De protestgeneratie, ook wel de babyboomgeneratie
De protestgeneratie is de generatie die is geboren in de periode 1940-1955. Deze generatie groeide op in een periode van wederopbouw, na de Tweede Wereldoorlog. Het is de generatie die het welvaartspeil gedurende het leven enorm heeft zien stijgen. Dit is ook de generatie die van deze welvaartsstijging het meest heeft kunnen profiteren. Dit dankzij hoge rentes op spaartegoeden die toen nog niet belast werden en stijgende huizenprijzen. Ook heeft deze generatie nog net kunnen profiteren van mogelijkheden om vroeg met pensioen te gaan.
De jeugd van de protestgeneratie
Kinderen die vragen, worden overgeslagen. Kinderen die willen, krijgen voor de billen. Kindertjes moet je wel zien, maar niet horen. Jouw wil staat achter de deur. Deze uitspraken kenmerken de opvoeding van de protestgeneratie. Het is de laatste generatie die op de traditionele manier werd opgevoed. Kinderen moesten luisteren en doen wat hen verteld werd. Het werd belangrijk gevonden dat je je gedroeg zoals het hoorde. Ook de ouders waren gezagsgetrouw. Ze deden wat de dominee of de dokter zei, uit ontzag voor hun positie.
De protestgeneratie groeit op
Wanneer deze generatie opgroeit, genieten ze meer onderwijs dan de generatie van hun ouders. Vrijwel iedereen in deze generatie is hoger opgeleid dan de generatie hiervoor. Dit zorgt er ook voor dat ontzag voor iemands positie niet zomaar vanzelfsprekend is. Er komt een wereldwijde studentenprotestbeweging. In Nederland bereikten de studentenprotesten hun hoogtepunt met de Maagdenhuisbezetting in 1969. Studenten eisten meer democratie en meer zeggenschap over de vorm en de inhoud van hun studie. Wanneer de protestgeneratie gaat werken, blijkt dat deze generatie een sterke intrinsieke motivatie voor werk heeft. Werkplezier wordt door deze generatie nog belangrijk gevonden. Belangrijker dan aanzien en werkzekerheid.
Flowerpower
De universiteiten waren een broedplaats voor idealistische ideeën, mede gevoed door de muziek van die tijd waarin protesten doorklonken tegen beslissingen van het heersende regime zoals de oorlog in Vietnam. De invloed van jongeren was groot, mede omdat de groep jongeren groot was. Tegenover iedere tien volwassenen in de leeftijdscategorie tussen de 20 en de 64 stonden zeven kinderen in de leeftijdscategorie 0 tot 19 jaar (cijfers rond 1950 van het CBS).
De geïsoleerde jongerenwereld op de universiteiten, de muziek en de opkomst van muziekfestivals, oorlogsprotesten en het experimenteren met softdrugs, dit alles resulteerde in de flowerpowerbeweging. De jongeren wilden breken met de materialistische wereld van hun ouders. In hun wereld draaide het om vrede, gelijkheid, liefde en broederschap. Dit werd aangewakkerd door Amerikaanse invloeden. In Amerika werden de protesten tegen de oorlog in Vietnam steeds sterker, vooral onder de jongeren. Toch leefde de flowerpower niet alleen in Amerika. Ook jongeren in Engeland en Nederland en dan met name jongeren in Londen en Amsterdam namen de flowerpowerideeën over.
De introductie van de pil
Door de introductie van de anticonceptiepil werden de seksuele normen losser. Vanaf 1969 was er geen medische indicatie meer noodzakelijk om de pil voorgeschreven te krijgen, dus jonge vrouwen gingen massaal aan de pil. Hierdoor kon volop geëxperimenteerd worden met seks, terwijl dit in de periode voor de pil alleen tijdens het huwelijk kon plaatsvinden vanwege de kans op zwangerschap. Als maagd het huwelijk in, was niet meer de norm.
De protestgeneratie als opvoeder
De protestgeneratie had ook als opvoeder andere ideeën dan de voorgaande generaties. Zelfontplooiing wordt belangrijk gevonden en het idee ontstaat dat kinderen de strakke regels waarmee zij zelf zijn opgevoed niet nodig zijn. Deze optimistische zelfontplooiingsidealen leiden tot de zogenaamde vrije opvoeding. Kinderen maken zelf hun eigen keuzes zonder sturing van bovenaf. Individuele zelfstandigheid en vrijheid worden belangrijk gevonden. Natuurlijk wordt dit gedachtegoed niet door iedereen omarmd, maar dit zorgt wel voor duidelijke veranderingen in de opvoeding. Kinderen mogen nu gehoord worden en er is minder sturing. Dankzij de pil zijn de gezinnen veel kleiner. Ouders kunnen plannen hoeveel kinderen ze krijgen.
Scheidingen
De babyboomgeneratie is meer gericht op individualisme, de kerk en het geloof spelen veel minder een rol en mede hierdoor is dit de eerste generatie waarin scheidingen veel voorkomen. Er is een sterke toename van de eenouderhuishoudens onder deze generatie. Eén op de acht vrouwen geboren in de protestgeneratie runt op een bepaald moment een eenouderhuishouden.
De oudere protestgeneratie
Wanneer de protestgeneratie op leeftijd komt en ze massaal met pensioen gaan, worden ze ook wel bestempeld als de grijze golf. Door de massaliteit van deze generatie, kost deze eenmaal gepensioneerd erg veel geld. De protestgeneratie heeft over het algemeen een vaste aanstelling gehad tijdens het werkende leven. Daarnaast heeft deze generatie het over het algemeen goed gehad en geleefd in een tijd van materiële welstand, ondanks hun protest tegen het materialisme van voorgaande generaties. Het grootste deel van de protestgeneratie is in ieder geval op hun 65ste met pensioen gegaan en de meeste zelfs veel eerder. Dit is hiermee de laatste generatie die hiervan heeft kunnen profiteren. Een klein deel van deze generatie heeft te maken gehad met de nieuwe pensioenregeling en zal iets later met pensioen gaan. Voor degene die geboren zijn in 1955 geldt dat ze op de leeftijd van 67 jaar en 3 maanden pensioengerechtigd zijn.