Het ontstaan en het nut van verschillende jeugdculturen
De puberteit: wie herinnert zich niet de onzekerheid, de zoektocht naar je eigen normen en waarden, je identiteit. Het is een periode waar elke generatie doorheen moet op weg naar de volwassenheid. In deze levensfase maken jongeren in sneltreinvaart vele ontwikkelingen door. Vaak zoeken jongeren daarbij steun bij gelijkgestemden. Door gedeelde interesses, dezelfde voorkeuren en een eenduidige manier van kleden ontstaan er diverse jeugdculturen.
Onzekerheid
Vanaf de leeftijd van ongeveer twaalf jaar krijgen de meeste jongeren de behoefte zich los te maken van de ouders.
Deze periode - de puberteit- gaat gepaard met onzekerheid op velerlei gebied:
- over zichzelf
- over wat anderen van ze vinden
- over hoe ze eruit zien,
- over alle veranderingen die er ineens op hun afkomen,
- over de vele keuzes die ze moeten maken en
- over wat er van hem of haar verwacht wordt door de maatschappij
Peergroup
Jongeren gaan in deze periode op zoek naar leeftijdgenoten die tegen dezelfde dingen aanlopen. Zo kunnen ze steun zoeken bij elkaar. Er ontstaan groepjes jongeren met dezelfde levensovertuigingen, interesses en hobby’s.
Zo’n groep leeftijdgenoten noemen we een peergroup. Deze groep heeft een eigen normen en waardenstelsel en leefwijze.
Om bij de peergroup die bij hun past te horen, doen jongeren er alles aan om de normen en waarden die in de groep gehanteerd worden over te nemen.
Mode
Jongerengroepen zijn veranderlijk en aan mode onderhevig. Het ene jaar is een bepaalde kledingstijl ‘in’ en het andere jaar is deze alweer verouderd.
Dit geldt ook voor het taalgebruik van de groep. Er ontstaan uit het niets regelmatig woorden en uitdrukkingen, die dan ook algauw door andere groepen worden overgenomen. Zo bestaat er straattaal, maar ook taal die alleen via internet of in een sms gebezigd wordt. Dit zijn meestal afkortingen. De veranderingen die hierbij steeds weer plaatsvinden hebben onder andere te maken met het multiculturele karakter van onze samenleving, waar verschillende invloeden uit opgepikt worden.
Diversiteit
Niet elke jongere valt onder één specifieke jongerencultuur.
De culturen kunnen elkaar overlappen en daardoor is het niet altijd duidelijk tot welke specifieke groep een jeugdige behoort. De jeugdcultuur heeft zo'n grote verscheidenheid aan culturen in zich, dat men daarom ook vaak spreekt van jeugd
subculturen.
Jeugdculturen hebben diverse functies:
- Jongeren krijgen de mogelijkheid te experimenteren met gedrag en overtuigingen (bijvoorbeeld op het gebied van seksualiteit, politiek, geweld en geloof)
- Ze dragen bij aan het ontwikkelen van een eigen identiteit, het ontdekken wie iemand is.
- Ze bevorderen sociale contacten met leeftijdgenoten en bieden een klankbord voor jongeren.
Binnen welke (sub)culturen jongeren vallen of zichzelf zien heeft onder andere te maken met waar hun interesses liggen, welke muziek ze mooi vinden en hoe en met wie zij hun vrije tijd doorbrengen.
Jongeren geven met eigen taalgebruik, de manier van kleden, de haardracht en de houding aan wie ze zijn en waar ze voor staan en leggen zo een belangrijke basis in het ontwikkelen van hun persoonlijkheid.
Voorbeelden
Enkele stereotiepe voorbeelden van jeugdculturen zijn:
- Alto's: de alternatievelingen, dragen vaak zwart, hebben meestal lang haar en houden van muziek die niet gangbaar is, bijvoorbeeld the Cure, Nirvana, Pearl Jam.
- Kakkers: dragen graag merkkleding, hebben veel geld tot hun beschikking, zijn vaak kinderen van hoger opgeleide ouders en hebben hobby's als hockey, zeilen en tennis. Vaak zijn ze als adolescent lid van een studentenvereniging.
- Hiphoppers: dragen oversized kleding, petjes, gouden sieraden en sportschoenen, hebben een voorkeur voor hiphop en rapmuziek.
- Hardrockers: bij deze groep is vooral heavy metal muziek belangrijk, gekenmerkt door snelle gitaarsolo's en expliciete teksten, vaak gezongen met een opvallend zware stem. Het uiterlijk van deze groep wordt gekenmerkt door lang haar en zwarte kleding, meestal gecombineerd met leren vesten of broeken