Posttraumatische stress stoornis/syndroom (PTSS)

Psychotrauma of psychisch trauma
Een andere naam voor het posttraumatische stress syndroom is 'posttraumatische stress stoornis' ook wel afgekort PTSS genoemd. De Engelse afkorting is PTSD (Post Traumatic Stress Disorder). Het is een officieel psychische aandoening die onder angststoornissen valt. Bij het posttraumatische stress syndroom is de betrokkene geconfronteerd geweest met een of meer onverwachte, heftige, stressvolle, ingrijpende of schokkende gebeurtenissen die ernstige verwondingen, dreigende of feitelijke dood met zich meebracht, of een bedreiging vormden voor de fysieke integriteit.Voorbeelden hiervan zijn (burger)oorlog en andere gewapende conflicten, shell-shock/'battle fatigue', deportatie naar een concentratiekamp (2e Wereldoorlog), gewelddadige aanvallen waaronder terrorisme, aanranding/verkrachting, incest, emotioneel of lichamelijk misbruik (bv. kindermishandeling en huiselijk geweld), martelingen, gijzelingen, crisissituaties, calamiteiten, beroving, het getuige zijn van de dood, moord, rampen, ongelukken en ongevallen. Bij deze gebeurtenissen staan extreme angst, verschrikking, afschuw en/of hulpeloosheid op de voorgrond. Er ontstaan hartkloppingen, zweten, ademhalingsstoornissen en vluchtreacties. Vlak daarna is de lijder 'verdoofd'. Men spreekt van een 'psychotrauma' of 'psychisch trauma' als de aanvankelijk normale reacties overgaan in langdurig psychische stoornissen.
Normale reacties na een schok
Na een schokkende gebeurtenis zijn er een aantal normale reacties. De persoon reageert vaak automatisch, zonder iets te voelen of er bij na te denken, hij handelt op de 'automatische piloot'. Pas achteraf komen de heftige emoties naar boven, onder meer huilbuien, trillen, machteloze woede, verslagenheid, verbijstering, ongeloof en totale ontreddering. Het zelfvertrouwen schudt op zijn grondvesten en het leven verandert plotseling in 'overleven'. Er is het gevoel geen controle meer over het leven te hebben, het veiligheidsgevoel is ernstig aangetast en de vanzelfsprekendheid van het leven is verdwenen. De tijd die nodig is om de afschuwelijke gebeurtenis(sen) te verwerken is voor elk mens anders. En al deze reacties zijn normaal. Pas wanneer een persoon is blootgesteld aan een traumatische ervaring die niet kan worden verwerkt ontstaan er vroeg of laat diverse, steeds ernstiger wordende verschijnselen.Symptomen van posttraumatische stress syndroom
De symptomen van PTSS zijn onder meer herbelevingen van het trauma. Zo zijn er steeds terugkerende en moeilijk terug te dringen herinneringen aan het gebeuren, in de vorm van gedachten en zintuiglijke waarnemingen. In de nacht worden deze herinneringen beleefd als akelige dromen of nachtmerries. De herbelevingen hebben een realistisch karakter en zijn om die reden bijna net zo bedreigend als het eigenlijke trauma. De persoon ervaart bijv. geluid (gegil van stervenden, ontploffen van granaten, huilen van een kind), of neemt een geur waar (verbrande lichamen, een brandend huis).Andere uitingen van het posttraumatische stress syndroom zijn handelingen of gevoelens alsof het trauma opnieuw plaatsvindt. Er kunnen dissociatieve perioden met flashbacks ontstaan, hallucinaties en illusies. Daarbij intens psychisch lijden en fysiologische reacties wanneer bepaalde stimuli een aspect van de traumatische gebeurtenis symboliseren of erop lijken. Er wordt pas van het posttraumatisch stress syndroom gesproken als de klachten langer dan een maand bestaan. Wanneer deze korter dan een maand duren, spreekt men van acute stressstoornis, ook wel ASS genoemd. PTSS mag niet worden verward met een normaal verwerkingsproces van een traumatische gebeurtenis, waarvan de emotionele gevolgen binnen enkele maanden zijn verdwenen.
