.
Persuasieve “retorica” in foto’s en andere afbeeldingen
Foto’s en afbeeldingen zijn geen claims en ook geen argumenten. Ze kunnen ook niet vals of waar zijn. Wel kunnen zij verschillende
reacties uitlokken. Foto’s kunnen geen antwoord geven op vragen. Ze kunnen slechts de basis vormen voor redenen om claims te maken over gebeurtenissen.