Verwaarlozing pastorale zorg eerste christelijke gemeente
Het boek Handelingen neemt een sleutelpositie in het Nieuwe Testament in. Wie dit boek goed leert begrijpen, krijgt daarmee niet alleen zicht op bijzondere facetten van Gods Heilsplan maar ook op het evangelisatie en diaconale werkveld. In Handelingen 6: 1-7 lezen we echter ook van een conflict die de groei en de pastorale zorg van de gemeente in de weg lijkt te staan.
Tekst Handelingen 6:1- 7
1 Toen het aantal leerlingen toenam, ontstond er op een gegeven moment ontevredenheid bij de Griekstaligen, die de Arameessprekenden verweten dat de weduwen uit hun groep bij de dagelijkse ondersteuning werden achtergesteld. 2 Daarop riepen de twaalf apostelen de voltallige gemeenschap van leerlingen bijeen en zeiden: ‘Het is niet goed dat wij de zorg dragen voor de gemeenschappelijke maaltijden, want daardoor verwaarlozen we de verkondiging van Gods woord. 3 Kies daarom, broeders en zusters, uit uw midden zeven wijze mannen die goed bekendstaan en vervuld zijn van de heilige Geest. Aan hen zullen we deze taak opdragen, 4 terwijl wij ons zullen wijden aan het gebed en aan de verkondiging van het woord van God.’ 5 Alle leerlingen stemden met dit voorstel in. Ze kozen Stefanus, een diepgelovig man, die vervuld was van de heilige Geest, en verder ook Filippus, Prochorus, Nikanor, Timon, Parmenas en Nikolaüs, een proseliet uit Antiochië. 6 Ze lieten deze mannen plaatsnemen voor de apostelen, die een gebed uitspraken en hun daarna de handen oplegden. 7 Het woord van God vond steeds meer gehoor, zodat het aantal leerlingen in Jeruzalem sterk groeide; ook een grote groep priesters aanvaardde het geloof.
Conflict tussen de discipelen om geld in de christelijke gemeente
We lezen in de tekst dat er ontevredenheid kwam onder de discipelen. De groep die eerst zo één was in hart en ziel werd nu verdeeld door haat, ruzie en meningsverschillen.Het is te betreuren dat de eerste onenigheid in de eerste christelijke gemeente over geldzaken ging. De apostelen hadden veel geld bij elkaar gebracht voor de armen maar het was onmogelijk om iedereen tevreden te stellen. De apostelen deden hun best om het naar alle onpartijdigheid en tevredenheid te verdelen maar de Griekse Joden vonden dat het niet goed ging en gingen zeuren. Zij vonden dat de Griekse Joden die bij de gemeente waren gekomen te weinig geld kregen.
Verwaarlozing van de verkondiging en de pastorale zorg
Door het bezig zijn met geldzaken, het twisten erover en de onenigheid tussen de verschillende partijen weg te nemen, en daarbij ook nog pastorale zorg te verlenen kwam de verkondiging van het evangelie op de tweede plek te staan. Dit was niet wat de discipelen wilden. Het evangelie, het Woord van Jezus Christus moest de meeste aandacht krijgen. Dat was de opdracht die zij van Jezus zelf hadden gekregen. Immers de discipelen waren nog zo vol van de opstanding dat men er van bleef getuigen. Maar tegelijk werd de groep groter en begon er een grote wanorde en onenigheid te ontstaan Er moest een duidelijke structuur en taakverdeling komen. Zowel de verkondiging als de diaconale taken werden verwaarloosd.
Verdeling van taken in de eerste gemeente
De verkondiging kan en mag niet op zich zelf staan. De discipelen stelden voor dat de gemeente uit hun midden bekwame oprechte christenen ging kiezen die geschikt waren om de diaconale taken op zich te nemen. Uit het midden van de gemeente moesten ze bekwame gelovige (jonge)mannen kiezen die door de Heilige Geest vervuld waren.
Bidden en werken
De diaconale taken worden verdeeld aan goede bekwame mensen en de discipelen richten zich op het gebed en de verkondiging van het Woord. Een goede taakverdeling en gebruik maken van de gaven in de gemeente is een fundamentele Bijbelse zaak. Echter het gebed neemt daarbij een belangrijke plaats in. Het lijkt er zelfs op dat het diaconale aspect hier alleen praktisch bedoeld is en de discipelen de geestelijke zaken voor hun rekening nemen. Het is een goede zaak als het diaconaat ondersteund wordt door een achterban met mensen die daar voor bidden. Er ontstond dus een groep die actief diaconale taken ging uitvoeren en een groep die actief ging bidden en het evangelie verkondigen.
Stefanus
We zien dat Stefanus een diaconale taak krijgt toebedeeld. Maar we lezen later van Stefanus dat hij gestenigd is om zijn geloof in Jezus Christus. Stefanus zal het op dat moment nog niet geweten hebben maar zijn volharden in zijn doodstrijd getuigd nu nog in de 21e eeuw hoe hij vervuld was met de Heilige Geest. Door de volle overtuiging dat Jezus zijn Heer is, heeft Stefanus een indruk achterlaten wat navolging oproept.
Heilige Geest
De gemeente stond open voor wat er allemaal gebeurde. Het bewijst dat de Heilige Geest volop aan het werk was. De gekozen mannen werden door de discipelen toegerust. We zien dus dat de zegen en toerusting heel belangrijk is wanneer men een taak in een gemeente gaat vervullen. Er kwamen steeds meer mensen tot geloof in Jezus Christus. Zelfs een groep priesters kwam tot geloof in Jezus Christus. Tegenstanders die eerst zo fel tegen hen waren zijn waarschijnlijk onder de indruk gekomen van hun eenheid en de zorg voor de armen. Dit laat ook wel zien dat het Woord dat geplant wordt gaat groeien en mensen in beweging zet.