Gevolgen posttraumatische stress stoornissen
Op de lange duur ontstaan er nog veel meer symptomen van de posttraumatische stress stoornis. Zo wil de persoon gedachten, gevoelens en gesprekken die bij het trauma horen angstvallig vermijden. Erover praten roept herinneringen op, en deze doen zo'n pijn dat hij of zij zich liever terugtrekt. Er ontstaat angst voor de angst, en een confrontatie met de eigen kwetsbaarheid. De belangstelling voor andere mensen en activiteiten neemt af, er ontstaat vervreemding en een gevoel onthecht te zijn. Dit heet ook wel emotionele vervlakking. Voor affectie is geen plaats meer en het toekomstbeeld lijkt verscheurd: Het zelfbeeld en de kijk op de wereld is veranderd.De lijder is verhoogd prikkelbaar, geïrriteerd, heeft woedeuitbarstingen, moeite met inslapen of doorslapen, kan zich niet concentreren, is overmatig waakzaam en krijgt te maken met hevige schrikreacties. Verdere gevolgen kunnen zijn: Chronische, onverklaarbare pijnen en ander lichamelijk lijden, verminderde intellectuele prestaties, motorische onrust, schuldgevoelens, zelfverwijten, schaamte, relatieproblemen door de grote spanningen, langdurig onvermogen om te functioneren, ziekteverzuim, alcohol- en drugsgebruik en reactieve depressie. Het is mogelijk dat de posttraumatische stress stoornis een verlaat begin heeft; in dat geval kunnen de verschijnselen pas maanden na het trauma beginnen (vooral bij oorlogsslachtoffers).
Zwart gat in het geheugen
Een sterk teken van het posttraumatische syndroom - maar ook een acute stress stoornis - is het onvermogen zich een belangrijk deel van het trauma te herinneren. Er lijkt een gedeelte 'verdwenen' te zijn. Dit is een natuurlijk beschermingsmechanisme tegen opslag van herinneringen die onverdraaglijk zijn, en daarom teveel angst oproepen. Als een persoon in een ernstig bedreigende situatie komt, niet kan vluchten en niet kan vechten, dan kan de menselijke geest zich tijdelijk onttrekken aan de onacceptabele werkelijkheid. Het lichaam kan niet weg, maar de hersenen gaan zelf op de vlucht. Het is niet zo dat de 'harde schijf' als het ware gewist is, maar dat de gebeurtenissen nooit tot het bewustzijn en het geheugen zijn doorgedrongen, ook wel 'verdringing' genoemd. Dit betekent dat de persoon wel exact kan vertellen hoe de traumatische gebeurtenis begon en hoe het eindigde, maar dat de feitelijke momenten een 'zwart gat' zijn. Men weet dat het verschrikkelijk was, maar de details zijn weg en het tijdsbesef van de gebeurtenissen is verstoord.Aspecten van posttraumatische stress in de praktijk
Derealisatie/dissociatie: 'Ik was slechts toeschouwer. Het leek een scene uit een horrorfilm, waar ik niet zelf deel van uitmaakte. Het voelde onrealistisch, vreemd.'Derealisatie/onthechting: 'Ik weet dat ik thuis ben, bij mijn familie. Toch heb ik het idee dat er een muur zit tussen hen en mij. Ze zijn vreemd voor me.'
Depersonalisatie: 'Mijn lichaam voelt niet als dat van mij. Ik ben dit niet echt. De klok tikt kennelijk door, maar wat ik doe weet ik niet.'
Amnesie/verdringing: 'Ik moet van anderen horen wat er is gebeurd. Het lijkt alsof er een gat in mijn geheugen zit. Ik zie enkel nog flarden van het gebeuren, meer niet.'
Ongeloof: 'Hou me vast, zei ik, zeg me dat het niet waar is. Want dit kan mij niet gebeuren, dit kan niet. Dit bestaat niet. Maar het bestond wel, en het was echt. Zeiden ze me.'
Schrikreacties: 'Zodra de bel gaat vlieg ik uit mijn stoel van angst. Daarna sidder ik nog minutenlang na. Het geluid van de bel lijkt wel vervormd.'
