Het geloof christendom
Iedereen heeft wel levensvragen: waar komen we vandaan, waar gaan we naar toe, waarom gaan mensen dood, waar gaan we naartoe als we dood gaan, waarom leven we, wat gebeurd er met je als je dood gegaan bent? Iedereen denkt wel na over zijn leven. Godsdiensten spelen hier een grote rol bij. Godsdiensten hebben regels die mensen vertellen wat goed is en wat fout is. Ze beïnvloeden de mensen die erin geloven op het dagelijkse leven.
Christendom
Jezus van Nazareth was een jood die ongeveer 2000 jaar geleden zou hebben geleefd in de tijd dat Palestina door de Romeinen bezet was. Hij trok et een paar van zijn leerlingen rond die hij les gaf. Deze leerlingen had hij heel bewust uitgekozen door voor mensen te kiezen die te lijden hadden in de samenleving. Hij gaf ze het gevoel van eigenwaarde terug. Hij had een doel voor ogen: de heerschappij van god uitbreiden.
De christenen geloven in èèn god die alles geschapen heeft. Hij heeft zijn zoon Jezus Christus naar de mensen gestuurd om hen te verlossen van het kwade en om hen te leren goed te leven (in liefde en vrede naast elkaar). Hij reisde rond met zijn leerlingen en genas en hielp overal om hem heen verschillende mensen.
Ze geloven dat Jezus gedood is op het kruis en dat hij daarna opgestaan is uit de dood om te bewijzen dat god het goede verdreef.
Het belangrijkste symbool voor de christenen is het kruis waaraan Jezus is gestorven. Ze geloven dat God zich op drie verschillende manieren heeft laten zien in de samenleving. Als zichzelf (als vader), als zijn eigen zoon en als zijn eigen geest. Dit wordt ook wel de heilige Drievuldigheid genoemd.
Er zijn binnen het christendom drie belangrijke richtingen:
- orthodoxe gelovigen
- protestanten
- rooms-katholieken
De geschiedenis
Er was ergens in 1054 ruzie binnen de christelijke kerk. Dit kwam omdat zowel de paus van de kerk in Rome als het hoofd van Constantinopel in Turkije de leiding wilden hebben over de kerken. Uiteindelijk wilden ze niets meer met elkaar te maken waardoor er een breuk ontstond. Zo werd het orthodoxe geloof geboren. Dit waren de mensen die altijd in Griekenland naar de kerk gingen. De christenen in West- Europa volgden de paus van Romen werden daarom rooms- katholiek genoemd.
Later gingen sommige christenen zich weer verzetten tegen de kerk in Rome. Ze vonden dat deze kerk zich niet genoeg bezig hield met volgelingen zoeken van Jezus. Een van deze christenen was een monnik die vond dat de roomse kerk teveel bezig was met de rijkdommen. Deze monnik vond dat alleen het vertrouwen in God, de liefdevolle nabijheid van God en het geloof in de Bijbel belangrijk was voor een goede christen. Dit werd de groep protestanten genoemd.