Huilbuien: 'Ik kan urenlang huilen. Net als ik denk dat er geen traan meer over is, begin ik weer. Het voelt alsof de tranen al klaar liggen.'
Controleverlies: 'Er zijn dagen bij dat ik denk stapelgek te worden. Dat ik me afvraag of ik mijn oude ik ooit nog terugkrijg. Soms wil ik gillen, schreeuwen en met mijn hoofd tegen de muur slaan. Ja, ik ben krankzinnig.'
Slaapproblemen: 'Ik ben zo onrustig en opgewonden dat ik de slaap niet kan vatten. Val ik uiteindelijk toch in slaap, dan ben ik na een uur al weer klaarwakker en dringt de realiteit zich aan me op.'
Woedeuitbarstingen: 'Thuis sla ik met deuren, zoek ruzie en ben woedend om niets. Het gekke is dat ik wel weet dat ik onredelijk ben, dat ik met mezelf in de knoop zit en dat mijn gezin er niets aan kan doen. Toch kan ik het niet veranderen.'
Geluidshallucinaties: 'Iemand riep keihard om hulp, ik zocht overal, en raakte in paniek van het afgrijselijke gekerm. Tot ik me realiseerde dat er helemaal geen hulproep was. Ik was niet meer in het 'daar en toen', maar in het 'hier en nu'.
Bij wie komt PTSS voor?
Het posttraumatische stress syndroom komt vaker voor in bepaalde beroepsgroepen, met name bij de politie, brandweer, ambulancepersoneel en militairen. Bovendien komt PTSS veelvuldiger voor in beroepen waar een bedreigende situatie kan voorkomen, zoals bij bank- en winkelpersoneel (overvallen), benzinepomphouders, reddingswerkers, beveiligingsbeambten, journalisten, medewerkers in de gezondheidszorg (verpleegkundigen en artsen), sociale dienstverlening (sociale dienst, jongerenwerk) en in controlerende functies (treinconducteurs, bus- en tramchauffeurs). Ten slotte hebben mensen met een beroep in de vervoersector (bus- en vrachtwagenchauffeurs, treinmachinisten) een hoger risico op PTSS, dit vanwege het gevaar van ongevallen. Daarnaast is vastgesteld dat er enkele pre-existente factoren zijn die het risico op het psychotrauma vergroten, t.w. het vrouwelijk geslacht, een al eerder aanwezige psychiatrische aandoening, eerdere blootstelling aan een traumatische gebeurtenis en een familiegeschiedenis van psychiatrische aandoeningen. Ook onder vluchtelingen vindt men vaker PTSS.Behandeling posttraumatische stress syndroom
Een slachtoffer van een psychotrauma kan beroep doen op slachtofferzorg, slachtofferhulp of slachtoffertherapie. In sommige ernstige situaties komt men in aanmerking voor crisishulpverlening. Steun is het eerste waar de therapie op gericht moet zijn, alsmede een geleidelijke aanvaarding van de feiten. Behandeling van een posttraumatische stress stoornis valt of staat met het bespreekbaar maken van alle gebeurtenissen die een rol spelen bij de verwerking. Dit betekent soms dat het trauma in gedachten -en samen met de hulpverlener in individuele psychotherapie- bewust moet worden herbeleefd (EMDR of: Eye Movement Desensitization en Reprocessing). Soms gebeurt dit met ondersteuning van medicijnen zoals antidepressiva en kalmeringsmiddelen. Andere mogelijkheden zijn schrijfopdrachten (beschrijven van pijnlijke feiten en emoties), Rationeel Emotieve Therapie (RET), NLP (neurolinguïstisch programmeren), lotgenotencontact zoals in groepstherapie en hypnose. In alle gevallen geldt dat men beter zo snel mogelijk kan beginnen met een gedragstherapeutische interventie, om chronische PTSS te voorkomen. De sleutel is dus de symptomen op tijd te herkennen.“There are wounds that never show on the body that are deeper and more hurtful than anything that bleeds.” ~ Laurell K. Hamilton